Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa

advertisement
© electriceye
1
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
1. De meeste Belgen verdienen tussen de 2.000 en de 3.000 euro bruto per maand
Een voltijdse werknemer verdiende in 2011 gemiddeld 3.192 euro bruto per maand. Dat bedrag geeft echter een vertekend beeld
van de werkelijke loonspreiding, aangezien twee op de drie werknemers een lager loon ontvangen. Het is bijgevolg interessant om
de verdeling van de lonen nader onder de loep te nemen.
Grafiek 1: Verdeling van de werknemers in loonklassen van 250 € van het brutomaandloon (2011)
In de bovenstaande grafiek worden alle werknemers opgedeeld in loonklassen van 250 euro. Daaruit blijkt dat de helft van de
werknemers een bedrag verdient dat zich situeert tussen 2.000 en 3.000 euro per maand. Verder valt op dat een op tien
loontrekkenden maandelijks minder dan 2.000 euro verdient. Anderzijds bedraagt het salaris van 9% van de loontrekkenden
minstens 5.000 euro per maand.
2
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
2. Werken in Brussel loont
De onderstaande tabel toont aan dat werken in Brussel de beste kansen op een goed betaalde functie biedt. Met een bedrag van
3.694 euro ligt het gemiddelde loon er immers 16% boven het nationale gemiddelde. Ook in de arrondissementen rond Brussel, in
Antwerpen, Gent, Hoei en Mechelen betalen bedrijven globaal genomen lonen uit die het nationale gemiddelde overstijgen.
Tabel 1: De vijf arrondissementen waar de gemiddelde brutomaandlonen het hoogst liggen (2011)
Arrondissement
Gemiddeld brutomaandloon
Percentage boven het
nationale gemiddelde
1 Brussel-Hoofdstad
€ 3.694
16%
2 Nijvel
€ 3.374
6%
3 Halle-Vilvoorde
€ 3.362
5%
4 Leuven
€ 3.351
5%
5 Antwerpen
€ 3.269
2%
Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich de arrondissementen Dinant, Marche-en-Famenne en Veurne, waar
werknemers op maandbasis gemiddeld 20% minder verdienen dan het nationale gemiddelde.
Tabel 2: De vijf arrondissementen waar de gemiddelde brutomaandlonen het laagst liggen (2011)
Arrondissement
Gemiddeld brutomaandloon
1
2
3
4
5
Dinant
Marche-en-Famenne
Veurne
Bastenaken
Thuin
€ 2.447
€ 2.532
€ 2.556
€ 2.578
€ 2.593
Percentage onder het
nationale gemiddelde
23%
21%
20%
19%
19%
3
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
3. Managers verdienen het viervoud van kelners en barmannen
Niet alleen wat betreft de plaats van tewerkstelling zijn er grote loonverschillen waar te nemen. De loonspanning is immers het
grootst tussen beroepen onderling. Directeurs van grote ondernemingen oefenen bijvoorbeeld met voorsprong de best betaalde
functie uit. Met een gemiddeld maandloon van 8.610 euro verdienen ze een bedrag dat 170% boven het nationale gemiddelde ligt.
Andere managers, kaderleden en beoefenaars van wetenschappelijke functies vervolledigen de lijst van best betalende beroepen.
Tabel 3: De tien beroepen waar de gemiddelde brutomaandlonen het hoogst liggen (2011)
Gemiddeld
Beroep
brutomaandloon
Percentage boven het
nationale gemiddelde
1
Directeurs van grote ondernemingen
€ 8.610
170%
2
Managers op het gebied van informatie en communicatietechnologie (ict)
€ 6.725
111%
3
Managers op het gebied van zakelijke dienstverlening en op administratief
gebied
€ 6.527
104%
4
Managers op het gebied van professionele diensten
€ 5.939
86%
5
Managers op het gebied van verkoop, marketing, reclame, public relations
en Research & Development
€ 5.841
83%
6
Managers in de industrie, de delfstoffenwinning, de bouwnijverheid en de
logistiek
€ 5.702
79%
7
Wiskundigen, actuarissen en statistici
€ 4.958
55%
8
Natuurkundigen, scheikundigen en dergelijke
€ 4.632
45%
9
Managers in de detail- en groothandel
€ 4.630
45%
10
Ingenieurs op het gebied van de elektrotechnologie
€ 4.607
44%
4
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
Kelners en barmannen ontvangen met een gemiddeld loon van 2.084 euro het laagste brutomaandloon. Ze verdienen een salaris
dat 35% onder het nationale gemiddelde ligt. Bovendien moeten kelners en barmannen meer dan vier maanden werken om het
maandloon van directeurs van grote ondernemingen te verdienen. Ook het maandloon van kappers, schoonheidsspecialisten,
huishoudelijke hulpen en schoonmakers ligt meer dan een derde onder het nationale gemiddelde.
