Woorden met meerdere betekenissen Oefening 1: Schrijf een woord met twee betekenissen op. Laat de leerlingen de betekenissen raden. Oefening 2: Schrijf de betekenissen op en laat de leerling raden naar het verbindende woord. Bij deze oefening is het handig om de betekenissen in het midden te zetten en de eerste betekenis in de linkerkolom en de tweede betekenis in de rechterkolom. Oefening 3: Laat de leerling zelf nadenken over woorden met twee betekenissen. Oefening 4; Laat de leerling nadenken over woorden met meer dan twee betekenissen. Hoofd Gezicht Baas Weg Straat Zoek Bak Gevangenis Mop/grap Kennis Bekende Verstand/weten Schenken Geven (uit)gieten Vet Olie/boter Dik Slaap Rust/pauze Zijkant van je hoofd, naast je ogen Klappen Applaudisseren Ontploffen/barsten Vel Huid Papier Even Ogenblik/tel Deelbaar door 2 Voorbeelden van woorden met meer dan twee betekenissen: Vleugel Paard Muis Kruk Bord Tong Ezel Roos