Bijlage 2 FINANCIËLE GIDS BESTEMD VOOR DE PARTNERS VAN ACTIRIS Nr. FG 2/2011 - BCT Begeleiding bij de creatie van een eigen Tewerkstelling Departement Partnerships en Netwerk Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids Versie 2011 Inhoudstafel I. ALGEMENE PRINCIPES 3 II. KOSTEN DIE VOOR SUBSIDIËRING IN AANMERKING KOMEN 9 A. PERSONEELSKOSTEN B. WERKINGSKOSTEN 1. Algemene kosten 2. Telefoon en internetverbinding 3. Water, verwarming en elektriciteit 4. Bezetting van de lokalen 5. Human resources extern aan de partnerinstelling 6. Opdracht 7. Publiciteitskosten die gepaard gaan met de actie 8. Belastingen en verzekeringen 9. Financiële kosten 10. Voortgezette opleiding 11. Onderaanneming C. INVESTERINGSKOSTEN 9 12 12 12 12 13 13 13 14 15 15 15 15 17 III. VOORSTELLING VAN HET FINANCIELE VERSLAG 18 ALGEMENE OVERZICHTSTABEL (CF. BIJLAGE 1) A. UITGAVEN IN HET KADER VAN DE ACTIE 1. Overzicht van de personeelskosten (cf. bijlagen 2a en 2b) 2. Overzicht van de werkingskosten (cf. bijlage 3) 3. Overzicht van de investeringskosten (cf. bijlage 4) B. INKOMSTEN (BIJLAGE 5) C. ANDERE SUBSIDIEBRONNEN (BIJLAGE 6) D. VERKLARING I.V.M. DE VERDEELSLEUTELS (BIJLAGE 7) E. BALANS EN RESULTATENREKENINGEN Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 19 19 19 20 21 21 21 22 22 2 I. ALGEMENE PRINCIPES Deze gids zet de financiële regels alsook de modaliteiten voor de presentatie van de financiële dossiers uiteen die de partner, naast de wettelijke en contractuele verplichtingen die op hem van toepassing zijn, nauwlettend moet respecteren om de voorziene subsidie te kunnen genieten. Deze gids is een bijlage partnershipovereenkomst. bij en een noodzakelijk deel van elke Onderhavige financiële gids kan het voorwerp van wijzigingen door ACTIRIS uitmaken. In dat geval wordt de partner zo snel mogelijk op de hoogte gebracht via briefwisseling. De uitgaven die in het kader van elke partnershipovereenkomst worden gedaan, dienen het voorwerp van een financieel verslag uit te maken, teneinde te worden verantwoord. Zoals bepaald in punt 2.1 van de projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT, moet de tewerkstellingspartner “een analytische of gescheiden boekhouding van de acties m.b.t. de Begeleiding bij de Creatie van een eigen Tewerkstelling bijhouden en dit, in elektronische vorm”. De projectoproep voorziet in punt 3.9.4 eveneens de verplichting van de tewerkstellingspartner om “over afdoende interne controleregels te beschikken, en dit in overeenstemming met de grootte van de organisatie. Op vraag van ACTIRIS of van eender welke andere controle-instantie moeten deze regels kunnen worden voorgelegd.” De interne controle heeft betrekking op het hele beleid en de in de organisatie ingestelde procedures die voldoende garantie moeten geven voor een doeltreffend en nauwkeurig beheer van haar activiteiten, voor een betrouwbare boekhouding, voor de naleving van de geldende wetten en reglementen1. Dit heeft o.a. betrekking op de volgende elementen: - het scheiden van de functies: De verantwoordelijken moeten er over waken dat de functies m.b.t. de bestellingen, de betalingen en de boekhouding voldoende en correct gescheiden zijn. Dankzij deze scheiding kunnen op basis van de bestelbonnen en de ontvangst van goederen en diensten de kosten worden gecontroleerd. Door de betaling en de boekhouding te scheiden wordt voorkomen dat de niet-toegestane betalingen worden aanvaard en ingeschreven. De interne controle bij de vzw’s – Gids voor de goede praktijken bij verenigingen, document van de FGC 2007’ 1 Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 3 Voor de kleine structuren heeft de directeur een belangrijkere rol. De Raad van Beheer moet dus een strengere controle houden op de betrouwbaarheid en de conformiteit van de rekeningen. - de overeenstemming tussen de bestelbon, het ontvangstbewijs en de factuur - het regelmatig afsluiten van de boekhouding: De verantwoordelijke moet er over waken dat de boekhouding regelmatig wordt afgesloten teneinde een overeenstemming tussen de banksaldo’s, de kassa en de boekhoudkundige registraties te garanderen. Hierdoor hebben we een zicht op de financiële gezondheid van de structuur. - dubbele handtekening: Dankzij de dubbele handtekening wordt elke uitgave door twee personen gecontroleerd (financieel directeur/penningmeester en leidinggevende persoon, ...) - naleving van de wetgeving en voornamelijk van de wet van 1921, aangepast door de wet van 2 mei 2002 betreffende de vzw’s. In het bijzonder de artikelen betreffende de algemene vergadering, de raad van beheer, ... De uitgaven m.b.t. de actie moeten aan al de volgende voorwaarden voldoen: • Het totaalbedrag van de uitgaven mag het bedrag van de subsidie voorzien in de betrokken partnershipovereenkomst niet overschrijden; • De uitgave moet tijdens het jaar van de subsidie worden aangegaan (datum van de factuur) en overeenstemmen met een gebruik of prestatie binnen de periode van de partnershipovereenkomst; • Elke uitgave ten laste van de subsidiëring door ACTIRIS moet d.m.v. een vereffende factuur worden verantwoord. Indien dit onmogelijk blijkt, wordt eveneens een boekhoudkundig stuk met een equivalente bewijskracht aanvaard, voor zover het om een officieel document op naam gaat, dat gedateerd en leesbaar is. Het gaat om elk stuk