voor water

advertisement
DRIEMAANDELIJKS
MAGAZINE
VAN AQUAFIN
2015/1
Ruimte
voor water
4
10
Dossier hemelwater
Ecosysteemdiensten zijn link
tussen ecologie en economie
25 JA
AR
A
A
QU
FIN
BEDANKT PARTNERS
OM SAMEN MET ONS
AL 25 JAAR TE WERKEN
AAN ZUIVER WATER!
2
AQUA 2015/1
Zuiveringsresultaten 2014
waren uitmuntend
D
Dat maakt het moeilijk om goede rendementen te halen.
e Vlaamse Milieumaatschappij voert aan de hand van
Koude en strooizouten bemoeilijken dan weer het proces van
staalnames controle uit op de prestaties van de rioolnitrificatie, of het omzetten van nitraten in stikstofgas.
waterzuiveringsinstallaties van Aquafin. Vorig jaar waren
er 284 installaties, door Aquafin gebouwd of overgenomen van
het Vlaamse Gewest, waarvoor zo’n controleprogramma liep.
Net doordat het weer zo’n bepalende factor is, blijft het elk
Slechts één van deze 284 voldeed niet aan alle opgelegde
jaar opnieuw een uitdaging om goede zuiveringsresultaten
emissiegrenswaarden, of anders gezegd, 99,7 % beantwoordde
neer te zetten.
●
wél aan alle normen. Dat is een uitzonderlijk goed resultaat,
het beste ooit zelfs. Ook de rendementen
voor de parameters biologisch
zuurstofverbruik (BZV), chemisch
zuurstofverbruik (CZV) en stikstof (N)
waren nooit beter. De restvervuiling
die Aquafin via zijn installaties in
het oppervlaktewater loost, haalde
bovendien voor deze 3 parameters
het laagste niveau ooit. Ook de
quafin is al enkele jaren actief op JEPP, het federaal platform voor digitaal
verwijderingspercentages voor de
aankopen. Meer bepaald de publicatie en het registreren van offertes
nutriënten fosfor en stikstof lagen
verlopen voor de grote openbare aanbestedingen al sinds 2013 digitaal.
vorig jaar een stuk hoger dan de
Vanaf 2015 zal Aquafin stelselmatig de opdrachten tot 85.000 euro (excl. BTW)
doelstellingen die Vlaanderen oplegt.
publiceren op de module Free Market, een onderdeel van het e-procurement
platform. Binnen de wetgeving overheidsopdrachten gaat het om
Elk jaar gaat Aquafin er door
de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.
onderzoek en verbeteringen op vooruit
Ondernemingen die in aanmerking willen komen voor deze opdrachten,
qua proceskennis, sturingen en sensoren.
dienen zich op Free Market te registreren. Pas dan kunnen zij deelnemen aan
Een nauwgezette opvolging van het
de selectieprocedure. Aquafin kan er bovendien als aanbestedende overheid
zuiveringsproces is echter niet de enige
voor kiezen om de offertevraag open te stellen voor iedereen, of om een beperkt
voorwaarde die deze uitmuntende
aantal kandidaten uit te nodigen. Geïnteresseerde ondernemingen doen er
resultaten verklaart. Het weer is evenzeer
daarom goed aan om op het platform zowel een zoekprofiel als een visitekaart
een bepalende factor. 2014 was het
aan te maken. Met een zoekprofiel blijven ze op de hoogte van de open
warmste jaar sinds het begin van de
procedures. Met een visitekaart kunnen ze zich als bedrijf voorstellen en
metingen. De zomertemperaturen
mogelijk uitgenodigd worden voor een gesloten procedure.
waren normaal, maar vooral de hoge
temperaturen in de winter, lente en
Digitaal aanbesteden biedt voor alle partijen tal van voordelen. In de eerste
herfst waren zeer uitzonderlijk.
plaats is het milieuvriendelijk. Gedaan met de bergen papier die officieel
Bovendien was het wat betreft neerslag
overhandigd moeten worden, offertes worden voortaan digitaal opgeladen.
een vrij normaal jaar en werden er door
De procedure is ook snel en eenvoudig, waardoor leveranciers korter tegen
de geringe sneeuwval weinig strooide deadline kunnen werken. Dankzij de bekendheid van e-Notification kan
zouten gebruikt. Het ideale weer dus
Aquafin meerdere leveranciers aantrekken zonder een officiële publicatie
voor een rioolwaterzuiveringsinstallatie.
te plaatsen.
