Juni 2012 Voor gerechtvaardigd vertrouwen in verantwoorde zorg www.igz.nl De bestuurlijke boete Wet uitbreiding bestuurlijke handhaving volksgezondheidswetgeving De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) bevordert de volksgezondheid door effectieve handhaving van de kwaliteit van zorg, preventie en medische producten. Het toezichtveld van de IGZ bestaat uit ongeveer 40.000 instellingen en bedrijven, waar zo’n 1.3 miljoen personen werken. Als aanbieders van zorg en medische producten uit dit toezichtveld zich niet aan bepaalde wetten houden, kunnen zij een bestuurlijke boete krijgen. In deze brochure vindt u algemene informatie over de boete. Wet uitbreiding bestuurlijke handhaving volksgezondheidswetgeving De bestuurlijke boete Wet uitbreiding bestuurlijke handhaving volksgezondheidswetgeving (WUBHV) is een bestuursrechtelijk handhavinginstrument, dat de IGZ in specifieke situaties kan inzetten. In de WUBHV staat voor welke overtredingen de inspectie een boete op kan leggen en de hoogte van de boete per overtreding. Overtreding van wetten De IGZ kan een bestuurlijke boete opleggen bij overtreding van de volgende wetten: de Kwaliteitswet zorginstellingen, de Opiumwet, de Wet afbreking zwangerschap, de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg,, de Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen, de Wet inzake bloedvoorziening, de Wet klachtrecht cliëntensector, de Wet medische hulpmiddelen, de Wet veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal, en de Geneesmiddelenwet. Beleidsregels De IGZ heeft beleidsregels opgesteld die door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) zijn vastgesteld. In deze beleidsregels staat welke overtredingen wel of niet direct beboetbaar zijn. Bij de tweede herhaling van een beboetbare overtreding (binnen twee jaar) kan de IGZ overgaan tot strafrechtelijke vervolging. Economische delicten Sommige overtredingen zijn economische delicten, zoals het handelen in niet geneesmiddelen zonder handelvergunning. Bij economische delicten kan de inspectie het Openbaar Ministerie inschakelen. De bestuurlijke boete 1 De beleidsregels staan op de website van de IGZ: http://www.igz.nl/onderwerpen/handhavingsinstrumenten/maatregelen/bestuurlijke_boete/index.aspx. Direct beboetbaar: geen waarschuwing en direct een boete Voor sommige beboetbare feiten geldt een lik-op-stuk beleid. Voorbeelden: – Reclame: De inspectie legt direct een boete op aan een farmaceutisch bedrijf dat reclame maakt voor geneesmiddelen. – Titelmisbruik met verzwarende omstandigheden: De inspectie legt direct een boete op aan bijvoorbeeld een zorgverlener met een vals opleidingscertificaat. – Te laat melden van calamiteiten: aanbieders van zorg en medische producten zijn verplicht om calamiteiten te melden bij de IGZ. Wanneer een incident heeft geleid tot het overlijden van- of ernstige schadelijke gevolgen heeft voor de patiënt/cliënt, spreken we over een calamiteit. De aanbieder moet binnen 6 weken zelf onderzoek doen naar de calamiteit. De aanbieder moet het resultaat van het onderzoek binnen die 6 weken, of onverwijld binnen 3 werkdagen na deze 6 weken bij de IGZ melden. − aanleiding van reclame. In dat geval kunt u een voornemen tot boeteoplegging en een boeterapport ontvangen zonder dat een inspecteur u heeft bezocht. Uiteraard krijgt u wel de gelegenheid uw zienswijze bekend te maken. De inspectie beoordeelt uw zienswijze en bepaalt of het voornemen tot boeteoplegging moet worden gewijzigd. De Inspecteur-generaal voor de Gezondheidszorg stelt de boeteoplegging vast met een beschikking, die het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) u toestuurt. In de wet staat het maximale boetebedrag voor iedere overtreding aangegeven. Per overtreding wordt gekeken naar criteria als ernst, verwijtbaarheid, de grootte van het bedrijf en bijzondere omstandigheden voor het bepalen van de hoogte van het boetebedrag. Als een overtreder binnen twee jaar na een opgelegde boete dezelfde overtreding pleegt, verdubbelt of verdrievoudigt (bij reclameregels geneesmiddelen) het bedrag. Niet direct beboetbaar: eerst een waarschuwing