Hoofdlijnen voor de liturgie in de Protestantse Gemeente in wording

advertisement
Liturgie voor de viering van
zondag 2 mei 2016; Trinitatis, zondag van de Drie-eenheid
Plaats:
Ontmoetingskerk
Aanvangstijd:
10.00 uur
Voorganger: ds. Peter van der Schans
Organist: Gert van der Schoor
Thema: Luister naar de wind
Protestantse gemeente te IJsselstein
De paaskaars brandt
Orgelspel vooraf
We worden stil
De dienstdoende ambtsdragers komen binnen.
Welkom
AAN HET BEGIN
Staande zingen van het eerste lied: Psalm 111:5 en 6
Stil gebed
Groet
Bemoediging
De gemeente gaat weer zitten
Smeekgebed, besloten met gemeentezang: ‘Heer, ontferm U! (3x)
Here God!
Het land is schraal,
het hart is dor,
allerlei honger drijft ons voort.
Wij zijn als kinderen
zonder vader.
En waar bent U?
Wij zoeken onszelf,
het liefst in tel
bij de meeste der mensen.
Maar uw Zoon zien wij niet.
2
Is Hij bij de minste der mensen?
Uw Naam raakt uitgestorven,
Uw geest laat uw kerk koud.
Wie maakt ons vurig?
Bent U dan hier,
als wij het roepen niet staken,
het zuchten niet kunnen laten,
en mensen úw schepselen
blijven noemen?
Bent U dan nog onder ons
als wij ons een wereld
zonder erbarmen
niet kunnen denken?
(Sytze de Vries, Bij gelegenheid 1,p. 92)
Gemeentezang: loflied: Lied 705:1, 3 en 4
DIENST VAN HET WOORD
Gebed om de opening van het Woord
Enige
en ongeziene God,
die woont
in het ontoegankelijk licht,
maar die ons zocht
met uw erewoord,
uitgesproken in een mens,
uw Zoon,
die zich kennen laat
als Geest
die ons aanvuurt en beweegt,
open ook nu
onze ogen
en onze harten
voor uw aanwezigheid
en zet ons
op onze voeten,
zodat wij leven
vanuit uw nabijheid,
uw Zoon toegewijd,
bereikbaar voor elkaar.
(Sytze de Vries, Bij gelegenheid I, blz. 164)
Voor de lezingen uit:
3
We hebben in het kerkelijke jaar alle grote feesten weer gevierd. Kerst, Pasen en Pinksteren.
Vandaag is het de eerste zondag na al die feesten. Vanouds heet deze zondag de zondag van de
Drie-eenheid. Kerst, Pasen en Pinksteren hebben ons zicht gegeven op de drie-eenheid van Vader,
Zoon en Geest.
Vandaag overzien wij die hele geschiedenis van Gods bemoeienis met de mensen, en wel vanuit de
klassieke drieslag van christelijk geloof. Wij ervaren Hem als de liefdevolle Vader, die de hand naar
ons uitsteekt. Wij leren Hem kennen in de Zoon die de weg door lijden en dood is gegaan. En door
de Geest worden we met Hem in verbinding gebracht.
Dat werk van de Geest komt naar voren in het gedeelte uit Johannes, dat we zo direct lezen.
Eerst lees ik een stukje uit Spreuken. Het gaat over de wijsheid, vrouwe wijsheid. Die al lang van te
voren bestond.
Deze wijsheid is de wijsheid van God. En onderstreept, dat God in zijn wijsheid de weg met
mensen is gegaan. Hij wilde met ons verbonden zijn - als Vader, Zoon en Heilige Geest.
Eerste Schriftlezing: Spreuken 8:22-32
22 De HEER heeft mij vóór al het andere verworven,
toen hij zijn scheppingswerk begon, schiep hij eerst mij.
23 Ik ben in het begin gemaakt, nog voor alles er was,
nog voor de aarde vorm kreeg.
24 Toen er nog geen oceanen waren, werd ik voortgebracht,
nog voor de bronnen met hun waterstromen.
25 Toen de bergen nog niet waren neergezet, werd ik voortgebracht,
nog voor er heuvels waren.
26 De aarde en de velden had de HEER nog niet geschapen,
geen korrel zand was nog gemaakt.
