GGZ in de Zorgverzekeringswet tabellen over de jaren 2008-2010 GGZ in de Zorgverzekeringswet Inhoudsopgave Introductie Gemiddeld aantal behandelingen per patiënt, 2008 – 2010 Gebruik ggz naar leeftijd en geslacht, 2010 Patiënten in behandeling per circuit, 2008 – 2010 Doorstroming per circuit, 2010 Patiënten in behandeling naar leeftijd en geslacht, 2008 – 2010 Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2008 Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2009 Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2010 Patiënten in behandeling naar verblijf, 2008 – 2010 Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2008 – 2010 Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose, 2008 – 2010 Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose en verblijf, 2010 Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose, 2008-2010: top 5 per circuit Gemiddelde behandelduur naar hoofddiagnose, 2010 Afgesloten DBC’s naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Afgesloten DBC’s naar aantal en waarde per circuit, 2008 – 2010 Afgesloten DBC’s per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Afgesloten DBC’s per hoofddiagnose en circuit naar verblijf en waarde, 2010 Reden beëindiging behandeling, 2008 – 2010 Reden beëindiging behandeling per circuit, 2010 Tijdbesteding per hoofddiagnose, 2010 Tijdbesteding per circuit per diagnose, 2010 Soort contact, 2010 Zwaarte verblijfsdagen, 2010 Dagbesteding, 2010 2 3 4 5 6 7 8 10 12 14 16 17 18 19 20 22 23 24 26 27 32 33 34 35 40 41 42 tabellen over de jaren 2008-2010 Introductie 3 In aanvulling op de waaier met kerncijfers voor de ggz 2010 (werktitel, nog te verschijnen), geeft dit rapport uitgebreide tabellen van de tweedelijns geestelijke gezondheidszorg in de cure - zorg verleend in het kader van de Zorgverzekeringswet - in de periode 2008-2010. De cijfers zijn afkomstig uit het DIS, het DBC-Informatiesysteem. De cijfers zijn gebaseerd op de afgesloten Diagnose-Behandel-Combinaties (DBC) van de zorgaanbieders die lid zijn van GGZ Nederland. Leden van GGZ Nederland zijn geïntegreerde instellingen, verslavingszorginstellingen, forensische zorginstellingen, instellingen voor beschermd wonen en ambulante ggz-instellingen. Vrijgevestigde psychiaters en psychologen zijn geen lid van GGZ Nederland; psychiatrische afdelingen van algemene ziekenhuizen (paaz) en psychiatrisch universitaire centra (puc) evenmin. In tegenstelling tot voorgaande sectorrapporten die zijn uitgebracht door GGZ Nederland is de zorg die wordt verleend in het kader van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) niet meegenomen in dit rapport. Ook is de zorg uitgesloten die wordt verleend in het kader van de Wet Maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de forensische zorg in het kader van een justitiële maatregel. Deze cijfers zijn niet (volledig) beschikbaar. Zo’n 10 procent van de kosten binnen de Zorgverzekeringswet wordt uitgegeven aan ggzzorg. Negentig procent van de ggz-zorg wordt verleend binnen ggz-instellingen. Ongeveer 5 procent van de kosten van langdurige zorg wordt uitgegeven aan de ggz (Rijksbegroting 2012). Net als in de sectorrapporten staan de behandelingen centraal. In DBC-terminologie staat behandeling voor zorgtraject. Door behandelingen/zorgtrajecten centraal te stellen, komt een deel van de personen dat zorg ontvangt vaker dan eenmaal voor. Deze personen hebben in een jaar meer dan één behandeling/zorgtraject ontvangen. Dit kan zowel gebeuren binnen dezelfde instelling als in meer instellingen. Daarom is er een verschil tussen het aantal zorgtrajecten en het aantal unieke cliënten (zie tabel 1). In dit rapport gebruiken we de term behandeling. Een zorgtraject/behandeling kan overigens bestaan uit meer DBC’s. In vergelijking met voorgaande sectorrapporten wordt gerapporteerd per verslagjaar. Een verslagjaar bevat alle zorg die van 1 januari t/m 31 december is verleend (binnen de Zorgverzekeringswet). Er wordt gesproken van actieve zorgtrajecten/behandelingen. Actieve zorgtrajecten verwijzen naar alle behandelingen die zijn verricht in een verslagjaar. Omdat de DBC-registratie is gebaseerd op afgesloten DBC’s en er wordt gerapporteerd over alle verleende zorg in een verslagjaar, is 2010 het meest actuele jaar waarover kan worden gerapporteerd. Over 2011 is het beeld nog niet volledig genoeg. Een DBC kan namelijk maximaal een jaar openstaan. Dit betekent dat de DBC van een patiënt die op 31 december 2011 wordt geopend, uiterlijk 31 december 2012 wordt gesloten. Verder zit er een vertraging in de aanlevering: instellingen sluiten niet direct een DBC af, omdat iemand nog terug kan komen in zorg; in de aanleverprocedure van ggz-instelling naar DIS naar doorlevering aan GGZ Nederland zit een vertraging van enkele maanden. Bij elke tabel staat – indien nodig – een kleine toelichting. Door afronding tellen percentages soms niet op tot 100%. GGZ in de Zorgverzekeringswet Gemiddeld aantal behandelingen per patiënt, 2008 - 2010 Tabel 1. Gemiddeld aantal behandelingen per patiënt, 2008 – 2010 Unieke patiënten Aantal behandelingen Gemiddeld aantal behandelingen per patiënt 2008 804.311 844.894 1,05 2009 827.466 884.599 1,07 Figuur 1. Aantal unieke patiënten en aantal behandelingen, 2008 – 2010 4 Zichtbare trends 2010 815.778 876.530 1,08 •In de periode 2008 – 2009 steeg het aantal patiënten met 2,9% en steeg het aantal behandelingen met 4,7%. •In de periode 2009 – 2010 daalde het aantal patiënten met 1,4% en daalde het aantal behandelingen met 0,9%. •Het gemiddeld aantal behandelingen per patiënt is in de periode 2008 – 2010 nagenoeg gelijk gebleven. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. tabellen over de jaren 2008-2010 Gebruik ggz naar leeftijd en geslacht, 2010 5 Tabel 2. Gebruik ggz naar leeftijd en geslacht, 2010 0 t/m 4 jaar 5 t/m 9 jaar 10 t/m 14 jaar 15 t/m 19 jaar 20 t/m 24 jaar 25 t/m 29 jaar 30 t/m 34 jaar 35 t/m 39 jaar 40 t/m 44 jaar 45 t/m 49 jaar 50 t/m 54 jaar 55 t/m 59 jaar 60 t/m 64 jaar 65 t/m 69 jaar 70 t/m 74 jaar 75 t/m 79 jaar 80 t/m 84 jaar 85 t/m 89 jaar 90 t/m 94 jaar 95 jaar en ouder TOTAAL Aantal mannen 3.662 33.601 49.165 40.737 29.285 30.829 33.561 35.747 39.583 37.983 31.302 23.239 16.163 8.855 7.674 7.451 6.813 4.283 1.400 257 Aantal vrouwen 1.957 13.063 21.819 35.414 36.332 36.923 35.636 37.156 39.548 38.474 32.211 23.849 17.546 12.026 11.681 12.841 13.355 10.076 4.028 1.005 441.590 434.940 Figuur 2. Gebruik ggz naar leeftijd en geslacht, 2010 Zichtbare trends •Figuur 2 toont het relatieve gebruik van groepen van de ggz. Het gemiddelde gebruik van de totale populatie is op 1 gezet (de groene lijn). Als daar de leeftijdsgroepen en geslacht tegen worden afgezet blijkt dat de leeftijdsgroepen 5 tot en met 50 jaar en 75 jaar en ouder in verhouding meer gebruik maken van de ggz dan mensen tussen de 50 en 75 jaar. •Het percentage vrouwen en mannen dat gebruik maakt van de ggz is bijna gelijk (respectievelijk 51% en 49%). Het gebruik van de ggz door mannen en vrouwen verschilt wel per leeftijdscategorie. In de leeftijdscategorie 0 t/m 19 jaar en van 90 jaar en ouder maken in verhouding meer mannen gebruik van de ggz dan vrouwen. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling per circuit, 2008 – 2010 6 Tabel 3. Patiënten in behandeling per circuit, 2008 – 2010 Zichtbare trends Kinderen en jeugd Volwassenen Ouderen Verslavingszorg Forensische zorg* 2008 167.171 491.465 96.609 74.109 15.540 2009 179.171 520.436 93.123 75.369 16.500 2010 182.715 510.071 89.869 76.098 17.777 TOTAAL 844.894 884.599 876.530 •In 2010 werd meer dan de helft van de patiënten (58,2%) behandeld in het circuit Volwassenen. 20,8% van de patiënten in 2010 werd behandeld in het circuit Kinderen en jeugd. De circuits Ouderen, Verslavingszorg en Forensische zorg zijn veel geringer van omvang. • Overall gezien steeg het aantal patiënten in de periode 2008 – 2010 met 3,7%. •Het aantal patiënten in het circuit Kinderen en jeugd steeg in de periode 2008 – 2010 met 9,3%. • Het aantal patiënten in het circuit Volwassen steeg in de periode 2008 – 2010 met 3,8%. •Het aantal patiënten in het circuit Ouderen daalde in de periode 2008 – 2010 met 7,0%, ondanks dat het aantal ouderen in de samenleving toenam. •Het aantal patiënten in het circuit Verslavingszorg steeg in de periode 2008 – 2010 met 2,9%. •Het aantal patiënten in het circuit Forensische zorg steeg in de periode 2008 – 2010 met 14,4%. Dit betekent dat meer patiënten gebruik hebben gemaakt van de niet-strafrechtelijke forensische zorg. *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Figuur 3. Patiënten in behandeling per circuit, 2008 – 2010 De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. tabellen over de jaren 2008-2010 Doorstroming per circuit, 2010 7 Tabel 4. Doorstroming per circuit, 2010 2010 Aanwezig op 1 januari Kinderen Volwassenen Ouderen en jeugd Verslavings- zorg Forensische zorg* TOTAAL 83.488 225.012 40.535 34.909 7.118 391.062 Nieuw in 2010 99.227 285.059 49.334 41.189 10.659 485.468 Uitgeschreven in 2010 98.587 289.743 51.370 41.697 10.446 491.843 Stand per 31 december 84.128 220.328 38.499 34.401 7.331 384.687 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Het aantal mensen in de ggz is niet statisch. Er is sprake van in- en uitstroom gedurende het jaar. Tabel 4 laat deze in- en uitstroom zien in 2010. Getoond wordt het aantal aanwezige patiënten op 1 januari 2010 en op december 2010. Voorbeeld: het aantal patiënten dat aanwezig is op 1 januari 2010 (391.062) + het aantal nieuwe patiënten in 2010 (485.458) = het totaal aantal patiënten dat op enig moment in behandeling is geweest in 2010, namelijk 876.530 (zie tabel 3). De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling naar leeftijd en geslacht, 2008 – 2010 Tabel 5a. Patiënten in behandeling naar leeftijd en geslacht, 2008 Tabel 5c. Patiënten in behandeling naar leeftijd en geslacht, 2010 2008 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 6.284 48.246 47.160 101.690 33.597 120.671 126.109 280.377 23.204 12.480 35.684 Vrouw 2.776 17.982 31.284 52.042 41.009 134.090 134.257 309.356 36.933 28.812 65.745 TOTAAL 9.060 66.228 78.444 153.732 74.606 254.761 260.366 589.733 60.137 41.292 101.429 2010 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 6.874 52.084 53.751 112.709 37.889 122.746 131.513 292.148 23.980 12.753 36.733 Vrouw 3.157 20.666 33.587 57.410 43.829 133.594 135.095 312.518 36.548 28.464 65.012 TOTAAL 10.031 72.750 87.338 170.119 81.718 256.340 266.608 604.666 60.528 41.217 101.745 TOTAAL 417.751 427.143 844.894 TOTAAL 441.590 434.940 876.530 Tabel 5b. Patiënten in behandeling naar leeftijd en geslacht, 2009 2009 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 6.742 51.961 51.564 110.267 36.349 124.517 132.787 293.653 24.317 12.846 37.163 Vrouw 3.056 20.099 33.030 56.185 43.878 137.820 139.396 321.094 37.674 28.563 66.237 TOTAAL 9.798 72.060 84.594 166.452 80.227 262.337 272.183 614.747 61.991 41.409 103.400 TOTAAL 441.083 443.516 884.599 8 tabellen over de jaren 2008-2010 9 Figuur 4. Patiënten in behandeling naar leeftijdscategorie, 2008 – 2010 Figuur 5. Patiënten in behandeling naar leeftijdscategorie en geslacht, 2010 (%) Zichtbare trends •Het percentage patiënten in de onderscheiden leeftijdsgroepen is in de periode 20082010 vrijwel gelijk en ligt rond 19,% voor de patiënten van 0 t/m 17 jaar, rond de 69% voor de patiënten van 18 t/m 64 jaar en 12% voor de patiënten van 65 jaar en ouder. • Naarmate de leeftijd toeneemt, neemt het percentage vrouwelijke patiënten toe. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2008 Onderstaande tabellen (6 t/m 8) geven een overzicht van het aantal mannen en vrouwen naar leeftijdsklasse in de verschillende circuits. In het circuit Kinderen en jeugd, bijvoorbeeld, is ook gedeclareerd voor patiënten van 18 jaar en ouder. Dit wordt verklaard doordat patiënten in het circuit Kinderen en jeugd vaak tot en met 23 jaar behandeld worden binnen dit circuit, soms zelfs langer. In sommige gevallen wordt het systeem (ouders) betrokken bij de behandeling. In de andere circuits geldt een vergelijkbare redenatie, kinderen kunnen betrokken worden bij de behandeling van ouders. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. Tabel 6a. Patiënten in behandeling in circuit Kinderen en jeugd naar leeftijd en geslacht, 2008 Kinderen en jeugd 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ TOTAAL Man 5,8% 44,7% 39,3% 95.037 7,9% 1,2% 1,1% 10.818 0,0% 0,0% 50 Vrouw 4,4% 28,5% 44,2% 47.214 16,4% 3,8% 2,6% 13.967 0,1% 0,0% 85 TOTAAL 5,3% 38,7% 41,1% 142.251 11,0% 2,2% 1,7% 24.785 0,1% 0,0% 135 105.905 61.266 167.171 10 Tabel 6b. Patiënten in behandeling in circuit Volwassenen naar leeftijd en geslacht, 2008 Volwassenen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,1% 0,4% 0,9% 2.875 8,6% 42,5% 44,1% 199.422 2,8% 0,6% 7.144 Vrouw 0,0% 0,2% 0,9% 3.238 10,2% 43,6% 41,2% 268.002 3,1% 0,8% 10.784 TOTAAL 0,1% 0,3% 0,9% 6.113 9,5% 43,1% 42,4% 467.424 3,0% 0,7% 17.928 TOTAAL 209.441 282.024 491.465 Tabel 6c. Patiënten in behandeling in circuit Ouderen naar leeftijd en geslacht, 2008 Ouderen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,1% 0,2% 113 0,6% 7,0% 17,2% 8.839 43,8% 31,0% 26.620 Vrouw 0,0% 0,0% 0,1% 89 0,3% 2,1% 10,1% 7.651 44,4% 42,9% 53.297 TOTAAL 0,0% 0,1% 0,1% 202 0,4% 3,9% 12,7% 16.490 44,2% 38,5% 79.917 TOTAAL 35.572 61.037 96.609 tabellen over de jaren 2008-2010 11 Tabel 6d. Patiënten in behandeling in circuit Verslavingszorg naar leeftijd en geslacht, 2008 Verslavingszorg 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,0% 1,8% 1.015 8,5% 43,2% 43,2% 51.011 2,8% 0,4% 1.699 Vrouw 0,0% 0,1% 2,5% 538 7,5% 33,1% 49,1% 18.279 5,3% 2,3% 1.567 TOTAAL 0,0% 0,0% 2,0% 1.553 8,2% 40,4% 44,8% 