Veel regen verdunt immers het afvalwater,
Het platform is terug te vinden op https://enot.publicprocurement.be/enot-war/ ●
waardoor er minder geconcentreerde
vuilvracht binnen komt.
E-tendering ook voor
kleinere opdrachten
A
3
Dat betekent uiteraard niet dat onze inzet voor propere
waterlopen vermindert. Integendeel, de kwaliteit van het
gezuiverde afvalwater stijgt jaar na jaar. In 2014 behaalden
we zelfs de beste zuiveringsresultaten ooit in ons 25-jarig
bestaan. We blijven samen met onze partners hard werken om
de Kaderrichtlijn Water te realiseren. Daarom breien we dit
jaar een vervolg aan ons succesvolle “Chap’eau”-evenement.
Kruis alvast zondag 27 september aan in uw agenda.
De exacte locatie en het programma volgen later, zeker is wel
dat we dit keer het Scheldegebied tussen Rupelmonde en
Kruibeke in de kijker zetten. Verder wens ik u veel leesplezier
met dit jubileumnummer van Aqua!
●
INHOUD
4
6
Omgeving en water in harmonie
8
Hemelwaterplan in het kader van
duurzaam waterbeleid
9
Architecten worden uitgedaagd een
duurzaam waterbeheer te integreren
in hun ontwerp
10
Aquaplus stelt zuivering Brouwerij
Affligem op punt
11
11
Aquafin start Minder Hinder-campagne
12
Ecosysteemdiensten zijn link tussen
ecologie en economie
14
Rioolwater als urinestaal van
de bevolking?
16
17
18
Meer biogas door efficiëntere gistingen
20
22
Pandion de visarend
Bomen als onderdeel van
een hemelwaterplan
Aquafin zet groei als betrouwbare
partner verder
Model berekent kans op corrosie
Richtlijn voor grondmechanisch
onderzoek
Meander
25
JA
AR
Ruimte geven aan water is de boodschap en dat was ook
het centrale thema van het Congres Publieke Ruimte op
3 maart, waarvan Aquafin congrespartner was. En dat ruimte
geven verder gaat dan het aanleggen van bufferbekkens
kunt u lezen in ons “Hemelwater-dossier” in dit nummer.
De mogelijkheden zijn legio en bieden vaak nog eens extra
belevingswaarde voor de omgeving. Aquafin gelooft sterk
in dit concept en wil er zich meer en meer op toeleggen.
VOORWOORD
M
inister van Omgeving,
Natuur en Landbouw Joke
Schauvliege wil strengere en
striktere regels om het waterverbruik
in Vlaanderen te verminderen.
In januari luidde ze de alarmbel en
waarschuwde ze voor een dreigende
waterblack-out als er niet snel wordt
ingegrepen. Dat klinkt misschien gek,
in een West-Europees land waar een
paraplu nooit ver weg is. En toch klopt
het helaas. In sommige regio’s is het grondwaterpeil zelfs al
met 100 meter gezakt. Het water wordt enerzijds opgepompt
uit de bodem, onder meer door de industrie. Anderzijds zorgt
de toenemende verharding ervoor dat de grondwatertafel
niet meer opnieuw aangevuld geraakt. Als het hemelwater
niet voldoende kan infiltreren in de bodem leidt dat bij
langdurige en hevige regenval bovendien tot lokale wateroverlast. Het wordt dus hoog tijd dat we het tij keren in
Vlaanderen en anders leren omgaan met hemelwater.
UA
AQ
FIN
IN 25 JAAR VAN 30%
NAAR 80% AFVALWATER
DAT GEZUIVERD WORDT,
DANKZIJ DE INZET VAN VELEN!
4
AQUA 2015/1
Omgeving en water
in harmonie
Adaptatie aan de gevolgen van
een veranderend klimaat wordt een
van de belangrijkste uitdagingen
van de komende decennia.
