IVF - Wilhelmina Ziekenhuis Assen

advertisement
Informatie voor patiënten
IVF
zz
1
U komt in aanmerking voor een IVF-behandeling. Wij proberen u daarbij
zo goed mogelijk van dienst te zijn.
De fertiliteitskliniek van het Medisch Centrum Wilhelmina (MCW) werkt
nauw samen met het UMCG. U kunt terecht in het MCW voor de planning
van de procedure en de hormoonstimulatiebehandeling, maar de follikelpunctie en de embryo-plaatsing worden in het UMCG gedaan. Daarna
komt u voor de verdere zorg terug in het MCW.
Bij aanmelding voor de behandeling kunt u al een lange weg van hoop en
teleurstelling achter de rug hebben. Ook de IVF-behandeling is complex
en vraagt veel van u, zowel lichamelijk als geestelijk. De verwerking van
wat u meemaakt en de keuzes waar u voor staat, zijn soms zwaar.
Tijdens de behandeling krijgt u te maken met het IVF-team van het MCW
en het UMCG. Dit is een grote groep professionals die bestaat uit IVFartsen, gynaecologen, verpleegkundigen, analisten, embryologen,
secretaresses en medisch maatschappelijk werkers. Het hele team zal
zich inzetten om uw behandeling zo goed en zo prettig mogelijk te laten
verlopen. Misschien hebt u de komende periode behoefte aan begeleidende gesprekken. Onze medisch maatschappelijk werkers bieden u deze
extra ondersteuning graag aan.
In deze brochure vindt u informatie over de IVF-behandeling. We raden u
aan om deze informatie te lezen voordat u voor het intakegesprek komt.
Deze brochure zal niet al uw vragen beantwoorden en roept misschien
juist wel vragen op. Zet uw vragen op papier, dan kunnen we ze tijdens
het eerste gesprek met u bespreken.
2
Wat is IVF?
IVF is de afkorting van ‘in vitro fertilisatie’. De letterlijke vertaling van ‘in vitro
fertilisatie’ is ‘bevruchting in glas’. Meestal wordt het reageerbuisbevruchting
genoemd: de eicel wordt uit het lichaam gehaald en de bevruchting vindt plaats
in het laboratorium. Het embryo dat na de bevruchting ontstaat, wordt in de
baarmoeder geplaatst. Hier kan het zich verder ontwikkelen, net als na een
natuurlijke bevruchting.
Er zijn twee verschillende vormen van IVF-behandeling. De in Nederland meest
toegepaste methode is de zogenaamde hyperstimulatiebehandeling. Hierbij
komen meerdere follikels (eiblaasjes) tot ontwikkeling. In iedere follikel zit één
eicel. In het MCW worden ook IVF-behandelingen in de gemodificeerde
natuurlijke cyclus (MNC-IVF) gedaan. Bij deze vorm van IVF wordt gebruikgemaakt van de ene follikel die maandelijks groeit en is maar heel weinig
stimulatie van de eierstokken nodig.
3
De vier fasen van een IVF-behandeling
1 Stimulatie van de eierstokken
Bij IVF in de gemodificeerde natuurlijk cyclus (MNC-IVF) maken we gebruik
van de ene follikel die maandelijks groeit en krijgt u slechts enkele dagen
hormonen toegediend om de follikel te laten rijpen. Vervolgens wordt er één
embryo in de baarmoeder geplaatst.
Tijdens een hyperstimulatie IVF-behandeling stimuleren we door het toedienen
van hormonen meerdere follikels om tegelijkertijd te rijpen. Hierdoor verkrijgen we meerdere eicellen die bevrucht kunnen worden. Als hieruit meerdere
embryo’s ontstaan, plaatsen we het beste embryo in de baarmoeder. Overgebleven goede embryo’s worden ingevroren en eventueel later teruggeplaatst.
De stimulatiefase duurt gemiddeld tien dagen.
2 Follikelpunctie
Twee dagen na de stimulatiefase vindt een follikelpunctie plaats. De follikels
worden met een naald aangeprikt en vervolgens worden de eicellen uitgezogen. Dit gebeurt via de vagina. In hoeverre een follikelpunctie als pijnlijk wordt
ervaren, is heel wisselend.
3 Laboratoriumfase (samenvoeging zaadcel en eicel)
Enkele uren na de follikelpunctie worden in het laboratorium zaadcellen bij
de eicellen gevoegd. Na twee dagen is onder de microscoop te zien welke
eicellen daadwerkelijk bevrucht zijn. Als een man zaad heeft van mindere
kwaliteit, wordt een zaadcel in de eicel geïnjecteerd om de kans op een
bevruchting te vergroten. In dat geval spreken we van een ICSI-behandeling.