27 Ik was erbij toen hij de hemel zijn plaats gaf
en een cirkel om het water trok,
28 de wolken aan de hemelkoepel plaatste,
de oceanen bruisend op liet wellen,
29 toen hij aan de zeeën grenzen stelde,
het water met zijn woord zijn plaats gaf,
de fundamenten van de aarde legde.
30 Ik was zijn lieveling,
een bron van vreugde, elke dag opnieuw.
Ik was altijd verheugd in zijn aanwezigheid,
31 vond vreugde in zijn hele aarde
en was blij met alle mensen.
32 Nu dan, zonen, luister naar mij,
gelukkig is een mens die op mijn wegen blijft.
Gemeentezang: Psalm 119:28 en 47
Tweede Schriftlezing: Johannes 3:1-16
1 Zo was er een farizeeër, een van de Joodse leiders, met de naam Nikodemus. 2 Hij kwam in de
nacht naar Jezus toe. ‘Rabbi,’ zei hij, ‘wij weten dat u een leraar bent die van God gekomen is, want
alleen met Gods hulp kan iemand de wondertekenen doen die u verricht.’ 3 Jezus zei: ‘Waarachtig,
ik verzeker u: alleen wie opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien.’ 4 ‘Hoe kan
iemand geboren worden als hij al oud is?’ vroeg Nikodemus. ‘Hij kan toch niet voor de tweede keer
de moederschoot ingaan en weer geboren worden?’ 5 Jezus antwoordde: ‘Waarachtig, ik verzeker
u: niemand kan het koninkrijk van God binnengaan, tenzij hij geboren wordt uit water en geest. 6
Wat geboren is uit een mens is menselijk, en wat geboren is uit de Geest is geestelijk. 7 Wees niet
verbaasd dat ik zei dat jullie allemaal opnieuw geboren moeten worden. 8 De wind waait waarheen
4
hij wil; je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat. Zo is
het ook met iedereen die uit de Geest geboren is.’ 9 ‘Maar hoe kan dat?’ vroeg Nikodemus. 10
‘Begrijpt u dit niet,’ zei Jezus, ‘terwijl u een leraar van Israël bent? 11 Waarachtig, ik verzeker u:
wij spreken over wat we weten en we getuigen van wat we gezien hebben, maar jullie accepteren
ons getuigenis niet. 12 Wanneer jullie me niet geloven als ik over aardse dingen spreek, hoe zouden
jullie me dan geloven als ik over hemelse dingen spreek? 13 Er is toch nooit iemand opgestegen
naar de hemel behalve degene die uit de hemel is neergedaald: de Mensenzoon?
14 De Mensenzoon moet hoog verheven worden, zoals Mozes in de woestijn de slang
omhooggeheven heeft, 15 opdat iedereen die gelooft, in hem eeuwig leven heeft. 16 Want God had
de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet
verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.
Gemeentezang: Lied 346: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8
Verkondiging:
Gemeente van onze Heer Jezus Christus!
Ik ga vanmorgen vooral uit van het gesprek tussen Jezus en Nikodemus. Zijn naam betekent
‘overwinning van het volk’. Hij is een vooraanstaande Farizeeër. En daarmee een groot kenner van
de Wet van Mozes. Hij is ook een vooraanstaand lid van de Jeruzalemse hiërarchie. Farizeeën zijn
geschoolde mannen die het debat over geloofszaken niet uit de weg gaan. Ze hebben een
behoorlijke invloed op de samenleving en we horen dan ook regelmatig over hen in de evangeliën.
Ze staan vaak lijnrecht tegenover Jezus, wiens boodschap niet in hun rationele systeem past. Het is
dan ook opvallend, dat deze Nikodemus met Jezus komt praten. Alsof Johannes daarmee wil
zeggen: zelfs in de hogere kringen houden ze zich bezig met Jezus’ boodschap en zijn daden.
Nikodemus komt in de nacht bij Jezus. Waarom de nacht?
Moet het toch in het verborgene; in het geheim, omdat tegenstanders elkaar niet zomaar kunnen
ontmoeten? Of had hij een vertrouwensband met Jezus en nam hij een beschut stil moment om Hem
persoonlijk te ontmoeten? Het kan ook een diepere betekenis hebben: in de nacht heb je de
concentratie voor goede, fundamentele gesprekken. Dan heb je de rust om te praten over datgene
waar het écht om gaat. Of nog anders: het is ook de nacht waarin God actief is, werkt. We zijn met
dit Bijbelgedeelte in de tijd van Pasen. En in de Paasnacht heeft God het licht gemaakt. In de
morgen de zon doen opgaan. In de donkerste duisternis laat hij het volk overwinnen. Brengt het
bevrijding en verlossing. Denk aan de uittocht uit Egypte. En - later - aan de redding van Jezus uit
de dood.
