Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' Datum: Maart 2017 Versie Definitief, vragen informatieavond 24 januari & 2 februari 2017 INHOUD 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Tracé Alternatieven Magneetvelden Drainagesystemen Inklinken van grond Fruitbomen Planning Last en schade P1 P2 P3 P4 P6 P6 P7 P8 1. Tracé Waarom ligt het tracé niet parallel aan bestaande leidingen? Waarom kent het tracé op een aantal plekken haakse hoeken? Waar komt het tracé? En ligt dit tracé vast of kan het tracé nog wijzigen? Hoogspanningsverbindingen kunnen spanningen in nabij gelegen buisleidingen teweegbrengen Deze beïnvloeding is in grotere mate aanwezig naarmate de lengte van parallelligging van de verbinding aan de kabel of buisleiding groter is. Ook geldt dat de beïnvloeding toeneemt naarmate de afstand tussen kabel tracé en buisleidingen kleiner wordt. Dit is ongewenst. Bij het traceren van onze verbinding houden we zoveel mogelijk rekening met een aantal uitgangspunten. Zo houden we rekening met het zoveel mogelijk vermijden van NNN (Natuurnetwerk Nederland), gebieden archeologische waarden en ook zoetwater voorkomens in het gebied. In andere gevallen moeten bestaande hoogspanningsmasten worden ontweken. Daarnaast wordt zoveel mogelijk afstand gehouden tot bebouwing en bestaande buisleidingstroken, wordt parallelligging met leidingen zoveel mogelijk voorkomen. Het uitgangspunt bij het aanleggen van het kabeltracé is open ontgraven, tenzij dat echt niet mogelijk is. Voor het gegraven deel van het tracé worden de perceelgrenzen zo veel als mogelijk gevolgd. Het voorkeurstracé is uitgangspunt voor de planologische procedure. Dat wil niet zeggen dat het in beton gegoten is. We hebben het tracé zo veel mogelijk langs perceelsgrenzen gelegd, maar het kan best zijn dat we iets over het hoofd hebben gezien of dat een partij of grondeigenaar op een onderdeel een goed idee heeft dat de tracering nog kan verbeteren. Daar kijken we daar uiteraard serieus naar en passen het eventueel aan. 1 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' 2. Alternatieven Waarom is een verbinding naar België niet mogelijk? Hadden de offshore windmolens niet (deels) op Zeeuws-Vlaanderen aangesloten kunnen worden, zodat ZuidWest380 en dit project niet nodig waren? Waarom wordt de bestaande hoogspanningsverbinding niet ondergronds gebracht? Een verbinding met België is niet mogelijk vanwege de beperkte transportcapaciteit van het Belgische net ter plaatse. Zowel een permanente verbinding als een noodverbinding inzetten, is dus niet mogelijk. Echter elke grensoverschrijdende verbinding (waaronder ook een noodverbinding) wordt als interconnector beschouwd, wat inhoudt dat deze beschikbaar gesteld dient te worden aan de markt. Hergebruik van de oude noodverbinding Oostburg-Maldegem (zgn. ‘Friteslijn’) is daarom ook niet mogelijk gebleken. Deze bovengrondse hoogspanningslijn zal op termijn worden afgebroken. Met het aansluiten van de windmolens op Zeeuws-Vlaanderen wordt het onderhoudsknelpunt niet opgelost. Het op een andere manier aansluiten van de kabels door de Westerschelde en het aanleggen van een nieuwe ondergrondse 150 kV-kabelverbinding tussen 150 kVstation Goed de Poel en het opstijgpunt Ellewoutsdijk en tussen het opstijgpunt Mast 6 aan de Willemskerkeweg in Terneuzen en 150 kVstation Westdorpe is noodzakelijk. Op deze manier is ook ten tijde van onderhoud wanneer één kabel uit bedrijf is én er een storing optreedt, voldoende capaciteit om de leveringszekerheid voor Zeeuws-Vlaanderen te waarborgen. Daarnaast is de capaciteit van het 150 kV-net in Zeeuws-Vlaanderen niet afdoende voor het aansluiten van grootschalige offshore wind. Grote hoeveelheden productievermogen dienen aangesloten te worden op het 380 kV-net, wat versterking van dit netvlak ook noodzakelijk maakt (ZuidWest 380). Alleen nieuwe 110 en 150 kV-verbindingen worden ondergronds aangelegd. Ook is het onder de grond brengen van bestaande verbindingen erg kostbaar. Daarnaast is de bestaande verbinding geen knelpunt in het net. En het onder de grond brengen van de bestaande verbinding is geen onderdeel van de oplossing voor dit project en daarom ook niet nodig. 