69.290 3,5% 0,9% 3.266 TOTAAL 53.725 20.384 74.109 Tabel 6e. Patiënten in behandeling in circuit Forensische zorg naar leeftijd en geslacht, 2008 Forensische zorg* 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,1% 20,1% 2.650 18,2% 36,4% 23,9% 10.287 1,2% 0,1% 171 Vrouw 0,0% 0,3% 39,3% 963 18,5% 25,9% 15,5% 1.457 0,2% 0,2% 12 TOTAAL 0,0% 0,1% 23,1% 3.613 18,3% 34,7% 22,5% 11.744 1,0% 0,1% 183 TOTAAL 13.108 2.432 15.540 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2009 Tabel 7a. Patiënten in behandeling in circuit Kinderen en jeugd naar leeftijd en geslacht, 2009 Tabel 7c. Patiënten in behandeling in circuit Ouderen naar leeftijd en geslacht, 2009 Kinderen en jeugd 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 5,7% 44,4% 39,7% 102.735 8,2% 1,1% 0,9% 11.537 0,0% 0,0% 33 Vrouw 4,5% 30,0% 43,6% 50.649 16,4% 3,2% 2,2% 14.141 0,1% 0,0% 76 TOTAAL 5,3% 39,2% 41,1% 153.384 11,2% 1,8% 1,3% 25.678 0,0% 0,0% 109 Ouderen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,1% 0,1% 69 0,2% 3,2% 14,3% 5.953 48,1% 33,9% 27.476 Vrouw 0,0% 0,0% 0,1% 54 0,2% 1,3% 9,5% 6.541 45,6% 43,3% 53.030 TOTAAL 0,0% 0,0% 0,1% 123 0,2% 2,0% 11,2% 12.494 46,5% 39,9% 80.506 TOTAAL 114.305 64.866 179.171 TOTAAL 33.498 59.625 93.123 12 Tabel 7b. Patiënten in behandeling in circuit Volwassenen naar leeftijd en geslacht, 2009 Tabel 7d. Patiënten in behandeling in circuit Verslavingzorg naar leeftijd en geslacht, 2009 Volwassenen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,1% 0,5% 1,0% 3.558 8,8% 41,9% 44,2% 212.780 2,9% 0,6% 7.879 Vrouw 0,0% 0,2% 1,1% 3.917 10,4% 43,1% 41,1% 280.359 3,2% 0,8% 11.943 TOTAAL 0,1% 0,3% 1,0% 7.475 9,7% 42,6% 42,5% 493.139 3,1% 0,7% 19.822 Verslavingszorg 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,0% 2,1% 1.213 8,4% 42,1% 44,3% 52.453 2,7% 0,2% 1.631 Vrouw 0,1% 0,2% 2,8% 604 8,3% 32,4% 50,4% 18.290 4,6% 1,2% 1.178 TOTAAL 0,0% 0,1% 2,3% 1.817 8,4% 39,5% 45,9% 70.743 3,2% 0,5% 2.809 TOTAAL 224.217 296.219 520.436 TOTAAL 55.297 20.072 75.369 tabellen over de jaren 2008-2010 13 Tabel 7e. Patiënten in behandeling in circuit Forensische zorg naar leeftijd en geslacht, 2009 Forensische zorg* 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,1% 19,4% 2.692 18,7% 36,6% 24,1% 10.930 1,0% 0,1% 144 Vrouw 0,0% 0,3% 34,9% 961 21,1% 26,8% 16,6% 1.763 0,3% 0,1% 10 TOTAAL 0,0% 0,2% 22,0% 3.653 19,1% 35,0% 22,8% 12.693 0,9% 0,1% 154 TOTAAL 13.766 2.734 16.500 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling per circuit naar leeftijd en geslacht, 2010 Tabel 8a. Patiënten in behandeling in circuit Kinderen en jeugd naar leeftijd en geslacht, 2010 Tabel 8c. Patiënten in behandeling in circuit Ouderen naar leeftijd en geslacht, 2010 Kinderen en jeugd 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 5,7% 43,6% 40,6% 105.285 8,6% 0,8% 0,7% 11.798 0,0% 0,0% 8 Vrouw 4,6% 30,6% 44,5% 52.302 16,1% 2,5% 1,7% 13.306 0,0% 0,0% 16 TOTAAL 5,3% 38,9% 42,0% 157.587 11,3% 1,4% 1,1% 25.104 0,0% 0,0% 24 Ouderen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,0% 0,0% 16 0,1% 0,9% 13,1% 4.482 50,3% 35,6% 27.241 Vrouw 0,0% 0,0% 0,0% 14 0,1% 0,6% 9,1% 5.656 45,6% 44,6% 52.460 TOTAAL 0,0% 0,0% 0,0% 30 0,1% 0,7% 10,5% 10.138 47,3% 41,4% 79.701 TOTAAL 117.091 65.624 182.715 TOTAAL 31.739 58.130 89.869 Tabel 8b. Patiënten in behandeling in circuit Volwassenen naar leeftijd en geslacht, 2010 Tabel 8d. Patiënten in behandeling in circuit Verslavingszorg naar leeftijd en geslacht, 2010 Volwassenen 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,1% 0,4% 0,9% 3.182 9,0% 41,9% 44,1% 211.021 2,9% 0,6% 7.776 Vrouw 0,0% 0,2% 1,0% 3.452 10,7% 43,1% 40,9% 272.938 3,2% 0,9% 11.702 TOTAAL 0,1% 0,3% 0,9% 6.634 10,0% 42,6% 42,3% 483.959 3,1% 0,8% 19.478 Verslavingszorg 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,1% 2,4% 1.407 9,1% 41,2% 44,5% 53.180 2,6% 0,1% 1.540 Vrouw 0,0% 0,1% 3,0% 629 8,7% 32,6% 51,5% 18.526 4,0% 0,1% 816 TOTAAL 0,0% 0,1% 2,6% 2.036 9,0% 38,9% 46,3% 71.706 3,0% 0,1% 2.356 TOTAAL 221.979 288.092 510.071 TOTAAL 56.127 19.971 76.098 14 tabellen over de jaren 2008-2010 15 Tabel 8e. Patiënten in behandeling in circuit Forensische zorg naar leeftijd en geslacht, 2010 Forensische zorg* 0–5 6 – 11 12 – 17 Subtotaal 0 – 17 18 – 23 24 – 41 42 – 64 Subtotaal 18 – 64 65 – 79 80+ Subtotaal 65+ Man 0,0% 0,3% 18,9% 2.819 17,9% 37,0% 24,7% 11.667 1,1% 0,1% 168 Vrouw 0,1% 0,5% 31,8% 1.013 20,7% 27,9% 18,3% 2.092 0,4% 0,1% 18 TOTAAL 0,0% 0,3% 21,2% 3.832 18,4% 35,4% 23,6% 13.759 1,0% 0,1% 186 TOTAAL 14.654 3.123 17.777 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Op basis van de voorafgaande tabellen zijn enkele trends zichtbaar: •Mannen zijn oververtegenwoordigd in de circuits Kinderen en jeugd. Jongens maken dan ook meer gebruik van de ggz dan meisjes. •Mannen zijn ook oververtegenwoordigd in de circuits Verslavingszorg en Forensische zorg. • Vrouwen zijn oververtegenwoordigd in de circuits Volwassenen en Ouderen. •Er is zijn nauwelijks verschillen in de leeftijdsverdeling per circuit tussen de jaren 2008, 2009 en 2010. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling naar verblijf, 2008 – 2010 16 Tabel 9. Patiënten in behandeling naar verblijf, 2008 – 2010 Zichtbare trends. Ambulant Klinisch 2008 779.152 65.742 2009 815.007 69.592 2010 805.888 70.642 TOTAAL 844.894 884.599 876.530 •Patiënten kunnen zowel klinisch (met een opname) worden behandeld. Veruit de meeste patiënten worden alleen ambulant behandeld gedurende het behandeltraject, namelijk 92 procent. Dit geldt voor alle jaren. •Er is sprake van een lichte daling in het totaal aantal behandelingen. Het aantal patiënten dat klinisch wordt behandeld is echter licht toegenomen. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. Figuur 6. Patiënten in behandeling naar verblijf, 2008 – 2010 tabellen over de jaren 2008-2010 Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2008 – 2010 17 Tabel 10a. Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2008 2008 Kinderen Volwassenen Ouderen en jeugd Ambulant (%) 96,6 92,1 91,0 Klinisch (%) 3,4 7,9 9,0 TOTAAL (n) 167.717 491.465 96.609 Figuur 7. Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2010 Verslavings- zorg 83,9 16,1 Forensische zorg* 96,3 3,7 TOTAAL 74.109 15.540 844.894 92,2 7,8 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Tabel 10b. Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2009 2009 Kinderen Volwassenen Ouderen en jeugd Ambulant (%) 96,2 92,1 91,4 Klinisch (%) 3,8 7,9 8,6 Verslavings- zorg 83,0 17,0 Forensische zorg* 96,0 4,0 TOTAAL 75.369 16.500 884.599 92,1 7,9 Zichtbare trends TOTAAL (n) 179.171 520.436 93.123 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Tabel 10c. Patiënten in behandeling per circuit naar verblijf, 2010 2010 Kinderen Volwassenen Ouderen en jeugd Ambulant (%) 95,9 91,9 91,7 Klinisch (%) 4,1 8,1 8,3 TOTAAL (n) 182.715 510.071 89.869 Verslavings- zorg 82,6 17,4 Forensische zorg* 95,3 4,7 TOTAAL 76.098 17.777 876.530 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. 