Je merkt, dat het gesprek niet soepel verloopt. Er is soort van kortsluiting. Net als in Johannes 4 bij
het gesprek van Jezus met de Samaritaanse vrouw. Daar gaat het om de betekenis van water - water
als H2O of water als symbool van het leven, dat Jezus wil schenken. Hier gaat het om geboorte. En
ook daarbij kun je langs elkaar heen praten. 3 Jezus zei: ‘Waarachtig, ik verzeker u: alleen wie
opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien.’ Opnieuw geboren worden. Dat kan toch
niet? Terug de baarmoeder in? Kom op zeg!
Jezus geeft aan, dat het kan door de werking van de Geest. De Geest maakt ons tot kinderen van
God die ‘Abba!’ zeggen. En hoe dat gebeurt is niet uit te leggen; te verklaren. “8 De wind waait
waarheen hij wil; je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen
gaat. Zo is het ook met iedereen die uit de Geest geboren is.”
Jezus legt uit, dat ieder die gelooft opnieuw geboren moet worden. Niet letterlijk, maar figuurlijk.
Om dichtbij God te komen, om Gods Koninkrijk binnen te gaan, moet je opnieuw geboren worden
uit de Geest. Geboren worden uit de Geest betekent onherroepelijk, dat je leven verandert. Je kunt
dan niet anders dan de Geest volgen, je wordt gestuurd op wegen die je zelf niet kunt bedenken, je
waait waarheen de Geest wil.
5
Nikodemus vat het 'opnieuw' geboren worden letterlijk op. Maar het gaat dus ook om de geboorte
door de Geest. Tijdens het Pesach (2,23) heeft Jezus mensen tot geloof in zijn naam zien komen,
maar zo zegt Johannes daarover: Jezus gelooft niet in hen (vers 24). Jezus kijkt verder dan de
wonderdaden, waarop mensen af komen. Er moet in de mens zelf iets veranderen. En dat is een
proces, dat van binnen uit gebeurt, maar dat veelzeggend bij Johannes 'geboorte van boven' heet. In
de NBV wordt dat steeds vertaald met opnieuw geboren, maar het van boven uit geboren worden is
een uitdrukking die typisch is voor Johannes. Je moet dus geboren worden met de Geest van
Omhoog, met de kracht van Boven.
Iemand als ons gemeentelid Sjaak Roskam heeft dat goed in de gaten. Sinds ik hem ken, is zijn
wens naar mij en mijn vrouw als voorgangers naar de diensten van zondag toe altijd: “Ik wens je
veel kracht van Boven toe! En Martha ook!” In zijn goede tijd belde hij ons er ook voor op, eind
van de week: “Kracht van Boven!” En soms wel een paar keer. Dat was om het ons goed in te
prenten - hoewel: een beetje dwangmatigheid speelde ook een rol. Je hebt de kracht van Boven
nodig om op een goede manier een dienst te leiden. Maar ook om gewoon te leven op een manier
die God graag ziet. Zo’n wens is niet alleen voor voorgangers. Ook voor u, met alles wat er gaande
is in uw leven: “Veel kracht van Boven!”
Dat maakt je tot andere mensen. Dat doet je veranderen. Als zo de wind van de Geest opsteekt, dan
gaat het de goede kant met je op. Als je zo luistert naar de wind, dan wordt je opnieuw geboren.
Geboren van Boven.
Ik heb zelf dat ook ervaren, nog niet zo heel lang geleden op een bepaalde manier. Ik leg dat zo
meteen uit, maar eerst nog even dit: Geboren worden van boven is voor sommige mensen hét
ijkpunt van christen zijn. Zeker in meer evangelische hoek. Dan ben je een wedergeboren christen.
Met liefst datum, tijd en situatie waarin dat gebeurde. En het is iets definitiefs, voor vast.