M
eer en intensere buien zorgen steeds vaker voor water op straat. In de winter
stijgt het grondwaterpeil zodanig dat de bodem verzadigt en waterlopen
buiten hun oevers treden. In de zomer zorgen piekbuien ervoor dat gemengde
riolen de plotse toevloed, onder meer door de toenemende verharding, niet meer kan
slikken. Afvoer van regenwater alleen is dan ook geen oplossing. Gemeenten zullen
in de inrichting van hun openbaar domein meer ruimte moeten geven aan water.
In Vlaanderen groeit alvast het
inzicht dat we in de toekomst
anders zullen moeten leren
omgaan met hemelwater.
Dat doen we best nu al,
met elke infrastructurele ingreep
die we uitvoeren op
het publieke domein.
Aangename beleving
“Ruimte voor water” was ook het centrale thema van het Congres Publieke Ruimte
2015 begin maart, dat zich richtte tot iedereen die betrokken is bij het ontwerp,
de inrichting en het beheer van openbare ruimten. Aquafin was partner van dit congres
en leidde een aantal themasessies rond waterberging en -afvoer. “Aquafin heeft de
afgelopen 25 jaar voor Vlaanderen de infrastructuur uitgebouwd en geëxploiteerd die
nodig is voor de zuivering van het huishoudelijk afvalwater. Daar zullen we de volgende
decennia onverminderd op blijven inzetten. Maar we willen daarnaast als bedrijf onze
meerwaarde voor de samenleving vergroten door de focus op ‘water als een aangename
beleving’ te verbreden,” legt Danny Baeten, directeur Marketing, uit.
DOSSIER
HEMELWATER
5
“En dat doe je niet meer alleen door
het afvalwater weer proper te maken voor
het in de natuur terecht komt. Je moet
ook rekening houden met de waterhuishouding in het algemeen om zowel
wateroverlast als bodemverdroging
te voorkomen.”
“We willen onze
meerwaarde voor de
samenleving vergroten.”
Danny Baeten
Koen De Winne: “In onze hemelwaterplannen
trachten we tegelijk ruimte aan water te
geven en de belevingswaarde te vergroten.”
Lange termijn
Een hemelwaterplan hoeft niet altijd
een antwoord te zijn op bestaande
problemen, het kan ook
een leidraad zijn om
de leefomgeving in
“Een hemelwaterplan van Aquafin
te brengen
is steeds gebaseerd op een lange harmonie
met water. Ook burgers
zijn vaak vragende partij
termijnvisie en kijkt dus verder
voor meer natuur in
dan één project.”
hun stad of gemeente
en in bepaalde gevallen,
bijvoorbeeld voor nieuwe verkavelingen,
Aquafin heeft een goed zicht op de
is het zelfs wettelijk verplicht om
werking van de rioolstelsels in Vlaanderen.
rekening te houden met hemelwater.
Het kan de impact van buien met
verschillende intenties simuleren en zo
Koen De Winne, accountmanager:
de juiste oplossingen voorstellen wanneer
“Een hemelwaterplan van Aquafin is
het een hemelwaterplan opmaakt voor
daarom steeds gebaseerd op een lange
een gemeente. Elke gemeente is natuurlijk
termijnvisie en kijkt dus verder dan één
uniek qua bebouwing, reliëf en waterproject. Het is overigens niet ‘te nemen of
lopen. Daarom neemt Aquafin al deze
te laten’, de gemeente krijgt een lijst met
elementen mee op in het plan. Dat bevat
geprioriteerde projecten en legt zelf zijn
zowel generieke maatregelen, die op
veel locaties toepasbaar zijn, als plaatsaccenten. Wel kunnen we hen gemotiveerd
gebonden maatregelen die een bestaand
adviseren en we kunnen ook voor hen
of een toekomstig knelpunt wegwerken.
aan de kar trekken bij de verschillende
Een ruime gebiedskennis laat Aquafin
stakeholders. Dat hebben we in onze
toe om bij de opmaak van een
projecten die we al zo lang uitvoeren voor
hemelwaterplan zelfs over de gemeentehet Gewest al ruimschoots bewezen.”
grenzen heen te kijken. Dat is nodig,
want een ingreep in een bepaalde
Aquafin werkte voor de gemeente
gemeente kan een impact hebben op de
Wetteren als testcase een eerste hemelwaterhuishouding in een buurgemeente.
waterplan af. Ondertussen bestelden al
Het is uiteraard niet de bedoeling om het
●
drie andere gemeenten zo’n studie.
probleem te verschuiven maar om voor
iedereen het juiste evenwicht te vinden.
