OPROEP tot het indienen van voorstellen voor THEMAWEKEN binnen het kader van de SENSIBILISERINGSINITIATIEVEN 2015 i.h.k.v. de UOS-medefinanciering binnen de Associatie KU Leuven VLIR-UOS VLIR-UOS staat voor de Vlaamse Interuniversitaire Raad – Universitaire Ontwikkelingssamenwerking. VLIR-UOS is verantwoordelijk voor het beleid en het beheer van de universitaire ontwikkelingssamenwerking met Vlaamse universiteiten en hogescholen. De organisatie ontvangt hiervoor financiering van de Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking (DGD). De programmering, selectie, opvolging en evaluatie van de programma’s voor universitaire ontwikkelingssamenwerking is in handen van VLIR-UOS. De universiteiten en hogescholen formuleren de projectvoorstellen en voeren de programma’s uit. VLIR-UOS is ontstaan uit de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR). De VLIR werd opgericht in 1976 als overkoepelend overlegorgaan tussen de Vlaamse universiteiten en de Belgische overheid. Van bij aanvang moedigde de VLIR de universiteiten aan om zich actief te profileren en te engageren op internationaal vlak. In 1998 nam de VLIR het beheer van de federale fondsen voor universitaire ontwikkelingssamenwerking van de Vlaamse universiteiten op zich, en richtte hiervoor het VLIRsecretariaat voor universitaire ontwikkelingssamenwerking op. Universitaire ontwikkelingssamenwerking Kennis en inzicht zijn belangrijke instrumenten voor de ontwikkeling van een maatschappij. Universiteiten en hogescholen spelen daarbij een belangrijke rol, ondermeer door de productie en verspreiding van kennis, en door een kritische reflectie op de eigen samenleving. De universitaire ontwikkelingssamenwerking ondersteunt de onderwijs- en onderzoeksinstellingen in het globale zuiden in hun drieledige functie van onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dienstverlening. Zo kunnen ze zich in hun eigen regio en land ontplooien en profileren als motor voor ontwikkeling. Voor meer info over VLIR-UOS: http://www.vliruos.be/nl/ 1. DEFINITIE EN DOELSTELLINGEN 1.1. Algemeen Met het programma Sensibiliseringsinitiatieven (SI) ondersteunt VLIR-UOS initiatieven aan de Vlaamse universiteiten en hogescholen die de brede hogeronderwijsgemeenschap sensibiliseren voor ontwikkelingssamenwerking. Het organiseren van een sensibiliseringsinitiatief maakt essentieel onderdeel uit van resultaatsgebied 3 van het in te dienen beleidsplan voor UOS-medefinanciering per associatie. ICOS (Instellingscoördinator Ontwikkelingssamenwerking) dienen op te treden als coördinator van een reeks sensibiliseringsinitiatieven. Initiatieven kunnen nog steeds door personeel van universiteiten of hogescholen worden opgezet, en ook externe actoren kunnen nog steeds betrokken worden. Echter, alle initiatieven worden geacht associatiebreed te worden gecoördineerd. 1.2. Sensibiliseringsinitiatieven VLIR- UOS voorziet 2 luiken binnen de sensibiliseringsinitiatieven. SI-connection zijn alle activiteiten ter omkadering van de reisbeursstudenten. SI-classic zijn algemene sensibiliseringsactiviteiten met als doel: - studenten personeel van Vlaamse universiteiten en hogescholen informeren, warm maken voor ontwikkelingssamenwerking, stimuleren om zelf een engagement op te nemen; ontwikkelingssamenwerking een duurzame en zichtbare plaats geven binnen de Vlaamse hogescholen en universiteiten; de Vlaamse universiteiten en hogescholen stimuleren om een voortrekkersrol op te nemen in het maatschappelijk debat over ontwikkelingssamenwerking. De directe doelgroep bestaat uit studenten en personeel verbonden aan de Vlaamse universiteiten en hogescholen. De indirecte doelgroep bestaat enerzijds uit alle actoren betrokken bij de ontwikkelingssamenwerking in België en anderzijds uit de Belgische samenleving in haar geheel. Binnen het luik SI-Classic voorziet de Associatie KU Leuven een budget van € 10.000 voor het organiseren van 5 themaweken. Oproep Themaweken 2016 Page 1 1.3. Themaweken Doelstellingen Met de themaweken streven we ernaar studenten en personeelsleden te sensibiliseren, door een gastpreker uit het zuiden rond een welbepaald ontwikkelingsrelevant thema uit te