Maar het kan ook een doorlopende verandering zijn. Iets dat je vaker meemaakt. En het leidt dan tot
verandering, tot verdieping. Je wordt opgefrist.
Mijn voorbeeld dan.
Het gebeurt nog wel eens, dat je mensen ontmoet die je vragen hoe het met jou en de met de
gemeente gaat. Dat kunnen ook gemeenteleden zijn die je niet meer zo vaak ziet. Niet in de kerk;
niet bij andere activiteiten. En toch kun je dan soms gave ontmoetingen hebben. Zo ging het ook in
dit voorbeeld.
We kwamen elkaar tegen op de Benschopperstraat. En raakten aan de praat. “Hoe gaat het met jou
en met de kerk?”
Zoals ik zo vaak had gedaan zei ik, dat het met mij wel goed ging. Even afgezien hoe het dan met
de ogen is. En over onze gemeente zei ik dan, dat het langzaam maar zeker terugloopt: minder
mensen in de kerk. Minder mensen bij activiteiten - als deelnemer, als vrijwilliger. En dat je daar
soms wel eens over in gesprek raakt met die mensen. Want inderdaad: je vraagt het mensen dan wel
eens. We vragen het mensen nu standaard, meest per mail, als ze zich uit laten schrijven. Je krijgt
niet altijd de kans om het persoonlijk te doen. “Hoe komt het, dat je niet meer zo meeleeft? Is er
iets dat wij als kerk verkeerd doen? Heb ik zelf als voorganger dingen fout gedaan, waardoor je
langzaam maar zeker afhaakt?” En eigenlijk was altijd het antwoord: “Nee, jij als dominee, jullie
als gemeente hebben niks fout gedaan. Het ligt aan onze eigen ontwikkeling.” En als ik nu
terugdenk, dan gaf zo’n antwoord ook wel een goed gevoel. Wat je doet, is dan toch goed, blijkbaar.
Maar het sust je als het ware toch in slaap. Zo zeg ik achteraf.
Want mijn gesprekspartner op straat zei: "De gemeente heeft / jij als dominee hebt misschien dan
niks fout gedaan. Maar jullie hadden wel dingen anders kunnen doen." En daar bleef het bij. We
namen afscheid en ik liep door voor mijn boodschappenrondje bij slager, kaashuis en groenteboer.
Maar het gesprek liet me deze keer niet los. Niks fout. Oké. Maar wel: anders. Ik zeg eerlijk, dat ik
daar dan toch niet zo attent op ben geweest. Misschien kun je zeggen, dat er ook een soort langs
elkaar heen praten in die mails en gesprekken zat en zit. Iets niet fout doen, betekent nog niet, dat je
geen andere dingen moet / kan doen. Dat je niet nagaat bij jezelf en als gemeente: “Waarom haken
mensen af? Wat zeggen ze als ze aangeven, dat het met hun eigen proces te maken heeft? Kun je
6
daar dan niet tóch iets mee? Zijn er mogelijkheden om mensen in die eigen ontwikkelingen van
dienst te zijn?”
En ik besloot een persoonlijk bericht te sturen via Facebook. “Ons gesprekje op straat is nog
blijven hangen bij mij. Je zei: "De gemeente / de dominee heeft misschien dan niks fout gedaan.
Maar had wel dingen anders kunnen doen." Heb je voorbeelden of tips?”
En later kreeg ik o.a. dit als antwoord: “Ja ik denk, dat in mijn ogen het straffe vasthouden aan
psalmen en gezangen ook anders kan. Liedjes van nu met een boodschap van toen en nu. Kijk naar
het tv programma met Pasen. Gebruik meer de moderne hulpmiddelen. En bedenk met elkaar: wie
is onze doelgroep...hoe bereiken we die?? Ga naar mensen toe geef praktische hulp....een luisterend
oor. Zet de deuren van de kerk dagelijks open. 10 uur op zondag is niet van deze tijd in mijn
beleving. Wees weer facilitair en bedenk en vraag: wat heb je nodig...hoe kunnen wij helpen.”
Nu, dat betekent in elk geval ook anders kijken, anders vragen, anders luisteren. Dat is toch ook iets
van je laten veranderen door die kracht van Boven. Je laten opfrissen door een andere wind toe te
laten. Niet dat het oude en vertrouwde dan maar allemaal weg moet. Maar je zult je toch moeten
openstellen voor ook andere en nieuwe mogelijkheden.