dat kan worden aangevoerd teneinde aan te tonen dat de boekhoudkundige rekeningen een getrouwe weergave van de realiteit zijn en met het van kracht zijnde boekhoudrecht overeenstemmen. Omwille hiervan worden kastickets geweigerd, daar zij niet toelaten om een link te leggen met de partner, en dus met de actie. Bij elk bewijsstuk moet een betalingsbewijs worden gevoegd. Dit bewijs toont aan dat de betaling wel degelijk door de partner werd uitgevoerd. In het geval dat het op het betalingsbewijs vermelde bedrag niet met het bedrag van de ingediende uitgave overeenkomt, is een bijkomende uitleg in het dossier vereist. Voor de uitgaven die pas aan het einde van het boekjaar gebeuren, zijn betalingsbewijzen met de datum van het jaar n+1 toegestaan, maar deze dienen in het financieel dossier vervat te zitten; De ingediende facturen moeten volledig zijn (alle pagina’s moeten bij het financieel verslag worden gevoegd); Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT 4 • Financiële gids • Elk bewijsstuk moet het voorwerp van de uitgave vermelden. Het verband tussen de uitgave en de gesubsidieerde activiteit moet duidelijk zijn, zo niet is een verantwoording vereist. Alle stukken die aan het dossier worden toegevoegd, moeten in verband met de partner kunnen worden gebracht; • Aan het financieel dossier van het boekjaar n, moeten de door de rechthebbende goedgekeurde balans en resultatenrekening van het boekjaar n1 toegevoegd worden. Op vraag van ACTIRIS of iedere ander gemachtigd controleorganisme, kan aan de partner gevraagd worden om binnen een termijn van zeven kalenderdagen de laatste versie van de balans en de resultatenrekening over te maken; • De partners dienen de geldige Belgische en Europese reglementering inzake de in concurrentiestelling na te leven. Uitgaven m.b.t. aankopen en bestellingen die in het kader van de uitvoering van een operatie worden opgelopen, kunnen niet in aanmerking worden genomen indien de communautaire en nationale regels inzake overheidsopdrachten niet werden nageleefd. De partner dient een kopie van de documenten als bewijs van de keuze en de gunning van de opdracht aan zijn dossier toe te voegen; • Elke tewerkstellingspartner wiens handeling of afwezigheid van handeling tot een uitgave leidt die onrechtmatig ten laste van de Europese Unie wordt gebracht, begaat een onregelmatigheid m.b.t. de ESF-reglementering. In deze omstandigheden zal ACTIRIS of elke andere bevoegde overheid dadelijk invorderingsprocedures opstarten, teneinde de ontvangen bedragen te recupereren. Ook kunnen interesten m.b.t. deze bedragen worden gevorderd. De fondsen van de Europese Unie, kunnen teruggevorderd worden en dit tot de eindafsluiting van de programmering; • Wanneer door ACTIRIS of door elk ander daartoe gemachtigd controleorganisme tekortkomingen worden vastgesteld, kunnen de onrechtmatig ontvangen bedragen tot 31 december 2020 worden teruggevorderd; • In geval een schuldvordering bij een derde werd opgesteld2, kan deze slechts betrekking hebben op een gedeelte van de subsidie. Om conform te zijn, moet het detail m.b.t. de berekening van het bedrag van de schuldvordering worden toegevoegd; • Elke verdeelsleutel moet gerechtvaardigd worden en coherent zijn met de gerealiseerde actie en de aard van de ingediende uitgave. De verdeelsleutel voor de uitgaven ten laste van ACTIRIS moet op onuitwisbare wijze op het origineel van elk bewijsstuk worden aangebracht, zelfs als de uitgave voor 100% ten laste van ACTIRIS wordt gebracht. De verdeelsleutel dient Bijvoorbeeld voor de deelname in de lasten van een gebouw, ...in geen geval voor een samenwerkingsovereenkomst. 2 Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 5 “ACTIRIS” en de soort overeenkomst te vermelden. De verdeelsleutels m.b.t. de andere subsidiërende overheden moeten eveneens op het origineel worden vermeld. De motivering i.v.m. de verdeling dient in de hiervoor voorziene bijlage van het financieel verslag te worden verduidelijkt (bijlage 7). Wanneer de berekening van de verschillende verdeelsleutels te lang is, kan deze als bijlage aan de factuur worden gehecht, in een door de partner uitgewerkte tabel. Het uiteindelijke bedrag ten laste van ACTIRIS en van de andere subsidiërende overheden moet op de originele factuur worden vermeld; • Geen enkele provisie, borg, waarborg, voorschot noch forfait (voor o.a. eindejaarspremies, vakantiegeld, …) wordt aanvaard. De bedragen gestort op forfaitaire basis en afgerekend op het einde van het jaar (zoals kosten voor water, gas, elektriciteit,…) worden niet als provisies beschouwd. Deze stukken kunnen aanvaard worden, op voorwaarde dat alle facturen van het betrokken jaar en de eindafrekening aan het financieel verslag worden toegevoegd; • De kosten bij een subsidieerbaar; • Elke niet-subsidieerbare uitgave die deel uitmaakt van een bewijsstuk, moet door de partner van het globale bedrag worden afgetrokken en op onuitwisbare wijze op het origineel worden genoteerd, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt; • Aangezien de actie door het Europees Sociaal Fonds (ESF) wordt gecofinancierd, uit hoofde van het Operationeel Programma (OP) ESF Doelstelling Regionaal Concurrentievermogen en Werkgelegenheid van het BHG, kan ze geen cofinanciering door een ander OP genieten. Zoals bepaald in