4. Plaatsen van een embryo in de baarmoeder
Als één of meer eicellen zijn bevrucht, worden één of twee embryo’s in de baarmoeder geplaatst. Bij vrouwen tot 38 jaar wordt bij de eerste en tweede behandeling nooit meer dan één embryo geplaatst. Bij vrouwen van 38 jaar en ouder
en bij een derde IVF-behandeling mogen twee embryo's worden geplaatst.
Na het plaatsen van de embryo moet u afwachten of deze zich innestelt en voor
een zwangerschap zorgt. Als uw menstruatie twee weken daarna nog niet is
begonnen, is het tijd voor een zwangerschapstest.
4
Wie komt voor IVF in aanmerking?
Verschillende aandoeningen
Om een aantal redenen kan een IVF-behandeling zinvol zijn: bijvoorbeeld als
uw eileiders zijn afgesloten of ernstig beschadigd, als er sprake is van endometriose of hormonale stoornissen of in het geval van onbegrepen kinderloosheid die al langer dan drie jaar duurt. Ook een sterk verminderde zaadkwaliteit
is vaak een reden voor een IVF-behandeling.
Leeftijd
Of een IVF-behandeling succes heeft, hangt voor een belangrijk deel af van uw
leeftijd. Vrouwen van veertig jaar of ouder komen niet meer voor een behandeling in aanmerking. Voor mannen is de leeftijdsgrens 55 jaar.
Leefwijze
Om deel te kunnen nemen aan een IVF-behandeling, telt ook uw gewicht mee.
Bij vrouwen met een BMI (gewicht gedeeld door lengte in het kwadraat) van
boven de 35 is er een grotere kans op complicaties tijdens een IVF-behandeling
en ook tijdens een eventuele zwangerschap. In dat geval is het van belang eerst
af te vallen. Ook geldt zowel voor mannen als vrouwen dat het belangrijk is om
zeer matig te zijn met alcohol en niet te roken.
Infectieziekten
Voorafgaand aan een IVF-behandeling, worden beide partners getest op
hepatitis B en C, HTLV 1-2 en HIV. Als blijkt dat er een infectie aanwezig is,
wordt beoordeeld of een IVF-behandeling mogelijk is en veilig.
5
Het IVF‐traject
De intake
Kort na uw aanmelding vindt de intake plaats.
Tijdens het intakegesprek informeren we u uitvoerig over de IVF-behandeling.
Als bij u sprake is van overgewicht, roken of regelmatig alcoholgebruik,
bespreken we wat u kunt doen om daar verandering in te brengen. Daarna
stellen we een behandelplan met u op en vragen we u om de toestemmingsverklaring voor de IVF-behandeling te ondertekenen.
Als u verwacht moeite te hebben met het produceren van zaad in het
ziekenhuis, is het verstandig dit al bij de intake te bespreken. We kunnen dan
afspreken om voorafgaand aan de behandeling zaad in te vriezen. U geeft
hiervoor dan schriftelijk toestemming met een ‘Verklaring voor bewaargeving’.
Hierin staan de afspraken over het bewaren van zaad beschreven. Aan het
invriezen en bewaren van zaad zijn kosten verbonden.
Het vooronderzoek
Meestal vindt aansluitend op het intakegesprek een vooronderzoek plaats:
 Bij beide partners wordt bloed afgenomen voor onderzoek naar afweerstoffen
tegen hepatitis B, hepatitis C en HIV en in sommige gevallen HTLV1-2.
 Er wordt een afspraak gemaakt voor een zaadonderzoek in het UMCG om te
bepalen of u in aanmerking komt voor een IVF- of een ICSI-behandeling.(Bij
zaad van mindere kwaliteit wordt ICSI toegepast om de kans op bevruchting
te vergroten. Zie ook pag. 10.)
Afhankelijk van de uitslagen van de verschillende onderzoeken bespreken we
welke mogelijkheden een IVF-behandeling u te bieden heeft. Deze uitslagen
zijn twee jaar geldig.
Als u nog geen foliumzuur gebruikt, is het verstandig om hiermee te starten.
Foliumzuur wordt geadviseerd aan alle vrouwen die zwanger proberen te
worden. Als u bij het begin van de zwangerschap foliumzuur gebruikt, is er
minder kans op een kind met een open ruggetje.
6
In verband met de kwaliteit van uw zaad, is het belangrijk dat u het bij ons
meldt als u twee maanden voor de start van de behandeling of korter een
periode met koorts doormaakt. Omdat hoge koorts invloed kan hebben op de
zaadkwaliteit, onderzoeken we soms een extra zaadmonster voordat wordt
begonnen met de behandeling.
Startgesprek
Ongeveer drie weken nadat u zaad hebt ingeleverd in het UMCG, vindt het
startgesprek plaats. Tijdens dit gesprek ontvangt u:
 recepten voor medicijnen die u moet gaan gebruiken;
 het behandelschema met de datum waarop u moet beginnen of juist moet
stoppen met bepaalde medicijnen;
 eventueel al een afspraak voor de eerste echoscopie.
