4 Strafrecht: de opsporing

advertisement
4 STRAFRECHT: DE OPSPORING
VRAGEN blz. 39
1. Alleen de overheid (politie, ME, soldaten) heeft de wettelijke toestemming om in bepaalde
gevallen geweld tegen burgers te gebruiken.
2. Eigen mening leerling.
- Bij misdrijven zijn de straffen hoger en zijn vrijheidsstraffen mogelijk.
- Misdrijven blijven langer geregistreerd staan.
Voor sommige functies word je niet aangenomen als je ooit in aanraking bent geweest met
justitie vanwege een misdrijf.
3. Deze omschrijving is onjuist, want een verdachte is pas schuldig als een rechter dat oordeel in
een rechtszaak heeft uitgesproken.
4. Als je ergens van verdacht wordt:
- heeft de politie meer bevoegdheden zoals fouilleren, arresteren, verhoren, huiszoeking;
Als niet-verdachte kun je door de politie alleen staande worden gehouden.
- hoef je daarna niets meer te zeggen omdat je niet hoeft mee te werken aan je eigen
veroordeling.
Je bent wel verplicht je identiteit bekend te maken en je mag je niet verzetten of vluchten.
Je hebt dan ook recht op een advocaat.
5. Bij staande houden, vraagt de politie naar je identiteit.
Bij aanhouden neemt de politie je mee naar het politiebureau.
6. - Als jullie door de politie ergens van verdacht worden en daar een redelijk vermoeden voor is.
- Als het centrum van Amsterdam door de burgemeester aangewezen is als gebied waar
preventief fouilleren is toegestaan en de officier van justitie toestemming heeft gegeven.
Klassengesprek: moet de overheid de plaatsen voor preventief fouilleren uitbreiden?
7. Nee, met een machtiging tot binnentreding mag de politie alleen iemand in zijn huis
aanhouden.
Voor het meenemen van bewijsmateriaal is ook een huiszoekingsbevel nodig.
8. De officier kan dan snel machtigingen tot binnentreding en huiszoekingsbevelen afgeven zodat er
meteen gezocht kan worden naar bewijsmateriaal.
9. Nee, want het Openbaar Ministerie maakt deel uit van de uitvoerende macht. De onafhankelijke
rechters van de aparte, rechterlijke macht.
10. WORDT NEDERLAND VEILIGER? blz. 40
a. Eigen uitwerking leerling.
Voorbeelden:
Geweldsmisdrijven: mishandeling, diefstal met geweld, bedreiging (met wapen) of verkrachting.
Vermogensmisdrijven: vals geld maken, diefstal, verduistering, bedrog en heling.
Vernieling en Openbare orde: opruiing, huis- en computervredebreuk, deelneming aan een
criminele organisatie, discriminatie, brandstichting, het doen van valse aangifte.
Wegenverkeerswet: rijden onder invloed, rijden met ongeldig rijbewijs, rijden na opgelegd
rijverbod, joyriding, het weigeren van een blaastest, doorrijden na een ongeval.
Wet op Economische Delicten: niet nakomen van wetgeving op het terrein van milieu,
woningbouw, mestwetgeving, opslag van vuurwerk, enzovoort.
b. Vermogensmisdrijven komen het vaakst voor.
Economische delicten komen het minst vaak voor.
c. Delicten gepleegd in het kader van de Wet Wapens en Munitie worden het meest opgehelderd
(95 %). Vermogensmisdrijven worden het minst opgehelderd (9,9 %).
Opvallend is dat juist de vermogensmisdrijven het vaakst geregistreerd worden.
Ophelderingspercentages per categorie:
Geweldsmisdrijven: 59,2 %
Vermogensmisdrijven: 9,9 %
Vernieling en Openbare orde: 15,2 %
Wegenverkeerswet: 48,4 %
Wet op Economische Delicten: 80,2 %
Opiumwet: 94,8 %
Wet Wapens en Munitie: 95 %
d. Toegenomen: het ophelderingspercentage was in 2008 bijna 23 %, in 1995 slechts 17 %.
1995: 209.938 / 1.226.677 keer 100 % = 17,1 %.
2008: 275.880 / 1.214.503 keer 100 % = 22,7 %.
e. Eigen antwoord leerling.
Slachtoffers van vermogensmisdrijven zullen in veel gevallen aangifte doen omdat de
verzekering anders niet uitbetaalt.
Er zijn uiteraard uitzonderingen. Bijvoorbeeld als het om een geringe waarde gaat, maar ook bij
diefstal van een oude of tweedehands fiets.
Bij geweldsmisdrijven kiezen slachtoffers er relatief vaak voor geen aangifte te doen omdat de
daders bekenden zijn en/of vanwege de angst voor represailles van de dader.
f. Eigen uitwerking leerling.
Voorbeeld van antwoorden:
Ja, want:
- er zijn minder misdrijven geregistreerd in 2008 dan in 2005.
