DRIEMAANDELIJKS MAGAZINE VAN AQUAFIN 2015/1 Ruimte voor water 4 10 Dossier hemelwater Ecosysteemdiensten zijn link tussen ecologie en economie 25 JA AR A A QU FIN BEDANKT PARTNERS OM SAMEN MET ONS AL 25 JAAR TE WERKEN AAN ZUIVER WATER! 2 AQUA 2015/1 Zuiveringsresultaten 2014 waren uitmuntend D Dat maakt het moeilijk om goede rendementen te halen. e Vlaamse Milieumaatschappij voert aan de hand van Koude en strooizouten bemoeilijken dan weer het proces van staalnames controle uit op de prestaties van de rioolnitrificatie, of het omzetten van nitraten in stikstofgas. waterzuiveringsinstallaties van Aquafin. Vorig jaar waren er 284 installaties, door Aquafin gebouwd of overgenomen van het Vlaamse Gewest, waarvoor zo’n controleprogramma liep. Net doordat het weer zo’n bepalende factor is, blijft het elk Slechts één van deze 284 voldeed niet aan alle opgelegde jaar opnieuw een uitdaging om goede zuiveringsresultaten emissiegrenswaarden, of anders gezegd, 99,7 % beantwoordde neer te zetten. ● wél aan alle normen. Dat is een uitzonderlijk goed resultaat, het beste ooit zelfs. Ook de rendementen voor de parameters biologisch zuurstofverbruik (BZV), chemisch zuurstofverbruik (CZV) en stikstof (N) waren nooit beter. De restvervuiling die Aquafin via zijn installaties in het oppervlaktewater loost, haalde bovendien voor deze 3 parameters het laagste niveau ooit. Ook de quafin is al enkele jaren actief op JEPP, het federaal platform voor digitaal verwijderingspercentages voor de aankopen. Meer bepaald de publicatie en het registreren van offertes nutriënten fosfor en stikstof lagen verlopen voor de grote openbare aanbestedingen al sinds 2013 digitaal. vorig jaar een stuk hoger dan de Vanaf 2015 zal Aquafin stelselmatig de opdrachten tot 85.000 euro (excl. BTW) doelstellingen die Vlaanderen oplegt. publiceren op de module Free Market, een onderdeel van het e-procurement platform. Binnen de wetgeving overheidsopdrachten gaat het om Elk jaar gaat Aquafin er door de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. onderzoek en verbeteringen op vooruit Ondernemingen die in aanmerking willen komen voor deze opdrachten, qua proceskennis, sturingen en sensoren. dienen zich op Free Market te registreren. Pas dan kunnen zij deelnemen aan Een nauwgezette opvolging van het de selectieprocedure. Aquafin kan er bovendien als aanbestedende overheid zuiveringsproces is echter niet de enige voor kiezen om de offertevraag open te stellen voor iedereen, of om een beperkt voorwaarde die deze uitmuntende aantal kandidaten uit te nodigen. Geïnteresseerde ondernemingen doen er resultaten verklaart. Het weer is evenzeer daarom goed aan om op het platform zowel een zoekprofiel als een visitekaart een bepalende factor. 2014 was het aan te maken. Met een zoekprofiel blijven ze op de hoogte van de open warmste jaar sinds het begin van de procedures. Met een visitekaart kunnen ze zich als bedrijf voorstellen en metingen. De zomertemperaturen mogelijk uitgenodigd worden voor een gesloten procedure. waren normaal, maar vooral de hoge temperaturen in de winter, lente en Digitaal aanbesteden biedt voor alle partijen tal van voordelen. In de eerste herfst waren zeer uitzonderlijk. plaats is het milieuvriendelijk. Gedaan met de bergen papier die officieel Bovendien was het wat betreft neerslag overhandigd moeten worden, offertes worden voortaan digitaal opgeladen. een vrij normaal jaar en werden er door De procedure is ook snel en eenvoudig, waardoor leveranciers korter tegen de geringe sneeuwval weinig strooide deadline kunnen werken. Dankzij de bekendheid van e-Notification kan zouten gebruikt. Het ideale weer dus Aquafin meerdere leveranciers aantrekken zonder een officiële publicatie voor een rioolwaterzuiveringsinstallatie. te plaatsen. Veel regen verdunt immers het afvalwater, Het platform is terug te vinden op https://enot.publicprocurement.be/enot-war/ ● waardoor er minder geconcentreerde vuilvracht binnen komt. E-tendering ook voor kleinere opdrachten A 3 Dat betekent uiteraard niet dat onze inzet voor propere waterlopen vermindert. Integendeel, de kwaliteit van het gezuiverde afvalwater stijgt jaar na jaar. In 2014 behaalden we zelfs de beste zuiveringsresultaten ooit in ons 25-jarig bestaan. We blijven samen met onze partners hard werken om de Kaderrichtlijn Water te realiseren. Daarom breien we dit jaar een vervolg aan ons succesvolle “Chap’eau”-evenement. Kruis alvast zondag 27 september aan in uw agenda. De exacte locatie en het programma volgen later, zeker is wel dat we dit keer het Scheldegebied tussen Rupelmonde en Kruibeke in de kijker zetten. Verder wens ik u veel leesplezier met dit jubileumnummer van Aqua! ● INHOUD 4 6 Omgeving en water in harmonie 8 Hemelwaterplan in het kader van duurzaam waterbeleid 9 Architecten worden uitgedaagd een duurzaam waterbeheer te integreren in hun ontwerp 10 Aquaplus stelt zuivering Brouwerij Affligem op punt 11 11 Aquafin start Minder Hinder-campagne 12 Ecosysteemdiensten zijn link tussen ecologie en economie 14 Rioolwater als urinestaal van de bevolking? 16 17 18 Meer biogas door efficiëntere gistingen 20 22 Pandion de visarend Bomen als onderdeel van een hemelwaterplan Aquafin zet groei als betrouwbare partner verder Model berekent kans op corrosie Richtlijn voor grondmechanisch onderzoek Meander 25 JA AR Ruimte geven aan water is de boodschap en dat was ook het centrale thema van het Congres Publieke Ruimte op 3 maart, waarvan Aquafin congrespartner was. En dat ruimte geven verder gaat dan het aanleggen van bufferbekkens kunt u lezen in ons “Hemelwater-dossier” in dit nummer. De mogelijkheden zijn legio en bieden vaak nog eens extra belevingswaarde voor de omgeving. Aquafin gelooft sterk in dit concept en wil er zich meer en meer op toeleggen. VOORWOORD M inister van Omgeving, Natuur en Landbouw Joke Schauvliege wil strengere en striktere regels om het waterverbruik in Vlaanderen te verminderen. In januari luidde ze de alarmbel en waarschuwde ze voor een dreigende waterblack-out als er niet snel wordt ingegrepen. Dat klinkt misschien gek, in een West-Europees land waar een paraplu nooit ver weg is. En toch klopt het helaas. In sommige regio’s is het grondwaterpeil zelfs al met 100 meter gezakt. Het water wordt enerzijds opgepompt uit de bodem, onder meer door de industrie. Anderzijds zorgt de toenemende verharding ervoor dat de grondwatertafel niet meer opnieuw aangevuld geraakt. Als het hemelwater niet voldoende kan infiltreren in de bodem leidt dat bij langdurige en hevige regenval bovendien tot lokale wateroverlast. Het wordt dus hoog tijd dat we het tij keren in Vlaanderen en anders leren omgaan met hemelwater. UA AQ FIN IN 25 JAAR VAN 30% NAAR 80% AFVALWATER DAT GEZUIVERD WORDT, DANKZIJ DE INZET VAN VELEN! 