Op 4 juli 2014 heeft de Vlaamse Regering per besluit een aantal maatregelen genomen die het deeltijds kunstonderwijs moeten toelaten verder inhoudelijk te vernieuwen. Het besluit voorziet in enkele mogelijkheden die de academies toelaten beter in te spelen op de leervragen van jongeren en volwassenen. De maatregelen concentreren zich op de volgende vier thema’s: aanpassingen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften; actualisering van het opleidingsaanbod: toevoeging van enkele niet-Westerse instrumenten (ud, saz en bandoneon) en van de optie beeldverhaal voor jongeren (12-17-jarigen); breed en competentiegericht evalueren; leren in een alternatieve leercontext (bv. amateurkunstvereniging). Daarnaast bevat het besluit nog een aantal aanpassingen aan de regelgeving over: het verlenen van een vrijstelling voor een vak; de duur van de toelatingsperiode; de instroom in de lagere graad woordkunst en dans. Onderstaande maatregelen gelden, mits definitieve goedkeuring door de Vlaamse Regering, vanaf het komend schooljaar 2014-2015. Deze maatregelen worden dra ook uitvoerig toegelicht in een omzendbrief. Overzicht van de maatregelen Aanpassingen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Info voor alle academies Het wordt voor alle academies mogelijk om hun opleidingen beter af te stemmen op leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (leerstoornis, handicap). Zoals vandaag kan dat ook in de toekomst in de eerste plaats door specifiek voor deze leerlingen aanpassingen te doen aan de organisatie van het gemeenschappelijke curriculum, zoals bepaald in de organisatiebesluiten en (minimum)leerplandoelen, zodat zij alle vakken kunnen blijven volgen en de (minimum)leerplandoelen kunnen bereiken. In de geest van het VN-verdrag inzake rechten van personen met een handicap en het decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (beter bekend als het M-decreet) gaan we ervan uit dat de academie daarvoor redelijke inspanningen levert. Voorbeelden van redelijke aanpassingen zijn: de leerling krijgt meer tijd of bepaalde hulpmiddelen om een opdracht uit te voeren, de leerkracht gebruikt een aangepaste methode, er zijn remediërende lessen, de evaluatie gebeurt in een aangepaste vorm, …. Als de academie echter vaststelt dat een leerling ondanks redelijke aanpassingen toch onvoldoende leerwinst zal kunnen boeken, kunnen de directeur en betrokken leerkrachten in samenspraak met de leerling (en zijn ouders) een individueel aangepast curriculum uittekenen. Een individueel aangepast curriculum is enkel mogelijk voor leerlingen die 1 beschikken over een verslag buitengewoon onderwijs of ingeschreven zijn in het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH). In een individueel aangepast curriculum kan de academie afwijken van de (minimum)leerplandoelen, de toelatingsvoorwaarden (behalve de minimumleeftijd om in te schrijven in het dko) en de bepalingen inzake evaluatie. Indien noodzakelijk kan de academie ook een aangepast lessenrooster samenstellen. De leerling zal dan bepaalde vakken niet of slechts gedeeltelijk (minder lestijden) volgen, maar blijft wel evenveel financierbaar. De leerling met een individueel aangepast curriculum schrijft zich in voor een bepaalde graad en een bepaald leerjaar en doorloopt vervolgens de verschillende leerjaren. Daarna gaat hij over naar de volgende graad. Het leertraject van een graad kan maximaal één leerjaar langer duren dan het reguliere traject, maar dat hoeft niet. Info specifiek voor academies met een tijdelijk project aangepaste beeldende vorming, orthoagogische muzikale vorming of inclusief muziekonderricht De mogelijkheid voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften om binnen de reguliere opleidingenstructuur een individueel aangepast curriculum te volgen, maakt de tijdelijke projecten die een specifiek opleidingsaanbod voor deze leerlingen voorzien overbodig. Om de betrokken academies de tijd te geven om in samenspraak met de leerlingen (en hun ouders) een dergelijk individueel aangepast curriculum te ontwikkelen, lopen de tijdelijke projecten nog door in het schooljaar 2014-2015. Waar dat relevant is geldt vanaf 1 september 2015 voor de leerkrachten die in een dergelijk tijdelijk project les gegeven hebben een ambtshalve