DOSSIER
HEMELWATER
6
AQUA 2015/1
Bomen als onderdeel
van een hemelwaterplan
Langs heel wat lanen en dreven zie je ze netjes op
een rij in het voetpad verwerkt: bomen van allerlei
soorten die het straatbeeld moeten opfleuren en
‘natuurlijke rust’ brengen. Helaas hebben veel van die
De randen van de bak zorgen ervoor dat de boom naar
onderen wortelt in plaats van horizontaal. Het hemelwater
vloeit af naar een koker die in de bestrating wordt verwerkt en
waarlangs het in de bodem dringt. De koker dient ook om de
bodem te verluchten en er de atmosfeer optimaal te houden. ●
bomen te lijden onder een gebrek aan water en
de nodige voedingsstoffen in de bodem. Om aan
zuurstof te geraken, gaan hun wortels op zoek naar
holle ruimten onder de grond. Die vinden ze
bijvoorbeeld in rioolbuizen. Wortelingroei is een van
de belangrijkste oorzaken van rioolverval.
I
n Zweden, een koploper als het gaat over natuur in de stad
brengen, hebben alternatieve aanplantingsmethodes
bewezen dat het anders kan. Meer nog, door gebruik te
maken van grind en stenen kan ook het hemelwater veel beter
in de bodem dringen, een extra infiltratiemogelijkheid dus.
De bomen worden geplant in een plantenbak die onderaan
open is. De bodem onder en naast de plantenbak bestaat uit
verschillende lagen. De onderste en dikste laag wordt gevormd
door grove stenen. De ruimte tussen de stenen is opgevuld met
aarde. Daarboven komt een dunnere laag met grind die goed
waterdoorlatend is. De grindlaag wordt afgedekt met geotextiel
waarop dan tot slot de bestrating komt. In de plantenbak komt
uiteraard geen geotextiel maar wortelt de boom in gewone
teelaarde.
Berging rioolstelsel
optimaal benutten
Tijdelijk bufferen van hemelwater kan ook ondergronds, in het rioolstelsel. Doordat het meestal niet overal
even hard regent en de capaciteit van het gemengde
stelsel niet overal even groot is, loopt het in principe
ongelijkmatig vol. Bij felle regen kan het gebeuren dat het
water op sommige plaatsen via het riooldeksel omhoog
stuwt of dat het ontsnapt via een overstort terwijl er
elders in het stelsel nog bergingscapaciteit onbenut is.
Met real time control (RTC) is het mogelijk om
de vullingsgraad van het stelsel in ‘real time’ te sturen
door gebruik te maken van sensoren, controllers en
regelstructuren die geactiveerd worden op basis van een
algoritme. De kost van zo’n ingreep hangt af van welke
apparatuur precies nodig is maar weegt meestal niet op
tegen de maatschappelijke kost die ze kan vermijden.
Aquafin paste de techniek al met succes toe op zowel
gewestelijke als gemeentelijke infrastructuur.
7
1
Bestrating
2
Geotextiel
3
Grindlaag voor infiltratie van
hemelwater en verluchting
van de bodem
4
Laag met stenen, de ruimten zijn
opgevuld met aarde
5
Bodem
6
Plantenbak
7
Boom
8
Teelaarde
9
Koker voor infiltratie van
hemelwater en verluchting
van de bodem
7
1
8
2
9
6
3
4
5
25 JA
AR
A
A
QU
FIN
BEHEERSING VAN
HEMELWATER IS EEN
MAATSCHAPPELIJK THEMA
WAAR AQUAFIN ZICH DE
LAATSTE JAREN MEER EN MEER
OP TOE LEGT.
DOSSIER
HEMELWATER
8
AQUA 2015/1
Hemelwaterplan in het kader
van duurzaam waterbeleid
Afgelopen zomer was één van de natste zomers ooit.