4 AQUA 2015/1 Omgeving en water in harmonie Adaptatie aan de gevolgen van een veranderend klimaat wordt een van de belangrijkste uitdagingen van de komende decennia. M eer en intensere buien zorgen steeds vaker voor water op straat. In de winter stijgt het grondwaterpeil zodanig dat de bodem verzadigt en waterlopen buiten hun oevers treden. In de zomer zorgen piekbuien ervoor dat gemengde riolen de plotse toevloed, onder meer door de toenemende verharding, niet meer kan slikken. Afvoer van regenwater alleen is dan ook geen oplossing. Gemeenten zullen in de inrichting van hun openbaar domein meer ruimte moeten geven aan water. In Vlaanderen groeit alvast het inzicht dat we in de toekomst anders zullen moeten leren omgaan met hemelwater. Dat doen we best nu al, met elke infrastructurele ingreep die we uitvoeren op het publieke domein. Aangename beleving “Ruimte voor water” was ook het centrale thema van het Congres Publieke Ruimte 2015 begin maart, dat zich richtte tot iedereen die betrokken is bij het ontwerp, de inrichting en het beheer van openbare ruimten. Aquafin was partner van dit congres en leidde een aantal themasessies rond waterberging en -afvoer. “Aquafin heeft de afgelopen 25 jaar voor Vlaanderen de infrastructuur uitgebouwd en geëxploiteerd die nodig is voor de zuivering van het huishoudelijk afvalwater. Daar zullen we de volgende decennia onverminderd op blijven inzetten. Maar we willen daarnaast als bedrijf onze meerwaarde voor de samenleving vergroten door de focus op ‘water als een aangename beleving’ te verbreden,” legt Danny Baeten, directeur Marketing, uit. DOSSIER HEMELWATER 5 “En dat doe je niet meer alleen door het afvalwater weer proper te maken voor het in de natuur terecht komt. Je moet ook rekening houden met de waterhuishouding in het algemeen om zowel wateroverlast als bodemverdroging te voorkomen.” “We willen onze meerwaarde voor de samenleving vergroten.” Danny Baeten Koen De Winne: “In onze hemelwaterplannen trachten we tegelijk ruimte aan water te geven en de belevingswaarde te vergroten.” Lange termijn Een hemelwaterplan hoeft niet altijd een antwoord te zijn op bestaande problemen, het kan ook een leidraad zijn om de leefomgeving in “Een hemelwaterplan van Aquafin te brengen is steeds gebaseerd op een lange harmonie met water. Ook burgers zijn vaak vragende partij termijnvisie en kijkt dus verder voor meer natuur in dan één project.” hun stad of gemeente en in bepaalde gevallen, bijvoorbeeld voor nieuwe verkavelingen, Aquafin heeft een goed zicht op de is het zelfs wettelijk verplicht om werking van de rioolstelsels in Vlaanderen. rekening te houden met hemelwater. Het kan de impact van buien met verschillende intenties simuleren en zo Koen De Winne, accountmanager: de juiste oplossingen voorstellen wanneer “Een hemelwaterplan van Aquafin is het een hemelwaterplan opmaakt voor daarom steeds gebaseerd op een lange een gemeente. Elke gemeente is natuurlijk termijnvisie en kijkt dus verder dan één uniek qua bebouwing, reliëf en waterproject. Het is overigens niet ‘te nemen of lopen. Daarom neemt Aquafin al deze te laten’, de gemeente krijgt een lijst met elementen mee op in het plan. Dat bevat geprioriteerde projecten en legt zelf zijn zowel generieke maatregelen, die op veel locaties toepasbaar zijn, als plaatsaccenten. Wel kunnen we hen gemotiveerd gebonden maatregelen die een bestaand adviseren en we kunnen ook voor hen of een toekomstig knelpunt wegwerken. aan de kar trekken bij de verschillende Een ruime gebiedskennis laat Aquafin stakeholders. Dat hebben we in onze toe om bij de opmaak van een projecten die we al zo lang uitvoeren voor hemelwaterplan zelfs over de gemeentehet Gewest al ruimschoots bewezen.” grenzen heen te kijken. Dat is nodig, want een ingreep in een bepaalde Aquafin werkte voor de gemeente gemeente kan een impact hebben op de Wetteren als testcase een eerste hemelwaterhuishouding in een buurgemeente. waterplan af. Ondertussen bestelden al Het is uiteraard niet de bedoeling om het ● drie andere gemeenten zo’n studie. probleem te verschuiven maar om voor iedereen het juiste evenwicht te vinden. DOSSIER HEMELWATER 6 AQUA 2015/1 Bomen als onderdeel van een hemelwaterplan Langs heel wat lanen en dreven zie je ze netjes op een rij in het voetpad verwerkt: bomen van allerlei soorten die het straatbeeld moeten opfleuren en ‘natuurlijke rust’ brengen. Helaas hebben veel van die De randen van de bak zorgen ervoor dat de boom naar onderen wortelt in plaats van horizontaal. Het hemelwater vloeit af naar een koker die in de bestrating wordt verwerkt en waarlangs het in de bodem dringt. De koker dient ook om de bodem te verluchten en er de atmosfeer optimaal te houden. ● bomen te lijden onder een gebrek aan water en de nodige voedingsstoffen in de bodem. Om aan zuurstof te geraken, gaan hun wortels op zoek naar holle ruimten onder de grond. Die vinden ze bijvoorbeeld in rioolbuizen. Wortelingroei is een van de belangrijkste oorzaken van rioolverval. I n Zweden, een koploper als het gaat over natuur in de stad brengen, hebben alternatieve aanplantingsmethodes bewezen dat het anders kan. Meer nog, door gebruik te maken van grind en stenen kan ook het hemelwater veel beter in de bodem dringen, een extra infiltratiemogelijkheid dus. De bomen worden geplant in een plantenbak die onderaan open is. De bodem onder en naast de plantenbak bestaat uit verschillende lagen. De onderste en dikste laag wordt gevormd door grove stenen. De ruimte tussen de stenen is opgevuld met aarde. Daarboven komt een dunnere laag met grind die goed waterdoorlatend is. De grindlaag wordt afgedekt met geotextiel waarop dan tot slot de bestrating komt. In de plantenbak komt uiteraard geen geotextiel maar wortelt de boom in gewone teelaarde. Berging rioolstelsel optimaal benutten Tijdelijk bufferen van hemelwater kan ook ondergronds, in het rioolstelsel. Doordat het meestal niet overal even hard regent en de capaciteit van het gemengde stelsel niet overal even groot is, loopt het in principe ongelijkmatig vol. Bij felle regen kan het gebeuren dat het water op sommige plaatsen via het riooldeksel omhoog stuwt of dat het ontsnapt via een overstort terwijl er elders in het stelsel nog bergingscapaciteit onbenut is. Met real time control (RTC) is het mogelijk om de vullingsgraad van het stelsel in ‘real time’ te sturen door gebruik te maken van sensoren, controllers en regelstructuren die geactiveerd worden op basis van een algoritme. De kost van zo’n ingreep hangt af van welke apparatuur precies nodig is maar weegt meestal niet op tegen de maatschappelijke kost die ze kan vermijden. Aquafin paste de techniek al met succes toe op zowel gewestelijke als gemeentelijke infrastructuur. 7 1 Bestrating 2 Geotextiel 3 Grindlaag voor infiltratie van hemelwater en verluchting van de bodem 4 Laag met stenen, de ruimten zijn opgevuld met aarde 5 Bodem 6 Plantenbak 7 Boom 8 Teelaarde 9 Koker voor infiltratie van hemelwater en verluchting van de bodem 7 1 8 2 9 6 3 4 5 25 JA AR A A QU FIN BEHEERSING VAN HEMELWATER IS EEN MAATSCHAPPELIJK THEMA WAAR AQUAFIN ZICH DE LAATSTE JAREN MEER EN MEER OP TOE LEGT. DOSSIER HEMELWATER 8 AQUA 2015/1 Hemelwaterplan in het kader van duurzaam waterbeleid Afgelopen zomer was één van de natste zomers ooit. Water wordt een steeds belangrijkere factor bij het gebruik en de inrichting van de openbare ruimte. De relatie tussen water en publieke ruimte werd tijdens het Congres Publieke Ruimte 2015 vanuit diverse “Op sociale media zijn er heel wat positieve reacties gekomen. Een sprekend beeld vond ik een foto van een met water gevulde wadi, met als onderschrift ‘er is geen waterprobleem meer’. Zo zet je een probleem dus om in een opportuniteit.” perspectieven belicht. Eén van de sprekers was Dirk Waelput, stedenbouwkundig ambtenaar van de stad Eeklo en expert inzake waterbeleid. D irk Waelput is in de stad Eeklo verantwoordelijk voor het domein “Wonen en leven”. Dat is een beleidsdomein waar zowel de milieudienst, stedenbouw, huisvesting als de groendienst onder vallen. En die combinatie is niet toevallig gekozen. “Een duurzaam waterbeleid kan je alleen maar voeren als al deze verschillende diensten op elkaar zijn afgestemd”, legt Dirk uit. “Met de stad Eeklo trekken we resoluut de kaart van duurzaamheid, onder andere in ons waterbeleid, en daarom hebben we deze verschillende domeinen gegroepeerd.” “Een duurzaam waterbeleid begint bij ruimtelijke planning, waarbij je rekening houdt met zowel vroegere, huidige als toekomstige waterstructuren. Je ruimtelijke planning moet