Overzicht hoorcollegestof Burgerlijk Procesrecht 1 2016-2017 HC 1A. Inleiding A.S. Rueb e.a., Compendium van het Burgerlijk procesrecht, twintigste druk, Deventer: Kluwer 2015, H1 Burgerlijk procesrecht als sluitstuk van het burgerlijk procesrecht Rechtsvordering is het sluitstuk van het burgerlijk procesrecht. Bij materieelrechtelijke vragen gaat het erom wie recht heeft op wat. Bij het procesrecht gaat het erom hoe je het recht kunt effectueren als je weet dat A recht heeft op schadevergoeding jegens B en B betaalt niet. Ook gaat het erom of je kunt zorgen dat je een zaak terugkrijgt. In het procesrecht eindigt het proces bij de rechtsvordering. Het burgerlijk procesrecht valt onder te verdelen in twee rechtsgebieden: het vermogensrecht en het personen- en familierecht. De taak van de rechter in beide rechtsgebieden is anders. Personen- en familierecht is het onderdeel van het recht waar partijen zelfstandig niet over kunnen beslissen. Je kunt bijvoorbeeld niet zelf beslissen of een huwelijk is geëindigd. Ook kun je niet zelf je achternaam veranderen. Tevens heb je bij het adopteren van een kind de rechter nodig. De rechter is een soort ordner van rechtssystemen. Hij heeft een ordenende taak. In het vermogensrecht zie je dat de rechter het onderscheid gaat maken tussen wie het recht heeft en wie het gelijk van het recht krijgt. Dat werkt in de praktijk heel onbevredigend. Uiteindelijk is de casus die je op het tentamen maakt erop gericht om antwoord te geven op de materieelrechtelijke vraag. Maar om procesrechtelijke redenen komt het voor dat je iets niet gedaan kunt krijgen. Stel een werknemer is in dienst bij een werkgever onder contract voor bepaalde tijd. Dit contract kan niet tussentijds beëindigd worden. Je moet het contract voor bepaalde tijd uitdienen en je kunt het niet eenzijdig opzeggen. Door middel van een eenzijdige rechtshandeling kun je dus in principe niet zeggen dat je niet meer wilt werken. Als je dit wel doet, heeft dit een consequentie: je moet schadevergoeding betalen. Als een werkgever instemt met het vertrek van de werknemer voortijds dan stelt het materiële recht dat de werknemer geen schadevergoeding hoeft te betalen: er was wilsovereenstemming. De moeilijkheden ontstaan op de momenten dat dergelijke dingen niet genoteerd zijn. Degene die bewijslast heeft, de werknemer, loopt ook het bewijsrisico. Hij verliest dan procesrechtelijk de zaak. Samengevat: bij het vermogensrecht moet de rechter in een geschil beslechten, terwijl in het personen- en familierecht hij een ordenende taak heeft. Het beslechten van een geschil is eigenlijke rechtspraak en het ordenen van het recht is oneigenlijke rechtspraak. Voorbeelden In Boek 1 BW zijn de procedures veelal verzoekschriftprocedures. In het vermogensrecht spreekt men veelal van een dagvaarding. Het materiële recht wordt uitgevochten in processen door middel van een dagvaarding. A woont in Nederland en is door de rechtbank in Moskou onherroepelijk veroordeeld bedrag X aan B te betalen. Kan B in Nederland verhaal zoeken op het vermogen van A aldaar, bijvoorbeeld door beslag te leggen op diens huis? Materieel kan het dispuut elders zijn gevoerd en komt het in Nederland in de procesrechtelijke context. Burgerlijk procesrecht Je hebt procesrecht nodig om materiële kwesties veilig te stellen. Het voorkomt ook eigenrichting. Hieronder staan de diverse functies van het burgerlijk procesrecht. facebook.com/slimstuderenrechtengroningen 1 Overzicht hoorcollegestof Burgerlijk Procesrecht 1 2016-2017 Het