Gods beloften vervuld toekomst verwachting volgens leerplan protestants evangelische godsdienst 2A periode 2 1. waar gaan wij naar toe? In de donkere dagen voor Kerst zijn velen bezig met het gezellig te maken in huis, zich voor te bereiden op een maaltijd met de familie, enz. Maar de periode voor kerst is ook dat we bezig zijn met het thema licht en donker. We vragen ons af waar wij met deze wereld naar toe gaan en als we een kaars aansteken, geven we uiting aan ons verlangen dat het toch beter zal worden in de wereld. de voorpagina van dit lesprogramma heeft een donkere en een lichte kant. Beschrijf op het lichte gedeelte wat jou hoop geeft en op het donkere gedeelte wat jij bedreigend vindt in deze wereld. Wat zijn de grote wereldproblemen van deze tijd? Nu heb je in de wereld optimisten en pessimisten. * Zou jij jezelf als een optimist of als een pessimist willen omschrijven? Waarom? * In welk opzicht gaat de wereld achteruit en in welk opzicht vooruit? ......................................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................................... ........................................................................................................................................................................ ......................................................................................................................................................................... * Welke ontwikkelingen zijn er in de wereld te verwachten? ......................................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................................... ......................................................................................................................................................................... * Wat is jouw persoonlijke toekomstverwachting? Geef een cijfer. Ik zal slagen voor mijn middelbare school later vind ik een baan die me bevalt PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 1 ik ga later trouwen ik woon later in een eigen huis ik wordt een gelukkig mens gemiddeld: 2. verwachtingen in de tijd van Jezus Het zag er niet zo rooskleurig uit voor Israël in de tijd van Jezus. Al eeuwenlang was Israël niet meer een zelfstandig rijk. Soms waren de machthebbers welgezind ten opzichte van het joodse geloof, maar soms ook niet. En datzelfde geld voor de joden. Sommigen pasten zich aan in de nieuwe omstandigheden. Anderen vonden dat je trouw moest blijven aan het overgeleverde geloof. Er waren dus verschillende partijen, zoals je nu ook verschillende richtingen hebt in het protestantisme. Bekijk de teksten over de verschillende stromingen ten tijde van Jezus en schrijf kort op wat kenmerkend is voor deze stromingen farizeeërs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ....................................................... ....................................................... Sadduceeërs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ....................................................... essenen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ....................................................... ....................................................... Het is niet volledig bekend hoe deze groeperingen dachten over de toekomst van God. Over de Essenen weten wij het meeste door de vondsten van Qumram. Ze hadden een sterke verwachting van de komst van Gods Koninkrijk en waren geïnteresseerd in apocalyptiek. Bij de PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 ……………………………………. ....................................................................... ...................................................................... 2 Sadduceeën speelde de verwachting het minste een rol. Nog niet genoemd is de groepering van de Zeloten (letterlijk ‘activisten’); zij hoopten door een gewapende opstand het volk een betere toekomst te geven. In de apocalyptiek heeft men een pessimistische visie op de geschiedenis. De wereld gaat niet vooruit, maar achteruit. Er zullen steeds meer rampen en oorlogen zijn en dan zal het einde van de wereld aanbreken en komt Gods Koninkrijk. In de Bijbel vinden we op verschillende plaatsen apocalyptische verwachtingen (Jesaja 24-27, Ezechiel 38, Daniel, Zacheria 12-14). Jezus sprak ook over het einde van de wereld (Marc 13) en het boek Openbaring (in het Grieks apocalupsis) is geheel aan het thema gewijd. Hoewel het vaak voorgekomen is in de geschiedenis dat voorspellingen niet uitkwamen, komt de apocalyptiek steeds in een andere gedaante weer op. Gods beloften vervuld Door de moeilijkheden waar de Israëlieten in leefden waren velen bezig met de verwachting van de Messias en de komst van Gods Koninkrijk. Matteüs gelooft dat door de komst van Jezus profetieën zijn vervuld: * Geef met een fluorstift aan welke gedeelten specifiek over vervulling spreken. Geef aan naar welke tekst in het O.T. wordt verwezen. 118 De afkomst van Jezus Christus was als volgt. Toen zijn moeder Maria al was uitgehuwelijkt aan Jozef maar nog niet bij hem woonde, bleek ze zwanger te zijn door de heilige Geest. 19 Haar man Jozef, die een rechtschapen mens was, wilde haar niet in opspraak brengen en dacht erover haar in het geheim te verstoten. 20 Toen hij dit overwoog, verscheen hem in een droom een engel van de Heer. De engel zei: ‘Jozef, zoon van David, wees niet bang je vrouw Maria bij je te nemen, want het kind dat ze draagt is verwekt door de heilige Geest. 21 Ze zal een zoon baren. Geef hem de naam Jezus, want hij zal zijn volk bevrijden van hun zonden.’ 22 Dit alles is gebeurd opdat in vervulling zou gaan wat bij monde van de profeet door de Heer is gezegd: 23 ‘De maagd zal zwanger zijn en een zoon baren, en men zal hem de naam Immanuël geven,’ wat in onze taal betekent ‘God met ons’. 