concordantie. Actualisering van het opleidingsaanbod: niet-Westerse instrumenten, een optie beeldverhaal voor jongeren (12-17-jarigen) Info voor alle academies De instrumenten saz, ud en bandoneon en de opleiding beeldverhaal, die sommige academies de voorbije jaren als tijdelijk project organiseerden, worden opgenomen in het reguliere opleidingsaanbod. De nieuwe instrumenten worden toegevoegd aan de instrumentenlijst van het vak ‘instrument’. De optie beeldverhaal krijgt een plaats binnen het opleidingsaanbod van de middelbare graad beeldende kunst. Dat betekent dat vanaf nu academies die dit aanbod nog niet organiseren, dit ook kunnen als de Vlaamse Regering hen een afwijking toestaat op de programmatiestop. In de praktijk betekent dit ten vroegste op 1 september 2015. Info specifiek voor academies met een tijdelijk project saz, ud, bandoneon De tijdelijke projecten worden nu stopgezet. De academies die deze tijdelijke projecten in het voorbije schooljaar 2013-2014 organiseerden, kunnen vanaf nu dit aanbod verder organiseren binnen de bestaande structuur, zonder dat zij hiervoor een afwijking moeten aanvragen op de programmatiestop. De leerlingen die in het schooljaar 2013-2014 geslaagd 2 waren voor een bepaald leerjaar van het tijdelijk project komen in het daarop volgende leerjaar van de optie ‘algemene muziekleer’ in de lagere graad, ‘instrument’ of ‘samenspel’ in de middelbare en hogere graad terecht. De omkadering wordt berekend op basis van de omkaderingscoëfficiënt en het aanwendingspercentage van de graad waarin de leerling op 1 februari 2014 les volgde. De bekwaamheidsbewijzen van het vak instrument en het vak begeleidingspraktijk worden van toepassing gemaakt voor die nieuwe instrumenten. Er geldt een ambtshalve concordantie voor leerkrachten die saz en ud onderwezen hebben in de tijdelijke projecten. Info specifiek voor academies met een tijdelijk project beeldverhaal Het tijdelijk project wordt nu stopgezet. De academies die dit tijdelijk project in het voorbije schooljaar 2013-2014 organiseerden, kunnen vanaf nu dit aanbod verder organiseren binnen de bestaande structuur, zonder dat zij hiervoor een afwijking moeten aanvragen op de programmatiestop. De leerlingen die in het schooljaar 2013-2014 geslaagd waren voor een bepaald leerjaar van het tijdelijk project komen in het daarop volgende leerjaar van de optie ‘beeldverhaal’ in de middelbare graad terecht. Ze volgen er het vak beeldverhaal met 4 wekelijkse lestijden. De omkadering wordt berekend op basis van de omkaderingscoëfficiënt 0,5 en het aanwendingspercentage van de middelbare graad op basis van het leerlingenaantal op 1 februari 2014. Er worden bekwaamheidsbewijzen voor het vak beeldverhaal vastgelegd. Er geldt een ambtshalve concordantie voor leerkrachten die in de tijdelijke projecten beeldverhaal les gegeven hebben. Breed en competentiegericht evalueren Info voor alle academies Academies die dat wensen, kunnen afwijken van de huidige bepalingen over het evalueren van leerlingen. Het leerkrachtenteam en de directeur ontwikkelen in dat geval een eigen artistiek-pedagogische visie op evalueren en expliciteren op welke wijze de evaluatie het leerproces van de leerlingen zal ondersteunen. Ze nemen ook maatregelen om de kwaliteit van het evaluatieproces te verzekeren. Het is vanzelfsprekend dat leerlingen een goed zicht krijgen op hoe de evaluatie zal verlopen. In het schoolreglement worden de basisprincipes van de visie van de academie op leerlingenevaluatie weergegeven. De (minimum)leerplandoelen blijven het referentiepunt om te bepalen of een leerling al dan niet geslaagd is. Tweemaal per schooljaar bespreekt de academie de brede artistieke ontwikkeling van de leerling. Leren in een alternatieve leercontext Info voor alle academies Net als leerlingen die in het volwassenonderwijs of secundair onderwijs stage lopen om in een reële arbeidscontext competenties te verwerven (cf. werkplekleren), kunnen dkoleerlingen erbij gebaat zijn om voor een deel van hun opleiding leerervaringen op te doen buiten de academiemuren, bv. bij een amateurkunstvereniging, een bedrijf, een zelfstandige 3 kunstenaarspraktijk, …. De regelgeving bepaalt niet hoe die leeromgeving er moet uitzien en welke organisaties al of niet in aanmerking komen. Elke maatschappelijke context