belang van burgerlijk procesrecht is voor de praktijk groot. Voorbeelden hiervan zijn: • Het leggen van beslag. Dit is vaak het begin van een procedure. De wet zegt dat als je beslag hebt gelegd dat je dan binnen tien dagen moet procederen. Dit gebeurt bijna altijd met een dagvaarding; • Het beginnen van een procedure; • Procederen; • Het executeren van een vonnis. Als in het vonnis staat ‘veroordeeld de gedaagde om honderd te betalen’, dan wil je dat dat bedrag betaald wordt. Dan ga je naar het executierecht; • Het instellen van hoger beroep en/of cassatie. Een procedure is niet per definitie geëindigd na een vonnis. Heel veel vonnissen zijn vatbaar voor hoger beroep. Een beroep in cassatie leidt uiteindelijk tot rechtspraak die er min of meer toe doet: arresten van de Hoge Raad. De Hoge Raad kijkt naar of het recht goed toe is gepast. De feiten staan niet meer ter discussie. Soms weet een partij niet wat zijn/haar proceskansen zijn. Het inschatten van proceskansen is een groot belang van het burgerlijk procesrecht. Bronnen burgerlijk procesrecht De nationale bronnen van burgerlijk procesrecht: • Het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv). In Boek 1 Rv staan alle regels over het procederen, zoals over hoe je een proces moet beginnen en over hoe een proces verloopt. Boek 2 Rv geeft regels over bijvoorbeeld hoe je bedrag X kan krijgen als de gedaagde niet vrijwillig betaald. In Boek 3 Rv staat van alles door elkaar, zoals bijzondere regelingen over aansprakelijkheid. Eén regel is van wezenlijk belang voor het procesrecht, namelijk de bepalingen van art. 700 Rv e.v. Deze artikelen gaan over conservatoir beslag. In Nederland kun je voorafgaande aan of tijdens de procedure beslag leggen op bijvoorbeeld een bankrekening, waarna de ander niet zomaar zijn geld kan uitgeven. Het conservatoire beslag is een van de belangrijkste middelen voor een schuldeiser als hij gaat procederen. Boek 4 Rv bevat het arbitragerecht. Arbitrage is een particuliere vorm van geschilbeslechting waarbij de arbiter niet een door de Kroon benoemde rechter is, maar een particulier aangewezen rechter. Een voorbeeld hiervan is de arbitragecommissie van de KNVB. Deze particuliere rechter wijst een vonnis dat bijna dezelfde kracht heeft als een overheidsvonnis. Het vonnis is niet openbaar en er is vaak geen hoger beroep mogelijk; • De Wet op de Rechterlijke Organisatie (hierna: RO). Deze wet gaat over hoe de rechterlijke macht georganiseerd is. We hebben drie gerechten (art. 2 RO): de rechtbank, het hof en de Hoge Raad. Bijna alle zaken worden gestart bij de rechtbank; • Het Burgerlijk Wetboek (hierna: het BW); • Andere wetten, zoals de Grondwet en de Algemene Termijnenwet (hierna: de ATW); • Collectieve rechtersregelingen (hierna: CRR’s). De internationale bronnen van burgerlijk procesrecht: • Verdragen, onder meer het EVRM en het IVBPR; • Verordeningen, onder meer de EEX-Verordening en de Betekenis-Verordening. Hieronder valt dus ook rechtspraak van het EHRM en het HvJ. Rechtsingang: dagvaarding – verzoekschrift De dagvaarding of een verzoek ziet op het papiertje dat je naar de wederpartij of de rechter stuurt. De dagvaarding richt je primair tot de wederpartij en het verzoek richt zich primair tot de rechter. facebook.com/slimstuderenrechtengroningen 2 Overzicht hoorcollegestof Burgerlijk Procesrecht 1 2016-2017 De dagvaarding moet je gebruiken voor alle vermogensrechtelijke geschillen. Dergelijke geschillen vind je in Boek 3, 5, 6 en 7 BW (ook wel: 3, 5, 6 en 7-zaken). De