Water wordt een steeds belangrijkere factor bij het gebruik en de
inrichting van de openbare ruimte. De relatie tussen water en publieke
ruimte werd tijdens het Congres Publieke Ruimte 2015 vanuit diverse
“Op sociale media zijn er heel wat
positieve reacties gekomen. Een sprekend
beeld vond ik een foto van een met water
gevulde wadi, met als onderschrift ‘er is
geen waterprobleem meer’. Zo zet je een
probleem dus om in een opportuniteit.”
perspectieven belicht. Eén van de sprekers was Dirk Waelput,
stedenbouwkundig ambtenaar van de stad Eeklo en expert
inzake waterbeleid.
D
irk Waelput is in de stad Eeklo
verantwoordelijk voor het domein
“Wonen en leven”. Dat is een
beleidsdomein waar zowel de milieudienst, stedenbouw, huisvesting als
de groendienst onder vallen. En die
combinatie is niet toevallig gekozen.
“Een duurzaam waterbeleid kan je alleen
maar voeren als al deze verschillende
diensten op elkaar zijn afgestemd”,
legt Dirk uit. “Met de stad Eeklo trekken
we resoluut de kaart van duurzaamheid,
onder andere in ons waterbeleid,
en daarom hebben we deze verschillende
domeinen gegroepeerd.”
“Een duurzaam waterbeleid begint bij
ruimtelijke planning, waarbij je rekening
houdt met zowel vroegere, huidige als
toekomstige waterstructuren. Je ruimtelijke
planning moet dus al bepalen hoe je
met water wil omgaan. Andere beleidsdomeinen, zoals bijvoorbeeld milieu- of
groendienst, moeten hierop afgestemd zijn.
Een goede wisselwerking tussen die
verschillende domeinen, die allemaal
volgens dezelfde filosofie werken, zorgt
ervoor dat je op een andere manier met
water zal omgaan. Duurzaam waterbeleid
is eigenlijk een visie die best wordt vastgelegd in het gemeentelijk structuurplan.
Dan is er een goede basis om op voort
te bouwen”, aldus Waelput.
Probleem of opportuniteit?
Al te vaak wordt water nog als
een probleem aanzien. Dat hoeft
echter helemaal niet het geval te zijn.
“Waarom zou je water niet als een
opportuniteit kunnen zien?” vraagt
Dirk zich af.
Het “sponsbos” vangt het hemelwater op.
“Water kan immers perfect
geïntegreerd worden in het landschap
en op die manier een meerwaarde bieden.
In parken kan je bijvoorbeeld wadi’s
aanleggen, die tegelijk ook een speelruimte
voor kinderen zijn. Met grachten kan je
idyllische plekjes creëren, die wandelaars
of fietsers aantrekken. Als je bij de
uitvoering van projecten een studiebureau
aanstelt dat op een creatieve manier mee
in die richting kan denken, dan kan je echt
tot mooie resultaten komen die ook
voor de burger een
meerwaarde bieden.
Het Heldenpark hier
in Eeklo is daar een
mooi voorbeeld van.
Zo’n 25 jaar geleden
werd daar drainage
aangelegd om alle
water naar de
riolering te voeren.
Nu hebben we dit
hele gebied
afgekoppeld en
ingericht met een
gracht en enkele
wadi’s.”
Het Heldenpark in Eeklo.
In Vlaanderen is er de laatste 25 jaar
meer dan 40% extra verharde oppervlakte
bijgekomen. Dat betekent automatisch
minder insijpelingsmogelijkheden voor
hemelwater. De traditionele oplossing is
dan het water in ondergrondse buizen
opvangen en transporteren. Een goed
hemelwaterplan omvat echter niet
alleen dergelijke technische oplossingen,
maar creëert ook ruimte voor water.
“De traditionele werkwijze is op langere
termijn zowel technisch als financieel
niet haalbaar”, meent Dirk.
“We kunnen niet alles
blijven inbuizen maar
moeten ook natuurlijke
bergingsmogelijkheden
voorzien voor water.”
“We kunnen niet alles blijven inbuizen
maar moeten ook natuurlijke bergingsmogelijkheden voorzien voor water.
Op die manier geven we water ook terug
de mogelijkheid te infiltreren in de bodem,
wat dan ook weer het grondwaterpeil
ten goede zal komen.”
9
“Bovendien heb je het
voordeel dat alles zichtbaar is.
