KENNEN-KUNNENLIJSTJE KENNEN EN WETEN (KENLEER EN WETENSCHAPSFILOSOFIE), PROEFWERK 1 3.1 Inleiding 3.2 Verstandskennis: het rationalisme 3.3 Ervaringskennis: het empirisme 3.4 Het pleit beslecht? 3.5 Betekenis Wat je moet kunnen bij het tentamen: - aangeven met welke vragen kenleer zich bezighoudt. - aangeven wat het onderscheid tussen kennis van dingen en kennis van feiten inhoudt. - aangeven wat operatieve kennis inhoudt - aangeven welke vijf claims die je hebt als je zegt 'p is waar'. - vijf bronnen van kennis aangeven - aangeven wat de kenleer van Plato inhoudt. - aangeven wat Plato's Ideeënleer inhoudt. - de grotmythe weergeven en aangeven hoe deze samenhangt met de Ideeënleer. - aangeven wat de cartesiaanse twijfel inhoudt. - aangeven wat Descartes' standpunt over aangeboren ideeën inhoudt. - aangeven wat Descartes' dualisme inhoudt. - het experiment van Noczik weergeven. - aangeven wat onderdeterminatie inhoudt. - aangeven wat de kenleer van Aristoteles inhoudt. - aangeven wat inductie en deductie inhouden. - aangeven hoe Aristoteles de opbouw van wetenschap ziet. - aangeven wat de kenleer van Locke inhoudt. - aangeven wat de kenleer vanBerkeley inhoudt. - aangeven wat de kenleer van Hume inhoudt. - aangeven wat Hume's Fork inhoudt - aangeven wat Kant onder synthetische oordelen a priori verstaat. - aangeven wat de transcendentale filosofie inhoudt - aangeven wat de transcendentale esthetica oplevert - aangeven wat de transcendentale logica oplevert. - aangeven wat de copernicaanse wending van Kant inhoudt - Nietzsches visie op kennis weergeven - Het stuk over Merleau-Ponty mag je overslaan! - aangeven waarover de universaliastrijd ging. - aangeven wat extreem realisme, gematigd realisme en nominalisme inhouden. - aangeven wat het scheermes van Ockham inhoudt - aangeven wat de waarheidsconditionele betekenistheorie inhoudt. - aangeven wat de betekenistheorie van de Weense Kring inhoudt. Eigen mening - aangeven wat verificatie en reductionisme inhouden. - bij een gegeven filosofische kwestie een beargumenteerde mening kunnen geven over deze kwestie. Een goed beargumenteerde mening bevat geen feitelijke onjuistheden is een duidelijke afweging tussen de voor- en tegenargumenten is duidelijk gebaseerd op een of meerdere waarden Filosofen Gettier Parmenides Heraclitus Plato Socrates Descartes Aristoteles Locke Berkeley Hume Nietzsche Husserl Wittgenstein Frege Wiener Kreis Begrippen Epistemologie Epistèmè Doxa Kennis -van dingen -van feiten Vertrouwdheid Kundigheid Operatieve kennis Kennisoordeel – cognitieve uitspraak Cognitief vermogen Betekenis Scepticus Waarheid Gerechtvaardigde overtuiging Introspectie Waarneming Empirist Rationalisme Panta rhei Idee – vorm Algemeen – particulier Begripswoorden Paideia – opvoeding Oervorm Cartesiaanse twijfel Scepsis Cogito Waarheidscriterium Bedriegerargument Res extensa – res cogitans Aangeboren kennis Brein in het vat Onderdeterminatie-argument Principe van geïmpliceerde kennis Waarneming (aisthèsis) Denken (noèsis) Verbeeldingskracht (phantasia) Ervaring (empeiria) Technische kennis Wetenschap Oorzaak Ondervinding Inductie – deductie Noodzakelijk Teleologisch Postulaat Axioma Evident Innerlijke – uiterlijke ervaring Tabula rasa Idee/voorstelling Perception Uiterlijke waarneming/sensation Innerlijke waarneming/reflection Primaire/secundaire eigenschappen Materiële substantie Esse est percipi Immaterialisme Metafysische ficties Causaliteit Causaliteitsprincipe Wilsdaad Inductieprobleem Logisch positivisme Wiener Kreis Analytische oordelen Synthetische oordelen (a priori) Hume’s Fork Synthetisch A posteriori A priori Aanschouwing Begrip Transcendentaalfilosofie Transcendentale esthetica Transcendentale logica Aanschouwingsvormen (ruimte – tijd) Transcendentaal Transcendentaal subject Mogelijkheidsvoorwaarde Analytica Analyse Oordeelsvorm Categorie Verstandsbegrip Transcendentale apperceptie Cognitief oordeel Universalisme Pragmatisme Perspectivisme Begripsverbinding Oordeel -Enkelvoudig -Particulier/bijzonder -Universeel/algemeen Essentie Idee Realisme Ockhams scheermes Universaliënstrijd Nominailsme Waarheidsconditionele betekenis Betekenis – referent Waarheidsconditie Logische positivisme Eenheidswetenschap Verificatiebeginsel Verifieerbaarheid Reductionisme Cognitieve betekenis Analytische filosofie