Voorbehandeling
In verband met de planning van de behandelingen, maar ook om een goede
uitgangssituatie te bereiken voor de eierstokken krijgt u de pil of een tablettenkuur (bijvoorbeeld Primolut-N of Provera) als voorbehandeling.
7
Stimulatie van de eierstokken: hyperstimulatie
Hormooninjecties
Hyperstimulatie heeft tot doel meerdere eicellen te verkrijgen. De hormonen
die voor hyperstimulatie worden gebruikt, kunnen alleen per injectie worden
toegediend. Wij leren u om zelf te spuiten, omdat u gedurende zeven tot
twintig dagen injecties moet krijgen. De injecties zijn eenvoudig toe te dienen.
FSH is het belangrijkste hormoon voor hyperstimulatie. Hoeveel follikels
tegelijkertijd gaan groeien, is mede afhankelijk van de dosis FSH.
Tijdens de stimulatiefase kan het hormoon LH, dat uw lichaam zelf aanmaakt,
storend werken. Om die storingen te voorkomen, krijgt u een GnRH-agonist
voorgeschreven.
De periode waarin u tegelijkertijd FSH en de GnRH-agonist moet spuiten, duurt
acht tot twaalf dagen.
Kort voor de eerste FSH-injecties wordt een vaginale echo gemaakt om te zien
of uw eierstokken en baarmoeder er normaal uitzien. Als dat zo is, kunt u met
de injecties starten volgens het schema dat hebt ontvangen.
Controles
We controleren de hyperstimulatie door een echoscopie te doen en soms met
behulp van bloedonderzoek. Na de startecho is de tweede controle meestal op
de zesde dag van de stimulatie. Daarna worden de controles afgesproken
afhankelijk van de reactie van uw eierstokken. Bij iedere controle schrijft de
gynaecoloog op met welke medicijnen en met welke dosering u door moet
gaan. Mocht u tijdens de behandeling klachten krijgen zoals bloedverlies,
afscheiding of buikpijn, waarschuw ons dan.
Pregnyl
Als bij de controles blijkt dat enkele follikels zijn uitgegroeid tot ongeveer
18 mm doorsnede, krijgt u een Pregnyl-injectie. Hierdoor wordt de eisprong op
gang gebracht. Voordat de eisprong optreedt, wordt een follikelpunctie
uitgevoerd. Dit is 34 t0t 36 uur na de Pregnyl-injectie.
8
Stimulatie van de eierstokken: MNC-behandeling
Voor wie?
In principe wordt aan alle vrouwen onder de 35 jaar met een regelmatige, goede
menstruatiecyclus voorgesteld een IVF-behandeling uit te voeren in de
gemodificeerde natuurlijke cyclus (MNC). Bij een MNC-behandeling wordt
gebruik gemaakt van de ene follikel die in een normale menstruatiecyclus tot
ontwikkeling komt.
Hormooninjecties
Met echoscopisch onderzoek en bloedonderzoek wordt de cyclus vanaf de
menstruatie gevolgd. Wanneer de follikel een afmeting heeft van ongeveer 14
mm, begint u met injecties met een GnRH-antagonist. Dit middel zorgt er voor
dat de LH-waarde niet stijgt, waardoor een spontane eisprong voorkomen
wordt.
De dagen waarop u de GnRH-antagonist gebruikt, spuit u ook FSH. FSH zorgt
er voor dat de follikel ongestoord verder kan groeien.
Zodra de follikel ongeveer 17-18 mm groot is en uw hormoonwaarden gunstig
zijn, wordt een Pregnyl-injectie afgesproken. Pregnyl zet de eisprong in gang.
Net als bij de hyperstimulatiebehandeling plannen we de follikelpunctie 34
tot36 uur na de Pregnyl-injectie.
Vlak voor de follikelpunctie bekijkt de arts uw eierstokken met de echo, om te
zien of de follikel nog aanwezig is. Soms is er dan al een eisprong geweest en
kan de follikelpunctie niet doorgaan.
9
Follikelpunctie
De punctie
Voorafgaand aan de punctie krijgt u een infuusnaald in uw arm om pijnstillende
medicatie te kunnen geven. (Omdat er bij een MNC-behandeling maar één
follikel aangeprikt hoeft te worden, gaat dit meestal zonder verdoving.)
Tijdens de punctie ligt u in een gynaecologische stoel. Uw vagina wordt schoongemaakt met een steriele vloeistof en gaasjes en u krijgt steriele doeken over uw
benen en onderlichaam.
De gynaecoloog brengt de kop van een echoapparaat in de vagina. Daarmee is
het mogelijk de follikels op een monitor in beeld te brengen. Aan de echokop
zit een naaldgeleider, waardoor een dunne naald kan worden bewogen. Met
deze naald prikt de gynaecoloog door de vaginawand in de eierstokken en
worden de follikels één voor één leeggezogen. De eerste prik wordt vaak
ervaren als een ‘stomp in de onderbuik’.