artikel 54, 3., b) van verordening 1083/2006 houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, kan voor een actie “slechts in het kader van één operationeel programma tegelijk bijstand uit een fonds worden verleend”; • Naast de kosten (op basis van het aantal kilometers) voor verplaatsingen in het kader van de actie, komen de kostennota’s van een personeelslid enkel in aanmerking voor subsidiëring indien ze naar een factuur of een document met bewijskracht verwijzen; herinnering of achterstallige betaling zijn niet De btw kan in aanmerking worden genomen indien ze werkelijk en blijvend door de partner wordt gedragen. Indien de btw invorderbaar is, komt ze niet voor subsidiëring in aanmerking, zelfs als de partner ze niet daadwerkelijk heeft ingevorderd. De instellingen die aan de btw-plicht zijn onderworpen, dienen hun uitgaven exclusief btw in. De instellingen die niet aan de btw-plicht zijn onderworpen, daarentegen, dienen hun uitgaven inclusief btw in. De instellingen die gedeeltelijk aan de btw-plicht zijn onderworpen, dienen tijdens de controles te bewijzen dat de door hun ten laste van de subsidiëring ingediende uitgaven inclusief btw niet het voorwerp van een aanvraag tot terugvordering van de btw kunnen uitmaken; Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT 6 • Financiële gids • Tweedehandsmateriaal en -goederen komen in aanmerking voor subsidiëring. Wanneer tweedehandsmateriaal in het financieel dossier wordt ingevoerd, moet de tewerkstellingspartner zonder uitzondering de hiertoe in de financiële tabellen voorziene kolom aankruisen; • Alle inkomsten die door de realisatie van de actie worden verworven, moeten in het financieel dossier worden opgegeven; • De partners moeten alle bewijsstukken betreffende de acties die sinds 1 januari 2011 door ACTIRIS worden gesubsidieerd tot 31 december 2020 bewaren. Tijdens controles die ter plaatse door ACTIRIS (of door elk ander daartoe gemachtigd controle of evaluatie-organisme) worden uitgevoerd, moeten alle bewijsstukken in hun oorspronkelijke vorm worden getoond; • In geval van samenwerking of onderaanneming moeten de uitgaven van de onderaannemingspartner, net zoals de uitgaven van de partner zelf, worden verantwoord en controleerbaar zijn. Deze uitgaven moeten dus aan de bepalingen van onderhavige financiële gids voldoen. De uitgaven in het kader van onderaannemingsovereenkomsten zullen niet voor subsidiëring in aanmerking komen, indien ze de uitvoeringskost van de operatie doen stijgen, zonder een toegevoegde waarde te leveren. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 7 Synthese van de documenten die ter verantwoording van een uitgave moeten worden ingediend • Een factuur, een contract of elk document dat het bewijs levert inzake de verplichting tot het betalen van de uitgave m.b.t. de betrokken periode. • Het betalingsbewijs van de uitgave : de vereffende factuur, rekeninguittreksel (kwitantie van de bank of afgeprint via “homebanking” 3), kopie van het kasboek waarop de betreffende uitgang wordt vermeld, ... • Wanneer voorgaande documenten onvoldoende blijken te zijn, moet een document of een schriftelijke verklaring als bewijs van het verband met de actie worden voorgelegd in het financieel dossier. • De verdeelsleutel moet met onuitwisbare inkt op het origineel worden vermeld. Een uitleg over de berekeningswijze moet bij het financieel dossier worden gevoegd (cf. bijlage 8). • Voor elke uitgave, zelfs in het geval deze 100% gelinkt is aan de actie, dient de berekeningswijze en de verantwoording ervan vermeldt te staan in het financieel dossier. • Wanneer de partner gedeeltelijk aan de btw-plicht is onderworpen, moet hij de documenten waarin het voorwerp van de belastingplicht wordt verduidelijkt, voorleggen en dient hij te verantwoorden waarom het btw-bedrag volgens hem al dan niet voor subsidiëring in aanmerking komt. Het document moet o.a. het rekeningnummer, de valutadatum en het bewijs dat het bedrag is afgetrokken vermelden. 3 Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 8 II. KOSTEN DIE VOOR SUBSIDIËRING IN AANMERKING KOMEN A. PERSONEELSKOSTEN De loonkosten van de personeelsleden die een arbeidsovereenkomst bij de instelling hebben en rechtstreeks voor de in de overeenkomst voorziene acties worden ingezet, komen voor subsidiëring in aanmerking. Enkel de werkelijk door de werkgever opgelopen kosten, die deel uitmaken van de loonkosten van de personen die aangesteld werden voor de realisatie van de in de overeenkomst voorziene acties gedurende de door de overeenkomst gedekte periode worden door de subsidie gedragen. Voor alle personen die voor subsidiëring in aanmerking komen, moet een pro rata van de werktijd voor de in de overeenkomst voorziene actie worden berekend. Dit aandeel moet op objectieve elementen worden gebaseerd en in de daartoe voorziene bijlage van het financieel dossier worden gerechtvaardigd (cf. bijlage 7). Zo nodig kan eveneens een subsidie worden aangevraagd voor het administratief en onderhoudspersoneel met een arbeidsovereenkomst bij de instelling. In dat geval moet er een objectieve en volgens de regels verantwoorde verdeelsleutel worden toegepast (cf. bijlage 7). Volgende uitgaven inzake personeelskosten kunnen voor subsidiëring worden opgegeven: • Het brutoloon (basisloon, premies , wettelijke