dus al bepalen hoe je met water wil omgaan. Andere beleidsdomeinen, zoals bijvoorbeeld milieu- of groendienst, moeten hierop afgestemd zijn. Een goede wisselwerking tussen die verschillende domeinen, die allemaal volgens dezelfde filosofie werken, zorgt ervoor dat je op een andere manier met water zal omgaan. Duurzaam waterbeleid is eigenlijk een visie die best wordt vastgelegd in het gemeentelijk structuurplan. Dan is er een goede basis om op voort te bouwen”, aldus Waelput. Probleem of opportuniteit? Al te vaak wordt water nog als een probleem aanzien. Dat hoeft echter helemaal niet het geval te zijn. “Waarom zou je water niet als een opportuniteit kunnen zien?” vraagt Dirk zich af. Het “sponsbos” vangt het hemelwater op. “Water kan immers perfect geïntegreerd worden in het landschap en op die manier een meerwaarde bieden. In parken kan je bijvoorbeeld wadi’s aanleggen, die tegelijk ook een speelruimte voor kinderen zijn. Met grachten kan je idyllische plekjes creëren, die wandelaars of fietsers aantrekken. Als je bij de uitvoering van projecten een studiebureau aanstelt dat op een creatieve manier mee in die richting kan denken, dan kan je echt tot mooie resultaten komen die ook voor de burger een meerwaarde bieden. Het Heldenpark hier in Eeklo is daar een mooi voorbeeld van. Zo’n 25 jaar geleden werd daar drainage aangelegd om alle water naar de riolering te voeren. Nu hebben we dit hele gebied afgekoppeld en ingericht met een gracht en enkele wadi’s.” Het Heldenpark in Eeklo. In Vlaanderen is er de laatste 25 jaar meer dan 40% extra verharde oppervlakte bijgekomen. Dat betekent automatisch minder insijpelingsmogelijkheden voor hemelwater. De traditionele oplossing is dan het water in ondergrondse buizen opvangen en transporteren. Een goed hemelwaterplan omvat echter niet alleen dergelijke technische oplossingen, maar creëert ook ruimte voor water. “De traditionele werkwijze is op langere termijn zowel technisch als financieel niet haalbaar”, meent Dirk. “We kunnen niet alles blijven inbuizen maar moeten ook natuurlijke bergingsmogelijkheden voorzien voor water.” “We kunnen niet alles blijven inbuizen maar moeten ook natuurlijke bergingsmogelijkheden voorzien voor water. Op die manier geven we water ook terug de mogelijkheid te infiltreren in de bodem, wat dan ook weer het grondwaterpeil ten goede zal komen.” 9 “Bovendien heb je het voordeel dat alles zichtbaar is. Zo kan een eventueel probleem ook veel sneller opgemerkt worden. Ik ben ervan overtuigd dat je met een goed hemelwaterplan water op een andere manier kan benaderen én er bovendien op langere termijn financieel voordeel uit haalt.” Natuurlijke infiltratie en infiltratiebekken in Gentbrugge. Architecten worden uitgedaagd een duurzaam waterbeheer te integreren in hun ontwerp Nieuwe denkwijze In het buitenland worden de voordelen van water al langer erkend. In Vlaanderen werd tot nog toe steeds klassiek gedacht. “Dat zie je bijvoorbeeld aan de inhoud van typebestekken”, beaamt Waelput. “De laatste jaren is er echter wel een kentering gekomen in het denken. Meer en meer komt het besef dat we ruimte moeten geven aan water en het integreren in onze omgeving. We zien ook vaker dat waterhergebruik gepromoot wordt. Hemelwater kan immers ook zinvol gebruikt worden. In de openbare ruimte kan je het leiden naar een plaats waar veel planten staan, die dat water nodig hebben om te kunnen volgroeien. In Eeklo spreken we bijvoorbeeld wel eens over een sponsbos. We hebben hier enkele plaatsen in het centrum met een bosachtig karakter. Daarom werd besloten om regenwater op een natuurlijke wijze naar die plaatsen toe te leiden. Zo creëren we een natuurlijke afvoer die in het landschap past, vermijden we wateroverlast en voorzien we de bossen van voldoende water.” Dirk Waelput Toch is nog niet iedereen overtuigd. Bij vele burgers leeft nog steeds de angst voor wateroverlast. “Mensen zijn het niet meer gewend om water in hun omgeving te hebben. Daarom moeten beleidsmakers trachten het klassieke denken te wijzigen en mensen te overtuigen van de meerwaarde van water. Uiteindelijk hebben we hetzelfde doel voor ogen: wateroverlast vermijden. En dat doe je best door water weer ruimte te geven. Want hoe je het ook draait of keert: water zoekt altijd zijn weg. Door het via buizen te transporteren, verplaats je dikwijls gewoon het probleem naar een andere locatie. Ik ben ervan overtuigd dat een doordacht hemelwaterplan een eerste stap richting een echt duurzaam waterbeleid kan zijn.” ● V andaag worden architecten steeds vaker geconfronteerd met uitdagingen rond water. Waterbewust en waterrobuust bouwen krijgen hierbij steeds meer aandacht. Julie Alboort, Consulent Waterbewust Bouwen bij de Vlaamse Architectenvereniging NAV legt uit: “We staan tegenwoordig voor verschillende gekende maatschappelijke uitdagingen met betrekking tot water. Dit brengt ook uitdagingen met zich mee voor de bouwsector.” In 2013 riep NAV met de steun van de Vlaamse Overheid het project ‘Consulent Waterbewust Bouwen’ tot leven. Julie Alboort: “Binnen het project ondersteunen we architecten bij het maken van meer doordachte keuzes rond waterrobuust bouwen en het beheer van de waterhuishouding van projecten. Dat gebeurt via een helpdesk, informatieverspreiding en de organisatie van infosessies, cursussen en congressen. Daarnaast worden ook hulpmiddelen voor de sector ontwikkeld zoals rekenvoorbeelden en tools.” “De waterproblematiek leeft sterk onder de architecten. We ontvangen veel vragen over de toepassing van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater en de technische implementatie van infiltratiesystemen in bouwprojecten. Binnen het project proberen we meer duidelijkheid te scheppen, onder andere door stelselmatig referentieprojecten te bespreken vanuit het standpunt van de architect. Ook waterrobuust bouwen is voor architecten nieuwe materie. In 2014 brachten wij daarom de pocket Waterrobuust Bouwen uit, waarin goede praktijkvoorbeelden zijn opgenomen.” Waterbeheersing hoeft niet benaderd te worden als een ‘noodzakelijk kwaad’, maar als een randvoorwaarde of zelfs uitgangspunt in het ontwerp. Voor architecten is het belangrijk van bij het begin rekening te houden met de mogelijke impact van een project op het watersysteem. “We mogen de waterproblematiek niet uit de weg gaan, maar moeten op zoek gaan naar een creatieve manier om ruimte te geven aan water. Op die manier worden architecten uitgedaagd een efficiënt en duurzaam waterbeheer te integreren in hun ontwerp,” besluit Julie Alboort. ● 10 AQUA 2015/1 Aquaplus stelt zuivering Brouwerij Affligem op punt Hoe beter het slib is ingedikt, hoe hoger het drogestofgehalte en hoe minder transporten er nodig zijn om het af te voeren voor verwerking. Financieel veelbelovend Procestechnoloog Ivo Boonen: “Het drogestofgehalte van het in de RWZI ingedikte slib ligt nu rond 2%, en we verwachten dat dit nog zal stijgen.” Alken Maes legt zich in de brouwerij in Opwijk vooral toe op de productie van de gerenommeerde Affligem abdijbieren. Het bedrijf draagt duurzaamheid hoog in het vaandel en wilde zijn waterzuiveringsinstallatie optimaliseren en het teveel aan slib kostenefficiënt transporteren en afzetten. S inds 2013 werkt Aquaplus intensief samen met Alken Maes op de sites in Alken en Opwijk. In minder dan een jaar tijd voerde Aquaplus er een 15-tal opdrachten uit binnen een brede dienstenwaaier, gaande van onderhoud en herstellingen, procestechnologische adviesverlening, bouwkundige inspecties, financiële analyses tot het uitlenen van vervangingstoestellen. De installatie op de site in Opwijk kampte met een onstabiele fosfaatverwijdering en