Op de monitor kunt u zelf het verloop van de punctie volgen.
Eicellen
Tijdens de punctie wordt de vloeistof uit de follikels in reageerbuisjes opgevangen. Na de punctie wordt de vloeistof onder een microscoop onderzocht. De
aanwezige eicellen worden overgebracht in een kweekvloeistof. Voordat u weer
naar huis gaat, krijgt u te horen hoeveel eicellen er zijn verkregen.
Naar huis
Meestal bent u ongeveer een uur na de punctie in staat om weer naar huis te
gaan. Vanwege de pijnstillende medicijnen die u hebt gekregen, mag u op de
dag van de follikelpunctie niet zelf autorijden. Mocht u direct na de punctie of
binnen enkele dagen veel bloedverlies, buikpijn, een opgezette buik, koorts of
andere klachten krijgen, neem dan altijd direct contact met ons op!
Zaadproductie
We vragen uw partner om voor of na de punctie zaad te produceren (tenzij is
afgesproken om zaad in te vriezen). Het beste zaad wordt verkregen als er twee
tot vier dagen geen zaadlozing is geweest.
10
Laboratoriumfase
Samenvoegen zaadcellen en eicellen
De eicellen die bij de punctie zijn verkregen, worden in kweekvloeistof overgebracht en in een stoof geplaatst om verder uit te rijpen. In deze stoof worden
de omstandigheden van de baarmoeder zo goed mogelijk nagebootst.
Het zaad wordt in het laboratorium bewerkt waardoor er een concentraat van
goed bewegende zaadcellen ontstaat. Vervolgens worden de zaadcellen bij de
eicellen gebracht.
ICSI
Bij zaad van mindere kwaliteit wordt ICSI toegepast om de kans op bevruchting
van eicellen te vergroten. Voorafgaand aan uw behandeling is met u besproken
of u voor IVF of ICSI in aanmerking komt. Het komt voor dat de zaadkwaliteit
op de dag van de punctie erg verschilt met de kwaliteit van voor de behandeling. Dan wordt met u besproken of ICSI niet alsnog toegepast zal worden. (Bij
ingevroren zaad wordt altijd gekozen voor ICSI.)
Bij ICSI worden geen zaadcellen bij de eicellen gedaan, maar wordt onder de
microscoop met een zeer dun naaldje in iedere eicel één zaadcel naar binnen
gebracht. Daarvoor komen alleen eicellen in aanmerking die rijp genoeg zijn..
Bevrucht?
De ochtend na het samenvoegen van de eicellen en de zaadcellen wordt iedere
eicel bekeken om te zien of deze is bevrucht.
Op de tweede dag na de punctie wordt u ’s ochtends gebeld over de uitslag. U
hoort dan of de bevruchte eicellen zich hebben ontwikkeld tot embryo’s en of
we tot plaatsing in de baarmoeder kunnen overgaan. Als dat zo is, spreken we
met u af hoe laat u hiervoor in het ziekenhuis wordt verwacht.
Soms heeft er geen bevruchting plaats gevonden of zien de embryo’s er zo
slecht uit dat plaatsen in de baarmoeder niet zinvol is. We maken dan een
afspraak met u om deze uitslag te bespreken en te overleggen wat we verder
kunnen doen.
11
Plaatsing van embryo’s (embryo transfer)
Bij het plaatsen van de embryo's in de baarmoeder (embryo transfer) worden
de beste één of twee embryo’s in de baarmoeder geplaatst. Bij vrouwen jonger
dan 38 jaar wordt in de eerste en tweede behandeling nooit meer dan één
embryo geplaatst. Bij vrouwen van 38 jaar en ouder en bij vrouwen in de derde
behandeling mogen één of twee embryo's worden geplaatst. Met dit beleid
probeert men het aantal tweelingzwangerschappen zo klein mogelijk te maken.
Alle IVF-centra in Nederland houden zich aan deze afspraak. Vergoeding van
een IVF-behandeling door de zorgverzekeraar vindt alleen plaats als de
behandeling volgens dit beleid is uitgevoerd.
Invriezen van embryo’s
Als er na het plaatsen van de embryo (‘s) in de baarmoeder embryo’s van goede
kwaliteit over zijn, kunnen deze ingevroren worden bewaard. Een dag later kan
definitief worden vastgesteld worden welke embryo’s eventueel in aanmerking
komen om te worden ingevroren. Hierover krijgt u schriftelijk bericht.
Bij een volgende IVF-behandeling worden altijd eerst de ingevroren embryo's
gebruikt.
12
Het plaatsen van embryo’s in de baarmoeder
Samen met uw partner
Het plaatsen van één of twee embryo’s in de baarmoeder is medisch gezien een
eenvoudige handeling is, maar voor u is het een heel spannend moment. Kom
daarom, als dat mogelijk is, samen met uw partner naar het ziekenhuis.