vergoedingen, …) ; • De werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid ; • De kosten van het woon-werkverkeer (de verplaatsingskosten in het kader van opdrachten moeten bij de werkingskosten worden ondergebracht) ; • De werkgeversbijdrage voor de maaltijdcheques ; • De wettelijke verzekeringen; • De arbeidsgeneeskunde; • Varia Indien de loonkost van een statutair personeelslid wordt ingediend, dient de instelling een kopie van de nominatieve aanstelling van de statutaire persoon in het kader van de gesubsidieerde actie aan het financieel dossier toe te voegen. Personeelskosten die tijdens een gepresteerde opzeggingsperiode worden opgelopen, kunnen in aanmerking worden genomen voor zover ze betrekking hebben op een periode die door de overeenkomst wordt gedekt. Kunnen niet voor subsidiëring worden opgegeven (niet-limitatieve lijst) : • Voorschotten en provisies ; • Extralegale voordelen ; • Opzeggingsvergoedingen voor een niet gepresteerde vooropzeg. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 9 Stukken die ter verantwoording van de loonkosten moeten worden ingediend • Het brutoloon: o De maandelijkse loonfiche of de jaarlijkse afrekening; o De bewijzen m.b.t. de betaling van het nettoloon. Indien er een verschil is tussen het nettoloon dat in de tabel van bijlage 2 wordt vermeld, het nettoloon op de loonfiche en het gestorte bedrag, dient dit verschil te worden uitgelegd; o De partner dient eveneens het bewijs te leveren dat hij in orde is met de betaling van de bedrijfsvoorheffing voor het betreffende boekjaar. Dit bewijs moet worden geleverd via: ofwel de kopie van alle aangiften in de bedrijfsvoorheffing, samen met de bijbehorende betalingsbewijzen; ofwel de kopie van het attest van de Federale Overheidsdienst – Financiën, dat certificeert dat de partner in orde is met de betaling voor het volledige betrokken jaar; ofwel de factuur m.b.t. de bedrijfsvoorheffing, opgestuurd door het sociaal secretariaat, samen met het bijbehorende betalingsbewijs; ofwel het attest van het sociaal secretariaat met de verklaring dat de partner in regel is met de betaling voor het complete betrokken boekjaar. • De werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid: De partner dient het bewijs te leveren dat hij in orde is met de betaling van de werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid voor het betreffende boekjaar. Dit bewijs moet worden geleverd via: o ofwel de kopie van de facturen van het RSZ, samen met de bijbehorende betalingsbewijzen; o ofwel de kopie van het attest van het RSZ, dat certificeert dat de partner in orde is met de betaling voor het volledige betrokken jaar; o ofwel de factuur m.b.t. de werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid, opgestuurd door het sociaal secretariaat, samen met het bijbehorende betalingsbewijs; o ofwel het attest van het sociaal secretariaat met de verklaring dat de partner in regel is met de betaling voor het complete betrokken boekjaar. Indien het bedrag van de werkgeversbijdrage voor de sociale zekerheid dat in de tabel van bijlage 2 wordt vermeld niet op de loonfiches voorkomt, moet de partner de toegepaste bijdragevoet uitleggen, alsook het detail van de uitgevoerde berekening bijvoegen. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 10 • De kosten van het woon-werkverkeer4: Indien deze uitgaven niet op de loonfiche voorkomen, moet de partner bewijsstukken voorleggen m.b.t. het precieze bedrag waarvoor de werkgever is tussengekomen. Deze tussenkomst mag niet hoger zijn dan o ofwel de kilometervergoeding vastgesteld door het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende de algemene regeling inzake reiskosten. Deze vergoeding is gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen; o ofwel het bedrag van een abonnement van het openbaar vervoer; o ofwel de fietsvergoeding van 0,15€ per km (kopie van de woonwerkwegbeschrijving van de werknemer); o ofwel de werkgeversbijdrage m.b.t. het NMBS-abonnement (kopie van de lijst afgeleverd door de NMBS). • De werkgeversbijdrage voor de maaltijdcheques: o Het aantal maaltijdcheques dat aan de personeelsleden wordt toegekend, moet op de loonfiche worden vermeld, of op het document dat zij voor ontvangst van hun maaltijdcheques ondertekenen; o Het detail van de berekening, waarbij het aantal toegekende cheques en het bedrag van de werkgeversbijdrage worden vermeld moet ook aan het financieel dossier toegevoegd worden; o De facturen m.b.t. de toekenning van de maaltijdcheques; o De bijbehorende betalingsbewijzen. • De beheerskosten: ofwel dienen deze bedragen op de loonfiches te worden vermeld, ofwel dienen de facturen van het sociaal secretariaat - met het detail van het bedrag per personeelslid - te worden bijgevoegd, samen met de bijbehorende betalingsbewijzen. Als de facturen van het sociaal secretariaat het detail per personeelslid niet weergeven, dient de partner dit zelf te doen. • Wettelijke verzekeringen: in de tabel van bijlage 2a, in de rubriek “diversen”, moet de werkelijk door de werkgever gedragen kost worden vermeld. De partner dient dit bedrag uit te leggen, aan de hand van berekeningen en de verzekeringsovereenkomst. Ook de facturen en kredietnota’s die gedurende het jaar werden ontvangen, samen met de bijbehorende betalingsbewijzen, dienen te worden bijgevoegd. • Arbeidsgeneeskunde: facturen en betalingsbewijzen; De overige verplaatsingskosten m.b.t. de actie (voor opdrachten) moeten bij de werkingskosten worden ingeschreven. 