Zo kan een eventueel probleem
ook veel sneller opgemerkt
worden. Ik ben ervan overtuigd
dat je met een goed hemelwaterplan water op een andere
manier kan benaderen én er
bovendien op langere termijn
financieel voordeel uit haalt.”
Natuurlijke infiltratie en infiltratiebekken in Gentbrugge.
Architecten worden
uitgedaagd een duurzaam
waterbeheer te integreren
in hun ontwerp
Nieuwe denkwijze
In het buitenland worden
de voordelen van water al
langer erkend. In Vlaanderen werd tot nog toe steeds
klassiek gedacht. “Dat zie je bijvoorbeeld aan de inhoud
van typebestekken”, beaamt Waelput. “De laatste jaren is er
echter wel een kentering gekomen in het denken. Meer en
meer komt het besef dat we ruimte moeten geven aan water
en het integreren in onze omgeving. We zien ook vaker dat
waterhergebruik gepromoot wordt. Hemelwater kan immers
ook zinvol gebruikt worden. In de openbare ruimte kan je
het leiden naar een plaats waar veel planten staan,
die dat water nodig hebben om te kunnen volgroeien.
In Eeklo spreken we bijvoorbeeld wel eens over een sponsbos.
We hebben hier enkele plaatsen in het centrum met een
bosachtig karakter. Daarom werd besloten om regenwater
op een natuurlijke wijze naar die plaatsen toe te leiden.
Zo creëren we een natuurlijke afvoer die in het landschap
past, vermijden we wateroverlast en voorzien we de bossen
van voldoende water.”
Dirk Waelput
Toch is nog niet iedereen overtuigd. Bij vele burgers leeft
nog steeds de angst voor wateroverlast. “Mensen zijn het
niet meer gewend om water in hun omgeving te hebben.
Daarom moeten beleidsmakers trachten het klassieke denken
te wijzigen en mensen te overtuigen van de meerwaarde van
water. Uiteindelijk hebben we hetzelfde doel voor ogen:
wateroverlast vermijden. En dat doe je best door water
weer ruimte te geven. Want hoe je het ook draait of keert:
water zoekt altijd zijn weg. Door het via buizen te
transporteren, verplaats je dikwijls gewoon het probleem
naar een andere locatie. Ik ben ervan overtuigd dat een
doordacht hemelwaterplan een eerste stap richting
een echt duurzaam waterbeleid kan zijn.”
●
V
andaag worden architecten steeds vaker geconfronteerd
met uitdagingen rond water. Waterbewust en waterrobuust bouwen krijgen hierbij steeds meer aandacht.
Julie Alboort, Consulent Waterbewust Bouwen bij de Vlaamse
Architectenvereniging NAV legt uit: “We staan tegenwoordig
voor verschillende gekende maatschappelijke uitdagingen met
betrekking tot water. Dit brengt ook uitdagingen met zich mee
voor de bouwsector.”
In 2013 riep NAV met de steun van de Vlaamse Overheid
het project ‘Consulent Waterbewust Bouwen’ tot leven.
Julie Alboort: “Binnen het project ondersteunen we architecten
bij het maken van meer doordachte keuzes rond waterrobuust
bouwen en het beheer van de waterhuishouding van projecten.
Dat gebeurt via een helpdesk, informatieverspreiding en
de organisatie van infosessies, cursussen en congressen.
Daarnaast worden ook hulpmiddelen voor de sector ontwikkeld
zoals rekenvoorbeelden en tools.”
“De waterproblematiek leeft sterk onder de architecten.
We ontvangen veel vragen over de toepassing van de nieuwe
gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater en
de technische implementatie van infiltratiesystemen in bouwprojecten. Binnen het project proberen we meer duidelijkheid
te scheppen, onder andere door stelselmatig referentieprojecten
te bespreken vanuit het standpunt van de architect.
Ook waterrobuust bouwen is voor architecten nieuwe materie.
In 2014 brachten wij daarom de pocket Waterrobuust Bouwen
uit, waarin goede praktijkvoorbeelden zijn opgenomen.”
Waterbeheersing hoeft niet benaderd te worden als
een ‘noodzakelijk kwaad’, maar als een randvoorwaarde of
zelfs uitgangspunt in het ontwerp. Voor architecten is het
belangrijk van bij het begin rekening te houden met de
mogelijke impact van een project op het watersysteem.