Volle blaas
Het is belangrijk dat u met een volle blaas naar het ziekenhuis komt. De baarmoeder wordt door de volle blaas in de goede richting gekanteld, zodat de
gynaecoloog met een uitwendige echoscopie de baarmoeder tijdens de
plaatsing goed kan zien.
Het plaatsen
Het plaatsen van een embryo doet meestal geen pijn. U kunt het vergelijken
met het maken van een uitstrijkje. Door middel van een speculum (eendenbek)
in de vagina wordt uw baarmoederhals in beeld gebracht. Daarna wordt de
embryo met behulp van een dun slangetje via de baarmoederhals in de
baarmoederholte geschoven. In een heel klein druppeltje kweekvloeistof wordt
de embryo vervolgens in de baarmoederholte geplaatst. Hierna wordt de
katheter weer verwijderd.
Onder een microscoop wordt gecontroleerd of de embryo ook werkelijk uit het
slangetje is verdwenen. Een enkele keer moet de procedure worden herhaald,
omdat een embryo weer met het slangetje mee naar buiten is gekomen.
Weer naar huis
Na de plaatsing van de embryo(’s) kunt u naar huis of naar uw werk en mag
u vrijwel alles doen wat u normaal gesproken ook doet. Om onnodige irritatie
van de baarmoeder te voorkomen en in verband met de gevoeligheid van de
vergrote eierstokken, is het raadzaam om een aantal dagen na de plaatsing geen
geslachtsgemeenschap te hebben.
Voordat u naar huis gaat, bespreekt de gynaecoloog met u welke medicijnen u
nog moet gebruiken. Meestal gaat het om progesteron. Bij een MNC-behandeling krijgt u Pregnyl voorgeschreven.
13
Na de embryo plaatsing
Kans op een zwangerschap
Na het plaatsen van de embryo(‘s) in de baarmoeder is de kans dat u zwanger
wordt ongeveer 25%. Dit lijkt misschien laag, maar de kans op een zwangerschap bij paren waarvan beide partners normaal vruchtbaar zijn, is ook niet
hoger dan ongeveer 20% per eisprong.
Bij een MNC-IVF-behandeling is er per keer minder kans op een zwangerschap
dan bij een IVF-behandeling met hyperstimulatie van de eierstokken. Daarom
kunt u zes MNC-IVF-behandelingen krijgen, waarbij de totale kans op een
zwangerschap vergelijkbaar is met de kans op een zwangerschap na één IVFbehandeling met hyperstimulatie.
Of u wel of niet zwanger wordt, kunt u niet zelf beïnvloeden. U kunt alleen
maar afwachten. Voor u en uw partner is dit waarschijnlijk een moeilijke tijd
Zwangerschapstest
Veertien of vijftien dagen na de plaatsing van de embryo kunt u thuis een
zwangerschapstest doen en weet u of u wel of niet zwanger bent.
We stellen het zeer op prijs als u contact opneemt met de Fertiliteitskliniek
wanneer u een zwangerschapstest heeft gedaan. Ook wij zijn erg benieuwd naar
de uitslag.
Klachten?
Als u de eerste paar weken na de embryo-plaatsing last krijgt van buikpijn, een
opgezette buik, kortademigheid, koorts of andere klachten, neem dan contact
op met de Fertiliteitskliniek! Ook als u vragen hebt over het medicijngebruik,
kunt u bellen.
14
Aantal pogingen
Bij de meeste paren is er binnen drie IVF-behandelingen met hyperstimulatie
(of na een overeenkomstig aantal MNC-IVF-behandelingen) sprake van een
zwangerschap.
Als u na drie behandelingen niet zwanger bent, zal de gynaecoloog met u
bespreken of een vierde poging zin heeft.
De meeste verzekeraars vergoeden niet meer dan drie behandelingen. Een
eventuele vierde behandeling moet u dus zelf betalen. (zie ook het hoofdstuk
Kosten).
Na een niet gelukte hyperstimulatie IVF-behandeling moet u één of twee
maanden wachten voor u met een volgende behandeling begint. Wanneer uit
eerdere behandeling blijkt dat de kans op een zwangerschap duidelijk kleiner is
dan verwacht, wordt met u overlegd of een volgende behandeling kansrijk
zinvol is.
Bij vrouwen jonger dan 35 jaar met een goede, regelmatige menstruatiecyclus
kan de eerste hyperstimulatie IVF-behandeling vervangen worden door zes
MNC-IVF-behandelingen. Deze-behandelingen kunnen in opeenvolgende
maanden zonder pauze plaatsvinden. Na de zes MNC-IVF-behandelingen zijn
nog twee IVF-pogingen met hyperstimulatie mogelijk.
15
Wel of niet zwanger?
