PERSBERICHT - Vrije Universiteit Amsterdam

advertisement
PERSBERICHT
21 OKTOBER 2014
El Niño van grote invloed op mondiaal overstromingsrisico
Implicaties voor verbeteren risicomanagement bij natuurrampen
Het natuurverschijnsel El Niño-Southern Oscillation (ENSO) heeft een sterke invloed op de economische en
maatschappelijke impact van rivieroverstromingen in grote delen van de wereld. Dat blijkt uit onderzoek van
Philip Ward van het Instituut voor Milieuvraagstukken aan de Vrije Universiteit Amsterdam en collega’s in
Nederland, de Verenigde Staten en Finland dat gisteren is gepubliceerd in PNAS. ENSO is een natuurlijk
klimaatverschijnsel waarbij grote veranderingen optreden in de temperatuur van het water in de tropische
Grote Oceaan. El Niño en La Niña, de twee extremen van ENSO, kunnen zorgen voor extreme
weersomstandigheden zoals orkanen, overstromingen en extreme droogte.
Invloed El Niño en La Niña op overstromingsrisico
Het onderzoek is de eerste studie die de invloed van ENSO op het mondiaal overstromingsrisico in kaart
brengt. De onderzoekers gebruikten een socio-economisch model om vast te stellen wat de invloed van
ENSO is op de gevolgen van overstromingen, zoals economische schade in stedelijke gebieden, op het
aantal mensen dat wordt getroffen en op het bruto binnenlands product in landen. Philip Ward: “Uit ons
onderzoek blijkt dat de economische schade door overstromingen tijdens El Niño- en La Niña-jaren voor bijna
de helft van de onderzochte rivierbekkens afwijkt van de normale situatie. In sommige gebieden verwachten
we daarom meer schade tijdens een El Niño, en in andere gebieden veel minder. Uit het onderzoek blijkt
bijvoorbeeld dat gedurende El Niño-jaren de verwachte economische schade door overstromingen in Peru en
Ecuador ongeveer 50% hoger is dan normaal.
Verbeteren risicomanagement bij natuurrampen
ENSO is momenteel de primaire bron voor het voorspellen van het klimaat en de natuurrampen die daarmee
samenhangen. “Met de resultaten van dit onderzoek kunnen grote stappen worden gezet in het verbeteren
van risicomanagement bij natuurrampen,” zegt Ward. “Zo kan deze nieuwe informatie, in een jaar waarin een
mogelijke El Niño zich ontwikkelt in de Grote Oceaan, van grote waarde zijn voor humanitaire organisaties,
(her)verzekeringsmaatschappijen en instituten voor waterveiligheid om zich te kunnen voorbereiden op het
gevaar en de impact van mogelijke overstromingen. Humanitaire organisaties kunnen bijvoorbeeld besluiten
om voedsel- en medicijnvoorraden tijdelijk te verplaatsen. Daardoor verbeteren ze de beschikbaarheid van
voorraden voor de getroffen mensen als er daadwerkelijk sprake is van een overstroming.”
Overstromingen en periodes van droogte
Uit het onderzoek blijkt dat gedurende El Niño-jaren onder andere grote delen van Peru, Ecuador en Bolivia,
het zuidoosten van Zuid-Amerika, delen van de Hoorn van Afrika, noordoost-India en delen van Centraal-Azië
te maken krijgen met grote schade door overstromingen. Anderzijds is er in een groot aantal regio’s sprake
van minder schade door overstromingen, zoals in het zuiden van Afrika en Oost-Australië. Deze regio’s
maken tijdens El Niño-jaren juist een grotere kans op periodes van droogte.
NOOT VOOR DE REDACTIE
Het artikel Strong influence of El Niño Southern Oscillation on flood risk around the world is verschenen in
PNAS. Het onderzoek is uitgevoerd door het Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM) van de VU, in
samenwerking met Deltares, Aalto University (Finland), Scripps Institution of Oceanography en de United
States Geological Survey (Verenigde Staten). Het onderzoek is gefinancierd door een Veni-subsidie van
NWO en het Risk Prediction Initiative (RPI2.0) van het Institute of Ocean Sciences in Bermuda. Voor meer
informatie over het onderzoek kunt u contact opnemen met Philip Ward.
Persvoorlichting VU
Philip Ward
T
020 5985666
T
020 5986149
E
[email protected]
E
[email protected]
Download