2 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' 3. Magneetvelden Hoe groot is het magneetveld na aanlegging? De sterkte van elektrische en magnetische velden is afhankelijk van de aanwezige spanning (elektrisch veld) of de stroomsterkte (magnetisch veld), maar is ook sterk afhankelijk van de afstand tot de bron. Net zoals bij een warmtebron geldt voor elektrische en magnetische velden dat de veldsterkte snel afneemt wanneer de afstand tot de bron groter is. Bij ondergrondse hoogspanningskabels spelen elektrische velden geen rol. Door de metalen beschermingsmantel om de kabel wordt het elektrisch veld volledig afgeschermd. Door een internationale commissie van deskundigen, de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP), zijn limieten aanbevolen voor de blootstelling van de bevolking aan magneetvelden in het algemeen. De aanbevolen limiet van ICNIRP uit 1998 voor blootstelling aan magnetische velden van 50 hertz is 100 microtesla. ICNIRP acht het op basis van de huidige wetenschappelijke informatie niet waarschijnlijk dat er acute gezondheidseffecten (zoals lichtflitsen in de ogen en tintelingen in de handen) vóórkomen bij blootstelling aan veldsterkten lager dan deze limiet. De aanbevelingen van ICNIRP zijn gebaseerd op wetenschappelijk vastgestelde effecten van magnetische velden die tijdens of kort na blootstelling optreden. De Europese Unie heeft vervolgens- in een aanbeveling (1999/519/EG) – voor 50 hertz magnetische velden een waarde van maximaal 100 microtesla aanbevolen met het oog op het voorkómen van acute effecten bij leden van de bevolking. Vrijwel alle Europese landen baseren hun beleid voor bescherming van de bevolking op het referentieniveau van 100 microtesla uit de EU-aanbeveling. De Nederlandse overheid heeft in een beleidsadvies (2005) expliciet te kennen gegeven dat deze waarde ook voor Nederland richtinggevend is. Overigens heeft inmiddels ICNIRP in 2010 een nieuw advies uitgebracht. Hierin wordt een waarde van 200 microtesla aanbevolen. Dit laatste advies heeft (nog) niet geleid tot aanpassing van de EU-aanbeveling uit 1999. Ook voor de Nederlandse overheid heeft dit niet geleid tot aanpassing van het beleid. 3 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' Welke gevolgen heeft het magneetveld op de gezondheid van bewoners in de nabijheid van het tracé? Sinds de jaren zeventig is er veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar eventuele schadelijke gezondheidseffecten van elektrische en magnetische velden. Bekend is dat het menselijk lichaam reageert op zeer sterke magnetische velden. De referentiewaarde van 100 μT die in Nederland en Europa wordt gehanteerd, is bedoeld om te voorkomen dat de bevolking aan dergelijke zeer sterke magnetische velden wordt bloot gesteld. In Nederland wordt deze referentiewaarde op maaiveld niveau nergens overschreden. Een schadelijk gezondheidseffect van magneetvelden met geringere sterkte is nooit aangetoond. Wel zijn er aanwijzingen gevonden voor een zwakke, maar wel statistisch significante, relatie tussen het wonen bij hoogspanningslijnen enerzijds en de kans op kinderleukemie en het vóórkomen van Alzheimer anderzijds. Er is echter nooit een biologisch mechanisme gevonden dat daar verantwoordelijk voor zou zijn. De gevonden aanwijzingen kunnen dan ook worden veroorzaakt door andere factoren dan magneetvelden. De toonaangevende internationale commissie ICNIRP en de Nederlandse Gezondheidsraad komen dan ook tot de conclusie dat er geen hard bewijs is voor schadelijke gezondheidseffecten van het wonen bij hoogspanningslijnen. Meer informatie: Is er een mogelijkheid dat EM-velden verstoring veroorzaken van GPS apparatuur die wordt toegepast in de hedendaagse agrarische machines? Welke invloed heeft het magneetveld van het tracé op paarden met