U bent zwanger
Als u zwanger wordt na een IVF-behandeling, bent u niet anders zwanger dan
vrouwen die via een natuurlijke weg zwanger zijn geworden. Er wordt een
afspraak met u gemaakt voor een echo-onderzoek rond de zevende week van de
zwangerschap. Als op de echo te zien is dat de zwangerschap goed verloopt, is
er geen reden dat u nog langer onder behandeling blijft bij de Fertiliteitskliniek
van het MCW. Met uw gynaecoloog kunt u bespreken door wie u de controles
tijdens uw zwangerschap wilt laten doen.
Soms blijkt uit het echo-onderzoek dat de zwangerschap waarschijnlijk op een
miskraam zal uitlopen. Ook is er altijd een klein risico dat na een goede start op
een later moment toch nog een miskraam optreedt. In die gevallen wordt u
vanuit de Fertiliteitskliniek zo goed mogelijk begeleid.
Gegevens over zwangerschap, bevalling en kind
Alle Nederlandse IVF-centra zijn verplicht om gegevens aan te leveren aan de
Landelijke Infertiliteitsregistratie (LIR). In het MCW en het UMCG wordt ook
bijgehouden hoe de IVF-zwangerschappen verlopen en hoe gezond de kinderen
zijn na de geboorte. Uw gegevens worden in uw medisch dossier bewaard en
geanonimiseerd (dus zonder vermelding van uw naam) aan de LIR verstrekt.
Mogelijk ontvangt u in de toekomst ook een vragenlijst hierover. van ons
hierover. We zouden het zeer op prijs stellen als u deze vragenlijst dan invult en
terugstuurt.
16
U bent niet zwanger
Als u binnen veertien tot zestien dagen na de plaatsing van de embryo(’s)
begint te menstrueren, bent u niet zwanger geworden.
Na een IVF-behandeling verloopt de menstruatie meestal iets heviger dan
normaal. Verloopt de menstruatie duidelijk anders dan gebruikelijk, neem dan
contact met ons op! Er kan dan namelijk toch nog sprake zijn van een zwangerschap.
Als u niet zwanger blijkt te zijn, is de teleurstelling natuurlijk groot. Misschien
vinden u en uw partner het prettig om bij de verwerking van uw emoties
begeleid te worden door een medisch maatschappelijk werker. In dat geval kan
de gynaecoloog een afspraak voor u maken.
De gynaecoloog zal met u overleggen of het mogelijk en zinvol is om nog een
keer een poging te doen. Als gekozen wordt voor nog een IVF-behandeling,
wordt er in ieder geval een rustperiode ingelast van één of twee maanden
17
Wat kan er misgaan?
Een IVF-behandeling brengt bijna nooit ernstige complicaties met zich mee.
Ook is het zo dat de kans op een zwangerschap toeneemt, naarmate u verder
komt in de behandeling. U laat dan steeds meer ‘risicomomenten’ achter u.
Tijdens de stimulatiefase
 Bloedafnames en injecties kunnen blauwe plekken (bloeduitstortingen)
veroorzaken. Deze verdwijnen vanzelf na enkele dagen.
 U kunt jeuk krijgen op de plaats van de injectie.
 De injectieplaatsen worden soms wat rood en gezwollen. Als u uitslag krijgt
over uw hele lichaam, met gezwollen oogleden en koorts, hebt u een
allergische reactie. Neem in dat geval direct contact op met de Fertiliteitskliniek!
 De kans bestaat dat er door de hyperstimulatie te weinig of juist te veel
follikels rijpen. Dan wordt gestopt met de stimulatie. Zo mogelijk wordt de
stimulatie later hervat met een hogere of lagere dosering medicijnen. Een
enkele keer wordt bij een te geringe reactie van de eierstokken de behandeling aangevuld met intra-uteriene inseminatie (IUI). Soms is ook duidelijk
dat verdere behandeling niet meer mogelijk is. Van alle behandelingen
bereikt 5 tot 10% niet het stadium van de follikelpunctie.
Tijdens en na de punctie
 Enkele dagen na de follikelpunctie kan een hyperstimulatie-syndroom
optreden. De eierstokken zijn dan sterk vergroot en er is vocht in de buik.
Hierdoor kunt u last krijgen van buikpijn, een opgezette buik, dorst, minder
en donkere urine, kortademigheid en gewichtstoename. Als u deze klachten
krijgt, zeker bij een gewichtstoename van meer dan twee kilo in enkele
dagen, moet u altijd opnemen met de Fertiliteitskliniek van het MCW (of
buiten kantooruren met de afdeling Gynaecologie van het WZA). Door veel
te drinken kan de situatie vaak al verbeteren. Soms is opname in het ziekenhuis nodig.
 Soms worden er bij de follikelpunctie geen eicellen verkregen of is de opbrengst in verhouding tot het aantal follikels erg laag.
18
 Een follikelpunctie kan bloeduitstortingen in de eierstokken veroorzaken,
waardoor u gedurende enkele dagen wat buikpijn kunt hebben. Heel zelden
ontstaat er door de punctie een bloeding in de eierstokken, zodat een
operatie nodig is.