nodigen. Bijkomende doelstellingen zijn: Complementariteit tussen hogescholen en universiteit bewerkstelligen door gezamenlijk een buitenlandse spreker uit te nodigen en samen een themaweek uit te werken. Elke themaweek wordt door minstens 2 instellingen van de Associatie KU Leuven gezamenlijk georganiseerd. Betrokkenheid van bepaalde departementen/faculteiten op ontwikkelingssamenwerking verhogen. Samenbrengen van onderzoekers, PhD-studenten en buitenlandse gast in een seminarie. Dialoog bevorderen en creëren van netwerken. Verwachte resultaten De themaweken verhogen de betrokkenheid en interesse voor ontwikkelingssamenwerking binnen de organiserende faculteiten en departementen. De themaweken zorgen er voor dat de medewerkers van de hogeschool en de universiteit elkaar beter kennen en samenwerken. De themaweken dragen bij tot diversiteit in de curricula van de ontvangende instelling. Organisatievorm Tijdens een themaweek wordt een buitenlandse spreker uit het Zuiden uitgenodigd. Het is een gezamenlijk initiatief van personeelsleden van minstens een hogeschool en de KU Leuven die een spreker willen uitnodigen i.v.m. een gemeenschappelijke interesseveld. De spreker wordt in beide instellingen ingezet in lezingen, debatten, lessen, onderzoeksseminaries etc. Indien mogelijk wordt de spreker ook nog aansluitend ingezet binnen een associatiebrede werking waarop andere interne en externe geïnteresseerden kunnen worden uitgenodigd. Samenwerking met extra externe organisaties (middenveldorganisaties, overheden, ngo’s… ) bij de organisatie en uitwerking van het thema en de themaweek wordt aangemoedigd. Landenlijst Gastsprekers moeten afkomstig zijn uit één van de landen uit onderstaande landenlijst. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Bangladesh Benin Bolivia Brazil Burkina Faso Burundi Cambodia Cameroon Colombia Congo DR Côte d'Ivoire Cuba Dominican Rep. Ecuador Oproep Themaweken 2016 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 VLIR-UOS-Landenlijst Ethiopia 29 Malawi Gambia 30 Mali Ghana 31 Mexico Guatemala 32 Morocco Guinea (Conakry) 33 Mozambique Guyana 34 Nepal Haiti 35 Nicaragua Honduras 36 Nigeria India 37 Palestine Indonesia 38 Paraguay Jordan 39 Peru Kenya 40 Philippines Laos 41 Rwanda Madagascar 42 Senegal 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 South Africa Sri Lanka Suriname Tanzania Thailand Togo Tunisia Uganda Uruguay Viet Nam Zambia Zimbabwe Page 2 2. FINANCIERING EN UITVOERINGSPERIODE 2.1. Budget De Associatie KU Leuven heeft een budget voor de organisatie van 5 themaweken. Per themaweek is er een maximum budget van € 2000 beschikbaar voor de betaling van de verplaatsings- en verblijfskosten van de gastspreker en de organisatie van de themaweek. Er wordt cofinanciering verwacht van de organiserende instellingen. 2.2. Uitvoeringsperiode De bestedingsperiode voor SI 2016 loopt van 1 januari 2016 tot uiterlijk 31 december 2016. De activiteiten vinden bij voorkeur plaats na de bekendmaking van de selectie. De uitbetaling gebeurt na afloop van de organisatie van de themaweek mits voorlegging van het verslag. 3. ONTVANKELIJKHEIDSCRITERIA 3.1. Promotorschap Personeelsleden verbonden aan een Vlaamse universiteit of hogeschool, kunnen een voorstel indienen wanneer ze voldoen aan de volgende voorwaarden: - ze hebben de toelating om namens de instelling financiële engagementen aan te gaan; - ze zijn verbonden aan de instelling gedurende minstens de voorziene looptijd van het project. 3.2. Aard van de themaweek (SI 2016) Het initiatief in zijn algemeenheid: moet sensibilisering voor ontwikkelingssamenwerking als doel hebben; moet de brede hogeronderwijsgemeenschapals doelgroep hebben; moet netwerking (Vlaams, internationaal) bevorderen; vindt plaats in de loop van 2016; mag geen winstoogmerk hebben; er moet cofinanciering zijn 4. OPMAAK VAN HET VOORSTEL Een voorstel SI bestaat uit de volgende onderdelen: 1. aanvraagformulier 2. beknopt curriculum vitae van de promotor en de copromotor 3. budgetvoorstel 4. Curriculum vitae van de gastspreker 4.1. Aanvraagformulier Het aanvraagformulier in bijlage 1 bestaat uit maximum zes pagina’s en moet in het Nederlands ingediend worden. Oproep Themaweken 2016 Page 3 4.2. Beknopt CV promotoren De promotoren dienen een beknopt curriculum vitae toe te voegen, volgens een vrij formaat, in het Nederlands of Engels. 