hoefijzers? http://www.kennisplatform.nl/Onderwerpen/hoogspanningslijnen/ Veelgesteldevragengezondheid.aspx http://www.kennisplatform.nl/Onderwerpen/hoogspanningslijnen/L eukemienabijHoogspanningslijnen.aspx http://www.kennisplatform.nl/Onderwerpen/hoogspanningslijnen/ AlzheimernabijHoogspanninsglijnen.aspx http://www.who.int/pehemf/publications/facts/fs322_ELF_fields_dutch.pdf?ua=1 GPS systemen en GPS apparatuur moeten aan eisen voldoen omtrent beïnvloeding door magneetvelden van hoogspanningsverbindingen. GPS apparatuur die wordt toegepast in hedendaagse agrarische machines voldoen aan de eisen, daarmee wordt verstoring vrijwel uitgesloten. Er zijn bij TenneT geen onderzoeken of overige aanwijzingen (bijvoorbeeld uit een klachtenbestand) bekend die aanleiding geven te veronderstellen dat een magneetveld enig effect zou hebben op paarden met hoefijzers. 4. Drainagesystemen Met welke afstand tussen de afdekplaten en de drains moet rekening worden gehouden? De afstand tussen drain en afdekplaat dient ten minste 0,30 meter te bedragen. Drainages mogen daarmee tot 1,20 meter beneden maaiveld worden ingefreesd. Als de perceeleigenaar van mening is dat deze diepte onvoldoende is, dan kan dit besproken worden met de rentmeester. 4 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' In hoeverre kan er rekening worden gehouden met aanwezig diep-drains (ca. 5mtr) bij het aanbrengen van de HDD boringen? Hoe worden bestaande drains, die onderbroken worden in geval van open ontgraving, hersteld? Wordt er een drainbrug aangebracht (ca. 2 jaar ongestoord functioneren)? Als de perceeleigenaar kan aangeven waar zijn drains liggen, dan zal hier tijdens het ontwerpen van de horizontaal gestuurde boringen zeker rekening mee worden gehouden. Deze zaken kunnen tijdens de gesprekken met de rentmeesters aan de orde worden gebracht. Indien tijdens het ontwerpproces blijkt dat er een knelpunt is, dan zal hierover contact worden opgenomen. Alle drainreeksen die als gevolg van de werkzaamheden verstoord raken, met uitzondering van drainreeksen in de lengterichting van het tracé, worden hersteld of vernieuwd. Een tijdens de werkzaamheden verbroken drainage wordt aan weerszijden gemarkeerd. Tijdens de werkzaamheden wordt ervoor gezorgd dat de waterafvoer van de drainage intact blijft. Het draingedeelte dat kan blijven functioneren wordt ter plaatse van de sleufwand afgestopt zodat dichtslibben uitgesloten is. Het draingedeelte dat aan de andere kant van de sleuf ligt moet kunnen afwateren in de sleuf. Daarnaast is het mogelijk om de drainage tijdelijk te herstellen of drainbruggen te plaatsten Het is mogelijk om drainbruggen te plaatsten. Indien de drainage door middel van een drainbrug wordt hersteld, dan wordt van het volgende uitgegaan: - de drainbruggen zullen bestaan uit een gewolmaniseerde vurenhouten plank welke wordt ondersteund door gewolmaniseerde perkoenpalen. Op de drainbrug worden 2 gewolmaniseerde vurenhouten panlatten gespijkerd; - de drainbrug wordt aan weerszijden van de sleuf ingegraven in de ongeroerde grond. Eventuele ruimten onder de drainbruggen worden verdicht en aangevuld met grond. Dit om zetting van de drainbrug te voorkomen na het aanvullen van de sleuf. Tijdelijk herstelde drainage worden ondersteund door middel van een plank en twee panlatten. Nadat de opdrachtgever en gebruiker de herstelde drainage hebben goedgekeurd wordt de sleuf gedicht. Het aanvullen zal tot een hoogte van 30 cm. boven de draineerbuizen met de hand en met goed fijne grond geschieden. Op de plaatsen in het tracé waar de bestaande drainreeksen in de lengterichting komen te vervallen zal, in overleg met de grondeigenaar, een nieuwe drain worden gelegd. Voor het verstrijken van de onderhoudstermijn worden alle door middel van drainbruggen herstelde drains vanaf de uitmonding tot 20 m voorbij de werkstrook gecontroleerd met een doorsteekapparaat. Voor aanvang van dit werk wordt de perceeleigenaar / -gebruikers van het betreffende perceel geïnformeerd. Tijdelijke drains moeten minimaal 2 jaar ongestoord kunnen blijven functioneren. Daar waar nodig zullen percelen opnieuw gedraineerd worden. Dit gebeurt meestal niet eerder dan na 2 jaar i.v.m. nazakken sleuf. 