waar de leerling de kennis, vaardigheden en attitudes beschreven in de (minimum)leerplannen kan inzetten of verwerven, komt in aanmerking. Opleidings- en vormingsactiviteiten van andere opleidingsverstrekkers, zowel private initiatieven als publieke, zijn echter wel uitgesloten. Alle vakken waarin kennis, vaardigheden of attitudes geïntegreerd aan bod komen, komen hiervoor in aanmerking. Voorbeelden van dergelijke vakken zijn: specifiek artistiek atelier, samenspel, koor, directie vocale muziek, artistieke training, toneel, enz. ‘Leren in een alternatieve leercontext’ is geen vrijstelling; de leerling behoudt zijn financierbaarheid en de academie behoudt als onderwijsinstelling - net als bij werkplekleren in het so en vwo - de eindverantwoordelijkheid over het leerproces van de leerling. De academie zal de leerling effectief opvolgen in zijn leerproces buiten de academie en zal daarvoor de nodige acties ondernemen en met alle betrokkenen afspraken maken. De academie evalueert eveneens of de leerling de voorgestelde (minimum)leerplandoelen verworven heeft. Het verlenen van vrijstelling voor een vak Info voor academies beeldende kunst ! belangrijk voor de inschrijving van leerlingen Naast de bestaande regeling voor vrijstelling om pedagogische redenen komt er een regeling waardoor de leerling automatisch recht op vrijstelling krijgt voor een vak dat hij al eerder met succes gevolgd heeft in het deeltijds kunstonderwijs, het secundair onderwijs of het hoger onderwijs. Info voor academies met studierichtingen muziek woordkunst en dans ! belangrijk voor de inschrijving van leerlingen Naast de bestaande regeling voor vrijstelling om pedagogische redenen komt er een regeling waardoor de leerling automatisch recht op vrijstelling krijgt voor de vakken algemene muzikale vorming, muziekcultuur/volksmuziek, repertoirestudie woordkunst of theorie van de dans als hij dat vak al eerder met succes gevolgd heeft in het deeltijds kunstonderwijs, het secundair onderwijs of het hoger onderwijs. De duur van de toelatingsperiode en deadline voor het veranderen van optie Info voor alle academies De duur van de toelatingsperiode is ingekort tot uiterlijk 1 november. Die datum wordt ook de uiterste dag voor het veranderen van optie of leerjaar. 4 De instroom in de lagere graad woordkunst en dans Info voor academies met studierichtingen woordkunst en dans ! belangrijk voor de inschrijving van leerlingen In de studierichting woordkunst wijzigen de toelatingsvoorwaarden voor het vierde leerjaar van de lagere graad en het eerste leerjaar van de middelbare graad. De wijziging beperkt de instroom op leeftijd tot de eerste drie leerjaren van de lagere graad. Alle instromende leerlingen tussen 10 en 14 jaar starten vanaf nu in het derde leerjaar van de lagere graad. In de studierichting dans stromen de leerlingen eveneens enkel in de drie eerste leerjaren op leeftijd in. 8- tot 14-jarigen stromen daardoor allemaal in het derde leerjaar van de lagere graad in. De beperking dat leerling van het derde leerjaar ‘hoogstens drie leerjaren” ingeschreven mogen zijn in het lager onderwijs is hiermee strijdig en wordt geschrapt. Meer informatie Gewijzigde omzendbrieven: - bekwaamheidsbewijzen in het deeltijds kunstonderwijs; - ambtshalve concordantie deeltijds kunstonderwijs. Nog te publiceren omzendbrieven: - (wijziging van de reeds gepubliceerde) jaarlijkse inlichtingen voor het schooljaar 20142015: schoolbeheer deeltijds kunstonderwijs; - leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het deeltijds kunstonderwijs; - vrijstellingen en leren in een alternatieve leercontext; - leerlingen evalueren in het deeltijds kunstonderwijs. Als u zich inschrijft voor de Edulex e-attendering wordt u via e-mail meteen op de hoogte gebracht van een aanpassing in de Edulex-databank (een gewijzigde of nieuwe omzendbrief). Infosessie Op 25 augustus 2014 geven ambtenaren van het Departement Onderwijs en Vorming een infosessie over de nieuwe maatregelen voor alle directeurs en andere beleidsverantwoordelijken van de academies. De infosessie vindt plaats in het Vlaams Administratief Centrum Virginie Loveling, Koningin Maria Hendrikaplein 70 in Gent en dit van 13:30u-17:00u. Vanaf 15 augustus kunt u zich online inschrijven via http://www.ond.vlaanderen.be/inschrijven/ 5