periodieke geurhinder, wat de aanleiding vormde voor een algemene doorlichting door Aquaplus. Eén van de vaststellingen was dat de slibleeftijd ongeveer een factor 10 te hoog was voor dit type afvalwater, het gevolg van een te hoge slibconcentratie in een te groot bioreactorvolume. Door het drastisch verlagen van het slibgehalte en het reduceren van het bioreactorvolume, zouden de zuurstofvraag en de ijzerchloridedosering in de beluchting dalen, met een positief effect op de fosfaatverwijdering. Bovendien kon dan de slibindikker, die al vele jaren dienst deed als beluchting, zijn oorspronkelijke bestemming terugkrijgen. “Om de indikcapaciteit van het zuiveringsslib te bepalen, hebben we een testopstelling geplaatst met twee containers die de functie van slibindikker vervulden,” vertelt Ivo Boonen, procestechnoloog bij Aquaplus. “Het resultaat na zes weken opvolging was opmerkelijk, we zagen het drogestofgehalte van het slib stijgen van 1,1 % naar 3 %. Dat betekende dat het slib goed gravitair in te dikken was.” Aquaplus maakte na de studie- en testfase voor Alken Maes de financiële projectie. Die was erg veelbelovend doordat het aantal slibtransporten aanzienlijk zou dalen wanneer het slib werd ingedikt. De omschakeling van één van de twee beluchtingsbekkens tot slibindikker zou bovendien zorgen voor stabielere zuiveringsresultaten. De potentiële economische én ecologische winst, in combinatie met de aanpak van Aquaplus overtuigden Alken Maes om de aanpassingswerken door Aquaplus te laten doorvoeren. Kort op de bal Door de omschakeling van één van beide beluchtingsbekkens naar slibindikker moest ook de automatisering van diverse toestellen worden aangepast. Tijdens en na de aanpassingswerken volgde Aquaplus de operationele werking van de zuiveringsinstallatie en de effluentresultaten nauwgezet op. Het geïnstalleerde supervisiesysteem maakte het mogelijk om snel in te grijpen. “We ervoeren dat Aquaplus kort op de bal kon spelen en dat ze onze feedback ter harte namen. Bovendien voelden ze goed onze behoeften aan zowel in de studiefase als tijdens de uitvoering,” evalueert Brewery Manager Wouter Holvoet de samenwerking. De besparing die Alken Maes kan realiseren met het uitvoeren van de aanpassingswerken is zo groot dat het de studie- en projectuitvoeringskosten van Aquaplus al kon terugverdienen. Op vraag van Alken Maes adviseerde Aquaplus ook welke maatregelen kostenefficiënt kunnen geïmplementeerd worden om tegemoet te komen aan de geurhinder waarmee de site in Opwijk soms kampt ● in de lente en in de zomer. 11 Aquafin zet groei als betrouwbare partner verder n i f a Aqu D start MINDER HINDER campagne e complexe omstandigheden waarin projecten vandaag moeten worden uitgevoerd, leidde de voorbije twee jaren tot een concentratie van aanbestedingen in het najaar. Aquafin erkent de problemen die dit meebrengt voor zijn technische partners en engageert zich om de aanbestedingen in 2015 beter te spreiden over het jaar. Een analyse van de huidige projectenportefeuille legde de belangrijkste knelpunten bloot. Op basis van de resultaten stelde Aquafin een actieplan op: > OP NAAR EEN EVENWICHTIGE VERDELING In 2015 willen we tegen het bouwverlof minstens 30 % (± 48 miljoen euro) van de totale doelstelling aanbesteed hebben, in de tweede jaarhelft volgt dan de overige 70 % (± 112 miljoen euro). Die verdeling willen we de komende jaren steeds meer in evenwicht brengen, zodat we in 2017 aan 50 % voor en 50 % na het bouwverlof zitten. > VOORUIT GEFORMULEERDE DOELSTELLINGEN I n maart start Aquafin met een eigen Minder Hinder-affichecampagne. Aan de hand van 10 ludieke cartoons willen we onze Minder Hindermaatregelen opnieuw onder de aandacht brengen van onze technische partners. Aquafin draagt omgevingsvriendelijk werken al geruime tijd hoog in het vaandel. Zo reiken we jaarlijks een award uit aan het studiebureau en de aannemer die het voorbije jaar het meest kwaliteitsvol, veilig en omgevingsvriendelijk heeft gewerkt. Voor Aquafin is Minder Hinder geen ‘extra’, maar een essentieel onderdeel van een project. Met de affichecampagne willen we benadrukken dat Minder Hinder een aandachtspunt is dat vanaf de scenario-analyse evenveel aandacht verdient als het concept. Maar ook in uitvoeringsfase blijven de Minder Hindermaatregelen uiteraard cruciaal. Een goede communicatie, een nette werf en een doordachte fasering kunnen vaak al veel van de hinder voor buurtbewoners en handelaars beperken. De affiches zijn binnenkort dan ook te bewonderen op 25 JA onze werven. ● A R A A QU FIN MET ONZE TECHNISCHE PARTNERS BOUWEN WE EEN DUURZAME RELATIE OP, WAARIN PARTNERSCHAP CENTRAAL STAAT. We plannen de aanbestedingen per project anderhalf jaar vooruit en communiceren regelmatig over de planning. Per project worden de risico’s ingeschat en worden er duidelijke acties geformuleerd. Met alle betrokken partijen, zowel studiebureaus, mede-opdrachtgevers als vergunningverlenende instanties komt er meer tussentijds overleg zodat zij op de hoogte blijven over de laatste prognoses en hier ook naartoe kunnen werken. > RISICOANALYSE VANAF VOORONTWERPFASE Door meer aandacht te besteden aan de haalbaarheid en de voorontwerpfase willen we de vertragende factoren duidelijk in kaart brengen vooraleer het studiebureau aan het eigenlijke ontwerp begint. In de ontwerpfase volgen we het kritische pad continu op (grondverwerving, vergunningen, engagementen van medeopdrachtgevers, ...) zodat we risico’s correct kunnen inschatten en vertragingen vermijden. Zo helpen we niet alleen onze projectuitvoering te versnellen, maar zetten we ook opnieuw een stap naar meer partnerschap vanuit Aquafin. ● 12 AQUA 2015/1 Ecosysteemdiensten zijn link tussen ecologie en economie Decennialang leefde het idee dat natuurbehoud onze economische ontwikkeling in de weg stond. Het massaal ingrijpen op de natuur in functie van industriële en landbouwdoeleinden heeft geleid tot een spectaculaire achteruitgang van de biodiversiteit. Dat we die verdwenen soorten echter nodig hebben om als mens te overleven, is een besef dat de laatste jaren meer en meer terrein wint. H et wereldwijde verlies aan biodiversiteit was de aanleiding voor verschillende juridische beschermingsmaatregelen via mondiale conventies, Europese richtlijnen en nationale wetgeving. Volgens professor Patrick Meire van de Onderzoeksgroep Ecosysteembeheer van de Universiteit Antwerpen, moeten we ons niet enkel richten op deze beschermingsmaatregelen, maar moeten we ons eerder afvragen hoe het herstel van habitat en biodiversiteit kan bijdragen tot onze economie en ons welzijn. Voor een doorsnee driegangenmenu met voorgerecht, hoofdgerecht, dessert en koffie gebruiken we al gauw 30 verschillende soorten organismen. Al die soorten stellen op zich specifieke eisen aan het milieu waarin ze voorkomen en hebben op hun beurt elk andere soorten nodig om te leven en te groeien. Maar onze voedselketen is lang niet de enige reden om biotopen te herstellen. “Ook de regulerende functies van ecosystemen, zoals klimaatregeling en bescherming tegen overstromingen, zijn van belang voor de mens,” stelt Patrick Meire. “In het estuarium van de Schelde zijn de voorbije eeuwen 125.000 hectare slikken en schorren ingepolderd en omgezet in landbouwgrond met, op het eerste zicht, een grotere economische meerwaarde. Maar ondiepe geulen, slikken en schorren dempen wel de getijdenwerking én ze reduceren de golfwerking. De inpoldering had dan ook als gevolg dat de getijden van de Schelde veel verder landinwaarts dringen, met stijgende hoogwaterstanden. Dat deed het risico op overstromingen sterk stijgen, zoals in Ruisbroek in 1976. Willen we ons daar tegen beschermen, dan zijn dure maatregelen nodig zoals het bouwen van dijken. En dat terwijl we voordien een goede natuurlijke bescherming hadden.” Kwantiteit en kwaliteit Schorren zijn niet alleen cruciaal om het risico op rivieroverstromingen te verkleinen, ze spelen ook een belangrijke rol op het vlak van waterkwaliteit. Door de getijdenwerking worden water en sedimenten uitgewisseld tussen schorren en rivier. Die uitwisseling zorgt in de rivier voor het juiste evenwicht tussen de nutriënten stikstof en fosfor, en de toelevering van het mineraal Silica vanuit de schorren. Silica is een belangrijke bouwsteen voor kiezelwieren, de belangrijkste groep van het fytoplankton, dat op zijn beurt bijdraagt tot de zelfzuiverende capaciteit van de rivier. Het economische en maatschappelijke belang van deze en andere zogenaamde ecosysteemdiensten dringt de laatste jaren steeds meer door en voor een aantal habitats werden al herstelprojecten opgezet. Het Verdronken Land van Saeftinghe. 