Bij een niet direct beboetbare overtreding wordt eerst gewaarschuwd. Voorbeelden: – Titelmisbruik: Een tandarts die de titel orthodontist voert, maar niet als zodanig in het BIG register geregistreerd staat krijgt een waarschuwing. Als de betrokkene niets doet met de waarschuwing, dan volgt er alsnog een boete. – Geneesmiddelen: De inspectie kan een waarschuwing opleggen als de bereiding van geneesmiddelen niet volgens de voorschriften gebeurt. − − − − De praktijk Een inspecteur bezoekt u, uw instelling of uw bedrijf voor een inspectie. Als de inspecteur vaststelt dat u, uw instelling of uw bedrijf de wet overtreedt en het een overtreding is waarop een bestuurlijke boete staat, krijgt u óf een waarschuwing óf kondigt hij een boeterapport aan. U krijgt de gelegenheid om een verklaring af te leggen, maar bent niet verplicht om dat te doen. Als de inspecteur een boeterapport heeft opgesteld, ontvangt u een voornemen tot boeteoplegging waarin de boete wordt aangekondigd. Het voornemen tot boeteoplegging vermeldt ook de overtreding(en), de hoogte van de bijbehorende boete(s) en hoe u uw reactie op het voornemen tot boeteoplegging (zienswijze) bekend kunt maken. Met het voornemen tot boeteoplegging ontvangt u ook het boeterapport. U hebt twee weken de tijd om uw zienswijze bekend te maken. De inspectie kan ook een boeterapport opmaken na inspectie van een website of naar 2 Inspectie voor de Gezondheidszorg Hoogte van de boete Betaling Voor de betaling van de boete krijgt u een acceptgiro van het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB). Het geld moet voor de vervaldatum (binnen zes weken na dagtekening van de boetebeschikking) zijn bijgeschreven op de rekening van het CJIB. Houdt u rekening met de verwerkingstijd bij bank of giro. Als volledige betaling achterwege blijft, schakelt het CJIB op uw kosten een gerechtsdeurwaarder in. Rechtsbescherming Voordat de boete werd opgelegd, hebt u de gelegenheid gehad een verklaring af te leggen en/of uw zienswijze bekend te maken. Als u het daarna niet eens bent met de oplegging van een bestuurlijke boete, dan kunt u volgens de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken tegen de boetebeschikking van de inspectie bij de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Daarna kunt u zo nodig beroep instellen. Het indienen van een bezwaarschrift schort de betalingsverplichting niet op. Bezwaar U kunt binnen zes weken na ontvangst van de boetebeschikking een bezwaarschrift indienen. In uw bezwaarschrift vermeldt u in ieder geval uw naam en adres, de datum waarop u het bezwaarschrift schrijft en de boetebeschikking (nummer, kenmerk en datum) De bestuurlijke boete 3 waartegen u bezwaar maakt. Bij voorkeur stuurt u een kopie van de boetebeschikking mee. U vermeldt de redenen waarom u bezwaar maakt en voorziet uw bezwaarschrift van een handtekening. U stuurt uw bezwaarschrift naar: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, t.a.v. Directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20350, 2500 EJ Den Haag. Beroep Mocht u het na de uitspraak over het bezwaar nog steeds niet eens zijn met de boeteoplegging, dan kunt u daartegen nog in beroep gaan bij de rechtbank in het arrondissement waarin u woont. Meer informatie Meer informatie over de verschillende wetten op grond waarvan de inspectie een bestuurlijke boete kan opleggen en de Algemene wet bestuursrecht of de afzonderlijke beleidsregels, vindt u op http://wetten.overheid.nl. U kunt ook op www.igz.nl kijken voor meer informatie over dit onderwerp. Als u vragen hebt over de inhoud van deze brochure kunt u contact opnemen met het Meldpunt IGZ: Telefoon: 088 120 5000 (lokaal tarief ) Maandag tot en met vrijdag, van 9 tot 17 uur. Als u vragen hebt over een lopend boetetraject, een voornemen tot boeteoplegging of boetebeschikking kunt u contact opnemen met de betreffende inspecteur of de boeteproces-coördinatior. Voor algemene vragen over de betaling kunt u contact opnemen met: Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) te Leeuwarden; afdeling Bestuurlijke Boetes Telefoon: 058 234 2075 4 Inspectie voor de Gezondheidszorg