4.3. Budgetvoorstel 4.3.1. Financiële richtlijnen Enkel kosten die behoren tot één van de onderstaande categorieën kunnen gefinancierd worden. Alle kosten moeten gestaafd kunnen worden aan de hand van originele bewijsstukken. C. Werkingskosten Kosten die te maken hebben met de inhoudelijke voorbereiding en/of de eigenlijke organisatie van de themaweek. Voorbeelden van mogelijke werkingskosten zijn drukwerk- en verzendingskosten van aankondigingen en uitnodigingen, promotiemateriaal, publicaties, het huren van een geluidsinstallatie of audiovisueel materiaal, binnenlandse verplaatsingskosten, een vergoeding voor een gastspreker, het huren van een zaal, catering, bureaumateriaal (pennen, blocnotes, …), etc. D. Personeelskosten nvt F. Internationale verplaatsingskosten Verplaatsingskosten van de buitenlandse sprekers komen in aanmerking, op basis van hun deelname aan de themaweek. Met een “internationale verplaatsing” verstaan we de verplaatsing “van deur tot deur” van het land van herkomst naar de plaats waar het initiatief plaatsvindt. De volgende kosten komen in aanmerking voor de VLIR-UOS-financiering: - een vliegtuigticket economy class en bijhorende luchthaventaks; - indirecte reiskosten (visum, paspoort, zegels voor attesten, reisverzekering, annulatieverzekering, verplichte inentingen en noodzakelijke medicijnen, lokale transportkosten tussen de luchthaven en de plaats waar het SI plaatsvindt). In principe zijn taxikosten niet terugbetaalbaar, tenzij bij aankomst in of vertrek uit België, van de luchthaven naar het hotel of van het hotel naar de luchthaven, in het kader van een zending naar België (mits verantwoording, bv. extra bagage, tijdstip). G. Verblijfskosten Verblijfskosten van buitenlandse sprekers komen in aanmerking, op basis van hun deelname aan een themaweek, met een maximum van 5 nachten. De volgende verblijfskosten komen in aanmerking voor de VLIR-UOS-financiering: - Per diem: dit is een dagelijkse forfaitaire vergoeding die wordt uitbetaald bij een verblijf, in het kader van de uitvoering van een project, in een land waar men niet woonachtig is. Het bedrag is bedoeld om de kosten voor eigen maaltijden, transport binnen de plaats van verblijf en persoonlijke uitgaven te vergoeden. De bedragen worden toegekend ongeacht de academische graad van de zendingsgelastigde. Een per diem wordt afgerekend per overnachting ter plaatse. Voor reisdagen wordt er geen per diem aanvaard. - Hotelkosten: enkel de kosten die worden aangerekend voor de overnachtingen in het hotel. Maaltijden gebruikt in het hotel, waaronder ontbijt, vallen onder de per diem. Het maximum aantal dagen per diem dat kan worden aangerekend per persoon is 5 dagen. Oproep Themaweken 2016 Page 4 De lijst met per diem-bedragen en maximale hotelvergoedingen staat op www.vliruos.be onder ‘Formatenloket’. Op moment van lancering van deze richtlijn bedraagt de per diem voor België € 75 en de maximum hotelvergoeding € 100. Aangezien de lijst wordt opgesteld en periodiek aangepast door het ministerie van Buitenlandse Zaken is het belangrijk om de lijst te consulteren op het moment van de betaling van de kost. K. Coördinatiekosten Nvt 4.3. Curriculum Vitae gastspreker Aangezien de gast uit het Zuiden een belangrijke rol speelt in het uitwerken van een themaweek, wordt een curriculum vitae gevraagd in het Engels of Frans. 5. INDIENING VAN HET VOORSTEL EN SELECTIE 5.1. Indiening De promotor stuurt het volledige aanvraagdossier voor de deadline van 09 november 2015 elektronisch door in één PDF naar Tupac Calfat, ICOS van de Associatie KU Leuven ([email protected]) . 5.2. Verloop van de selectie Voor de beoordeling en selectie van de voorstellen SI 2016 Themaweken zal er beroep gedaan worden op de Werkgroep Ontwikkelingssamenwerking van de Associatie KU Leuven . De selectiecommissie maakt een prioriteitsrangschikking op van de ingediende projectvoorstellen, rekening houdend met het beschikbare budget. De resultaten zullen bekendgemaakt worden vóór 14 december 2015. 