13 Win het boek We geven vijf exemplaren weg van het boek “Naar een duurzaam rivierbeheer”. Stuur voor 15 april 2015 een e-mail naar [email protected]. De winnaars krijgen het boek daarna toegestuurd. Het ontpolderen van de Hedwigepolder bijvoorbeeld, vergroot de regulerende werking van het Verdronken Land van Saeftinghe en heeft zowel de bedoeling om de waterkwaliteit in de Schelde verder te verbeteren als om het overstromingsrisico te doen dalen. Natuur als bondgenoot Toch stuit zo’n herstelproject vaak op veel tegenstand. Patrick Meire pleit voor een bredere formulering van de doelstelling: “Mensen moeten er zich van bewust worden dat de natuur onze bondgenoot is in plaats van een last. Er is dan ook een geïntegreerde benadering nodig van zo’n projecten, waarbij een kosten-baten berekening op alle domeinen in euro’s wordt uitgedrukt. Het verlies aan landbouwgrond komt dan lijnrecht te staan tegenover de kosten die nodig zijn om maatregelen tegen wateroverlast te nemen en de maatschappelijke kosten die aan wateroverlast verbonden zijn.” “Op dezelfde manier kan je ook projecten om water in de stad in te brengen ruimer kaderen als natuurlijk afkoelend element bij hoge temperaturen in de zomer.” NAAR EEN DUURZAAM RIVIERBEHEER Wilt u meer lezen over het herstel van ecosysteemdiensten van rivieren? Professor Patrick Meire en wetenschapsjournalist Mark Van Dyck nemen in dit boek de Schelde als blauwe draad om aan te tonen hoe we de natuurlijke werking van rivieren duurzaam kunnen herstellen om ecologie en economie in harmonie te brengen. Het concept van ecosysteemdiensten klinkt erg eenvoudig maar de vertaling ervan vergt nog heel wat werk. Toch kunnen ze volgens Patrick Meire een echte paradigmawijziging veroorzaken, precies omdat ze via www.natuurwaardeverkenner.be hun economische waardebepaling een Samen met het Departement Leefmilieu, Natuur link kunnen leggen en Energie (LNE) van de Vlaamse overheid en met tussen ecologie en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek economie. ● (VITO) ontwikkelde Patrick Meire voor Vlaanderen een internettoepassing om de impact te berekenen van een gewijzigd landgebruik. De voor- en nadelen van de verandering worden uitgedrukt in ecosysteemdiensten. U kunt publieke scenario’s raadplegen of uw eigen scenario maken voor een bepaald gebied. 14 AQUA 2015/1 Rioolwater als urinestaal van de bevolking? Dat drugs een groot, wereldwijd verspreid probleem zijn, beseft elke beleidsmaker. Maar hoe het precies zit met dat druggebruik, hoeveel, waar en door wie er gebruikt wordt, blijkt moeilijker in kaart te brengen. Klassieke bevragingen zijn niet altijd even accuraat, en ook de resultaten laten lang op zich wachten. Wetenschappers van o.a. de Universiteit Antwerpen, zien in rioolwateranalyse een objectievere methodologie om druggebruik in kaart te brengen. H et klassieke onderzoek naar druggebruik baseert zich voornamelijk op enquêtes maar deze leveren niet altijd volledig juiste resultaten op. Respondenten geven liever een sociaal wenselijk antwoord, populaties zonder telefoon of internet worden niet bereikt,… Bovendien duurt het gemiddeld twee jaar voor dergelijke data verwerkt en bekend zijn. De methodologie ‘sewage-based epidemiology’ gaat uit van rioolwater als een verdund urinestaal van een bevolking. Het klinkt wel logisch: het menselijk lichaam scheidt na het gebruik van drugs resten van deze stoffen via de urine uit. Via toiletbezoek komen deze metabolieten dus in het rioolwater terecht. Door een ‘collectieve urinetest’ op metabolieten van drugs zouden wetenschappers het druggebruik van de bevolking kunnen monitoren, in real time en op een objectieve manier. 15 Het Toxicologisch Centrum van de Universiteit Antwerpen, doet al jaren op deze manier onderzoek naar druggebruik. Aangezien het meeste rioolwater in Vlaanderen terecht komt in waterzuiveringsinstallaties van Aquafin, bleef een samenwerking niet lang uit. In 2007 verleende Aquafin al een eerste keer zijn medewerking door op 41 zuiveringsinstallaties stalen te laten nemen van ongezuiverd rioolwater. Uit dit onderzoek bleek dat er in het weekend meer cocaïne gebruikt werd dan op een weekdag en meer in grote steden dan elders. Prof. Alexander van Nuijs van de Universiteit Antwerpen en Alain Vandelannoote van Aquafin op de RWZI van Lier waar drie maanden lang stalen van het afvalwater werden genomen om het druggebruik van de Lierenaars in kaart te brengen. Deze resultaten zijn uiteraard niet verrassend maar het toonde wel de relevantie en het nut van rioolwateranalyse aan. Ook recent stapte Aquafin in een onderzoeksproject van de Universiteit Antwerpen, dat kadert in een groot Europees project. In de rioolwaterzuiveringsinstallatie van Lier werden van september tot december 2014 elke dag stalen van het afvalwater genomen. Deze rioolwateranalyse werd gekoppeld aan een vragenlijst over druggebruik die elke inwoner van Lier kon invullen. Of de resultaten van deze twee correleren met elkaar was bij het in druk gaan van deze Aqua niet bekend, maar wellicht verkregen de onderzoekers heel wat complementaire informatie. Samenwerking is win-win Alexander van Nuijs, professor aan de UA, is Aquafin alvast heel dankbaar: “Zonder Aquafin is ons onderzoek niet mogelijk. De staalname is uiterst belangrijk, de stalen moeten representatief zijn. Aquafin beschikt over de juiste infrastructuur daarvoor. Ze doen debietsmetingen en 24-uurs staalnames. Niet alleen waren de medewerkers heel behulpzaam, ze zorgden ook voor de juiste bewaring en etikettering van de stalen. Bovendien hebben ze een schat aan informatie over het rioolnetwerk, het zuiveringsgebied, opgepompte debieten, de gebruikte zuiveringstechnologie en behandelde vuilvrachten. In het buitenland werken mijn collega-onderzoekers met dure meettoestellen, maar dankzij Aquafin hebben wij de meeste informatie kunnen aanleveren die voldeed aan alle parameters.” Het engagement van Aquafin voor dit maatschappelijk relevant onderzoekt loont ook voor het bedrijf zelf. Door mee te werken aan het onderzoek van de Universiteit Antwerpen krijgt Aquafin ook meer informatie over welke chemische verbindingen kunnen verwijderd worden in een rioolwaterzuiveringsinstallatie of over welke zuiveringstechnologie het best geschikt is om chemische stof X of verbinding Y af te breken. Alain Vandelannoote, hoofd Milieu bij Aquafin: “Het Europese milieubeleid heeft steeds meer aandacht voor de aanwezigheid van micropolluenten en prioritaire stoffen in afvalwater. Meer van die stoffen krijgen normen. En veel van die stoffen zijn aanwezig in rioolwater. De informatie die wij van de Universiteit Antwerpen krijgen kan het dure onderzoek naar micropolluenten en prioritaire stoffen van de Onderzoeksafdeling ● van Aquafin vooruit helpen.” 