Tabel 4: De tien beroepen waar de gemiddelde brutomaandlonen het laagst liggen (2011)
Gemiddeld
Beroep
brutomaandloon
Percentage onder het nationale
gemiddelde
1
Kelners en barmannen
€ 2.084
35%
2
Kappers en schoonheidsspecialisten
€ 2.090
35%
3
Huishoudelijke hulpen en schoonmakers
€ 2.109
34%
4
€ 2.136
33%
5
Boden, krantenbezorgers, meteropnemers en andere
l
t en
i ticketverkopers
b
Kassiers
€ 2.189
31%
6
Autowassers, ruitenwassers en wasserijpersoneel
€ 2.279
29%
7
Kleermakers, stoffeerders en schoenmakers
€ 2.286
28%
8
Koks
€ 2.310
28%
9
Houtbehandelaars, meubelmakers en instellers en bedienaars
h tb
kien verwerkers
hi
Vuilnisophalers
€ 2.365
26%
€ 2.368
26%
10
5
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
4. De petrochemie betaalt het best, de horeca het slechtst
Met een gemiddeld maandloon dat 52% boven het nationale gemiddelde ligt, is de petrochemie de sector waar de hoogste lonen
worden uitbetaald. Consultancykantoren en informaticabedrijven vervolledigen de top drie van beste betalende economische
activiteiten.
Tabel 5: De vijf sectoren waar de gemiddelde brutomaandlonen het hoogst liggen (2011)
Gemiddeld
Economische sector
brutomaandloon
1
2
3
Petrochemische nijverheid
Activiteiten van hoofdkantoren; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer
Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's en
computerconsultancy-activiteiten
€ 4.862
€ 4.549
€ 4.145
Percentage boven het
nationale gemiddelde
52%
42%
30%
4 Farmaceutische nijverheid
€ 4.128
29%
5 Financiële dienstverlening, exclusief verzekeringen en pensioenfondsen
€ 4.114
29%
De horeca is de sector waar de laagste lonen worden uitbetaald. Een werknemer van eet- en drinkgelegenheden verdient op
maandbasis 27% minder dan het bedrag dat de gemiddelde loontrekkende opstrijkt. Ook bij het verblijfstoerisme liggen de lonen
een kwart onder het nationale gemiddelde.
Tabel 6: De vijf sectoren waar de gemiddelde brutomaandlonen het laagst liggen (2011)
Gemiddeld
Economische sector
brutomaandloon
1
2
3
4
5
Eet- en drinkgelegenheden
Verschaffen van accommodatie
Vervaardiging van meubelen
Detailhandel
Inzameling, verwerking en verwijdering van afval; terugwinning
€ 2.337
€ 2.369
€ 2.490
€ 2.504
€ 2.531
Percentage onder het
nationale gemiddelde
27%
26%
22%
22%
21%
6
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
5. Leeftijd heeft een positieve impact op het loonbriefje
Er bestaat een direct verband tussen de omvang van het loonzakje enerzijds
en de leeftijd van de werknemer anderzijds. Het gemiddelde loon neemt
algemeen genomen met de leeftijd toe. Zo verdienen werknemers van 60
jaar of ouder een bedrag dat 31% boven het nationale gemiddelde ligt. Dat
verschil loopt op tot 109% als hun loon wordt vergeleken met het
gemiddelde maandloon van werknemers jonger dan 20 jaar.
Het positieve effect van leeftijd op het loonzakje speelt vooral bij
bedienden. Bij arbeiders beperkt de loonspanning tussen de jongste en de
oudste werknemers zich tot 31%. Dat cijfer houdt in dat een arbeider die 60
jaar of ouder is, gemiddeld 31% meer verdient dan zijn collega die jonger
dan 20 jaar is. Bij bedienden bedraagt diezelfde loonspanning 180 %.
Grafiek 2: Gemiddelde lonen naar statuut en leeftijdsklasse (2011)
6. Een hoger diploma biedt de beste garantie op een
goed loon
Het gevolgde opleidingsniveau vormt ten slotte een laatste element dat de omvang van het loonzakje beïnvloedt. Hoe langer een
werknemer onderwijs heeft gevolgd, des te groter de kans is op een hoog loon.
Werknemers die geen diploma van het hoger secundair onderwijs hebben behaald, krijgen een loon dat gemiddeld 20% onder het
nationale gemiddelde ligt. Het succesvol beëindigen van het secundair onderwijs resulteert al in een hoger loon. Ook voor die
werknemers blijft het verschil ten opzichte van het nationale gemiddelde met 15% echter aanzienlijk.
7
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
Grafiek 3: Gemiddelde lonen naar opleidingsniveau (2011)
HO2C
HO1C
Hoger secundair (TSO of BSO)
Hoger secundair (ASO)
Lager secundair
Geen of lager onderwijs
€-
€1.000
€2.000
€3.000
€4.000
€5.000
€6.000
Werknemers die na het secundair onderwijs verder studeerden, worden daar financieel voor beloond. Wie een bachelordiploma
behaalde, verdient al 9% meer dan het nationale gemiddelde. Dat verschil loopt op tot 55% voor werknemers die over een
masterdiploma beschikken.
