wie was jezus volgens het nieuw testament

advertisement
WIE WAS JEZUS VOLGENS HET NIEUW TESTAMENT?
I. JEZUS = GOD
Velen willen alleen aannemen dat Jezus een moreel zeer hoogstaand mens was, een
belangrijk filosofisch leraar zoals Socrates,.Plato, Boedha, Confusius, Mohammed,
enz.
C.S. Lewis (1898 – 1963) was een Ierse schrijver, Prof. engelse taal- en letterkunde en
christelijk apologeet) zegt hierover het volgende:
"Je kunt Hem klasseren onder het etiket zwakzinnig, je kunt op Hem spuwen en Hem
als een demon afwijzen, of je kunt aan zijn voeten vallen en Hem Heer en God
noemen. Maar je kunt je niet van Hem afmaken met de nonsens Hem minzaam een
groot leraar te noemen. Hij heeft die mogelijkheid voor ons niet opengelaten. Dit was
trouwens nooit zijn bedoeling."
Inderdaad het N.T. laat er geen twijfel over bestaan dat God in hoogst eigen persoon
zijn planeet, de aarde, bezocht heeft door zijn Zoon Jezus. Deze leerstellige waarheid
ligt in het gehele N.T. als het ware verborgen, juist onder het oppervlak, maar klaar om
in alle duidelijkheid en helderheid te schitteren voor ieder die aandachtig leest en de
tekst nauwkeurig bestudeert.
1. Jezus zelf toont aan dat Hij God is.
a) Hij stelt zich gelijk met God de Vader.
Hem kennen = God kennen (Joh. 8:19...Joh. 14:7)
Hem zien
= God zien (Joh. 12:45...Joh. 14:9)
In Hem geloven = in God geloven (Joh.12:44...Joh. 14:1)
Hem haten = God haten (Joh.15:23)
Joh. 10:30 "Ik en de Vader zijn één!" Vergelijk Joh. 10:38
Joh. 10:33 Als reactie hierop willen de Joden hem stenigen. Zij hebben namelijk
duidelijk begrepen dat Hij beweert God te zijn. Vergelijk Joh. 5:17-18 / Mat. 26:63
b) Hij stelt zich gelijk met God - Jahweh uit het 0.T.

Joh. 8:58: "Eer Abraham was, ben Ik".(let op werkwoordtijden)
Jezus verwijst ondubbelzinnig naar Ex. 3:14 waar Jahweh zijn naam omschrijft aan
Mozes als "IK BEN”. Gevolg: vs 59.

Joh.12:41: Johannes beweert hier dat Jesaja de heerlijkheid van Jezus gezien
heeft.
Vgl. Jes. 6:1-5 waar Jesaja spreekt van de heerlijkheid van God. (Jahweh)
Conclusie: Jahweh = Jezus.
1
c) Hij aanvaardt goddelijke aanbidding.
Jezus zegt zelf dat wij de Here, God, moeten aanbidden: Mat. 4:10.
Nochtans aanvaardt Hij zelf deze aanbidding - zie bv. Mat.14:33 / Joh. 20:27-29 /
Joh.13:13 / Luc. 5:8 / Joh. 5:23-24.
Vergelijk anderzijds de weigering aanbidding te aanvaarden door Petrus (Hdl. 10:2526), Paulus en Barnabas (HdL 14:14-15), engelen (Opb. 19:10 / 22:8)
d) Hij eigent zich goddelijke eigenschappen, macht en gezag toe.

Vergeving van zonden: Marc. 2:5-12 + talrijke andere plaatsen.

Marc. 10:19: hier zegt Jezus dat niemand goed is dan God alleen!
Vgl.Joh. 8:29: "Ik doe altijd wat God behaagt."
= Ik doe nooit zonde = Ik ben VOLMAAKT/ HEILIG.
Joh.10:11: "Ik ben de goede Herder."
Joh. 8:46: "Wie van U overtuigt Mij van zonde?"
(geen antwoord van zijn tegenstanders...)