- het totale percentage opgehelderde misdrijven is toegenomen.
Nee, want:
- er zijn in 2008 meer geweldsmisdrijven gepleegd dan in 2005.
- de daling van het aantal geregistreerde misdrijven zegt niets; mensen doen steeds minder snel
aangifte (denk aan fietsendiefstal).
11. STRAFBAAR OF NIET? blz. 41
situatie
strafbaar toelichting
ja / nee
Een elektronicawinkel verkoopt een radardetector die waarschuwt voor snelheidscontroles.
Het apparaat helpt bekeuringen te voorkomen.
Ja.
Het gebruik en de verkoop van radardetectors is per 1 januari
2004 verboden.
Iemand die zijn huis wil verkopen zegt tegen een Ja.
Turkse man: “Ik wil mijn huis niet aan u
verkopen omdat buitenlanders in deze buurt erg
worden gediscrimineerd.”
Hier is sprake van discriminatie en dat is bij wet verboden.
Een discotheek weigert een groepje Volendammers de toegang. De reden: eerder hebben
Volendammers voor ernstige overlast gezorgd.
Hier is sprake van discriminatie en dat is bij wet verboden.
Ja.
Een vrouw werkt een halfjaar op een kantoor als Nee.
ze zwanger wordt. Haar werkgever zegt dat hij
geen tijdelijke vervanging kan regelen en haar
zal moeten ontslaan.
Het UWV WERKbedrijf zal echter niet gauw toestemming voor
dit ontslag geven.
Een man heeft een honderd jaar oude eik in zijn
tuin staan. Een nieuwe buurman zaagt ongevraagd alle takken af die over de schutting
steken.
Hier is sprake van burgerlijk recht en niet strafrecht.
Volgens de wet moet de nieuwe buurman zijn buurman eerst
vragen de eik te snoeien. Als dat wordt geweigerd, mag hij de
takken snoeien die over zijn erf hangen. Dit is de enige uitzondering in onze wet op het verbod op eigenrichting.
Nee.
12. TAKEN POLITIE blz. 41
De politie besteedt de meeste tijd aan de ordetaak.
situatie
De politie graveert gratis de postcode in het frame van je fiets.
Agenten komen helpen om de chaos na een popconcert te
voorkomen.
Een politieagente haalt de kat uit het water.
Een arrestatieteam doet een inval in een drugspand.
De politie verzoekt het publiek om informatie over een overval.
taak
opsporingstaak
ordetaak
hulpverlening
opsporingstaak
opsporingstaak
13. MISDRIJF OF NIET? blz. 42
situatie
1. Je rijdt 60 km per uur op een opgevoerde
scooter.
2. Je rijdt dronken op de fiets naar huis.
3. Je veroorzaakt een zwaar verkeersongeval
omdat je geen voorrang gaf.
misdrijf of
overtreding
overtreding
maximumstraf
overtreding
misdrijf
€ 90, -.
4. Je koopt vijf gestolen dvd’s.
5. Een jongetje van tien steelt een zakje drop in de
supermarkt.
misdrijf
misdrijf
6. Een automobilist rijdt een fietser aan en rijdt in
paniek naar huis.
misdrijf
7. Een jongen wordt in de kroeg getreiterd vanwege
zijn uiterlijk en slaat een van de jongens een
bloedneus.
8. Achter een muurtje staat een agent met een
laserpistool de snelheid van scooters te
controleren. Je steekt je middelvinger naar hem
op.
misdrijf
Maximaal € 100, - boete.
Afhankelijk van:
1. Dood als gevolg: max. 3 jaar en/of max.
€ 19.000,- boete.
2. Lichamelijk letsel als gevolg: max. 1 jaar
en/of max. € 7.600,- boete.
Max. 4 jaar en/of € 76.000,- boete.
Het jongetje krijgt geen straf vanwege zijn leeftijd
(jonger dan 12). Was hij ouder geweest, dan
max. 4 jaar en/of € 19.000,- boete.
Max. 6 maanden en/of € 7.600,- boete, tenzij de
automobilist zich binnen twaalf uur bij de politie
meldt.
Max. 2 jaar en/of € 19.000,- boete.
overtreding
Max. vier maanden en/of € 3.800,- boete.
Toelichting: het Wetboek van Strafrecht (WvS) zet in een delictsomschrijving nooit de maximale
geldboete in euro’s, maar in categorieën. Hierbij geldt dat (situatie 1 januari 2010):
- de eerste categorie een maximale boete betreft van € 380,-;
- de tweede categorie een maximale boete betreft van € 3.800,-;
- de derde categorie een maximale boete betreft van € 7.600,-;
- de vierde categorie een maximale boete betreft van € 19.000,-;
- de vijfde categorie een maximale boete betreft van € 76.000,-;
- de zesde categorie een maximale boete betreft van € 760.000.
Download