 Door een follikelpunctie of embryo plaatsing kan een ontsteking van de
eierstokken en eileiders optreden. Als u zich binnen de eerste vier weken na
de follikelpunctie of embryo-plaatsing niet lekker voelt, koorts of buikpijn
krijgt, neem dan contact met de Fertiliteitskliniek van het MCW.
Tijdens en na de embryo-plaatsing
 Ook na een geslaagde follikelpunctie groeien niet alle eicellen uit tot een
embryo. Niet alle eicellen raken in het laboratorium bevrucht, ook niet als
ICSI is toegepast. Een deel van de eicellen dat wél bevrucht is, deelt zich niet
of deelt zich abnormaal en ontwikkelt zich niet tot een plaatsbaar embryo.
 Nadat een embryo in de baarmoeder is geplaatst, gebeurt het vaak dat het
embryo zich niet nestelt in de baarmoeder of dat het vlak daarna verloren
gaat.
 IVF-kinderen hebben net als andere kinderen van ouders met vruchtbaarheidsproblemen een iets grotere kans op aangeboren afwijkingen. Eventuele
afwijkingen hebben dus niet te maken met de IVF-behandeling zelf.
19
Kosten
Voor wie?
IVF-behandelingen worden alleen vergoed als aan bepaalde voorwaarden is
voldaan:
 Bij vrouwen jonger dan 38 jaar mag in de eerste en tweede behandeling maximaal één embryo worden geplaatst.
 Bij vrouwen van 38 jaar of ouder en bij alle vrouwen die voor de derde keer
een IVF-behandeling krijgen, mogen twee embryo's worden geplaatst.
Welke kosten?
 De eerste drie IVF-behandelingen (0f 6 MNC-behandelingen plus twee IVFbehandelingen) worden volledig vergoed door uw zorgverzekeraar. Dit geldt
ook voor de medicijnen die bij de behandelingen worden gebruikt. De kosten
van het invriezen, bewaren en later ontdooien en plaatsen van overgebleven
embryo’s worden eveneens vergoed.
 Aan het invriezen en bewaren van zaad zijn meestal wel kosten voor uzelf
verbonden. U kunt bij uw zorgverzekeraar informeren of het invriezen van
zaad in uw geval wordt vergoed. Het betreft eenmalige kosten voor het
invriezen, en daarna jaarlijkse kosten voor het bewaren van uw zaad.
Machtiging
Soms moet een machtiging worden aangevraagd voor een IVF-behandeling (of
MNC-behandeling). Vergoeding vindt dan alleen plaats als uw zorgverzekeraar
vooraf toestemming voor de behandeling heeft gegeven. In dat geval kunt u uw
gynaecoloog vragen een brief naar de medisch adviseur van uw ziektekostenverzekeraar te sturen.
Om precies te weten in hoeverre de kosten van een IVF-behandeling (of MNCbehandeling) in uw geval worden vergoed, kunt u het beste uw verzekeringspolis nalezen of bij uw zorgverzekeraar informeren.
20
Wat gebeurt er met uw overgebleven zaadcellen,
eicellen en embryo’s?
Overgebleven zaadcellen, eicellen en embryo’s
Meestal blijven er zaadcellen over na een zaadanalyse en na de bevruchting bij
een IVF behandeling. Ook kunnen er eicellen overblijven. De meeste eicellen
die bij de punctie verkregen zijn, raken bevrucht in het laboratorium. Soms
treedt een afwijkende bevruchting op en kunnen de eicellen niet geplaatst worden. Eicellen die onbevrucht blijven, kunnen niet ingevroren worden en
kunnen later niet opnieuw bevrucht worden. Alleen embryo’s van goede
kwaliteit overleven het invriezen en ontdooien. Om deze reden komen
onbevruchte eicellen en niet alle embryo’s voor invriezen in aanmerking.
Onbevrucht gebleven eicellen, afwijkend bevruchte eicellen en embryo’s die
niet geschikt zijn om in te vriezen kunt u afstaan voor wetenschappelijk
onderzoek.
Toestemmingsverklaring
Als u met uw IVF-behandeling gaat beginnen, krijgt u een ‘toestemmingsverklaring IVF’. Door deze verklaring te ondertekenen kunnen u en uw
partner toestemming geven voor anoniem onderzoek met de overgebleven
zaadcellen, de onbevrucht gebleven eicellen, abnormaal bevruchte eicellen en
embryo’s die niet geschikt zijn om in te vriezen. Als u geen toestemming geeft
voor wetenschappelijk onderzoek, worden de overgebleven zaadcellen, eicellen
en embryo's vernietigd.
21
Onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Een deel van de IVF-behandeling vindt plaats in het UMCG, een universitair
medisch centrum. Een universitair medisch centrum heeft naast patiëntenzorg
ook de verplichting om onderwijs en wetenschappelijk onderzoek uit te voeren.
Onderwijs
Bij de follikelpunctie en embryo-plaatsing is soms een co-assistent aanwezig.