Christus noemt zichzelf de rots in Mat.16:18- vgl. 1Petr. 2:4-8
zie ook 1Cor. 3:11 en 1Cor.10:4.
Vgl. 1 Sam. 2:2 / Ps. 18:32 / Jes. 44:8 (buiten God is er geen rots!)
Conclusie: Jezus = de rots = God.

Hij beweert van zichzelf het "leven” te zijn en de macht te hebben leven te
geven.
Zie Joh. 3:16 / 5:24 / 6:39-40 / 7:38 / 8:12 / 8:51 / 10:27-28 / 11:25/ Joh.14:6 / 17:3 /
enz….
Vgl. 1 Tim. 6:13: God die alle leven wekt.
2. Het getuigenis van anderen.

Thomas noemt Hem Here en God. -Joh. 20:28

Paulus noemt Christus God - Rom. 9:5 / Tit. 2:13.

Johannes noemt Christus God - Joh. 1:1 / 1Joh. 5:1O

Jesaja noemt de Zoon: sterke God en eeuwige Vader - Jes. 9:5

Micha voorspelt dat te Bethlehem Jahweh zal geboren worden
(Uit U zal MIJ voortkomen) - Micha 5:1

Zefanja noemt de Messias HERE (=Jahweh ) - Zef. 3:15
2
Vermits :
Dus
:
Jezus
Messias
Jezus
= Messias (zie verder)
= Jahweh
= Jahweh
3. In de Bijbel worden de Vader en de Zoon als dezelfde persoon gezien.

Vgl. Op.1:8 met Op. 1:18: Zowel de Vader als de Zoon worden de alfa en de
omega genoemd. Zie ook Jes. 41:4

In Hebr. 1:8-9 spreekt de Vader tot de Zoon en noemt Hem God.

Vgl. Hand. 3:14 met Hos. 11:9: zowel de Zoon als Jahweh worden heilig
genoemd, terwijl niemand behalve God heilig is. (Zie 1 Sam. 2:2, Op.15:4)