5 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' Is de dekking van de kabels voldoende om een drainage in te frezen? Hoe wordt omgegaan met her-draineren van het perceel? Diep-drains komen niet in beeld bij een KLIC aanvraag en ligging is daarmee voor de aannemer vaak onbekend. Hoe wordt hiermee om gegaan? De kabels komen op 1.80 m. diepte ten opzichte van het maaiveld in agrarisch gebied. De afdekplaten (met direct daaronder de glasvezelmantelbuizen) die boven de 150 kV-kabelverbinding komt te liggen op 1,50 m. ten opzichte van maaiveld. Deze diepte houden we aan vanwege de oorspronkelijke drainagesystemen die in de grond liggen en we willen de kabel veilig stellen voor ploegwerk van de boer. Indien tijdens de gesprekken met de rentmeesters en de uit te voeren onderzoeken blijkt dat de voorgenomen diepte van de 150 kV-kabelverbinding (incl. afdekplaten) onvoldoende is, dan zal hiervoor een oplossing worden gezocht. Omdat een vrije ruimte tussen drainage en afdekplaat van 30 cm. aangehouden dient te worden mogen drainages daarmee tot 1,20 m. beneden maaiveld worden ingefreesd. Als de perceeleigenaar van mening is dat deze diepte onvoldoende is, dan kan hij dit aangeven bij de rentmeester. Zie bovenstaande antwoord. Daar waar nodig zullen percelen opnieuw gedraineerd worden. Daar waar nodig zullen percelen opnieuw gedraineerd worden. Dit zal veelal niet eerder dan na 2 jaar gebeuren i.v.m. nazakken van de sleuf. Als de perceeleigenaar kan aangeven waar zijn drains liggen, dan zal hier tijdens het ontwerpen van de horizontaal gestuurde boringen zeker rekening mee worden gehouden. Deze zaken kunnen tijdens de gesprekken met de rentmeesters aan de orde worden gebracht. Indien tijdens het ontwerpproces blijkt dat er een knelpunt is, dan zal hierover contact worden opgenomen. 5. Inklinken van grond In hoeverre wordt rekening gehouden met het inklinken van de grond in de delen waar de kabel in open ontgraving wordt aangelegd? Wanneer wordt 0-meting gedaan van het maaiveld t.b.v. het inklinken van de grond? De ontgraving wordt met een overhoogte afgewerkt. Deze overhoogte dient ervoor om de inklinking van de bodem op te vangen. Dit onderwerp zal nader worden toegelicht in het nog uit te voeren cultuurtechnisch onderzoek (dit is één van de onderzoeken die afgeleid wordt van de veldwerkzaamheden). Op het moment dat er begonnen wordt met het uitvoeren van het veldwerk. 6. Fruitbomen Is het aanbrengen van fruitbomen boven de kabelverbinding toegestaan nadat de kabels zijn aangelegd? Als het aanbrengen van fruitbomen op korte termijn gepland is (zeker is), dan is boren een overweging. Als het aanbrengen van fruitbomen niet op korte termijn speelt, dan is het een optie om de diepte van de 150 kV-kabelverbinding (incl. afdekplaten) af te laten hangen van het veldonderzoek (grondwaterstand). De verwachting is echter dat de grondwaterstand niet lager zal zijn dan 1,50 m. beneden maaiveld en de 150 kV-kabelverbinding op normale diepte aangelegd kan worden. 6 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' Wat is de diepte van de boring wanneer er onder fruitteelt door wordt geboord? Over het algemeen is de diepte van de boring circa 5 meter onder fruitteelt door. Dit kan per locatie afhankelijk verschillen, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van dijken en/of watergangen. Het kan zijn dat dan dieper wordt geboord. 