Arts-patiëntcommunicatie binnen het slechtnieuwsgesprek

advertisement
Arts-patiëntcommunicatie binnen het slechtnieuwsgesprek onderzocht
‘De verbanden die wij proberen aan te tonen klinken intuïtief vrij logisch, maar er is nog weinig
onderzoek gedaan op dit gebied. Dat is toch belangrijk vind ik, want in mijn onderzoek hoop ik aan
te tonen dat een arts met slechts een aantal communicatieve veranderingen veel kan bereiken bij
de patiënt. Namelijk, een afname van emotionele stress tijdens het gesprek en een betere
herinnering van informatie.’ Leonie Visser, werkzaam op de afdeling Medische Psychologie van het
AMC, vertelt over haar promotie-onderzoek naar arts-patiënt communicatie binnen het
oncologisch slechtnieuwsgesprek.
Promovendus en basispsycholoog Leonie Visser is nu ruim over de helft van het in totaal vier jaar
durende door KWF Kankerbestrijding gesubsidieerde onderzoek gericht op het slechtnieuwsgesprek.
Aangezien het ethisch niet verantwoord zou zijn om dit in échte slechtnieuwsgesprekken te
onderzoeken, maakt zij gebruikt van video’s waarin een arts een slechtnieuwsgesprek voert met een
patiënt. Aan deelnemers wordt gevraagd zich zoveel als mogelijk in de patiënt in te leven, alsof zij het
zelf zijn die het slechte nieuws te horen krijgen. Tot nu toe is onderzocht hoe sterk de lichamelijke
stressreacties zijn van deelnemers en hoeveel deelnemers onthouden van de informatie die de arts
in het gesprek vertelt, bijvoorbeeld over behandelingsopties en mogelijke bijwerkingen.
Stress
Visser: ‘Het idee is dat een slechtnieuwsgesprek leidt tot een emotionele reactie, die gepaard gaat
met lichamelijke stressreacties: de bloeddruk en hartslag gaan omhoog en mensen zweten meer. We
hebben twee groepen deelnemers onderzocht: een groep mensen die één tot vijf jaar geleden zelf te
horen kreeg kanker te hebben en een groep mensen die geen ervaring had met kanker. Voor
vervolgonderzoek vinden we het namelijk belangrijk om te zien of er verschillen zijn tussen deze
twee groepen in reactie op de slechtnieuws-video wanneer we hen vragen zich in te leven in de
situatie van de patiënt. Misschien is dit makkelijker voor mensen die zelf kanker hebben of hebben
gehad, maar dat weten we niet. Als het geen meerwaarde heeft om patiënten te vragen, dan kunnen
we er eventueel vanaf zien om hen te belasten’. Alle deelnemers kregen dezelfde video van een
slechtnieuwsgesprek te zien. ‘Wat we al dachten bleek zo te zijn: een dergelijk gesprek leidt tot stress
en lichamelijke reacties. Maar daarbij maakt het niet uit of iemand zelf patiënt is of is geweest, of
niet. In heftigheid verschillen de reacties niet of nauwelijks.’
Onthouden
Uit dit onderzoek blijft dat de deelnemers nadien slechts zo’n vijftig procent van de aanvullende
informatie uit het gesprek kunnen herinneren, waarvan ook nog eens een deel incorrect. Volgens
Visser komt dat omdat de emotionele patiënt vooral aandacht heeft voor het slechte nieuws. Dit
gaat ten koste van wat de arts verder nog vertelt over bijvoorbeeld behandelingsopties en
bijwerkingen. Visser: ‘Ik ben nu bezig met het analyseren van een grote dataset, en daarbij kijk ik
specifiek of we een verband zien tussen de heftigheid van de emotionele reacties en onthouden van
informatie.’
Invloed van de arts
Hoe zou een arts ervoor kunnen zorgen dat patiënten meer informatie onthouden? Dat is precies
wat Visser nog gaat onderzoeken: of een arts tijdens een slechtnieuwsgesprek invloed kan hebben op
de heftigheid van de emotionele reacties en op de hoeveelheid informatie die mensen uit het
gesprek onthouden. ‘We maken daarvoor twee video’s die exact hetzelfde zijn, met dat verschil dat
de arts in de tweede video een aantal dingen extra doet. Dat kan iets zijn wat hij zegt, bijvoorbeeld
door erkenning te geven voor de grote impact die zijn boodschap heeft op de patiënt, of wat hij doet,
bijvoorbeeld door een stilte te laten vallen. De vraag is of die toevoegingen bij onze deelnemers
leiden tot een afname van de emotionele stressreactie en (daardoor) tot een verbeterde herinnering
van informatie. Als dat zo is, dan hebben we aangetoond hoe we arts-patiëntcommunicatie kunnen
verbeteren.’
Communicatie
Visser: ‘Medische communicatie is ontzettend belangrijk. Als die niet optimaal is en de patiënt
bijvoorbeeld niet de benodigde informatie heeft, geeft dat een onzeker gevoel bij de patiënt, en een
onnodig controleverlies omdat die niet weet waar hij aan toe is. Ik denk dat er in Nederland al veel
goed gaat op het gebied van arts-patiëntcommunicatie, nieuwe studenten krijgen bijvoorbeeld veel
meer onderwijs daarover dan vroeger, maar er valt ook zeker nog het een en ander te verbeteren. En
het zou mooi zijn als dit onderzoek daaraan bijdraagt.’
Download