Zo zijn we bijvoorbeeld met die Top 2000 viering aan de gang gegaan. En hebben we die tussen
Kerst en de jaarwisseling gehouden. Dat gemeentelid zat voor in de dienst. En na afloop kreeg ik dit
bericht: “Hoi Peter, Super bedankt voor deze dienst. Ik werd er blij van. Mooi de bijdrage van
iedereen. Mooi gekozen nummers en tekst gaf echt mooie boodschap mee. Dank aan iedereen.”
Het is de kracht van Boven die je doet veranderen. Zo ervaar ik het tenminste. Het is werk van de
Geest. Daarom: Luister naar de wind! Daar doe je goed aan; dat maakt je tot een wijs mens. In je
persoonlijke leven, maar ook in het lid zijn van de gemeente.
Ik eindig met een tekst is van Henk Herstel: Gedrevenen
Waar komt de wind vandaan?
Waar gaat de wind naartoe?
Luister naar de bomen,
kijk naar de wolken.
Wie verandert zijn richting,
wie legt hem het zwijgen op,
wie wakkert hem aan?
De wind zucht, suist, loeit,
schudt en rukt.
Vogels laten zich opstuwen.
De wind verfrist, duwt, verzet zich.
De wind brengt adem
van mens naar mens.
Mensen die leven van de wind
laten zich drijven, zetten anderen
in beweging, zuchten, bidden,
protesteren, schreeuwen, worden stil.
En mensen veranderen, worden sterk,
dragen anderen, zeggen het voort,
brengen verfrissing, geven warmte,
komen, gaan en komen opnieuw,
onverwacht, steeds weer anders.
Zo zijn mensen die leven als de wind.
Amen.
Muzikaal meditatief moment
7
Gemeentezang: Lied 377
DIENST VAN DE TAFEL VAN DE HEER
Gebeden: dankgebed – voorbeden – stil gebed
Nodiging:
De Heer heeft zijn tafel klaargemaakt voor wie Hem belijden en van harte liefhebben.
Als dienaren van de Heer mogen wij u uitnodigen om dankbaar en gelovig in te stemmen met de
gemeenschap met God en met elkaar.
Iedereen die hier aangesproken wordt is welkom.
Delen van de bloemengroeten
Inzameling van de gaven
De kinderen en jongeren van de nevendiensten komen bij ons onder orgelspel van Lied 20 uit Alles wordt nieuw I
Aandacht voor de kinderen rondom gebaren voor nemen, zegenen, breken en delen. Een eentje voor
ontvangen.
Zingen van een geloofsbelijdenis (staande): Lied 344
V: Vrede met u en jullie allen!
Kind 1: Vrede ook voor u. Ik wil u wat vragen: Waar bent u nu mee bezig? Waar denkt u aan?
V: Ik denk aan God die gezegd heeft:
Lied 24:3 (uit Met andere woorden):
Ik zal er zijn voor jou,
een schaduw aan je zij.
Ik zal er zijn voor jou,
Ik ben er altijd bij.
Kind 2: Dat zeg je alleen tegen elkaar als je heel goede vrienden bent en als je elkaar heel goed
kent.
V.: Zo is het ook: God houdt van de mensen als zijn vrienden. Dat merken we aan die oude
verhalen van Abraham en Mozes, maar vooral aan het verhaal van Jezus
8
Kind 1: Jezus - ja, die is ook echt een vriend van de mensen: steeds weer hielp hij de mensen, Hij
zocht ze op, praatte met ze, gaf ze te eten, raakte ze aan - eigenlijk deed hij precies wat God wilde!
V: Precies: een man naar Gods hart noemen we hem daarom, kind van God, teken van hoop,
vredestichter, de eerste van een nieuw begin! Hij leefde niet voor zichzelf, zocht niet zijn eigen belang, maar wilde laten zien: zo ziet de wereld eruit als God koning is - voorgoed!
Kind 2: Maar waar is hij nu, die mensenvriend? En waarom staan wij hier achter de tafel met brood
en wijn?
