Uittreksel van 2 havo/vwo, hoofdstuk 4, §4 §4 Globalisering en milieu Vervuilde steden Het grootste milieuprobleem is de smog, zeer slecht voor de gezondheid. Oorzaak: Chinese bedrijven willen zo goedkoop mogelijk produceren en geven weinig geld uit aan milieubeschermende maatregelen. kolencentrales zijn erg vervuilend maar anderzijds ook heel belangrijk voor de energie voorziening. De Gele Rivier: vervuild en opgedroogd De twee grote rivieren in China, de Huang He en de Yangtze, krijgen hun water uit het Hoogland van Tibet, de ‘watertoren’ van China. In het noorden stroomt de Huang He, vanwege de grote hoeveelheid slib die deze vervoert de gele rivier genoemd. Overstromingen komen niet meer voor vanwege het enorme watergebruik en de stuwdam. Gevolg: een ernstig watertekort. Het aanwezige water is ernstig vervuild a.g.v. de lozing van giftig afval door fabrieken. De Yangtze: ontbost en overstroomd In het zuidelijke en nattere deel van China stroomt de Yangtze. In de bovenloop wordt ten behoeve van de houtproductie veel bos gekapt, met als gevolg bodemerosie. Bij zware regenval stroomt het water snel naar de rivier. In de benedenloop zijn dan overstromingen het gevolg. Om overstromingen te voorkomen en de bevaarbaarheid te verbeteren zijn stuwdammen gebouwd met daarin waterkrachtcentralens die hydro-elecktriciteit opwekken. De bekendste stuwdam is de drieklovendam, de grootste ter wereld. Om de dam en het stuwmeer mogelijk te maken moesten1,3 miljoen mensen verhuizen! Basisboek 89 Aantasting, vervuiling, uitputting Er zijn drie vormen van milieuproblemen waarbij de mens een rol speelt: mileuvervuiling (of –verontreiniging): teveel schadelijke stoffen in het milieu. milieu-uitputting: opraken van natuurlijke voorraden. milieu-aantasting; grote veranderingen in landschappen en ecosystemen. Basisboek 94 Rivieren Twee soorten rivieren. 1. regenrivieren: helemaal afhankelijk van het regenwater. Voorbeeld: Maas 2. gletsjerrivieren of gemengde rivieren: krijgen smeltwater en water van de neerslag. Voorbeeld: Rijn Stroomgebied; het gebied dat afwatert op een bepaalde rivier en zijn zijrivieren. Waterscheiding: de grens tussen twee stroomgebieden. debiet: de hoeveel water die op een bepaald punt per seconde passeert. regiem: de schommeling in de waterafvoer. In de zomer wordt er minder water afgevoerd dan in de winter. Rivieren die een deel van het jaar droogvallen heten wadi`s. Basisboek 95 Verval en verhang De bovenloop van een rivier ligt ergens boven in de bergen of heuvels. De benedenloop ligt meestal in laagland en eindigt vaak in zee. Het hoogteverschil tussen twee plaatsen langs een rivier noem je verval. Het verhang is het verval uitgerekend per kilometer. In de benedenloop stromen rivieren langzamer dan in de bovenloop. Een delta is de vertakking van een rivier in een aantal rivierlopen. Een estuarium is een brede riviermond die door eb- en vloedstromen is uitgeschuurd. Basisboek 98 Bodemerosie Bodemerosie is het verdwijnen of wegbaaiien van de bovenste vruchtbate bodemlaag. Bodemerosie door water is het grootst in gebieden met veel reliëf. begroeing verlaagt de kans op bodemerosie. Bodemerosie door wind is het grootst in droge gebieden. De wind heeft op kale bodem vrij spel, waardoor enorme stofstormen kunnen ontstaan. Basisboek 99 Ontbossing en waterhuishouding Bossen zorgen voor de levering van hout, een variatie aan planten en voor een goede waterhuishouding. Ontbossing zorgt ervoor dat regendruppels regelrecht op de bodem neerkomen en het water sneller naar beneden stroomt. Het water neemt onderweg los zand mee, waardoor bodemerosie ontstaat.