Hoofdstuk 7: Cultuur als een betekenisgeving

advertisement
Hoofdstuk 7: Cultuur als een betekenisgeving
Max Weber: ‘Mensen hebben het vermogen om te wereld zin te verlenen, we zijn
cultuurmensen.’
Clifford Geerts: ‘Cultuur: historisch doorgegeven patroon van betekenissen in
symbolen belichaamd.’
Interpretatief cultuurbegrip
cultuur: wereld betekenis kunnen geven door sociale verbanden en betekenisvol
communiceren. (talige en niet-talige communicatie )
Symbolen: materiele voertuigen die immateriële betekenissen kunnen tonen
Vaak meerzinnig –‘meaning is the eye of the beholder’Wisselwerking betekenis en symbolen (kunnen niet zonder elkaar)
Op basis van codes: binnen een interpretatiegemeenschap gangbare conventies
Zijn geïnstitutionaliseerd (voorgegeven en dwingend)
Achterhalen codes: kwalitatief onderzoek wil ‘verstehen’
-> wat betekenen woorden, objecten, gedragingen voor die leden van diezelfde
interpretatiegemeenschap
MAAR: onderzoek van codes zijn zelf interpretaties, dus interpretaties van
interpretaties
‘going native’: participerende observatie door een actorperspectief in te nemen
Taal: primair medium communicatie/betekenisgeving
Met basiseenheid: woorden=tekens
denotatie: de letterlijke/dominante betekenis
connotatie: figuurlijke/bijbetekenis, de gevoelswaarden
-> denotatieve en connotatieve codes
Tekens hebben ook een referent: wat ze aanduiden in de realiteit
Betekenis/semantische waarde VS waarheidswaarde
MAAR: verschillen tussen interpretatiegemeenschappen
Zoals geesten, schepping, oerknal
1
Taal primair medium:
1)symbolische communicatie
-de betekenis verschilt met de codes en de context op zinsniveau en binnen
paragraven: openheid
2) individuele betekenisgeving
-belang van de ‘ik’ categorie
-relatie taal en bewust denken, we denken niet ‘met taal maar in taal
-relatie taal en zinvolle waarneming: we zien niet de werkelijkheid, maar
een betekenisvolle realiteit
elke taal= sociaal gedeeld fonds, repretoire of potentieel mogelijke
betekenisgeving
Culturele bronnen die we als een potentiële, selectief actualiseren
Gevolgen:
1) contra de idee van sociale feiten: culturele bronnen zijn beperkend en
mogelijk makend
2) contra de idee van cultuur als opzichzelfstaand:primaat van culturle of
symbolische handelingen
MAAR: tegelijk ook culturele of symbolische structuren
patronen van gekoppelde symbolen of betekenissen
(brussel-vuil) (jeugd-optimistisch)
Structualisme in de studie van cultuur-als-betekenisgevingen
Betekenisgevingen: classificeren of organiseren
-particuliere dingen onderbrengen in klasse en ze benoemenen in een
categorie (man, werk, feit, kaka)
-zo de particulieren dingen differentiëren, of onderscheiden van andere
klasse/categories
classificatieschema’s of geïnstitutionaliseerde tweedeling (duale
onderscheiding)
dominante cultuur, interpretatieve versie: vaak gebruikt classificatieschema
(cultuur: geleefde clichés)
MAAR: binnen de dominante classificatieschema’s kan er onenigheden zijn:
culturele interpretatiestrijd of definitiestrijd
2
Definitiestrijd:
(1) hetzelfde schema, maar uiteenlopende betekenissen
(2) uiteenlopende classificatieschema’s bij duiding van hetzelfde fenomeen
-ismen: samenhangend geheel van betekenissen
symbolische-, betekenis, of interpretatiekaders
Opmerkingen:
1)Essentialisme: ervan uitgaan dat je eigen betekenis de werkelijke betekenis is
-Koppeling semantische en waarheidswaarde
-Zoals naturalisering of biogisering: verwijzen naar de biologische of
natuurlijke essentie
2) betekenis realisatie: interpretaties, classificatieschema’s of betekeniskaders
worden actief ‘waargemaakt’ (man/vrouw door kleding)
-specifieke variant van de symbolische of cultureel grenswerk=
stabilisering of hybridiseren die een dominante classificatieschema’s
impliceert
3
betekenisrealisatie vinden we ook in de consumptiesfeer
koopwaren gaan connoteren via vorm en reclame: tekenwaarde
overgang in theoriekader
tekenwaarde: vaak arbitraire associatie
-impact van het design en voor reclame
conflict sociologisch perspectief
definitie- of interpretatiemacht: culturele en symbolische macht, interpretatief
gezien
dus cultureel (symbolisch) gezag
leken vs deskundige
Bourdieu: wetenschappers zitten in een strijd om de legitieme definitie
Kennisgezag: cultureel gezag dat gedekt wordt door
scholing/wetenschappelijke inzichten (advocaten, leraren, dokters)
Professie of kennisberoepen: verplicht bezit van een universitair diploma
Etikettering/labeling (neuroot, kakmadam)
Norm doorbrekend deviantgedragingen resulteren inlabeled wrongdoing
-de professionele definitiemacht geldt meestal als evident
-maar maakt meermaals betwistbare onderscheidingen tussen normaal en
afwijkend gedrag
Opmerkingen:
1) doorsteek naar hegemonie en ideologie: interpretatie of definitiemacht
als legitimatie van ongelijkheden
2) cultureel gezag (kennis gezag) kan arbitraire machtsoefening verhullen
omdat het voor legitiem doorgaat: cultureel of symbolisch geweld
4
9. Twee vrienden hebben een nogal hoogoplopende discussie over de vraag of
VLD-politicus X nu wel of niet nog ‘een echte liberaal’ kan heten. Dit is een
voorbeeld van
a) een cultuurconflict
b) een culturele definitiestrijd
c) cultureel grenswerk
d) labeling of etikettering
11. De zgn. Chicago-school was toonaangevend in de sociologie
a) einde de 19de eeuw
b) begin de 20ste eeuw
c) tussen de beide Wereldoorlogen
d) tijdens de jaren vijftig en zestig van de 20ste eeuw
. Welke naam past niet in het rijtje:
a) Parsons
b) Geertz
c) Dahrendorf
d) Durkheim
19. Bij een gevarenbord dat waarschuwt voor overstekende dieren is de
afbeelding van deze dieren
a) de code
b) de betekenis
c) het symbool
d) de referent
24. Volgens Claude-Lévi-Strauss, de grondlegger van het structuralisme, denken
mensen spontaan in termen van
a) categorieën
b) classificatieschema’s
c) etiketten of labels
d) waarnemings- en waarderingsschema’s
5
Download