24 Jozef werd wakker en deed wat de engel van de Heer hem had opgedragen: hij nam haar bij zich als zijn vrouw, 25 maar hij had geen gemeenschap met haar voordat ze haar zoon gebaard had. En hij gaf hem de naam Jezus. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. 2 1 Toen Jezus geboren was in Betlehem in Judea, tijdens de regering van Herodes, kwamen er magiërs uit het Oosten in Jeruzalem aan. 2 Ze vroegen: ‘Waar is de pasgeboren koning van de Joden? Wij hebben namelijk zijn ster zien opgaan en zijn gekomen om hem eer te bewijzen.’ 3 Koning Herodes schrok hevig toen hij dit hoorde, en heel Jeruzalem met hem. 4 Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk samen om aan hen te vragen waar de messias geboren zou worden. 5 ‘In Betlehem in PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. 3 Judea,’ zeiden ze tegen hem, ‘want zo staat het geschreven weten wanneer de ster zichtbaar geworden was, 8 en stuurde hen vervolgens naar Betlehem met de woorden: ‘Stel een nauwkeurig onderzoek in naar het kind. Stuur mij bericht zodra u het gevonden hebt, zodat ook ik erheen kan gaan om het eer te bewijzen.’ 9 Nadat ze geluisterd hadden naar wat de koning hun opdroeg, gingen ze op weg, en nu ging de ster die ze hadden zien opgaan voor hen uit, totdat hij stil bleef staan boven de plaats waar het kind was. 10 Toen ze dat zagen, werden ze vervuld van diepe vreugde. 11 Ze gingen het huis binnen en vonden het kind met Maria, zijn moeder. Ze wierpen zich neer om het eer te bewijzen. Daarna openden ze hun kistjes met kostbaarheden en boden het kind geschenken aan: goud en wierook en mirre. 12 Nadat ze in een droom waren gewaarschuwd om niet naar Herodes terug te gaan, reisden ze via een andere route terug naar hun land. 13 Kort nadat zij op die manier de wijk genomen hadden, verscheen er aan Jozef in een droom een engel van de Heer. Hij zei: ‘Sta op en vlucht met het kind en zijn moeder naar Egypte. Blijf daar tot ik je weer roep, want Herodes is naar het kind op zoek en wil het ombrengen.’ 14 Jozef stond op en week nog diezelfde nacht met het kind en zijn moeder uit naar Egypte. 15 Daar bleef hij tot de dood van Herodes, en zo ging in vervulling wat bij monde van de profeet door de Heer is gezegd: ‘Uit Egypte heb ik mijn zoon geroepen.’ 16 Toen Herodes begreep dat hij door de magiërs misleid was, werd hij verschrikkelijk kwaad, en afgaande op het tijdstip dat hij van de magiërs had gehoord, gaf hij opdracht om in Betlehem en de wijde omgeving alle jongetjes van twee jaar en jonger om te brengen. 17 Zo ging in vervulling wat gezegd is door de profeet Jeremia: 18 ‘Er klonk een stem in Rama, luid wenend en klagend. Rachel beweende haar kinderen en wilde niet worden getroost, want ze zijn er niet meer.’ 19 Nadat Herodes gestorven was, verscheen er in een droom aan Jozef in Egypte een engel van de Heer. 20 De engel zei: ‘Sta op, ga met het kind en zijn moeder naar Israël. Want zij die het kind om het leven wilden brengen, zijn gestorven.’ 21 Jozef stond op en vertrok met het kind en zijn moeder naar Israël. 22 Maar toen hij daar hoorde dat Archelaüs zijn vader Herodes had opgevolgd als koning over Judea, durfde hij niet verder te reizen. Na aanwijzingen in een droom week hij uit naar Galilea. 23 Hij ging wonen in de stad Nazaret, en zo ging in vervulling wat gezegd is door de profeten: ‘Hij zal Nazoreeër genoemd worden.’ PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................................. .................................................................................. 4 Wij als christenen geloven dat Jezus de vervulling is van de beloften die in het O.T. zijn uitgesproken. Toch zijn de joden van die tijd niet allemaal tot geloof gekomen. Als je tegenwoordig met joden spreekt over het geloof in Jezus, dan zegt men: waar is dat Godsrijk dan? Ze hebben hier voor een gedeelte gelijk in. Het vrederijk waarvan de profeten spraken is nog niet gekomen. Jezus heeft zijn volk niet bevrijd van de vijandelijke bezetting. Ook in het N.T. komen we tegen dat men dit van Jezus verwacht (Lucas 1:51-53,71). Met de komst van Jezus en het ontstaan van de kerk zijn dus niet al Gods beloften vervuld. We geloven als kerk dat bij de Voleinding alle dingen hersteld zullen worden. feest van licht en donker Het Kerstfeest is een van de belangrijkste christelijke feesten. Niemand weet op welke datum Jezus precies geboren is, maar wij vieren die dag op 25 december. Deze datum kwam goed uit, want men had in het oude Europa al een feest van licht en donker: het zonnewende feest. Zoals vaker heeft de toenmalige kerk de gebruiken overgenomen en aan sommige van die gebruiken een christelijke betekenis gegeven. * Schrijf met een paar kernwoorden aan hoe jij gewend bent Kerstfeest te vieren. Welke gebruiken hebben een christelijke oorsprong? Welke gebruiken met kerst hebben geen christelijke oorsprong? * Sommige kerken doen met Kerst iets speciaals voor minder bedeelden. Kun je daar een voorbeeld van bedenken? Doet men in jullie kerk iets bijzonders met Kerst? De bijbelse verhalen van kerst zijn overbekend. Toch zijn er velen die de versie van Matteüs en Lucas door elkaar halen. Een extra reden om de grote lijn eens op een rij te zetten. PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 5 Matteüs Lucas herhalingsvragen Geef een aantal wereldproblemen weer. In welk opzicht gaat de wereld vooruit? In welk opzicht achteruit? Wat betekent het woord apocalyptiek? Welke teksten ziet Matteüs met de komst van Jezus vervuld? Geef een paar voorbeelden. Welke vier stromingen waren er in de tijd van Jezus? Welke verhalen van kerst komen uit Lucas en welke uit Matteüs? PEGO periode 2A.2 jv versie 2008 6