dagvaardingsprocedure is te vinden in titel 1.2 Rv. Vaak zie je aan de wettelijke bepaling wat de wetgever voor ogen had, bijvoorbeeld door gebruik van de woorden ‘op verzoek van een der echtgenoten’. Je ziet dat de rechter stuurt naar het verzoek en niet naar de dagvaarding. De verzoekschriftprocedure kun je vinden in titel 1.3 Rv. De tweedeling tussen dagvaarding en verzoekschrift komt waarschijnlijk vanaf januari 2017 voor bepaalde zaken te vervallen. Dit vind je in het nieuwe art. 30a Rv. Verschillen dagvaardings- en verzoekschriftprocedure Een verzoekschrift gaat naar de rechtbank. Als er een wederpartij is dan gaat het schrift via de rechtbank naar de wederpartij. Bij verzoekschriftprocedures geeft de wet aan of je bij de kantonrechter of bij sector civiel moet zijn. Bij dagvaardingszaken is het anders. In het Wetboek van Burgerlijke rechtsvordering wordt geregeld of je bij de kantonrechter moet zijn of niet. Het uitgangspunt van de wetgever is dat alle zaken in beginsel naar de rechtbank gaan. Of je bij de kantonrechter of bij de civiele rechter moet zijn, hangt af van of het een dagvaarding of het verzoekschrift is. Voor de dagvaarding zijn art. 93 t/m 97 Rv van belang: in deze artikelen staat bij welke rechter je moet zijn. Bepalingen over verzoekschriften vind je niet in de Rv: of je bij de kantonrechter of de civiele rechter moet zijn, staat in het civiele recht. Er zit ook een verschil in de uitspraak. Het resultaat van de dagvaardingsprocedure is een vonnis en het resultaat van de verzoekschriftprocedure is een beschikking. Dagvaarding of verzoekschrift? Let op: je moet nooit Titel 2 Rv toepassen op Titel 3 Rv-zaken, tenzij de wet dat uitdrukkelijk zegt. Het kan echter zo zijn dat je een verkeerde keuze maakt: je brengt een dagvaarding uit terwijl het een verzoek had moeten zijn. In principe straft de wet dat niet meer af: daar hebben we art. 69 Rv voor. De keuze is niet fataal, maar kan onhandig zijn in verband met vermeerderde kosten voor de cliënt. De hoofdrolspelers Procespartijen Zonder procespartijen is er geen procedure. Bij dagvaardingszaken heb je altijd één of twee wederpartijen (de gedaagde of de verweerder). Bij verzoekschriftprocedure is er soms geen wederpartij, bijvoorbeeld bij een naamswijziging. Als er een wederpartij is bij de verzoekschriftprocedure betreft het een belanghebbende. Rechters De leden van de rechtbank noemen we rechters, tenzij ze van de afdeling kanton zijn. Het zijn dan kantonrechters. Of je bij de kantonrechters moet komen, wordt bepaald bij Titel 2-procedures door art. 93 t/m 97 Rv. Bij verzoekschriftprocedures moet je kijken in het materiële recht. Rechtshulpverleners De gemachtigde geldt in het bijzonder voor de kantonzaken omdat het beginsel van verplichte procesvertegenwoordiging niet geldt voor kantonzaken. In zaken voor de rechtbank heb je te maken met advocaten. Deurwaarder De deurwaarder brengt de dagvaarding uit aan de wederpartij. Dit wordt betekenen genoemd. facebook.com/slimstuderenrechtengroningen 3 Overzicht hoorcollegestof Burgerlijk Procesrecht 1 2016-2017 De deurwaarder is ook van belang als je een vonnis hebt. De betalingsactie kan namelijk alleen worden afgedwongen nadat de rechterlijke uitspraak door een deurwaarder wordt betekend. De gedachte daarachter is dat je zoveel mogelijk zekerheid wilt hebben dat de dagvaarding/de uitspraak de gedaagde bereikt. Griffier De griffie is de administratie van de rechtbank en de griffier is het hoofd van die administratie. facebook.com/slimstuderenrechtengroningen 4