16 AQUA 2015/1 Meer biogas door efficiëntere gistingen In 2014 produceerden de 17 slibvergisters van Aquafin samen meer dan 11 miljoen kWh groene stroom. De optimalisaties die het bedrijf de afgelopen jaren doorvoerde, zijn ondertussen al grotendeels terugverdiend. E en klassieke rioolwaterzuiveringsinstallatie maakt in het biologische zuiveringsproces gebruik van micro-organismen die zich voeden met de aanwezige vuilvracht in het afvalwater. Deze micro-organismen zetten de opgeloste stoffen in het afvalwater om in vaste biomassa ofwel slib. Door het slib aan het einde van het zuiveringsproces te scheiden van het water, ontstaat gezuiverd water dat in een waterloop geloosd wordt. Het geproduceerde slib moet verder verwerkt worden. Aquafin produceert op zijn installaties jaarlijks meer dan 100.000 ton droge stof (TDS) van dergelijk slib, dat in verschillende verwerkingsstappen wordt omgezet in een valoriseerbare reststroom. Een van de stappen in deze slibverwerkingstrein is slibvergisting. Tijdens het vergistingsproces wordt de organische fractie van het slib deels afgebroken en omgezet in biogas. Dat heeft een dubbel voordeel. Enerzijds kan het geproduceerde biogas gebruikt worden onder de vorm van warmte en elektriciteit. Anderzijds verkleint de hoeveelheid slib die moet worden afgezet. In 2014 verwerkte Aquafin ruim de helft van de totale slibhoeveelheid in een van de 17 gistingsinstallaties. Dat was goed voor een slibafbraak van 14.300 TDS en een groene stroomproductie van meer dan 11 miljoen kWh. Tussen 2010 en 2014 is de specifieke energieproductie (kWh/TDS) bovendien met meer dan 30% gestegen. 17 Model berekent kans op corrosie In Deurne leveren de gistingstanks warmte voor de productie van slibpellets in de slibdrooginstallatie. Begin dit jaar was het dankzij de hogere productie van biogas voor het eerst mogelijk om een dagproductie pellets te maken zonder bij te stoken met aardgas. Actieplan gistingen “In 2010 wees een evaluatie van de gistingen uit dat het verhogen van de temperatuur in de gisting van 33°C naar 40°C een significante stijging in slibafbraak en biogasproductie tot gevolg had,” legt studieverantwoordelijke Lucas Maes uit. “Op basis van deze bevindingen, raamden we de noodzakelijke investeringen voor de verschillende gistingen om dit mogelijk te maken.” De geproduceerde groene stroom vervangt op de installaties deels elektriciteit van het net. Vanaf 2010 reserveerde Aquafin jaarlijks een budget van 500.000 euro om de gistingsinstallaties te optimaliseren. Naast een reeks kleinere ingrepen, zoals extra metingen, bestonden de investeringen voornamelijk uit de installatie van nieuwe warmtewisselaars, recirculatiepompen en het aanpassen van het cv-circuit en de gasmotor. Vandaag zijn er al 8 optimalisatieprojecten uitgevoerd voor een totaal bedrag van ruim 2,2 miljoen euro. Lucas Maes: “Op basis van de performantie van de gistingen voor en na uitvoering van het project, berekenden we dat de totale winst eind september 2014 ongeveer 1,9 miljoen euro bedroeg. De terugverdientijden van de afzonderlijke projecten liggen tussen 1 en 5 jaar. In de komende jaren staan er nog een aantal investeringen voor kleinere installaties op ● het programma.” Elke rioolbeheerder kent het probleem: corrosie aan de binnenwanden van betonnen rioolbuizen kan heel wat materiële en gevolgschade veroorzaken. De wanden verdunnen, waardoor de buis uiteindelijk inzakt als er niet wordt ingegrepen. Corrosie ontstaat door blootstelling aan H2S-gas. Maar hoe komt dat gas in de rioolbuizen terecht? Door het vlakke landschap zijn er in het Vlaamse rioleringsnetwerk veel pompstations nodig om het afvalwater tot aan een rioolwaterzuiveringsinstallatie te leiden. Na elk pompstation volgt een persleiding waarin het afvalwater onder druk de volledige buisinhoud inneemt. Doordat er geen lucht aanwezig is in een persleiding, daalt het zuurstofgehalte in het afvalwater zeer snel. De aanwezige bacteriën gaan noodgedwongen op zoek naar andere voedingsstoffen zoals sulfaten. Op deze manier ontstaan er sulfides die bij turbulentie worden vrijgesteld als het sterk ruikende H2S-gas. Aquafin ontwikkelde een model dat de sulfideconcentraties voorspelt op het einde van een persleiding. Op basis van deze gegevens kan beslist worden om bij de aanleg van nieuwe riolering te werken met corrosiebestendig materiaal of om operationele voorzorgsmaatregelen te nemen bij bestaande leidingen. U kunt de berekeningstool gratis downloaden op www.aquafin.be ● 18 AQUA 2015/1 Richtlijn voor grondmechanisch onderzoek Een goede kennis van de ondergrond is essentieel om de uitvoeringskost van een project nauwkeurig te kunnen ramen. Maar hoe die kennis op een economisch verantwoorde manier verwerven zonder te moeten inboeten op de kwaliteit van het onderzoek? Het antwoord op deze vraag staat beschreven in de Richtlijn grondmechanisch onderzoek die Aquafin ter beschikking stelt van zijn technische partners. D e richtlijn kwam tot stand en wordt bewaakt door een interne werkgroep van specialisten. Wim Berghmans, projectmanager bij Aquafin en een van de specialisten, licht de belangrijkste focuspunten toe. “De gouden regel is: start zo vroeg mogelijk met het grondonderzoek. Dat betekent niet dat je onmiddellijk het hele tracé moet gaan omspitten. De eerste stap van een degelijk grondmechanisch onderzoek is een desktopstudie als vooronderzoek. Al in de haalbaarheidsfase moet het adviesen ingenieursbureau voor de verschillende scenario’s onderzoeken welke ondergrond we mogen verwachten. Ze kunnen hiervoor te rade gaan bij de Databank Ondergrond Vlaanderen, studies of verslagen van projecten die daar in de buurt zijn uitgevoerd of informatie omtrent funderingen of uitvoeringswijzen van constructies binnen de invloedszone van de bemaling.” Na het vooronderzoek is het tijd voor de eerste sonderingen, liefst nog in de haalbaarheidsfase of ten laatste tijdens het voorontwerp. Het adviesen ingenieursbureau stelt een proefprogramma voor op basis van het vooronderzoek enerzijds, en te verwachten bijzondere uitvoeringstechnieken zoals gestuurde boringen of onderdoorpersingen anderzijds. Aan de hand van deze sonderingen kunnen de werkelijke risico’s geïnventariseerd worden. Wim Berghmans: “Met deze kennis op zak wordt een scenario gekozen en kunnen we het technisch plan indienen. Ondertussen kunnen we het onderzoek waar nodig verfijnen. Sowieso voorzien we een grondboring per sondering op het gekozen tracé. Als echter uit de analyse van de beschikbare gegevens blijkt dat er bijzondere uitvoeringsmaatregelen nodig zullen zijn, dan is bijkomend onderzoek aangewezen om de zone af te bakenen waarin die bijzondere maatregelen nodig zijn. Het kan dan gaan om speciale funderings-, beschoeiings- of bemalingstechnieken, die de kostprijs van een project fors kunnen beïnvloeden. Om een correcte raming van het project te kunnen maken, is het dus belangrijk de omvang van deze maatregelen te kunnen inschatten. Ook in een aantal specifieke gevallen is een verdere verfijning van het onderzoek aangewezen, zoals het kruisen van een oude meander van een waterloop of aanwijzingen van zandsteenfragmenten.” Sonderingen en boringen zijn momentopnames die een goed beeld geven van de relatief statische gelaagdheid van de ondergrond. De grondwaterstand daarentegen is een dynamisch gegeven dat sterk afhankelijk is van de seizoenen. Daarom is het belangrijk ook de peilbuizen zo vroeg mogelijk te plaatsen. Wim Berghmans: “Om onnodig gewroet in de bodem te vermijden, plaatsen we de peilbuizen doorgaans in de boorgaten. Om een goed beeld te krijgen van de evolutie van de grondwaterstand, plaatsen we ze best zo vroeg mogelijk, bij voorkeur in de voorontwerpfase. Eens geplaatst moeten ze ook regelmatig opgemeten worden.” 