4 Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 11 B. WERKINGSKOSTEN Alle werkingskosten moeten worden verantwoord door hun rechtstreeks verband met de gesubsidieerde actie aan te tonen. In voorkomend geval zal er een objectieve verdeelsleutel moeten worden toegepast, die duidelijk in de bijlage van het financieel dossier moet worden uitgelegd (cf. bijlage 8). In wat volgt worden de soorten van kosten opgesomd die voor de rubriek “werkingskosten” in aanmerking komen. Enkel de uitgaven waarbij de regelgeving betreffende de overheidsopdrachten werd nageleefd, komen voor subsidiëring in aanmerking. 1. Algemene kosten Behoren tot de algemene kosten: • Klein bureaumateriaal (kantoorbenodigdheden, papier, …); • Documentatiekosten die noodzakelijk zijn voor de realisatie van de actie (boeken, abonnementen, …); • Fotokopieën; • Portkosten; • Onderhoudsproducten en -materiaal. 2. Telefoon en internetverbinding Abonnement- en telefoonkosten m.b.t. de actie komen voor subsidiëring in aanmerking. Oproepen naar het buitenland of met toeslag zijn niet subsidieerbaar behalve indien het verband met de actie door de partner in het financieel dossier kan worden bewezen. Deze bedragen moeten dus worden afgetrokken van het bedrag ten laste van de subsidie. De verdeelsleutel moet worden toegepast en op het origineel worden vermeld, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt. Voorafbetaalde kaarten komen niet in aanmerking voor subsidiëring aangezien hun verband met de actie niet kan worden aangetoond. 3. Water, verwarming en elektriciteit Net zoals voor de andere kosten moet de verdeelsleutel door objectieve criteria worden bepaald die in het dossier staan uitgelegd en op het origineel worden vermeld, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt. Alle facturen m.b.t. het volledige jaar moeten worden toegevoegd, alsook de eindafrekening. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 12 De lasten die door derden (syndicus, eigenaar, …) worden aangerekend, komen in aanmerking op voorwaarde dat de factuur of de schuldvordering het detail van de berekening bevat waarin het door de derde gevraagde bedrag wordt ontleed (index, prijs per m³, …). 4. Bezetting van de lokalen In geval van huurkosten moet een kopie van de oorspronkelijke huurovereenkomst en van alle documenten, samen met de bijbehorende betalingsbewijzen, aan het financieel dossier worden toegevoegd, teneinde het gevraagde subsidiebedrag te bepalen. Hierbij dient de verdeelsleutel voor de bezetting van de lokalen met het oog op de realisatie van de actie te worden toegepast. Bij de aankoop van gebouwen komt enkel de afschrijving van de aankoopwaarde in aanmerking, en dit uitsluitend gedurende de duur van de actie en voor zover er geen overheidssteun voor de aankoop werd verkregen. 5. Human resources extern aan de partnerinstelling Voor de realisatie van bepaalde specifieke taken (boekhouding, opleiding van het personeel, onderhoud van de lokalen, …) waarbij er geen sprake is van de onderaanbesteding van een deel van de actie, kan de partnerinstelling een beroep op externe deskundigen doen. Om deze uitgaven te bewijzen, moet een kopie van de facturen en de bijbehorende betalingsbewijzen worden toegevoegd. Net zoals voor de andere kosten moet de verdeelsleutel door objectieve criteria worden bepaald en op het origineel worden vermeld, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt. 6. Opdracht Enkel de verplaatsingskosten die het gevolg zijn van een opdracht i.v.m. de gesubsidieerde actie vallen onder deze categorie. De kosten voor woon-werkverkeer vallen hier niet onder, aangezien deze deel uitmaken van de personeelskosten. De kosten voor verplaatsingen met een privévoertuig (of een voertuig van de onderneming) kunnen worden ingediend, voor zover zij binnen de grenzen van het barema vastgesteld door het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende de algemene regeling inzake reiskosten liggen, en gekoppeld worden aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Deze kosten dienen op basis van een opdrachtenblad te worden aangetoond, waarop de naam van de betrokken persoon, het voorwerp van de opdracht, de datum, de plaats van vertrek, de bestemming, het aantal afgelegde kilometers en de kilometervergoeding dienen te worden vermeld. Bij dit opdrachtenblad moet een kostennota worden gevoegd, als bewijs dat de partner het betrokken personeelslid voor het gebruik van het privévoertuig heeft vergoed. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 13 De kosten voor verplaatsingen met het openbaar vervoer in het kader van een opdracht komen eveneens in aanmerking, indien het verband met de actie wordt aangetoond en dit samen met de andere bewijsstukken bij het dossier wordt gevoegd. Kosten in het kader van een opdracht (zoals restaurant-, parkeer-, taxikosten, …) komen niet in aanmerking. 