8
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
7. De Belgische lonen in een Europees perspectief
Om de Belgische lonen tegenover de overige Europese landen te kunnen plaatsen, voeren we het concept van een
voltijdsequivalent in. Dankzij die notie kunnen verschillen in arbeidsduur tussen de landen geneutraliseerd worden.
In 2010 bedroeg het Belgische gemiddelde brutomaandloon van een voltijdsequivalent 2.965 euro. In slechts vier andere lidstaten
van de Europese Unie werden globaal genomen hogere lonen uitbetaald. Met een gemiddeld brutomaandloon van 4.264 euro spant
Denemarken hier de kroon. Ook in Luxemburg en Ierland is het vanuit financieel oogpunt interessant werken, met bedragen die de
3.000 euro per maand overstijgen. Aan de andere kant van het spectrum vinden we talrijke Oost-Europese landen terug. Zo sluit
Bulgarije de rij met een gemiddeld maandloon van 343 euro, terwijl ook een werknemer in Roemenië op maandbasis minder dan
500 euro opstrijkt.
Grafiek 4: Gemiddelde brutomaandlonen van voltijdsequivalenten naar EU-lidstaat (2010)
9
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
8. De Belgische loonspanning is relatief beperkt
België scoort niet alleen goed op vlak van omvang van de brutolonen, ook de loonspanning is in ons land relatief beperkt. De
loonspanning geeft de verhouding tussen de hoogste en de laagste lonen weer, door de ratio te berekenen tussen het tiende en het
eerste loondeciel.
Grafiek 5: Ratio tussen het hoogste en het laagste loondeciel (2010)
Binnen de Europese Unie is de kleinste
loonongelijkheid terug te vinden in de
Scandinavische landen. Zweden scoort
het best, aangezien de hoogste lonen er
slechts 2,1 keer hoger liggen dan de
laagste. Met een ratio van 2,4 blijken
ook in België de lonen vrij gelijk
verdeeld te zijn. Bovendien scoren we
op dit domein beduidend beter dan de
buurlanden. In Duitsland liggen de
laagste lonen bijvoorbeeld vier keer
lager dan de hoogste lonen. De grootste loonkloof is ten slotte terug te vinden in Roemenië.
Een laatste vergelijking is een berekening van het aandeel werknemers dat een laag loon ontvangt. Volgens de internationale
definitie behoort een werknemer tot die categorie wanneer zijn uurloon minder dan twee derde van het mediaanuurloon bedraagt.
Net zoals bij de vorige indicatoren behoort België ook hier tot de betere leerlingen van de klas. Doordat slechts 6% van de
werknemers een laag loon krijgt, scoort ons land beduidend beter dan het Europese gemiddelde van 17%. Alleen Zweden, Finland
en Frankrijk tellen procentueel minder werknemers met een lage verloning.
Bij de buurlanden valt vooral de positie van Duitsland op. 22% van de Duitse werknemers verdient immers minder dan twee derde
van het mediaanuurloon. In Letland loopt dat aandeel op tot 28%, waardoor dit land de rij sluit.
10
Belgische lonen behoren tot de hoogste in Europa
Grafiek 6: Percentage werknemers met een laag loon (2010)
Methodologische informatie
Als er in deze publicatie sprake is van een loon, dan gaat het steeds om het brutomaandloon. Dat loonconcept bevat de periodieke
premies die iedere betalingsperiode worden uitbetaald. Premies voor nacht- of weekendwerk zijn daar voorbeelden van. Premies
die slechts op uitzonderlijke basis worden uitgekeerd, zoals een dertiende maand of het dubbel vakantiegeld, horen daar niet bij.
De nationale analyse van het loon beperkt zicht tot de voltijds werkende loontrekkenden die werken in ondernemingen met
minstens tien werknemers. Bepaalde sectoren, met name landbouw, visserij, openbaar bestuur, onderwijs, gezondheidszorg en
overige persoonlijke diensten werden niet opgenomen in deze studie. De referentieperiode voor deze gegevens is oktober 2011.
Voor de Europese vergelijking dateren de cijfers van oktober 2010. Om verschillen in de gemiddelde arbeidsduur te neutraliseren,
wordt bij deze internationale vergelijking bovendien gebruik gemaakt van het concept “voltijdsequivalent”.
Bezoek onze website
www.statbel.fgov.be
ONDERNEMINGSNUMMER: 0314.595.348
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: ANNIE VERSONNEN
WTC III - SIMON BOLIVARLAAN, 30 B-1000 BRUSSEL
i
© re
Communicatieverantwoordelijke Stephan Moens
[email protected]
WTC III - Simon Bolivarlaan, 30 B-1000 Brussel
E-mail: [email protected]
y
FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie
Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie
Download