19 AF IN ONZE ERVARING MET RIOOLBEHEER EN INSCHATTEN VAN RISICO'S ZETTEN WE OM IN ACTIEF ASSET MANAGEMENT. 25 JA A Q RA U De verschillende stappen van een OP-project Op basis van bovenstaande onderzoeken besluiten dat de ondergrond geen geheimen meer heeft, zou onze planeet oneer aandoen. De proeven en stalen blijven momentopnames en kunnen nooit de volledige ondergrond correct weergeven. Wim Berghmans: “Daarom is een plaatsbezoek zo belangrijk. Je moet de streek ruiken en voelen, er rond stappen en vooral praten met de mensen. Als je ergens rondloopt met een plan en een fototoestel, hoef je niet lang te wachten voor je aangesproken wordt door een nieuwsgierige buur. Het zijn de mensen die er bij voorkeur al lang wonen, die vaak over een onschatbare gebiedskennis beschikken. Als we de testresultaten aanvullen met deze informatie, dan kunnen we alleszins besluiten dat we alle mogelijke bronnen hebben aangesproken voor ons grondmechanisch onderzoek.” ● 01 Opdracht Vlaamse Gewest 02 Start project 03 Haalbaarheidsfase 04 Voorontwerp 05 Sonderingen vs boringen Bij een mechanische sondering wordt de punt van een conisch apparaat 7 cm de grond ingeduwd en wordt de kracht op de punt opgemeten. Daarna wordt de punt samen met de stangentrein 15 cm dieper geduwd en wordt de totale kracht opgemeten (puntweerstand + wrijvingsweerstand). Dit proces wordt herhaald tot een diepte van 7 m. Op basis van karakteristieken geven deze resultaten een indicatief beeld van de gelaagdheid van de ondergrond. Elektrische sonderingen geven een nauwkeuriger beeld, aangezien ze continu meten en ook de lokale wrijving registreren. Bij grondboringen wordt effectief een staal van de bodem genomen. Het studiebureau maakt hiervan een grafische weergave (de boorstaat) en een gedetailleerde analyse van de bodemgesteldheid, wat onder meer bestaat uit de geologische oorsprong van de verschillende lagen en de diepte waarop het eerste water voorkomt. Technisch Plan 06 Ontwerp 07 Selectie aannemer 08 Via de Optimalisatieprogramma’s draagt de Vlaamse Overheid jaarlijks een aantal projecten op aan Aquafin, voor een totaal volume van 250 miljoen euro, waarvan 100 miljoen voor de realisatie van het Lokaal Pact. Als Aquafin een project krijgt opgedragen, wordt een studiebureau aangesteld en vindt een eerste vergadering plaats met o.a. het gemeentebestuur De verschillende scenario’s worden afgewogen naar technische, economische, ecologische en maatschappelijke haalbaarheid. In deze fase voert het studiebureau een grondmechanisch vooronderzoek uit en stelt het een sonderingsplan op. Het gekozen scenario wordt verder uitgewerkt en de eerste ontwerpplannen worden opgemaakt. Op basis van het vooronderzoek vinden de eerste sonderingen plaats. Het voorontwerp wordt samen met een scenario-analyse en een gefundeerde raming ter goedkeuring ingediend bij de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Deze evalueert het dossier en weegt het af tegen de initiële doelstellingen van het project. Ondertussen vinden de grondboringen plaats en wordt het grondonderzoek waar nodig verfijnd. In de boorgaten worden peilbuizen geplaatst, die regelmatig opgemeten worden. Als VMM het technisch Plan goedkeurt, staat het licht op groen voor de detailuitwerking. In deze fase starten de grondverwervingen, worden de nodige vergunningen aangevraagd en vindt een eerste infoavond voor de omwonenden plaats. Na de opmaak van het bestek wordt het project gepubliceerd, aanbesteed en uiteindelijk gegund volgens de principes van de openbare aanbesteding. Als de aannemer gekend is, vindt een tweede infomoment voor de omwonenden plaats. De werken worden uitgevoerd. Uitvoering 09 Oplevering aannemer 10 Oplevering Vlaamse Gewest Als alle openstaande punten met de aannemer zijn uitgeklaard (afwerking op het terrein, administratieve zaken, …) wordt het project voorlopig opgeleverd naar de aannemer. Na een waarborgperiode van twee jaar volgt de definitieve oplevering. Van zodra het project (voorlopig) is opgeleverd, kan Aquafin het dossier overmaken aan het Vlaamse Gewest. AQUA 2015/1 DOOR DE LENS VAN MISJEL DECLEER 20 Pandion de visarend Eind oktober, over de tuin flaneert een mistig zonnetje dat de tweede bloei van ooievaarsbek en wilde aardbei doet oplichten. Straks kan ik nog zoete vruchten plukken in december. De zachte winter en het warme droge voorjaar resulteerden ook voor de meeste vogels in een uitermate succesvol broedseizoen. Op de aanpalende meersen hier bracht een ransuil zijn 5 donskuikens op tot volwaardige jagers en na zo’n 40 jaar afwezigheid hebben in de Westhoekpolders zelfs zo’n 20 velduilen gebroed. E n nog nooit werden zo veel jonge visarenden waargenomen op trek. Twee jonge vogels vertoeven momenteel in onze polders op het grensgebied met Nederland. Ik krijg toestemming om de dijk achter de hoge schuttingen van de bouwwerf Zwinpark te betreden en op een mooie dag settel ik me halfweg de zee kering. De gulle zon jaagt het kwik tot boven de 20°C. Ongezien deze tijd van het jaar! Eenden, ganzen, goudplevieren en een zeilende havik passeren de revue. Op het open water grondelen bonte bergeenden en duiken aalscholvers en futen naar bot, pladijs, zeebaars of een zeldzame paling. Een groep smientjes vliegt in paniek op en twee tureluurs gaan heftig alarmeren. Het grote vluchtsilhouet van onze naderende visarend is onmiskenbaar: geknikte slanke lichte vleugels met donkere polsvlekken, een lichte buik en een bijna egale rug. Een witte kop met zwarte band doorheen de ogen en een lichtbruine borstband vervolledigen het beeld. Ze volgt even de dijk tot ze recht boven me gaat bidden met zware vleugelslagen. Haar gele priemende ogen doorboren als het ware mijn ziel en terwijl de camera ratelt kan ik de nerven van elk veertje onderscheiden. Haar afhangende poten zijn gesierd met grote schubben en de stevige tenen lopen uit in vlijmscherpe klauwen. De vogel zwenkt weg richting plas. Tot twee maal toe maakt ze aanstalten om te duiken, maar telkens gaat ze net voor het water weer hoogte winnen. Uiteindelijk keert ze terug, landt op een betonnen afsluitingspaal en maakt haar toilet op. Pandion dreigt even met opgezette veren wanneer een kraai te opdringerig wordt, ze schudt de veren op en vliegt weg tot ze hoogte wint en gaat kringen op de aanwezige thermiek. Het gaat steeds hoger tot ze uiteindelijk verdwijnt als een stip in de strakke blauwe lucht. Ik heb een naar voorgevoel dat bewaarheid wordt, dit was onze laatste afspraak. De vogel blijft echter in mijn hoofd spoken. Tot ik telefoon krijg van een vriend. Blijkbaar komt er reeds een maand een visarend vissen op nauwelijks enkele kilometers van mijn deur. Waarnemingen van visarend bij ons in november zijn zeer uitzonderlijk en ik besef dat het hooguit nog maar een kwestie van dagen kan zijn vooraleer deze vogel zuiderse regionen gaat opzoeken. De zon verrijst in een halo van nevel over de polder wanneer ik op een vroege ochtend de smalle landweg oprijd die leidt naar twee visvijvers. Voorzichtig spreek ik een visser aan over de arend, er van uitgaand dat dit een gevoelig item is. Tot mijn verrassing steekt hij een relaas af vol enthousiasme over de machtige vogel en hoe deze tijdens de warme nazomerdagen zomaar de vis uit het water plukte. Een keer kreeg hij het hard te verduren en had wel drie pogingen nodig om zich weer te verheffen uit het water. De zalmforel woog ruim een kilo! De witte engel met de priemende ogen Intussen puurt de enthousiaste visser baars, riet- en blankvoorn, brasem en zeelt uit de plas dat het een plezier is. Plots verschijnt een slanke gedaante boven de bomen, maakt wat rondjes en zet zich dan in de bovenste takken van een oude kraakwilg. De vleugels worden nog even gespreid onder een opwaartse hoek en met de witte onderdelen en de kleine gebandeerde kop lijkt de visarend wel een engel die neerdaalt. Wanneer kauwen haar in de gaten krijgen is de lieve vrede vlug ver weg. AF IN RUIM 80 % VAN HET HUISHOUDELIJK AFVALWATER WORDT GEZUIVERD: ONZE WATERLOPEN HERADEMEN! 