Dit is een medisch student die wordt opgeleid tot arts. Tijdens hun opleiding
zijn co-assistenten verplicht verschillende activiteiten bij te wonen. Dit geldt
ook voor leerling-verpleegkundigen en leerling-analisten. Als u bezwaar hebt
tegen hun aanwezigheid, kunt u dit aangeven bij uw arts of de verpleegkundige.
Ook is het mogelijk dat u gevraagd wordt om als onderwijspatiënt op te treden
tijdens een college. Het staat u natuurlijk vrij om hier niet aan mee te werken.
Wetenschappelijk onderzoek
Voor de verdere ontwikkeling van de gezondheidszorg is het belangrijk dat er
medisch-wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan. Met het wetenschappelijke
onderzoek dat wordt uitgevoerd door het IVF-team in het UMCG proberen we
meer inzicht te krijgen in het ontstaan van onvruchtbaarheid, en proberen we
behandelingsmogelijkheden te verbeteren. U kunt meer lezen over de wetenschappelijke onderzoeken die tijdens uw behandeling in het UMCG lopen, op
de website van het UMCG. Bij elk onderzoek houden de onderzoekers zich aan
de wettelijke voorschriften.
Veel wetenschappelijk onderzoek maakt gebruik van al verzamelde medische
gegevens of van al afgenomen lichaamsmateriaal, zoals bloed of vloeistof uit de
follikels. Dit onderzoek wordt anoniem uitgevoerd, zodat uw naam niet bekend
is bij de onderzoekers.
Voor het anoniem gebruik van al verzamelde medische gegevens of lichaamsmateriaal hoeven de onderzoekers u niet altijd apart om toestemming te vragen. U kunt hier wel bezwaar tegen maken. In dat geval kunt u dit kenbaar
maken aan uw gynaecoloog.
22
Belangrijke adressen en telefoonnummers
Fertiliteitskliniek MCW (Medisch Centrum Wilhelmina),
(0592) 34 00 53
Op werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur kunt u bellen voor het maken van een
afspraak. Ook als u vragen hebt, kunt u bellen naar dit nummer.
Fertiliteitskliniek MCW in spoedgevallen
In spoedgevallen kunt u 0p werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur bellen naar de
Fertiliteitskliniek MCW. Buiten deze tijden kunt u bellen naar de afdeling
Gynaecologie van het WZA (Wilhelmina Ziekenhuis Assen), telefoonnummer
(0592) 32 53 70.
Medisch maatschappelijk werk WZA, (0592) 32 53 68
Als u bij de gynaecoloog onder behandeling bent vanwege vruchtbaarheidsproblemen, kunnen gesprekken met een medisch maatschappelijk werker van
het ziekenhuis onderdeel zijn van de behandeling. De afdeling Medisch
maatschappelijk werk is bereikbaar van 8.30 tot 12.00 uur
Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde (UMCG),
secretariaat IVF, (050) 361 30 86
Bereikbaar op werkdagen van 8.00 tot 12.00 uur.
https://www.umcg.nl/NL/UMCG/Afdelingen/voortplantingsgeneeskunde
Op de website van het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde vindt u
uitgebreide informatie over alle onderzoeken en behandelingen die daar
worden gedaan.
www.mcwilhelmina.nl
Op deze website vindt u informatie over de Fertiliteitskliniek van het MCW.
www.voortplantingsgeneeskunde.umcg.nl
Op deze website vindt u informatie over het behandelteam, de polikliniek, het
laboratorium, de onderzoeken en de behandelingen die mogelijk zijn in het
UMCG als u te maken heeft met verminderde vruchtbaarheid.
www.freya.nl
Freya is de landelijke vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen.
Freya is er voor iedereen voor wie zwanger worden niet vanzelfsprekend is.
Hebt u een opmerking of een klacht?
De medewerkers en specialisten van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen doen hun best u de
juiste (medische) zorg te geven. Mocht er toch iets gebeuren waarover u niet tevreden
bent, dan verzoeken wij u om dat door te geven. U kunt dat het beste doen aan degene die
direct verantwoordelijk is. Als u dat moeilijk vindt of een gesprek heeft niet het gewenste
resultaat, dan kunt u zich wenden tot de ombudsfunctionaris van het ziekenhuis. Deze is
bereikbaar via:
 e-mailadres: [email protected]
 telefoonnummer: (0592) 32 56 24/32 55 55 (maandag t/m donderdag)
 postadres: WZA t.a.v. ombudsfunctionaris, postbus 30.001, 9400 RA Assen
Medisch Centrum Wilhelmina
Borgstee 17
9403 TS Assen
Telefoon (0592) 34 00 53
www.mcwilhelmina.nl
Het Medisch Centrum Wilhelmina is onderdeel
van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen © 2015 WZA
gynae26 – maart 2015
Meer informatie over de klachtenprocedure vindt u op www.wza.nl/patienten/een-klacht
Download