5.3. Selectiecriteria De selectiecommissie beoordeelt de voorstellen op basis van de onderstaande criteria, al moet een voorstel niet aan alle criteria voldoen om te worden geselecteerd. 1. Kwaliteit Is het sensibiliseringsinitiatief kwalitatief sterk op het vlak van de behandelde inhoud, de mogelijke sprekers (experten in het thema), de samenstelling van de deelnemers? 2. Synergie en complementariteit De samenwerking tussen KU Leuven en één of meerdere hogescholen van de associatie is een voorwaarde om een themaweek te kunnen indienen. Is er sprake van synergie en/of complementariteit met bestaande initiatieven? Sluit het initiatief aan bij initiatieven van andere actoren, zoals bv. het jaarthema van 11.11.11., initiatieven van Steden en Gemeenten, lokale initiatieven? Worden andere actoren met ervaring in mondiale vorming betrokken? Oproep Themaweken 2016 Page 5 3. Doelgerichtheid Leidt het sensibiliseringsinitiatief tot de sensibilisering voor ontwikkelingssamenwerking van in de eerste plaats de hogeronderwijsgemeenschap? Is er participatie voorzien van de doelgroep? Is de doelstelling duidelijk geformuleerd? Is de vorm aangepast om deze doelstelling te bereiken? 4. Efficiëntie Worden de financiële en andere middelen op een efficiënte wijze ingezet? Wegen de voorziene kosten op tegenover de verwachte resultaten? Wanneer sprekers uit het Zuiden worden uitgenodigd, kadert dit dan binnen een breder initiatief, zodat de verplaatsings- en verblijfskosten kunnen worden gedeeld (complementariteit; matching funds)? 5. Duurzaamheid VLIR-UOS geeft de voorkeur aan initiatieven die ingebed zijn in een langetermijnproces van sensibilisering, in plaats van éénmalige alleenstaande activiteiten, en die aansluiting vinden bij andere (interne of externe) initiatieven. Is er een vervolg op de themaweek voorzien? Worden de eventuele producten van het sensibiliseringsinitiatief nadien nog gebruikt? Kunnen ook externen er gebruik van maken? Is het voorstel gedragen binnen de universiteit en hogeschool? 6. Ontwikkelingsrelevantie Speelt het thema van de themaweek in op een probleem of situatie in het kader van ontwikkeling in het Zuiden? Heeft het als doel voldoende studenten en academici in het noorden bewust te maken van deze problematiek in het Zuiden om als dusdanig het draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking te verbreden en uit te diepen? Worden actoren uit het Zuiden betrokken bij de opzet en uitwerking? 6. OVEREENKOMST Aan de promotor en copromotor van een geselecteerd voorstel zal gevraagd worden het volledige aanvraagdossier te ondertekenen. Het ondertekende dossier geldt dan als samenwerkingsovereenkomst. De subsidie wordt toegekend aan de instelling van de promotor op basis van het ondertekende aanvraagdossier, het financieel verslag en een toekenningsbrief. 7. COMMUNICATIE EN RAPPORTERING 7.1. Communicatie Elke externe communicatie over het sensibiliseringsinitiatief die de ICOS van een voorstel voert (uitnodigingen, website, posters, flyers, …), moet duidelijk vermelden dat het de steun geniet van VLIRUOS en het VLIR-UOS-logo bevatten. Dit logo staat als download op de VLIR-UOS-website http://www.vliruos.be/communication. 7.2. Rapportering Volgende documenten dienen te worden bezorgd aan de ICOS van de associatie tegen uiterlijk 15 januari 2017: 1. inhoudelijk verslag (het model wordt u bij goedkeuring van uw voorstel doorgestuurd); 2. afrekening van de uitgaven (verplicht model: werkblad IC en delen van werkblad IB van bijlage 2 bij deze oproep, die ook werd gebruikt voor het voorstel) De uitbetaling van de subsidie kan maar gebeuren na ontvangst van het financieel verslag. Oproep Themaweken 2016 Page 6 Het verslag van het SI dient als bijlage aangehecht te worden bij het verslag van de UOSmedefinanciering. In het jaar volgend op het referentiejaar, dienen de jaarverslagen van alle NoordActies te worden ingediend bij VLIR-UOS, die deze dan bundelt voor de jaarlijkse verantwoording aan DGD, de financierende overheid. 8. MEER INFORMATIE Voor meer informatie kan u terecht bij Tupac Calfat, ICOS Associatie KU Leuven 016/37 94 40 [email protected] Oproep Themaweken 2016 Page 7