7. Publiciteitskosten die gepaard gaan met de actie Zoals vastgelegd in artikel 13 van de partnershipovereenkomst betreffende de acties ter begeleiding bij de creatie van een eigen tewerkstelling, moet de partner de steun van ACTIRIS en het Europees Sociaal Fonds vermelden. Elk bewijsstuk inzake informatie- en publiciteitsacties (exemplaren van publicaties, aankondigingen, ondertekende attesten, visitekaartjes, folders, persconferenties, tentoonstelling, …) i.v.m. de actie en met vermelding van de steun van ACTIRIS en van het Europees Sociaal Fonds moet door de partner worden bewaard. Een model van elke soort informatie- en publiciteitsactie moet aan het financieel dossier worden toegevoegd. Alle uitgaven in het kader van informatie- en publiciteitsacties komen voor subsidiëring in aanmerking, op voorwaarde dat aan de andere bepalingen van onderhavige financiële gids en aan de bepalingen van verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds, en van verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Sociaal Fonds wordt voldaan. Deze verordeningen en hun amendementen kunnen worden gedownload : • Verordening (EG) nr. 1828/2006 van de Commissie van 8 december 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds : http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2006:371:0001:0172:NL:PDF http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2009:250:0001:0062:nl:PD F Verordening (EG) nr. 1081/2006 van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Sociaal Fonds : http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2006:210:0012:0018:NL:PDF http://eurlex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2009:126:0001:0002:nl:PD F Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 14 8. Belastingen en verzekeringen De belastingen en wettelijke verzekeringen ten laste van de partner komen voor subsidiëring in aanmerking, rekening houdende met een verdeelsleutel i.v.m. de gesubsidieerde actie die op onuitwisbare wijze op het origineel dient te worden vermeld, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt. De verzekering voor de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de bestuurders van de partner komt in aanmerking. 9. Financiële kosten Indien de subsidiëring via ACTIRIS de opening van een aparte bankrekening met zich brengt, komen de kosten die hieruit voorvloeien in aanmerking, afgezien van de debetintresten. In alle andere gevallen, komen de bankkosten niet in aanmerking. Kosten voor juridische bijstand, notariskosten, technische en financiële expertisekosten en kosten voor revisoren komen in aanmerking indien ze rechtstreeks verband houden met de actie en indien ze noodzakelijk zijn voor de voorbereiding of de uitvoering ervan. Ter herinnering, de volgende kosten komen niet voor subsidiëring in aanmerking: • Debetintresten; • Opgelden; • Wisselkosten; • Boetes; • Kosten gelinkt aan geschillen/betwistingen; • Kosten voor een gerechtelijke procedure. 10. Voortgezette opleiding Kosten voor de voortgezette opleiding van het personeel komen voor subsidiëring in aanmerking volgens de verdeelsleutel voor de aan de actie bestede arbeidstijd. Het verband met de actie moet duidelijk worden aangetoond, anders is bijkomende uitleg vereist. Om deze uitgaven te bewijzen, moeten een geldige factuur van de opleidingsinstelling en het bijbehorende betalingsbewijs worden bijgevoegd. 11. Onderaanneming De tewerkstellingspartner mag de gedeeltelijke uitvoering van het door ACTIRIS gefinancierde project slechts uitbesteden indien hij hiervoor vooraf de uitdrukkelijke toestemming van de dienst heeft gekregen. Opdat de kosten m.b.t. deze uitbesteding voor subsidiëring in aanmerking kunnen komen, dient de onderaannemings- of samenwerkingsovereenkomst vóór het van Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 15 start gaan van de actie door alle ontvangende partijen te worden ondertekend en door ACTIRIS te worden goedgekeurd. Hiertoe zendt de tewerkstellingspartner de overeenkomst van onderaanneming (of samenwerkingsovereenkomst) naar ACTIRIS, in evenveel exemplaren als partijen en ondertekend door alle ontvangende partijen. Na de overeenkomst voor goedkeuring te hebben ondertekend, bewaart ACTIRIS één origineel in zijn archieven en bezorgt de andere exemplaren aan de tewerkstellingspartner. Opdat de kosten m.b.t. de onderaanneming in aanmerking zouden komen, dienen de volgende stukken aan het financieel dossier te worden toegevoegd: De factuur of de schuldvordering van het (de) derde organisme(n). Dit bewijsstuk moet vermelden: o de na(a)m(en) van het (de) derde organisme(n); o het (de) btw-nummer(s); o de benaming van de uitbestede actie; o de periode tijdens dewelke de actie liep; o het bedrag dat de partner verschuldigd is; Het bijbehorende betalingsbewijs; Indien nodig, de kopie van de aanwezigheidslijsten. Al deze elementen dienen in de overeenkomst van onderaanneming of samenwerkingsovereenkomst te worden voorzien. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 16 C. INVESTERINGSKOSTEN Enkel de uitgaven waarbij de regelgeving betreffende de overheidsopdrachten werd nageleefd, komen voor subsidiëring in aanmerking. Een investeringsgoed is een goed dat binnen de instelling duurzaam wordt aangewend als werkinstrument of bedrijfsmiddel en dat het voorwerp uitmaakt van een afschrijving. Geen enkele aankoop wordt in aanmerking genomen indien hij niet met een vereffende factuur kan worden bewezen. Dit geldt eveneens voor afschrijvingen die hun aanvang hebben genomen in de jaren vóór het referentiejaar. Wat de leasingovereenkomsten (of gelijkgestelde overeenkomsten) betreft, kunnen mensualiteiten of annuïteiten voor een bedrag hoger dan de afschrijving niet in aanmerking worden genomen. Teneinde de evaluatieregels van elke partner zo goed mogelijk na te leven, werd geen minimumbedrag vastgelegd vanaf wanneer een goed als een investeringsgoed moet worden beschouwd. De afschrijvingen die in de financiële dossiers worden ingevoegd, moeten echter overeenstemmen met de inschrijvingen in de boekhouding van de partner. Bij controles ter plaatse zal u de boekhoukundige evaluatieregels van uw vzw dienen mede te delen zodat ACTIRIS kan nagaan of de ingevoerde afschrijvingen wel degelijk overeenstemmen met wat er in de boekhouding van de partner is voorzien. Afschrijvingspercentages (gangbare limiet): meubilair 20 % (op 5 jaar) kantoormateriaal en machines (fax, kopieermachine, ... ) 20 % (op 5 jaar) voor administratief gebruik audiovisueel en wetenschappelijk materiaal 33 % (op 3 jaar) voor pedagogisch gebruik informaticamateriaal 33 % (op 3 jaar) Lagere percentages dan hierboven vermeld, kunnen worden toegepast. Auteursrechten, bijvoorbeeld bij de aankoop van een fax, een kopieermachine, … alsook bijv. recyclagetaksen zijn kosten die van de aankoopwaarde kunnen worden afgetrokken alvorens de afschrijving te berekenen. Voor het informaticamateriaal komen mainframe computers en mobiele infrastructuur niet in aanmerking. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 17 III. VOORSTELLING VAN HET FINANCIELE VERSLAG Om te kunnen worden aanvaard, moet het financieel verslag worden samengesteld uit : • de schuldvordering inzake het saldo dat ACTIRIS verschuldigd is ; • de financiële tabellen (cf. bijlagen 1 tot 8), waarvan een papieren versie aan het financieel dossier moet worden toegevoegd alsook een digitale versie dient te worden verstuurd (diskette, cd-rom of dvd) ; • de goedgekeurde balans en de resultatenrekening van het boekjaar n- 1 ; • de attesten die in de partnershipovereenkomst worden voorzien ; • de kopieën van de bewijsstukken. De partner dient alle originele bewijsstukken (facturen + betalingsbewijzen) tot 31 december 2020 te bewaren. Ze moeten worden getoond tijdens de controles die ter plaatse door ACTIRIS worden uitgevoerd, of bij elke door andere bevoegde overheden geleide controle of evaluatie. De boekhoudkundige referentie van het stuk alsook de verdeelsleutels bij ACTIRIS en van de andere subsidiërende overheden dienen op de originele factuur te worden genoteerd, alvorens er een kopie voor het financieel dossier van wordt gemaakt. Het financieel verslag moet op de volgende manier worden gestructureerd : Algemene overzichtstabel A. Uitgaven in het kader van de actie 1/ Overzicht van de personeelskosten 2/ Overzicht van de werkingskosten 3/ Overzicht van de investeringskosten B. Inkomsten van de actie C. Andere subsidiebronnen D. Verantwoording inzake.de verdeelsleutels E. Balans en resultatenrekeningen Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 18 ALGEMENE OVERZICHTSTABEL (CF. BIJLAGE 1) In het 1e tabblad van het te vervolledigen Excelbestand worden de gegevens uit de andere tabellen samengevat. In dit tabblad moet de naam van de partner en het soort overeenkomst worden genoteerd. De partner dient ook de laatste tabel met volgende gegevens te vervolledigen : • het in de overeenkomst voorziene bedrag ; • het bedrag van de ontvangen voorschotten ; • het subsidiebedrag dat aan ACTIRIS wordt gevraagd ; • het bedrag van het te ontvangen saldo. Dit bedrag is gelijk aan de aan ACTIRIS gevraagde subsidie min de reeds ontvangen voorschotten, en dient op de schuldvordering te worden vermeld. Het bedrag dat aan ACTIRIS wordt gevraagd, mag het in de overeenkomst voorziene bedrag niet overschrijden en moet overeenstemmen met het totaalbedrag van de uitgaven van de actie, waarvan het bedrag van de inkomsten dient te worden afgetrokken (subsidiebedrag = uitgaven - inkomsten). Op de papieren versie van dit document moet ook het volgende worden vermeld : • de indieningsdatum van het dossier ; • de naam en de functie van de persoon die wettelijk aan het hoofd van de instelling staat ; • de handtekening van de verantwoordelijke ; • de stempel van de partner. A. UITGAVEN IN HET KADER VAN DE ACTIE 1. Overzicht van de personeelskosten (cf. bijlagen 2a en 2b) De loonkost van de personeelsleden die voor de realisatie van de door de partnershipovereenkomst gedekte acties worden ingezet, dient in tabel 2a te worden ingevoerd. Deze tabel bestaat uit meerdere rubrieken, voor elke arbeidsovereenkomst één. Dit betekent dat indien een persoon op basis van twee (of meerdere) arbeidsovereenkomsten is aangeworven, de twee (of meerdere) bijbehorende rubrieken moeten worden vervolledigd. Elke rubriek bestaat op haar beurt uit twee delen. Het eerste deel betreft de beschrijving van de taken die door het betrokken personeelslid werden gerealiseerd. Het tweede deel refereert aan de daadwerkelijk door de werkgever gedragen loonkost. In het eerste deel moeten de taken en het percentage arbeidstijd die met de gesubsidieerde acties verband houden onderscheiden worden van de taken en het Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 19 percentage arbeidstijd van andere acties. De gegevens m.b.t. de loonkost moeten als volgt worden