7. Planning Hoe worden bewoners op de hoogte gehouden van het planologie/vergunningen traject? Hoe lang gaan de graaf- en boorwerkzaamheden duren? Wanneer worden eigenaren geïnformeerd? Hoe worden omwonenden geïnformeerd? Hoe worden eigenaren geïnformeerd? Wanneer is inspraak mogelijk? Planning Gedurende het bestemmingsplan proces is er 2 keer een inspraak periode van 6 weken. Daarna is er mogelijkheid voor beroep. Indien gewenst kan er nogmaals een informatiebijeenkomst worden gehouden. Ook voor de vergunningen geldt dat er inspraak mogelijk is. Inspraak en informatie avonden worden gepubliceerd in de lokale bladen en regionale bladen. Indien mensen zich hebben opgegeven voor het ontvangen van de nieuwsbrief worden ze ook over inspraak perioden geïnformeerd. Er zijn twee verbindingen: ten noorden en ten zuiden van de Westerschelde. Beide tracés hebben een verwachte doorlooptijd van een half jaar wat daadwerkelijke graaf- en boorwerkzaamheden betreft. Dit staat voor eind 2018-2020 op de planning. Er is inmiddels gesproken met de grondeigenaren over de specifieke situatie ter plaatse. Daarbij zijn de specifieke wensen van de eigenaren, de (on)mogelijkheden ter plaatse en de veldonderzoeken (bodemonderzoek, grondwateronderzoek, archeologie) die moeten worden uitgevoerd ten behoeve van de aanleg en de te doorlopen procedures besproken. Middels nieuwsbrieven, brochures en eventuele persoonlijke gesprekken. U kunt ons altijd bellen op 0800 - 836 63 88 of mailen [email protected]. Ook kunt u uw email(adres) achterlaten tijdens de informatieavond(en) zodat u automatisch de nieuwsbrieven zult ontvangen. Er hebben reeds twee informatieavonden plaatsgevonden waarvoor ook eigenaren zijn uitgenodigd. Daarnaast worden eigenaren geïnformeerd door de rentmeesters. Er hebben persoonlijke gesprekken voorafgaand aan de perceelbestredingen t.b.v. de veldonderzoeken plaatsgevonden. En vervolgens vinden gesprekken plaats ten behoeve individuele informatie en het opstellen van een overeenkomst. Ook kunt ons altijd bellen op 0800 - 836 63 88 of mailen [email protected]. Gedurende de terinzagelegging van het voorontwerp en ontwerp bestemmingsplan (een periode van 6 aaneengesloten weken) is inspraak mogelijk. Naar verwachting vinden alle ter inzage leggingen van het bestemmingsplan plaats in 2017, het voorontwerp in het voorjaar, het ontwerp rond de zomer. Het plan wordt naar verwachting aan het eind van2017 vastgesteld.. Veldonderzoeken –2017 Procedure bestemmingsplannen –2017 Vastgestelde bestemmingsplannen – eind 2017 Start aanbesteding – januari 2018 Start engineering en aanlegwerkzaamheden – juli 2018 Werkzaamheden gereed – 1 januari 2000 7 Vragen informatieavonden 'Versterken 150 kV-net ZeeuwsVlaanderen' 8. Overlast en schade In welke mate krijgen bewoners ‘last’ van de aanleg? Hoe wordt omgegaan met gewasschades op langere termijn? De nieuwe 150 kV-kabelverbinding komt onder de grond te liggen. De locaties waar wij de nieuwe verbindingen aansluiten, zijn de hoogspanningsstations Goes de Poel / Westdorpe en de opstijgpunten Ellewoutsdijk en Terneuzen. Dit zijn allemaal bestaande locaties. Een hoogspanningsstation is een knooppunt waar veel boven- en ondergrondse verbindingen samenkomen. Een opstijgpunt is een locatie van beperkte omvang (in vergelijking tot bovengrondse hoogspanningsstations) waar een ondergrondse kabelverbinding overgaat in een bovengrondse hoogspanningslijn. Het opstijgpunt Ellewoutsdijk breiden we in beperkte mate uit. Het hoogspanningsstation Goes de Poel wordt vergroot evenals het opstijgpunt Ellewoutsdijk. De hoogspanningsstations Terneuzen en Westdorpe en het opstijgpunt Terneuzen worden aangepast binnen de bestaande omheining. Er is in dit project geen sprake van een uitbreiding van het bovengrondse hoogspanningsnet, enkel ondergronds. Ter hoogte van Ellewoutsdijk en bij mast 6 in Terneuzen maken we in het opstijgpunt een verbinding met de kabels onder de Westerschelde. Na realisatie zijn deze kabels niet meer zichtbaar. De overlast voor de omgeving betreft vooral de graaf- en boorwerkzaamheden en is daarmee aanzienlijk minder dan de aanleg van een bovengronds hoogspanningsnet. De eerste twee jaar vindt objectief onderzoek plaats en wordt er schade uitgekeerd conform de geldende schaderegeling. Daarna is het de bedoeling dat een agrariër zelf de schade meldt en vindt na onderzoek eveneens schadevergoeding plaats. 8