Vgl. 1Cor. 2:8 met Ps. 24:8-10 Koning der ere / de Here der heerlijkheid. Beiden
krijgen hier dezelfde eretitel.
BESLUIT:
De Bijbel laat er geen twijfel over bestaan: JEZUS = GOD.
Bijgevolg worden ons twee mogelijkheden gelaten:
Dit is of de waarheid of een leugen!
Als het een leugen is, hebben we terug twee mogelijkheden te onderzoeken:
Of Jezus wist dat het een leugen was, of Hij wist het niet en was dus ter goeder trouw
misleid.
Indien Hij het niet wist, was Hij misleid door waanvoorstellingen en was Hij, zeg maar,
geestelijk ziek. Zijn diepzinnige leer, zijn kalm en beheerst optreden, o.a. bij Pilatus,
laten ons die mogelijkheid echter niet toe.
Indien Hij wel wist dat het een leugen was, was Hijzelf de grootste bedrieger die ooit
geleefd heeft. Niemand is echter serieus die mening toegedaan, vermits zijn leer de
hoogst denkbare morele kwaliteiten bevat. Bovendien zou Hij dan ook, na drie jaar lang
duizenden mensen bedrogen te hebben, voor diezelfde leugen op de koop toe
gestorven zijn!
Blijft slechts één redelijke mogelijkheid: HIJ SPRAK DE WAARHEID!
Het enige reële argument dat dan nog overblijft, is dat Jezus slechts een legende of
een mythe was. Het is erg onwaarschijnlijk dat de beweringen van Jezus slechts
legende zijn. Er was gewoonweg niet genoeg tijd voor de legendarische ontwikkeling
van verhalen om te vervangen wat er werkelijk plaatsvond. We weten nu bijvoorbeeld
dat de Evangelieboeken zo'n 30 tot 50 jaar na de kruisiging van Jezus werden
3
geschreven. Nog treffender, we kunnen nu enkele van de vroege Christelijke
geloofsverkondigingen, waarin het leven, de dood en de herrijzenis van Jezus worden
verkondigd, terugdateren tot 18 jaar na Zijn kruisiging. Hieronder zijn de brieven van
Paulus aan de Korintiërs, de Romeinen en de Galaten.
Tenslotte, als de bewering van Jezus dat Hij God was slechts een mythe was, dan
zouden de vroege Joodse tegenstanders van het Christendom zeer zeker het feit naar
voren hebben gebracht dat deze beweringen nooit plaats hadden gevonden. Maar in
tegenstelling tot moderne sceptici ontkenden de Joodse rabbijnen nooit dat Jezus
beweerde dat Hij God was. In plaats daarvan noemden zij Hem een leugenaar, en
berechtten zij Hem wegens godslastering.
Hij was werkelijk God in hoogst eigen persoon op bezoek bij zijn eigen schepselen.
Een dergelijke bezoeker verdient volgens mij dan ook de grootst mogelijke aandacht en
belangstelling.
II. Jezus past volmaakt in het profiel van de Messias zoals dat door tientallen
voorspellingen uit het O.T. geschetst werd.
1. Betreffende de afkomst van de Messias.
a) Maagdelijke geboorte als Goddelijk teken:
Gen. 3:15 (vrouwelijk zaad!) + Jes. 7:14 (het woordje jonkvrouw is de vertaling van het
Hebreeuwse ALMAH = letterlijk een maagdelijke, jonge vrouw); Vervulling: Mat. 1:18 /
24:25
b) Goddelijke afkomst:
Ps. 2:7
Vervulling: Mat. 3:17 / Mat. 16:16 / Joh. 1:34
c) Nakomeling van Abraham:
Gen. 22:18 (naqeslacht: het Hebreeuwse woord betekent letterlijk ‘zaad’, in het
enkelvoud).
Vervulling: Mat. 1:1 en Gal. 3:16
d) Uit de stam Juda:
Gen. 49:10 (Silo betekent "de vreedzame”)
Vervulling: Mat. 1:2 / Luc. 3:33 / Hebr. 7:14.
e) Nakomeling van David:
2 Sam. 7:12-16 / Jer. 23:5
Vervulling: Mat. 1:1 / Luc. 3:31
4
f) Zijn eeuwig voor bestaan:
Micha 5:2
Vervulling: Col. 1:17
2. Betreffende zijn hoedanigheden.
a) Zijn namen duiden op zijn goddelijk wezen:
Ps. 110:1 (Hebr. ADONAI)
Jer. 23:6 (Hebr. Jahweh)
Vervulling: Luc. 2:11 / 1Cor. 12:3.
Jes. 7:14
Vervulling: Mat. 1:23 (Immanuel = God met of bij ons)
Aangezien Jezus God zelf is, werd deze profetie in de meest letterlijke zin vervuld.
b) Profeet: Deut. 18:18
Vervulling: Mat. 21:11 / Luc. 7:16 / Joh. 6:14
c) Priester: Ps. 110:4
Vervulling: Hebr. 3:1 / Hebr. 3:5-6
d) Rechter: Jes. 11:3
Vervulling: 2Tim. 4:1 / Joh. 5:30
e) Koning: Ps. 2:6
Vervulling: Mat. 21:5 / Mat. 25:31-46 / Joh. 18:33
3. Betreffende zijn lijden en dood.
Jes. 50:6 voorspelt het gespot van zijn beulen, de geseling, het bespuwen van Zijn
gelaat - zie Mat. 26:27 / Luc. 22:63
Jes. 53:5 voorspelt zijn doorboorde handen en voeten, zijn doorboorde zijde en Zijn
geseling.
Jes. 53:12 voorspelt zijn gebed voor zijn beulen - zie Luc. 23:34
Jes. 53:12 voorspelt ook het gezelschap waarin Hij sterven zal. - zie Marc. 15:27
Ps. 22,2: voorspelt zijn ellende, wanhoop en verlatenheid. -zie Mat. 27:46
Ps. 22:7-8: voorspelt het gespot onder het kruis - zie Mat. 27:39-44
Ps. 22:16: voorspelt zijn dorst - zie Joh. 19:28
Ps. 22:17: voorspelt het doorboren van zijn handen en voeten
Ps. 22:18: voorspelt hoe de toeschouwers hem zullen aanstaren. –Zie Luc. 23:35
Ps. 22:19: voorspelt het verdelen van zijn klederen. Zie Joh. 19:23-24
Ps. 38:9-11: voorspelt zijn totale uitputting.
Ps. 38:12: voorspelt hoe zijn vrienden en familie van verre toekijken. -Zie Luc. 23:49
Ps. 69:22: voorspelt zijn dorst en de drank die Hij krijgt: azijn. -Zie Joh. 19:28-29
Ps. 109:25: voorspelt hoe velen met het hoofd schudden. Zie Mat. 27:39
Ps. 31:6: voorspelt zijn laatste woorden. Zie Luc. 23:46
Ps. 34:21: voorspelt dat zijn beenderen niet zullen gebroken worden. - Zie Joh. 19:33
Zach. 12:10: voorspelt het doorboren van zijn zijde.
5
4. Zijn CURRICULUM VITAE.