V: Hij is terug bij zijn vader in de hemel, terug naar waar hij vandaan kwam. Veel mensen vonden
hem lastig en hebben hem overgeleverd aan mensen die toen de baas waren; die hebben hem
gedood. Maar op de laatste avond van zijn leven, zat hij met zijn vrienden rond de tafel, net als wij
nu, en toen nam hij het brood, brak het en deelde het uit en zei: Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, want dit is mijn lichaam voor jullie: zo ben ik voor jullie gebroken maar niet dood. Blijf dit
doen en je zult het merken:
Vers 4:
Ik zal er zijn voor jou,
Ik laat je niet alleen.
Ik zal er zijn voor jou,
mijn licht straalt om je heen.
V: Daarna nam hij een beker wijn, liet die rond gaan en zei: drink allemaal uit deze beker en voel
mijn leven; dit is een nieuw verbond:
Vers 2:
Ik zal er zijn voor jou
met wijn, een stukje brood.
Ik zal er zijn voor jou,
mijn liefde is zo groot.
Kind 2: Dat zijn echt woorden om nooit te vergeten! En toen - was toen alles voorbij?
V: Toen kwam de nacht en hij werd gedood, maar er was 's morgens een vreemd licht en het graf
was leeg. En vanaf die dag zeiden de mensen: Hij leeft in ons en bij ons. En elke keer als we het
brood breken en delen, voelen we: Hij is erbij, we geven Hem door, nee: samen worden we Jezus,
en doen we hetzelfde als hij: steeds weer de mensen helpen, ver weg en dichtbij, ze opzoeken, met
ze praten, ze te eten geven, ze aanraken - eigenlijk precies alle dingen die God bedoelt! Zo worden
we nieuwe mensen misschien nog maar een beetje - maar het gaat door! Zo kunnen alle mensen
voelen wat God bedoelt:
Vers 1:
Ik zal er zijn voor jou,
zo heeft de Heer gezegd,
Ik zal er zijn voor jou,
met vrede en met recht!
V: Zo verkondigen we de dood van de Heer totdat hij komt!
Allen: Zijn dood gedenken wij,
Zijn opstanding belijden wij,
Zijn toekomst verwachten wij.
Maranatha!
9
O Heer, kom!
We bidden het Onze Vader
We wensen elkaar de vrede van Christus toe
Uitdelingswoorden:
Het brood,
dat wij breken en
aan elkaar geven,
vertelt ons,
dat Jezus zó voor ons gebroken is en
zich aan ons gegeven heeft
voor vergeving van zonde.
Neem en eet!
De beker met wijn daarmee belijden we
onze vreugde en dankbaarheid,
omdat Jezus zijn bloed vergoten heeft
tot vergeving van onze zonde.
Neem en drink!
Gemeenschap van brood en beker (In de tinnen beker zit druivensap).
Tijdens de gemeenschap luisteren we naar orgelspel
Dankgebed
Lieve Heer,
dank U wel voor uw woorden, voor brood en beker.
Dank U wel voor onze gemeenschap met U en met elkaar.
Laat uw woord voedzaam zijn als brood
en uw liefde ons doorgloeien als wijn,
dat wij vol zijn van U en open staan voor elkaar.
Geef ons daarom uw Geest!
Ook als we van hier gaan.
Amen.
Wie dat wil kan de kinderen uit de crèche halen
AAN HET EINDE
Gemeentezang (staande) slotlied: Lied 704:1 en 3
1. Dank, dank nu allen God
met hart en mond en handen,
die grote dingen doet
hier en in alle landen,
die ons van kindsbeen aan,
ja, van de moederschoot,
zijn vaderlijke hand
10
en trouwe liefde bood.
3. Lof, eer en prijs zij God
die troont in ’t licht daarboven.
Hem, Vader, Zoon en Geest
moet heel de schepping loven.
Van Hem, de ene Heer,
gaf het verleden blijk,
het heden zingt zijn eer,
de toekomst is zijn rijk.
Wegzending door een jongere:
Nu wij vertrekken, vragen wij God:
Ga ook vandaag met ons mee.
Leer ons te horen, leer ons te zien
zodat wij meer gaan begrijpen.
Dat is goed.
Zegen:
Dat God ons zegent.
God die ons zegt: Ik zal er zijn voor jou!
Dat wij elkaar zegenen
en dat wij delen van deze zegen
tot een zegen voor allen en alles;
uw Schepping, een aarde waar vrede kan wonen.
God Drie-enig zegent ons!
Gemeentezang: Lied 431c
Inzameling van de gaven bij de uitgang
Download