gecodeerd : • • • • • • • • • Kolommen « 1 » : In deze kolommen codeert de partner per maand handmatig alle bedragen m.b.t. de verschillende elementen van het salaris ; Kolom « 2 » : De totale jaarkost van de persoon wordt automatisch berekend na de handmatige codering van de verschillende elementen van het salaris per maand ; Kolom « 3 » : Voor elk personeelslid dient de werkgever het algemeen percentage van de SPI-arbeidstijd handmatig in te voeren. Dit percentage mag niet lager zijn dan het percentage dat in het deel m.b.t. de beschrijving van de taken voorkomt. Op basis van dit percentage wordt in kolom « 4 » automatisch een bedrag berekend ; Kolom « 5 » : Het bedrag dat voor elk van de overeenkomsten met ACTIRIS in rekening wordt gebracht, moet handmatig worden gecodeerd. Van dit bedrag wordt in de volgende kolom automatisch een percentage afgeleid ; Kolom « 7 » : De partner codeert handmatig de bedragen die afkomstig zijn van andere financieringen dan die van ACTIRIS, en een onderdeel vormen van de loonmassa van het gevaloriseerde personeelslid ; Kolom « 8 » : Deze kolom geeft automatisch de totaalkost van het gevaloriseerde personeelslid weer (= bedragen van kolom 2) ; Kolom « 9 » : Deze kolom maakt de optelsom van het bedrag van alle opgegeven bronnen (bedragen overeenkomsten met ACTIRIS + andere bronnen). Zo is het mogelijk om een controle uit te voeren op de totale inkomsten die de totaalkost van het gevaloriseerde personeelslid niet mogen overschrijden ; Kolom « 10 » : Deze kolom geeft automatisch de gecontroleerde SPI-inkomsten weer, met inbegrip van de geco-premies (voor de SPI-acties) ; Kolom « 11 » : Deze kolom berekent het percentage van de SPI-inkomsten. Tabel 2b vat automatisch de informatie samen die in tabel 2a wordt ingevoerd. 2. • • • • • • Overzicht van de werkingskosten (cf. bijlage 3) In de eerste kolom moet de soort te subsidiëren kost worden geselecteerd. Deze soorten van kosten komen overeen met de kosten die in het derde deel van het document waarin de subsidieerbare uitgaven worden behandeld, zijn voorzien. De tweede kolom betreft de beschrijving van de kosten. De naam van de leverancier, de factureringsdatum, de betrokken periode, … moeten er worden gepreciseerd. De boekhoudkundige referentie van het stuk dient in de derde kolom te worden genoteerd en laat toe om bij controles snel het betreffende stuk terug te vinden. Het totaalbedrag van het stuk moet in de vierde kolom worden ingevoerd. De volgende kolom bevat de toe te passen verdeelsleutel (in percent : 50%, 100%, 20%, …). De voorlaatste kolom berekent automatisch, naargelang het bedrag van het stuk en de verdeelsleutel, het door ACTIRIS te subsidiëren bedrag. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 20 • De laatste kolom moet worden aangekruist wanneer de geboekte goederen tweedehands werden aangekocht. 3. Overzicht van de investeringskosten (cf. bijlage 4) In de eerste kolom moet de soort te subsidiëren kost worden geselecteerd. Deze soorten van kosten komen overeen met de kosten die in het derde deel van het document waarin de subsidieerbare uitgaven worden behandeld, zijn voorzien. De tweede kolom betreft de beschrijving van de kosten. De naam van de leverancier, de factureringsdatum, de betrokken periode, … moeten er worden gepreciseerd. De boekhoudkundige referentie van het stuk dient in de derde kolom te worden genoteerd en laat toe om bij controles snel het betreffende stuk terug te vinden. In de vierde kolom moeten de referenties van het dossier van de offerteaanvraag worden vermeld. De totaalkost van de aankoop moet in de vijfde kolom worden ingevoerd. In de zesde kolom moet het aankoopjaar worden genoteerd. De afschrijvingsduur in de vijfde kolom moet voldoen aan de voorwaarden die in het derde deel van de onderhavige financiële gids worden beschreven, alsook aan de afschrijvingsduur die in de boekhouding van de partner is voorzien. Het totaalbedrag van de afschrijving voor het betreffende jaar dient in de achtste kolom te worden gecodeerd. De volgende kolom bevat de toe te passen verdeelsleutel. De laatste kolom berekent automatisch, naargelang het bedrag van de afschrijving en de verdeelsleutel, het door ACTIRIS te subsidiëren bedrag. • • • • • • • • • • B. INKOMSTEN (BIJLAGE 5) In deze tabel staan de inkomsten van de actie. De eerste kolom geeft het soort inkomst van de actie weer. De tweede kolom citeert de bron van de inkomst. De laatste kolom ten slotte preciseert het bedrag van de inkomst van de actie. C. ANDERE SUBSIDIEBRONNEN (BIJLAGE 6) In deze tabel staan de bedragen van de andere subsidies of financiële bronnen die de partners in het kader van de gesubsidieerde actie ontvangen. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 21 D. VERKLARING I.V.M. DE VERDEELSLEUTELS (BIJLAGE 7) Voor elke soort kost (zowel de personeels-, werkings-, investerings- als installatiekosten ) die wordt ingevoerd, moet de toegepaste verdeelsleutel worden vermeld. In de derde kolom dient op een duidelijke manier te worden verantwoord waarom de verdeelsleutel werd toegepast en hoe deze werd berekend. E. BALANS EN RESULTATENREKENINGEN De definitieve en goedgekeurde balans en resultatenrekeningen van het jaar n-1 moeten aan het financieel dossier worden toegevoegd. Projectoproep nr. PO 2/2011 – ACT Financiële gids 22