25 JA A Ze vliegt op, gaat even bidden, maakt een haakse bocht en duikt neer met vooruitgestrekte poten en open klauwen. De slag is hard en even ligt ze met gespreide vleugels op het water, enkel kop en schouders boven de spiegel. Twee krachtige pogingen heeft ze nodig om zich uit het water te heffen. In de klauwen wriemelt een dikke zalmforel, er is geen ontkomen aan. Diezelfde dag krijgen we het dier niet meer te zien, maar ik ben helemaal van mijn sokken geblazen door de kracht en de doeltreffendheid van deze jonge jager. Ik heb mezelf beloofd dat ik elke dag naar de vijver trek tot het dier weg is. Op dag twee stelt de visarend me op de proef. Pas rond twee uur komt ze over, bidt even, plukt een rietvoorn uit de vijver en vliegt weer weg. Op dag drie is de wind gedraaid en wakkert ze aan. Terwijl regen met bakken neervalt komt de arend bidden boven de vijver. Het is een fantastisch beeld dat ik vol ongeloof aankijk. Ze doet luttele pogingen op verschillende plaatsen alvorens letterlijk af te druipen. In de namiddag komt ze twee keer piepen, bidt even en trekt tenslotte weer weg. Waarschijnlijk is het nu de wind die parten speelt en die het wateroppervlak te fel beroert om een vis te kunnen spotten. Uiteindelijk zal ze die namiddag nog een kleine rietvoorn uit het water plukken in de luwte van wat struiken waar het water rimpelloos is. Op de hoogte blijven van welke diersoorten worden gespot in ons land? Raadpleeg dan www.waarnemingen.be. Dagelijks worden hier duizenden waarnemingen gemeld van vogels, zoogdieren, insecten, amfibieën… De visarend trekt onze regionen door tijdens de voorjaarstrek in april en mei en de terugtrek loopt gemiddeld tussen augustus en november. Q RA U De volgende dag zit ik nog maar een klein half uur in mijn klapstoel wanneer de betoverende gedaante al verschijnt tegen een vrijwel blauw uitspansel. De lage zon belicht de vogel tot de kleinste details. Het is duidelijk een jonge vogel die in een overgangsfase zit naar het volwassen kleed. Het beeld laat me niet onberoerd. Onze visarend is nog geen broedvogel hier, maar het is opvallend hoe vogels zowel op doortrek als de najaarstrek steeds langer blijven pleisteren. Oudervogels zijn zeer honkvast wat de nestterritoria betreft, tot over de generaties heen. Maar jonge vogels moeten nieuwe gebieden zien te vinden waar de rust overheerst en helder en zuiver water kan zorgen voor voldoende voedselaanbod. De waterkwaliteit in Vlaanderen is de laatste decennia ongetwijfeld sterk verbeterd, maar Vlaanderen heeft vooral behoefte aan grote(re) eenheden van wilde natuur om deze vogel kansen te bieden. Het is onzeker of Pandion al nestelt bij onze noorderburen. Maar zolang ze zich hier enkel op doortrek vertonen, zal ik de hemel blijven afturen naar de witte engel met de priemende ogen. ● 21 22 AQUA 2015/1 Noodmaatregelen voor zeebaars SOS MEANDER D e zeebaars wordt bedreigd door ernstige overbevissing en achtereenvolgende jaren van slechte aangroei. De Europese Commissie heeft daarom een aantal noodmaatreelen aangekondigd voor het Noordoostelijk zeebaarsbestand. Een van de maatregelen is een visserijverbod tijdens het paaiseizoen tot april 2015. Ook de sportvisserij krijgt een aantal maatregelen opgelegd. Zij krijgen een limiet van 3 vissen per dag, per visser opgelegd. Stichting De Noordzee is blij met deze noodingreep, maar benadrukt het belang van een gedegen meerjarig beheerplan dat recht doet aan het nieuwe Gemeenschappelijk Visserij Beleid en duidelijke ecologische en sociaaleconomische beheerdoelstellingen omvat. ● Scholen in actie voor Wereldwaterdag@School Hoeveel goud spoelt u jaarlijks door het toilet? M O iljoenen mensen moeten dagelijks gemiddeld 6 kilometer stappen, gewoon om water te halen voor hun basisvoorzieningen. Heel vaak zijn het kinderen en vaak overwegend meisjes. Hierdoor kunnen ze niet naar school. Op vrijdag 20 maart 2015 vragen jongeren uit het basis- en secundair onderwijs in België tijdens hun ‘Walk for Water’ aandacht voor proper drinkwater voor iedereen. Op die manier willen ze solidair zijn met waterdragers in het zuiden. De actie leidt ook tot een groter inlevingsvermogen en doet de jongeren stilstaan bij de verschillende aspecten van de waterproblematiek. Aquafin zal die dag een aantal rioolwaterzuiveringsinstallatiesopenstellen voor scholen zodat de leerlingen tijdens hun ‘walk for water’ kennis kunnen maken met het proces van waterzuivering. Ook zullen we met een standje aanwezig zijn op het slotevent van Wereldwaterdag@school in het Warandepark in Brussel. ● nderzoekers van de Arizona State University hebben ontdekt dat de riolen onder onze straten ware goudmijnen kunnen zijn. Het afvalwater dat door de riolen vloeit, laat een laagje slib achter. Daarin hopen de waardevolle metalen zich op. Jaarlijks zou een stad met 1 miljoen inwoners zo’n 13 miljoen dollar aan metalen achterlaten in de riolering. Het goud en zilver heeft een waarde van 2,6 miljoen dollar. Hoe dit goud in het afvalwater belandt is onduidelijk. Sommige bronnen beweren dat het afkomstig is van fabrieken waar kleine gouddeeltjes voor elektronica gebruikt worden. Anderen denken dat het om restafval van goudsmeden gaat, of mensen die per ongeluk juwelen doorspoelen. Of het ontginnen van deze edelmetalen uit rioolwater de moeite waard is, werd niet onderzocht. ● BENIEUWD WELKE GRONDSTOFFEN WE UIT HET AFVALWATER KUNNEN HALEN? BEKIJK HET FILMPJE VIA WWW.AQUAFIN.BE IN 23 AF ENERGIE, FOSFOR, CELLULOSE, ... AFVALWATER WORDT STEEDS MEER EEN BRON VOOR DE RECUPERATIE VAN GRONDSTOFFEN. 25 JA A Q RA U Zachte winter jaagt vinken uit de tuin tijdens Het Grote Vogelweekend van Natuurpunt De huismus is net als vorig jaar de meest getelde vogel in de Vlaamse tuinen. De koolmees en de vink vervolledigen de top drie. Vorig jaar stond de vink nog op plaats twee, maar door het warmere winterweer vinden zij genoeg voedsel in het bos en blijven ze weg van de voederplanken. Ook op de Vlaamse speelplaatsen werden vogels geteld. Hier stond de kauw op plaats één, voor de zwarte kraai en de merel. Behalve om de verspreiding van vogels in kaart te brengen, is de vogelweek voor scholen een unieke kans om leerlingen in contact te brengen met vogels en natuur. Agenda 22 maart 2015 Wereldwaterdag 25 april 2015 Aquafin bestaat 25 jaar! 9 en 10 mei 2015 De Watersportdag van Bloso 1 juni 2015 Opening van het visseizoen Lezersfoto T anja Bruijn maakte deze foto van een prachtige zonsondergang aan de rand van Het Klein Schietveld in Brasschaat. Zij ontvangt van ons een geschenkcheque van AS Adventure. Maakte u ook zo’n prachtige natuurfoto met water in de hoofdrol? Stuur hem naar [email protected] en maak kans op een mooie prijs én publicatie in de volgende Aqua! ● 5 juni 2015 Wereldmilieudag Kijk snel op www.aquafin.be voor onze bezoeklocaties en alle praktische info Benieuwd welke weg ons afvalwater aflegt alvorens het gezuiverd in beken en rivieren terechtkomt? Bezoek dan een van onze rioolwaterzuiveringsinstallaties > > Rondleidingen op maat Gratis leerpakket en stripverhaal voor alle leerlingen