91,9 8,1 •De lichte toename van klinische behandeling is waarneembaar in alle circuits, behalve het circuit ouderen. • In het circuit kinderen en jeugd wordt voornamelijk ambulant behandeld •In het circuit Verslavingszorg is op basis van de DBC’s vaker sprake van klinische opname dan in de andere circuits. Wanneer er echter sprake is van opname, is de gemiddelde opnameduur per DBC in deze sector veel lager dan in de andere sectoren (zie tabel 16a-e). De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose, 2008 – 2010 Tabel 11. Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose, 2008 – 2010 (%) Figuur 8. Top vijf hoofddiagnoses voor patiënten in behandeling, 2010 (%) Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheidsstoornissen Anders 2008 (%) 15,2 4,7 0,2 9,0 7,3 16,3 9,3 1,4 0,0 0,2 0,4 1,1 0,1 1,1 8,7 9,7 0,4 6,9 8,1 2009 (%) 16,2 4,5 0,2 8,8 7,1 15,7 9,3 1,4 0,0 0,2 0,4 1,2 0,1 1,1 8,8 9,3 0,4 6,9 8,3 2010 (%) 17,3 4,4 0,2 8,9 6,9 15,2 9,3 1,4 0,0 0,2 0,4 1,2 0,1 1,1 8,5 8,7 0,3 7,0 8,8 TOTAAL (n) 844.894 884.599 876.530 Zichtbare trends •De meest voorkomende diagnoses zijn: stoornissen in de kindertijd en stemmingsstoornissen. •De verdeling van patiënten over de verschillende hoofddiagnoses is vrij constant over de jaren. De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. 18 tabellen over de jaren 2008-2010 19 Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose en verblijf, 2010 Tabel 12. Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose en verblijf, 2010 Ambulant (%) Stoornissen in de kindertijd 96,9 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 92,3 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 88,7 Aan een middel gebonden stoornissen 74,9 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 73,6 Stemmingsstoornissen 88,1 Angststoornissen 94,9 Somatoforme stoornis 93,0 Nagebootste stoornissen 70,5 Dissociatieve stoornissen 84,3 Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen 98,7 Eetstoornissen 90,3 Slaapstoornissen 97,1 Stoornissen in de impulsbeheersing 95,0 Aanpassingsstoornissen 95,3 Andere aandoeningen en problemen 97,3 Bijkomende codes, geen diagnose 96,2 Persoonlijkheidsstoornissen 88,4 Anders 98,7 TOTAAL 90,9 Figuur 9. Top vijf klinische behandelingen naar hoofddiagnose, 2010 Klinisch (%) 3,1 7,7 11,3 25,1 26,4 11,9 5,1 7,0 29,5 15,7 1,3 9,7 2,9 5,0 4,7 2,7 3,8 11,6 1,3 TOTAAL (n) 151.601 38.515 1.897 78.290 60.443 132.896 81.788 11.992 61 1.709 3.884 10.470 1.132 9.863 74.139 76.536 2.895 61.620 76.799 9,1 876.530 Zichtbare trends •Er is een groot verschil tussen de diagnoses in de mate waarin patiënten klinisch of ambulant behandeld worden. •Nagebootste stoornissen (overigens een zeer kleine groep patiënten) en schizofrenie en andere psychotische aandoeningen worden in verhouding vaker klinisch behandeld. •Stemmingsstoornissen en aan een middel gebonden stoornissen komen zowel in de top vijf van meest gestelde hoofddiagnose en meest klinisch behandeld voor. GGZ in de Zorgverzekeringswet Patiënten in behandeling naar hoofddiagnose, 2008-2010: top 5 per circuit Tabel 13a. Patiënten in behandeling in circuit Kinderen en Jeugd naar top-5 hoofddiagnose, 2008-2010 (in %) Kinderen en Jeugd Stoornissen in de kindertijd Angststoornissen Aanpassingsstoornissen Stemmingsstoornissen Eetstoornissen Totaal alle stoornissen (n) Tabel 13c. Patiënten in behandeling in circuit Ouderen naar top-5 hoofddiagnose, 2008-2010 (in %) 2008 58,0 7,0 5,0 4,8 1,0 2009 59,6 6,8 5,4 4,2 1,0 2010 61,0 6,7 5,4 3,7 1,0 167.171 179.171 182.715 Ouderen Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Stemmingstoornissen Aanpassingstoornissen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Angststoornissen Totaal alle stoornissen (n) 2008 35,7 22,0 7,7 6,5 6,1 4,5 2009 36,7 22,8 8,3 3,4 6,4 4,9 2010 36,8 23,0 8,6 1,6 6,6 5,0 96.609 93.123 89.869 Tabel 13b. Patiënten in behandeling in circuit Volwassen naar top-5 hoofddiagnose, 2008-2010 (in %) Tabel 13d. Patiënten in behandeling in circuit verslavingszorg naar top-5 hoofddiagnose, 2008-2010 (in %) Volwassen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Aanpassingsstoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Persoonlijkheidsstoornissen Verslavingszorg Aan een middel gebonden stoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Stemmingsstoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stoornissen in de kindertijd Totaal alle stoornissen (n) 2008 21,8 12,6 11,6 10,9 10,5 2009 20,9 12,5 11,5 10,5 10,5 2010 20,5 12,6 11,0 10,3 10,7 491.465 520.436 510.071 Totaal alle stoornissen (n) 2008 76,3 6,0 1,0 0,8 0,4 2009 79,2 3,2 0,9 0,8 0,5 2010 80,9 3,4 0,7 0,7 0,6 74.109 75.369 76.098 20 tabellen over de jaren 2008-2010 21 Tabel 13e. Patiënten in behandeling in circuit Forensische zorg naar top-5 hoofddiagnose, 2008-2010 (in %) Forensische zorg Stoornissen in de kindertijd Persoonlijkheidsstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aan een middel gebonden stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen Totaal alle stoornissen (n) 2008 23,8 11,9 6,0 3,9 3,8 2009 24,0 11,4 6,4 3,9 3,2 2010 23,5 11,8 7,7 3,7 3,2 15.540 16.500 17.777 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Zichtbare trends Er is een groot verschil in de mate waarin bepaalde aandoeningen voorkomen bij patiënten in de verschillende circuits. Verschillende aandoeningen hangen dan ook nauw samen met de leeftijd van de patiënten of het circuit waarin ze worden behandeld: •Zo zijn stoornissen in de kindertijd het sterkst vertegenwoordigd in circuit Kinderen en Jeugd. •Ouderen hebben in verhouding meer te maken met delirium, dementie en cognitieve stoornissen, evenals psychische stoornissen als gevolg van somatische aandoeningen. •Patiënten met aan middel gebonden stoornissen komen vooral in het circuit verslaving terecht. •In het circuit volwassen zijn vooral patiënten met de volgende aandoeningen oververtegenwoordigd: schizofrenie en psychotische aandoeningen, remmingsstoornissen, angststoornissen, dissociatieve stoornissen, persoonlijkheidsstoornissen, somatoforme stoornissen en nagebootste stoornissen. •De top 5 van aandoeningen is in de meeste circuits gelijk over de jaren 2008-2010. Alleen in het circuit ouderen is het aantal ouderen dat behandeld wordt voor een aan middel gebonden stoornis sterk afgenomen. In het circuit verslavingszorg is deze leeftijdsgroep echter ook afgenomen (tabellen 6d, 7d en 8d). De cijfers hebben betrekking op het aantal actieve behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Gemiddelde behandelduur naar hoofddiagnose, 2010 Tabel 14. Gemiddelde behandelduur (in maanden) naar hoofddiagnose, 2010 Figuur 10. Top vijf hoofddiagnoses met langste gemiddelde behandelduur (in maanden), 2010 Gemiddelde behandelduur (in maanden) Stoornissen in de kindertijd 20,6 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 11,4 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 13,5 Aan een middel gebonden stoornissen 15,3 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 30,2 Stemmingsstoornissen 21,0 Angststoornissen 16,9 Somatoforme stoornis 13,4 Nagebootste stoornissen 17,2 Dissociatieve stoornissen 25,6 Seksuele stoornissen en genderidentiteitsstoornissen 13,0 Eetstoornissen 14,9 Slaapstoornissen 10,0 Stoornissen in de impulsbeheersing 12,1 Aanpassingsstoornissen 10,5 Andere aandoeningen en problemen 11,6 Bijkomende codes, geen diagnose 10,1 as2_16 Persoonlijkheidsstoornissen 21,3 Anders 1,8 TOTAAL 22 15,0 De cijfers hebben betrekking op het aantal behandelingen. tabellen over de jaren 2008-2010 Afgesloten DBC’s naar aantal en waarde, 2008 – 2010 23 Tabel 15. Afgesloten DBC’s naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen Zichtbare trends 2008 650.152 53.602 703.754 3.716.193 2009 671.297 55.767 727.064 3.824.824 2010 692.075 58.041 750.116 4.091.021 Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch € 977.816.477 € 1.157.206.393 € 1.183.848.541 € 1.302.651.585 € 1.394.357.794 € 1.591.592.106 Totale waarde DBC’s € 2.135.022.870 € 2.486.500.126 € 2.985.949.900 • Het aantal afgesloten DBC’s is toegenomen tussen 2008 en 2010 •Er is sprake van een stijging van 3% van het aantal afgesloten ambulante DBC’s tussen 2008 en 2010 •Er is sprake van een stijging van 4% van het aantal afgesloten klinische DBC’s tussen 2008 en 2010 •De waarde van de afgesloten DBC’s is gestegen met ruim 16% in de periode 2008-2010. De waarde wordt berekend aan de hand van de gedeclareerde bedragen per DBC. Een stijging betekent dat de gedeclareerde DBC’s in 2010 meer behandelminuten omvatten dan de DBC’s in 2008 en 2009. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. Figuur 11. Waarde afgesloten DBC’s naar verblijf, 2008 – 2010 GGZ in de Zorgverzekeringswet Afgesloten DBC’s naar aantal en waarde per circuit, 2008 – 2010 24 Tabel 16a. Afgesloten DBC’s circuit Kinderen en jeugd naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Tabel 16c. Afgesloten DBC’s circuit Ouderen naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Kinderen en Jeugd Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen Ouderen Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen 2008 129.487 4.105 133.592 420.458 2009 139.823 4.156 143.979 505.326 2010 149.375 4.559 153.934 606.840 Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch € 216.127.171 € 138.331.325 € 281.494.045 € 163.223.330 € 341.515.442 € 221.810.689 Totale waarde DBC’s € 354.458.496 € 444.717.375 € 563.326.131 2008 74.531 6.777 81.308 583.742 2009 70.254 6.627 76.881 578.191 2010 71.020 6.201 77.221 568.571 Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch € 96.613.873 € 173.629.083 € 111.075.488 € 186.206.232 € 128.062.704 € 205.690.491 Totale waarde DBC’s € 270.242.956 € 297.281.720 € 333.753.195 Tabel 16b. Afgesloten DBC’s circuit Volwassenen naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Tabel 16d. Afgesloten DBC’s circuit Verslavingszorg naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Volwassenen Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen Verslavingszorg Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch Totale waarde DBC’s 2008 384.983 31.832 416.815 2.072.333 2009 397.926 33.482 431.408 2.058.670 2010 405.176 35.054 440.230 2.202.534 € 579.026.900 € 650.165.611 € 675.339.617 € 718.039.706 € 777.723.103 € 879.912.464 € 1.229.192.511 € 1.393.379.323 € 1.657.635.567 2008 48.911 10.497 59.408 585.917 2009 51.007 11.038 62.045 627.028 2010 52.629 11.609 64.238 637.897 Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch € 56.489.645 € 178.162.790 € 79.656.368 € 215.856.424 € 98.580.360 € 256.956.959 Totale waarde DBC’s € 234.652.435 € 295.512.792 € 355.537.319 tabellen over de jaren 2008-2010 25 Tabel 16e. Afgesloten DBC’s circuit Forensische zorg naar aantal en waarde, 2008 – 2010 Forensische zorg* Aantal DBC’s ambulant Aantal DBC’s klinisch Totaal aantal DBC’s Totaal aantal verblijfsdagen 2008 12.240 391 12.631 53.743 2009 12.287 464 12.751 55.609 2010 13.875 618 14.493 75.179 Waarde DBC’s ambulant Waarde DBC’s klinisch € 29.558.888 € 16.917.584 € 36.283.023 € 19.325.893 € 48.476.185 € 27.221.503 Totale waarde DBC’s € 46.476.472 € 55.608.916 € 75.697.688 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. •Het circuit Kinderen en jeugd kent een stijging van het aantal DBC’s van 8% tussen 2008 en 2009 en van 6% tussen 2009 en 2010. De verblijfsdagen zijn toegenomen (espectievelijk 20 en 17 procent). Het gemiddeld totaal aantal verblijfsdagen per DBC was in 2010 133. Dit is een sterke toename ten opzichte van 2008 en 2009 met respectievelijk 102 en 122 verblijfsdagen per DBC. Veruit de meeste patiënten in het circuit Kinderen en jeugd worden ambulant behandeld. Wanneer echter sprake is van opname, dan is het aantal verblijfsdagen per DBC het hoogst van de verschillende circuits. De totale waarde van de DBC’s is toegenomen met 25% tussen 2008 en 2009 en 21% tussen 2009 en 2010. •Het circuit Volwassenen laat een lichte stijging van het aantal DBC’s zien van 3% tussen 2008 en 2009 en van 2% tussen 2009 en 2010. Het totaal aantal verblijfsdagen is vrijwel gelijk gelijk gebleven tussen 2008 en 2009 en gestegen met 6% tussen 2009 en 2010. Het gemiddeld aantal verblijfsdagen per klinische DBC is redelijk stabiel over de periode 2008-2010, namelijk rond de 63. De totale waarde van de DBC’s is toegenomen met 13% tussen 2008 en 2009 en 16% tussen 2009 en 2010. •Het circuit Ouderen kent een lichte daling van het aantal DBC’s van 5% tussen 2008 en 2009 en is vrijwel gelijk gebleven tussen 2009 en 2010. Het totaal aantal verblijfsdagen is licht afgenomen met 1% tussen 2008 en 2010. Het aantal verblijfsdagen per DBC is echter licht toegenomen van 86 naar 92 dagen. De totale waarde van de DBC’s is toegenomen met 11% tussen beide perioden. •Het circuit Verslavingszorg laat een lichte stijging van het aantal DBC’s zien van 4% tussen 2008 en 2009 en van 3% tussen 2009 en 2010. Het totaal aantal verblijfsdagen is gestegen met 2% per jaar tussen 2008 en 2010. Het gemiddelde aantal verblijfsdagen per klinische DBC ligt rond de 55. De verslavingszorg heeft hiermee de kortste verblijfsduur in vergelijking met de andere circuits. De totale waarde van de DBC’s is toegenomen met 26% tussen 2008 en 2009 en 17% tussen 2009 en 2010. •In het circuit Forensische zorg is het aantal DBC tussen 2008 en 2009 gelijk gebleven. Tussen 2009 en 2010 is sprake van een stijging van 25%. Het aantal verblijfsdagen is gestegen met 3% per jaar tussen 2008 en 2010. Het gemiddelde aantal verblijfsdagen per klinische DBC is 122. Dit is een sterke daling ten opzichte van 2009. Toen was het nog 137 dagen. De totale waarde van de DBC’s is toegenomen met 20% tussen 2008 en 2009 en 27% tussen 2009 en 2010. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. GGZ in de Zorgverzekeringswet Afgesloten DBC’s per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 26 Tabel 17. Afgesloten DBC’s per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders TOTAAL De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. DBC’s ambulant 122.165 30.540 1.480 52.443 42.579 103.311 65.133 9.262 53 1.294 3.034 7.913 939 7.761 60.729 63.085 2.312 46.993 71.049 DBC’s klinisch 3.290 2.304 160 14.066 11.891 11.313 2.892 545 14 222 43 665 24 346 2.709 1.495 82 4.983 997 DBC’s totaal 125.455 32.844 1.640 66.509 54.470 114.624 68.025 9.807 67 1.516 3.077 8.578 963 8.107 63.438 64.580 2.394 51.976 72.046 Waarde DBC’s ambulant € 289.908.709 € 47.804.425 € 2.822.161 € 110.056.980 € 138.134.618 € 221.312.912 € 144.058.924 € 17.009.491 € 97.976 € 4.951.982 € 4.983.811 € 22.468.007 € 1.194.154 € 15.070.991 € 88.612.582 € 107.254.054 € 3.478.017 € 145.845.254 € 29.292.746 Waarde DBC’s klinisch € 164.688.109 € 78.365.302 € 4.441.084 € 311.851.283 € 371.784.805 € 292.271.243 € 81.080.918 € 15.247.500 € 382.850 € 6.669.931 € 1.238.323 € 26.230.680 € 450.283 € 7.142.599 € 46.393.056 € 38.315.906 € 1.987.501 € 139.214.058 € 3.836.675 Waarde DBC’s totaal € 454.596.818 € 126.169.727 € 7.263.245 € 421.908.263 € 509.919.423 € 513.584.155 € 225.139.842 € 32.256.991 € 480.826 € 11.621.913 € 6.222.134 € 48.698.687 € 1.644.437 € 22.213.590 € 135.005.638 € 145.569.960 € 5.465.518 € 285.059.312 € 33.129.421 692.075 58.041 750.116 € 1.394.357.794 € 1.591.592.106 € 2.985.949.900 tabellen over de jaren 2008-2010 27 Afgesloten DBC’s per hoofddiagnose en circuit naar verblijf en waarde, 2010 Tabel 18a. Afgesloten DBC’s circuit Kinderen en jeugd per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Kinderen en jeugd Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders TOTAAL DBC’s ambulant 95.141 108 171 41.563 1.274 6.030 10.218 851 7 129 587 1.588 107 3.735 8.350 23.330 666 2.874 19.150 DBC’s klinisch 2.301 44 4 11.094 611 618 362 44 2 27 9 134 0 120 227 597 15 380 197 DBC’s totaal 97.442 152 175 52.657 1.885 6.648 10.580 895 9 156 596 1.722 107 3.855 8.577 23.927 681 3.254 19.347 Waarde DBC’s ambulant € 232.930.386 € 233.317 € 329.469 € 89.407.621 € 4.178.668 € 18.703.020 € 30.500.274 € 2.309.420 € 6.056 € 551.880 € 1.814.560 € 4.993.359 € 185.550 € 8.104.078 € 19.680.368 € 55.139.265 € 1.271.027 € 10.133.187 € 8.100.482 Waarde DBC’s klinisch € 133.170.198 € 1.851.374 € 321.357 € 245.548.915 € 25.312.537 € 22.395.351 € 17.986.156 € 1.887.334 € 130.278 € 1.554.638 € 425.587 € 6.874.463 € 0 € 2.984.191 € 6.179.402 € 20.570.426 € 797.403 € 16.111.691 € 1.887.850 Waarde DBC’s totaal € 366.100.584 € 2.084.691 € 650.826 € 334.956.536 € 29.491.205 € 41.098.371 € 48.486.430 € 4.196.754 € 136.334 € 2.106.518 € 2.240.147 € 11.867.822 € 185.550 € 11.088.269 € 25.859.770 € 75.709.691 € 2.068.430 € 26.244.878 € 9.988.332 215.879 16.786 232.665 € 488.571.987 € 505.989.151 € 994.561.138 GGZ in de Zorgverzekeringswet 28 Tabel 18b. Afgesloten DBC’s circuit Volwassenen per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Volwassenen Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders TOTAAL DBC’s ambulant 26.701 3.950 904 9.935 37.005 81.687 51.423 7.790 43 1.132 2.424 6.297 684 3.920 46.199 35.592 1.446 41.878 46.166 DBC’s klinisch 961 812 97 2.745 10.328 8.274 2.257 437 11 191 31 527 15 197 2.175 801 58 4.385 752 DBC’s totaal 27.662 4.762 1.001 12.680 47.333 89.961 53.680 8.227 54 1.323 2.455 6.824 699 4.117 48.374 36.393 1.504 46.263 46.918 Waarde DBC’s ambulant € 56.119.216 € 5.900.688 € 1.726.313 € 18.757.199 € 122.287.328 € 166.961.323 € 105.735.008 € 13.348.531 € 87.899 € 4.268.486 € 3.096.520 € 17.423.944 € 786.958 € 6.780.176 € 58.583.808 € 46.068.040 € 1.942.187 € 129.033.571 € 18.815.908 Waarde DBC’s klinisch € 30.328.862 € 28.619.853 € 2.383.774 € 58.911.486 € 311.592.827 € 188.067.488 € 54.990.615 € 11.105.219 € 249.923 € 5.031.364 € 572.247 € 19.285.799 € 220.887 € 3.396.751 € 31.704.014 € 14.706.637 € 907.455 € 116.025.786 € 1.811.477 Waarde DBC’s totaal € 86.448.078 € 34.520.541 € 4.110.087 € 77.668.685 € 433.880.155 € 355.028.811 € 160.725.623 € 24.453.750 € 337.822 € 9.299.850 € 3.668.767 € 36.709.743 € 1.007.845 € 10.176.927 € 90.287.822 € 60.774.677 € 2.849.642 € 245.059.357 € 20.627.385 405.176 35.054 440.230 € 777.723.103 € 879.912.464 € 1.657.635.567 tabellen over de jaren 2008-2010 29 Tabel 18c. Afgesloten DBC’s circuit Ouderen per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Ouderen Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders TOTAAL DBC’s ambulant 323 26.482 405 945 4.300 15.594 3.492 621 3 33 23 28 148 106 6.180 4.163 200 2.241 5.733 DBC’s klinisch 28 1.448 59 227 952 2.421 273 64 1 4 3 4 9 29 307 97 9 218 48 DBC’s totaal 351 27.930 464 1.172 5.252 18.015 3.765 685 4 37 26 32 157 135 6.487 4.260 209 2.459 5.781 Waarde DBC’s ambulant € 859.107 € 41.670.420 € 766.379 € 1.892.160 € 11.668.622 € 35.648.569 € 7.823.642 € 1.351.540 € 4.021 € 131.616 € 72.731 € 50.704 € 221.646 € 186.737 € 10.348.406 € 6.046.749 € 264.803 € 6.678.496 € 2.376.356 Waarde DBC’s klinisch € 1.189.049 € 47.894.075 € 1.735.953 € 7.390.882 € 34.879.441 € 81.808.404 € 8.104.147 € 2.254.947 € 2.649 € 83.929 € 240.489 € 70.418 € 229.396 € 761.657 € 8.509.640 € 3.038.843 € 282.643 € 7.076.581 € 137.348 Waarde DBC’s totaal € 2.048.156 € 89.564.495 € 2.502.332 € 9.283.042 € 46.548.063 € 117.456.973 € 15.927.789 € 3.606.487 € 6.670 € 215.545 € 313.220 € 121.122 € 451.042 € 948.394 € 18.858.046 € 9.085.592 € 547.446 € 13.755.077 € 2.513.704 71.020 6.201 77.221 € 128.062.704 € 205.690.491 € 333.753.195 GGZ in de Zorgverzekeringswet 30 Tabel 18d. Afgesloten DBC’s circuit Verslavingszorg per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Verslavingszorg Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders TOTAAL DBC’s ambulant 281 38 4 40.736 263 390 283 7 0 12 35 183 4 1.916 121 1.554 51 226 6.525 DBC’s klinisch 53 35 0 10.852 178 89 34 3 0 1 3 7 0 82 18 26 1 62 165 DBC’s totaal 334 73 4 51.588 441 479 317 10 0 13 38 190 4 1.998 139 1.580 52 288 6.690 Waarde DBC’s ambulant € 688.938 € 108.224 € 3.855 € 87.109.418 € 674.038 € 949.593 € 589.142 € 8.523 € 0 € 31.140 € 73.084 € 416.391 € 11.318 € 3.025.964 € 251.390 € 1.730.735 € 30.363 € 785.816 € 2.092.428 Waarde DBC’s klinisch € 1.550.308 € 1.338.356 € 0 € 237.988.674 € 5.610.882 € 2.648.605 € 591.562 € 19.383 € 0 € 14.763 € 28.953 € 307.190 € 0 € 1.904.717 € 229.674 € 1.411.864 € 17.460 € 1.658.495 € 1.636.073 Waarde DBC’s totaal € 2.239.246 € 1.446.580 € 3.855 € 325.098.092 € 6.284.920 € 3.598.198 € 1.180.704 € 27.906 €0 € 45.903 € 102.037 € 723.581 € 11.318 € 4.930.681 € 481.064 € 3.142.599 € 47.823 € 2.444.311 € 3.728.501 52.629 11.609 64.238 € 98.580.360 € 256.956.959 € 355.537.319 tabellen over de jaren 2008-2010 31 Tabel 18e. Afgesloten DBC’s circuit Forensische zorg per hoofddiagnose naar verblijf en waarde, 2010 Forensische zorg* Stoornissen in de kindertijd Delirium, dementie, cognitieve stoornissen Psychische stoornissen door somatische aandoeningen Aan een middel gebonden stoornissen Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen Stemmingsstoornissen Angststoornissen Somatoforme stoornis Nagebootste stoornissen Dissociatieve stoornissen Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen Eetstoornissen Slaapstoornissen Stoornissen in de impulsbeheersing Aanpassingsstoornissen Andere aandoeningen en problemen Bijkomende codes, geen diagnose Persoonlijkheids-stoornissen Anders DBC’s ambulant 3.173 11 8 435 310 302 286 12 0 50 455 4 0 1.052 303 3.996 13 1.556 1.909 DBC’s klinisch 86 3 2 127 181 42 20 0 0 12 4 0 0 8 17 13 1 93 9 DBC’s totaal 3.259 14 10 562 491 344 306 12 0 62 459 4 0 1.060 320 4.009 14 1.649 1.918 Waarde DBC’s ambulant € 19.047.469 € 25.858 € 27.715 € 1.306.936 € 1.260.081 € 976.407 € 1.053.877 € 32.421 € 0 € 270.422 € 1.514.088 € 7.604 € 0 € 3.241.617 € 1.098.028 € 12.540.388 € 39.090 € 5.274.489 € 759.695 Waarde DBC’s klinisch € 5.190.654 € 40.197 € 116.317 € 3.871.654 € 9.393.434 € 1.379.142 € 929.984 € 0 € 0 € 824.964 € 326.119 € 0 € 0 € 104.324 € 401.488 € 406.873 € 11.448 € 4.191.357 € 30.548 Waarde DBC’s totaal € 24.238.123 € 66.055 € 144.032 € 5.178.590 € 10.653.515 € 2.355.549 € 1.983.861 € 32.421 €0 € 1.095.386 € 1.840.207 € 7.604 €0 € 3.345.941 € 1.499.516 € 12.947.261 € 50.538 € 9.468.846 € 790.243 13.875 618 14.493 € 48.476.185 € 27.221.503 € 75.697.688 TOTAAL *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. GGZ in de Zorgverzekeringswet Reden beëindiging behandeling, 2008 – 2010 Tabel 19. Reden beëindiging behandeling, 2008 – 2010 In onderling overleg beëindigd behandeling, patiënt uitbehandeld Reden voor afsluiting bij patiënt, niet bij behandelaar Reden voor afsluiting bij behandelaar, om inhoudelijke redenen Figuur 12. Reden beëindiging behandeling, 2008 – 2010 Zichtbare trends 2008 (%) 2009 (%) 2010 (%) 68,6 19,9 11,5 69,2 18,7 12,1 70,0 18,0 12,1 •Rond de 70% van de behandelingen wordt beëindigd in overleg tussen patiënt en behandelaar. Dit percentage is constant in de periode 2008-2010. •De percentages voor afsluiting van het traject door de patiënt is ook vrij constant. Tot 2008 lag dit echter aanzienlijk lager, namelijk 12%. Een mogelijke verklaring voor de toename van dit percentage is dat in de DBC-systematiek een DBC na uiterlijk een jaar moeten worden afgesloten. Er moet dan een reden van afsluiting worden opgegeven. Voorheen werd dit mogelijk minder nauwkeurig bijgehouden. •Reden afsluiting bij behandelaar houdt meestal in dat de patiënt wordt doorverwezen naar een andere behandelaar. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten behandelingen. 32 tabellen over de jaren 2008-2010 Reden beëindiging behandeling per circuit, 2010 33 Tabel 20. Reden beëindiging behandeling per circuit, 2010 Kinderen Volwassenen Ouderen en jeugd Reden voor afsluiting bij patiënt, niet bij behandelaar (%) 9,6 18,7 14,9 Reden voor afsluiting bij behandelaar, om inhoudelijke redenen (%) In onderling overleg beëindigd behandeling, patiënt uitbehandeld (%) Figuur 13. Reden beëindiging behandeling per circuit, 2010 Verslavings- zorg Forensische zorg* TOTAAL 32,4 32,5 18,0 7,4 12,3 10,9 20,1 22,1 12,1 83,0 69,0 74,3 47,5 45,4 70,0 *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. Zichtbare trends •Er is zijn duidelijke verschillen tussen de circuits in de mate waarin de behandelingen in onderling overlegd worden beëindigd. •In het circuit kinderen en jeugd en ouderen wordt in verhouding het vaakst de behandeling in onderling overleg beëindigd. •In de circuits verslaving en forensische zorg beëindigen in verhouding vaker de patiënten de behandeling. In deze circuits wordt minder dan 50% in onderling overleg beëindigd. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten behandelingen. GGZ in de Zorgverzekeringswet Tijdbesteding per hoofddiagnose, 2010 34 Tabel 21. Tijdbesteding per hoofddiagnose, 2010 Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 2.833.014 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 590.328 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 37.847 Aan een middel gebonden stoornissen 3.306.260 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 2.821.799 Stemmingsstoornissen 4.018.408 Angststoornissen 2.023.321 Somatoforme stoornis 261.456 Nagebootste stoornissen 2.271 Dissociatieve stoornissen 84.078 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 51.663 Eetstoornissen 659.741 Slaapstoornissen 13.254 Stoornissen in de impulsbeheersing 170.909 Aanpassingsstoornissen 1.138.561 Andere aandoeningen en problemen 1.171.914 Bijkomende codes, geen diagnose 33.622 Persoonlijkheids-stoornissen 3.105.111 Anders 181.397 TOTAAL De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. 22.504.954 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 32 30 31 20 28 26 28 28 25 30 32 17 31 30 30 30 35 21 42 Gemiddeld aantal minuten reistijd 2 6 3 1 3 1 1 1 1 1 1 0 1 1 2 2 2 1 3 26 2 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 15 12 11 6 9 9 10 11 8 11 15 6 12 13 12 14 13 7 22 10 tabellen over de jaren 2008-2010 35 Tijdbesteding per circuit per hoofddiagnose, 2010 Tabel 22a. Tijdbesteding circuit Kinderen en jeugd per hoofddiagnose, 2010 Kinderen en jeugd Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 2.038.601 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 1.490 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 2.397 Aan een middel gebonden stoornissen 46.448 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 56.545 Stemmingsstoornissen 259.640 Angststoornissen 311.370 Somatoforme stoornis 31.587 Nagebootste stoornissen 209 Dissociatieve stoornissen 3.202 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 2.640 Eetstoornissen 59.726 Slaapstoornissen 1.460 Stoornissen in de impulsbeheersing 17.494 Aanpassingsstoornissen 183.203 Andere aandoeningen en problemen 370.362 Bijkomende codes, geen diagnose 8.648 Persoonlijkheids-stoornissen 112.598 Anders 34.480 TOTAAL 3.542.100 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 32 32 40 16 27 26 32 27 28 35 24 35 36 33 33 34 41 20 36 Gemiddeld aantal minuten reistijd 2 2 2 1 2 1 1 1 3 1 0 1 1 2 1 3 2 1 1 31 2 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 16 14 18 5 9 11 14 11 17 13 9 14 18 17 17 16 20 8 26 15 GGZ in de Zorgverzekeringswet 36 Tabel 22b. Tijdbesteding circuit Volwassenen per hoofddiagnose, 2010 Volwassenen Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 666.050 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 156.185 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 23.102 Aan een middel gebonden stoornissen 