Woordenschat: artikel - Van volle flat tot eigen appartement Taalgroepnl.nl Woordenschat rond om ongeveer ( + tijdsindicatie) Zij staat meestal rond 7 uur op. slechts maar, niet meer dan In mijn geboortedorp wonen slechts tweeduizend mensen. gezamenlijk samen In de pauze drinken we gezamenlijk koffie en thee. ruim meer dan Zij heeft ruim twintig paar schoenen in de kast staan. zelfstandig niet van iemand of iets afhankelijk zijn Toen ik tien jaar was, fietste ik zelfstandig naar school. bieden geven Amersfoort heeft inwoners veel te bieden: winkels, theaters, bioscopen. de hospita (vrouw) de eigenares van een huis die een of meerdere kamers verhuurt aan studenten (een hospes is een mannelijke kamerverhuurder) Ik betaal altijd op de eerste van de maand de huur aan mijn hospita. afnemen dalen, minder worden Sinds het rookverbod in de horeca is het aantal rokers afgenomen. krap als er te weinig ruimte voor iets is, als je van iets weinig hebt Als er een krappe arbeidsmarkt is, hebben werkgevers moeite om aan (goed opgeleid) personeel te komen. voordelig goedkoop Ik kan voordelig vliegen, omdat mijn zus bij KLM werkt. voornamelijk vooral Tijdens mijn reis kwam ik voornamelijk Engelsen tegen. ontstaan beginnen, zich vormen Er ontstond een discussie over de bouwplannen van de gemeente. de stichting de instelling die zich inzet voor een goed doel, zonder leden en zonder het doel om winst te maken De Hersenstichting Nederland zamelt geld in voor onderzoek naar het functioneren van de hersenen. aanvankelijk eerst Aanvankelijk kon ik geen appartement krijgen, maar na zes maanden kwam er een vrij. het pand het gebouw In onze buurt staat een aantal grote, vrijstaande panden. Bron: De Sprong, thema 5, uitwerking van oefening 18 Woordenschat: artikel - Van volle flat tot eigen appartement Taalgroepnl.nl sober eenvoudig, zonder luxe Mijn grootouders hebben altijd sober geleefd. delen verdelen, iedereen een deel geven Als we met een groep vriendinnen uit eten gaan, delen we altijd de kosten. halverwege op de helft van Halverwege haar studie heeft Mirjam een half jaar in Spanje gestudeerd. stijgen toenemen, meer worden De prijs van sigaretten is de laatste jaren gestegen. de eis de voorwaarde Het bedrijf stelt als eis voor deze baan dat je een diploma van de hotelschool hebt. toenemen stijgen, meer worden Het aantal verkochte auto’s is het afgelopen jaar toegenomen. flink erg, zeer Ik ben flink verkouden. groeien groter worden, toenemen, stijgen Bij warm weer groeit de vraag naar ijs. zogeheten zogenaamd, zogenoemd Er kwam een nieuw vervoersbewijs, de zogeheten OV-chipkaart invoeren introduceren De OV-chipkaart is in 2010 ingevoerd. verplichten afspreken/ tot een regel maken dat iets moet gebeuren Ik ben verplicht te betalen voor het abonnement. ombouwen de functie en indeling van een gebouw veranderen In Nederland zijn sommige kerken omgebouwd tot appartementen. toevoegen erbij doen Zal ik nog een klein beetje peper en zout toevoegen aan de soep? Bron: De Sprong, thema 5, uitwerking van oefening 18