Geboorteplaats Bethlehem - Micha 5:2
Voorafgegaan door een heraut - Jes. 40:3 / Mal. 3:1
Wonderdoener - Jes. 35:5-6
Koninklijke intrede te Jeruzalem op ezel - Zach. 9:9
Verraden door een vriend - Ps. 41:10
De prijs die zijn hoofd waard was: 30 zilverstukken - Zach. 11:12
De bestemming van het verradersloon - Zach. 11:13 / (zie Mat. 27:7)
Begraven in het graf van een rijk man - Jes. 53:9
Verrijzenis na de dood - Ps. 16:10 / Ps. 118:17-18
Nu gezeten aan Gods rechterhand - Ps. 110:1 (zie Marc. 16:19)
BESLUIT:
1. Sommigen proberen de bewijskracht van de voorspellingen te ontzenuwen door te
stellen dat Jezus opzettelijk probeerde ze op Hem toe te passen.
Deze verklaring gaat echter niet op voor volgende voorspellingen:






Plaats van geboorte.
Het verraad + het verradersloon + de bestemming ervan.
De wijze van sterven.
De reacties van anderen (gespot, toekijken, hoofdgeschud, enz.)
Het doorboren van zijn zijde + het NIET breken van zijn beenderen.
Zijn begrafenis.
2. De bewijskracht van al deze voorspellingen is overweldigend en laat geen enkele
twijfel of kritiek toe.
Dr.Peter Stoner (1888-1980 ) – Wiskundige, schrijver, verklaart in zijn boek "De
wetenschap spreekt”, na acht gedetailleerde Messiaanse voorspellingen besproken te
hebben: "De kans dat iemand deze voorspellingen in zijn persoon vervuld ziet, is naar
onze berekening 1 op1017.
In cijfers betekent dit 1 op 100.000.000.000.000.000
Om enig idee van de grootte van deze mogelijke kans te krijgen, kan volgende
illustratie van Stoner behulpzaam zijn:
“Neem 1017 zilveren dollars en bedek er de oppervlakte van Texas mee. Zij zullen de
gehele staat bedekken tot een hoogte van 70 cm. Merk nu één dollar uit deze massa
en vraag een geblinddoekt man die ene dollar er uit te halen. De kans dat hij hierin zal
slagen is net zo groot als de kans dat de profeten uit het 0.T. hadden dat al hun
voorspellingen in één man zouden vervuld worden".
6
Verder berekent hij dat de kans dat ALLE voorspellingen uit het 0.T. betreffende de
Messias vervuld zouden worden in de grootte is van 1 op 10157
Wegens plaatsgebrek is dit getal niet in cijfers uit te drukken. Om dit getal te
visualiseren gebruikt Stoner elektronen in plaats van dollars!
Verder commentaar overbodig……
3. Is Jezus God?
Als je jezelf alle vragen hebt gesteld, al het bewijs hebt gewogen, en alle argumenten
hebt beproefd, zul je uiteindelijk met deze vraag worden geconfronteerd.
In Matteüs 16:15 zei Jezus het als volgt, "'En wie ben ik volgens jullie?' ‘U bent de
Messias, de Zoon van de levende God,’ antwoordde Simon Petrus."
Wat is jouw antwoord?
Herbewerkt
Luc Vandevorst
Januari 2010
7
Download