568.645 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 2.479.585 Stemmingsstoornissen 2.944.253 Angststoornissen 1.569.417 Somatoforme stoornis 206.162 Nagebootste stoornissen 2.028 Dissociatieve stoornissen 73.163 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 31.938 Eetstoornissen 588.861 Slaapstoornissen 8.841 Stoornissen in de impulsbeheersing 84.932 Aanpassingsstoornissen 802.579 Andere aandoeningen en problemen 632.551 Bijkomende codes, geen diagnose 21.333 Persoonlijkheids-stoornissen 2.823.741 Anders 111.719 TOTAAL 13.795.085 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 31 22 31 20 28 26 27 28 25 30 35 15 31 29 30 27 33 21 45 Gemiddeld aantal minuten reistijd 2 2 3 1 3 1 1 1 1 1 1 0 1 1 1 1 2 1 4 25 1 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 11 9 11 6 9 9 9 12 7 10 13 5 12 10 11 10 11 7 23 9 tabellen over de jaren 2008-2010 37 Tabel 22c. Tijdbesteding circuit Ouderen per hoofddiagnose, 2010 Ouderen Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 11.302 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 427.438 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 12.043 Aan een middel gebonden stoornissen 37.668 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 222.912 Stemmingsstoornissen 776.578 Angststoornissen 122.290 Somatoforme stoornis 23.173 Nagebootste stoornissen 34 Dissociatieve stoornissen 1.588 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 732 Eetstoornissen 832 Slaapstoornissen 2.855 Stoornissen in de impulsbeheersing 3.115 Aanpassingsstoornissen 140.138 Andere aandoeningen en problemen 69.941 Bijkomende codes, geen diagnose 2.491 Persoonlijkheids-stoornissen 97.948 Anders 12.634 TOTAAL 1.965.712 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 28 33 27 26 25 23 26 26 44 33 37 25 27 31 29 31 34 27 42 Gemiddeld aantal minuten reistijd 3 7 4 4 4 3 3 3 0 4 6 2 3 3 5 5 6 4 9 27 4 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 11 14 9 10 9 8 9 9 18 9 13 10 8 13 10 11 14 10 26 10 GGZ in de Zorgverzekeringswet 38 Tabel 22d. Tijdbesteding circuit Verslavingszorg per hoofddiagnose, 2010 Verslavingszorg Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 13.051 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 4.817 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 42 Aan een middel gebonden stoornissen 2.628.787 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 28.634 Stemmingsstoornissen 23.694 Angststoornissen 8.579 Somatoforme stoornis 283 Nagebootste stoornissen 0 Dissociatieve stoornissen 380 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 693 Eetstoornissen 10.245 Slaapstoornissen 98 Stoornissen in de impulsbeheersing 40.530 Aanpassingsstoornissen 3.847 Andere aandoeningen en problemen 20.539 Bijkomende codes, geen diagnose 848 Persoonlijkheids-stoornissen 19.484 Anders 19.203 TOTAAL 2.823.754 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 25 26 37 20 23 26 30 23 0 36 34 21 37 28 28 30 12 21 35 Gemiddeld aantal minuten reistijd 1 2 2 1 2 2 2 0 0 1 2 0 0 1 2 1 1 1 1 20 1 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 8 5 7 6 5 6 9 14 0 7 11 7 10 9 9 10 5 5 9 6 tabellen over de jaren 2008-2010 39 Tabel 22e. Tijdbesteding circuit Forensische zorg per hoofddiagnose, 2010 Forensische zorg* Aantal contacten Stoornissen in de kindertijd 104.010 Delirium, dementie, cognitieve stoornissen 398 Psychische stoornissen door somatische aandoeningen 263 Aan een middel gebonden stoornissen 24.712 Schizofrenie en andere psychotische aandoeningen 34.123 Stemmingsstoornissen 14.243 Angststoornissen 11.665 Somatoforme stoornis 251 Nagebootste stoornissen 0 Dissociatieve stoornissen 5.745 Seksuele stoornissen en genderidentiteits-stoornissen 15.660 Eetstoornissen 77 Slaapstoornissen 0 Stoornissen in de impulsbeheersing 24.838 Aanpassingsstoornissen 8.794 Andere aandoeningen en problemen 78.521 Bijkomende codes, geen diagnose 302 Persoonlijkheids-stoornissen 51.340 Anders 3.361 TOTAAL *De cijfers in het circuit forensische zorg hebben betrekking op de niet-strafrechtelijke forensische zorg. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. 378.303 Gemiddeld aantal minuten patiënt-gebonden tijd 43 34 38 28 25 29 33 34 0 26 26 36 0 33 38 36 40 32 34 Gemiddeld aantal minuten reistijd 6 6 6 3 2 2 2 1 0 1 1 0 0 1 4 1 3 2 3 35 3 Gemiddeld aantal minuten algemene tijd 28 12 19 9 8 11 16 26 0 10 20 6 0 25 19 38 17 20 16 24 GGZ in de Zorgverzekeringswet Soort contact, 2010 40 Tabel 23. Soort contact, 2010 Zichtbare trends Pre intake Diagnostiek Behandeling Begeleiding Verpleging Crisisopvang Aantal 121.239 2.122.900 18.112.145 1.717.967 13.787 416.916 % 0,5 9,4 80,5 7,6 0,1 1,9 TOTAAL 22.504.954 100 Figuur 14. Soort contact, 2010 •De meest voorkomende contacten betreffen behandeling, gevolgd door diagnostiek en begeleiding. • 2% van alle contacten betreft crisisopvang. • Nog geen procent van alle contacten betreft pre intakes en verpleging. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC´s. tabellen over de jaren 2008-2010 Zwaarte verblijfsdagen, 2010 41 Binnen de DBC-systematiek wordt verblijf als apart zorgproduct afgerekend. Daarbij wordt onderscheid gemaakt naar verschillende zwaartes afhankelijk van de benodigde zorg. Zwaarte 1 is het lichtste pakket van zorg, zwaarte 6 biedt de meeste gecompliceerde zorg. De zwaartes kennen een verschillend tarief op basis van de benodigde zorg. Behandeling is hierin niet opgenomen. Figuur 15. Zwaarte verblijfsdagen, 2010 Tabel 23. Zwaarte verblijfsdagen, 2010 Zwaarte 1 Zwaarte 2 Zwaarte 3 Zwaarte 4 Zwaarte 5 Zwaarte 6 Zwaarte onbekend Aantal 147.013 654.291 1.389.186 1.041.889 327.155 530.520 967 % 3,6 16,0 34,0 25,5 8,0 13,0 0,1 TOTAAL 4.091.021 100 Zichtbare trends •De meeste verblijfsdagen komen voor in zwaartecategorie 3, gevolgd door zwaartecategorieën 4, 2 en 6. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. GGZ in de Zorgverzekeringswet Dagbesteding, 2010 42 Tabel 25. Dagbesteding, 2010 Zichtbare trends Aantal % Dagbesteding sociaal (ontmoeting) 112.572 13,4 Dagbesteding activering (dagactiviteiten) 393.589 46,9 Dagbesteding educatie 44.298 5,3 Dagbesteding arbeidsmatig 238.975 28,5 Dagbesteding overig 49.937 5,9 TOTAAL Figuur 16. Dagbesteding, 2010 839.371 100 Gemiddelde duur per activiteit (in minuten) 110 154 124 214 157 164 •Ruim de helft van de dagbesteding bestaat uit dagactiviteiten, gevolgd door arbeidsmatige dagbesteding en ontmoeting. •Gemiddeld besteden patiënten 164 minuten per keer aan dagbesteding. Arbeidsmatige dagbesteding is het meest tijdsintensief, ontmoeting het minste. De cijfers hebben betrekking op het aantal afgesloten DBC’s. tabellen over de jaren 2008-2010 GGZ in de Zorgverzekeringswet Colofon Tekst GGZ Nederland: Marjolein Brink Vormgeving Case Communicatie, Ede Copyrights @ GGZ Nederland 2013 Overname van teksten is toegestaan met bronvermelding Publicatienummer 2013-389