“We mogen de waterproblematiek niet uit de weg gaan,
maar moeten op zoek gaan naar een creatieve manier om
ruimte te geven aan water. Op die manier worden architecten
uitgedaagd een efficiënt en duurzaam waterbeheer te integreren
in hun ontwerp,” besluit Julie Alboort.
●
10
AQUA 2015/1
Aquaplus stelt zuivering
Brouwerij Affligem op punt
Hoe beter het slib is ingedikt, hoe hoger het
drogestofgehalte en hoe minder transporten er
nodig zijn om het af te voeren voor verwerking.
Financieel veelbelovend
Procestechnoloog Ivo Boonen: “Het drogestofgehalte van het in de RWZI
ingedikte slib ligt nu rond 2%, en we verwachten dat dit nog zal stijgen.”
Alken Maes legt zich in de brouwerij in Opwijk vooral toe
op de productie van de gerenommeerde Affligem
abdijbieren. Het bedrijf draagt duurzaamheid hoog in
het vaandel en wilde zijn waterzuiveringsinstallatie
optimaliseren en het teveel aan slib kostenefficiënt
transporteren en afzetten.
S
inds 2013 werkt Aquaplus intensief samen met Alken Maes
op de sites in Alken en Opwijk. In minder dan een jaar tijd
voerde Aquaplus er een 15-tal opdrachten uit binnen een brede
dienstenwaaier, gaande van onderhoud en herstellingen, procestechnologische adviesverlening, bouwkundige inspecties, financiële
analyses tot het uitlenen van vervangingstoestellen. De installatie
op de site in Opwijk kampte met een onstabiele fosfaatverwijdering
en periodieke geurhinder, wat de aanleiding vormde voor een
algemene doorlichting door Aquaplus.
Eén van de vaststellingen was dat de slibleeftijd ongeveer een
factor 10 te hoog was voor dit type afvalwater, het gevolg van
een te hoge slibconcentratie in een te groot bioreactorvolume.
Door het drastisch verlagen van het slibgehalte en het reduceren
van het bioreactorvolume, zouden de zuurstofvraag en de ijzerchloridedosering in de beluchting dalen, met een positief effect
op de fosfaatverwijdering. Bovendien kon dan de slibindikker,
die al vele jaren dienst deed als beluchting, zijn oorspronkelijke
bestemming terugkrijgen.
“Om de indikcapaciteit van het zuiveringsslib te bepalen, hebben we een testopstelling
geplaatst met twee containers die de functie
van slibindikker vervulden,” vertelt Ivo Boonen,
procestechnoloog bij Aquaplus. “Het resultaat
na zes weken opvolging was opmerkelijk, we
zagen het drogestofgehalte van het slib stijgen
van 1,1 % naar 3 %. Dat betekende dat het slib
goed gravitair in te dikken was.”
Aquaplus maakte na de studie- en testfase
voor Alken Maes de financiële projectie.
Die was erg veelbelovend doordat het aantal
slibtransporten aanzienlijk zou dalen wanneer
het slib werd ingedikt. De omschakeling van
één van de twee beluchtingsbekkens tot slibindikker zou
bovendien zorgen voor stabielere zuiveringsresultaten.
De potentiële economische én ecologische winst,
in combinatie met de aanpak van Aquaplus overtuigden
Alken Maes om de aanpassingswerken door Aquaplus
te laten doorvoeren.
Kort op de bal
Door de omschakeling van één van beide beluchtingsbekkens naar slibindikker moest ook de automatisering
van diverse toestellen worden aangepast. Tijdens en na
de aanpassingswerken volgde Aquaplus de operationele
werking van de zuiveringsinstallatie en de effluentresultaten
nauwgezet op. Het geïnstalleerde supervisiesysteem
maakte het mogelijk om snel in te grijpen. “We ervoeren
dat Aquaplus kort op de bal kon spelen en dat ze onze
feedback ter harte namen. Bovendien voelden ze goed
onze behoeften aan zowel in de studiefase als tijdens
de uitvoering,” evalueert Brewery Manager Wouter Holvoet
de samenwerking.
De besparing die Alken Maes kan realiseren met het
uitvoeren van de aanpassingswerken is zo groot dat het
de studie- en projectuitvoeringskosten van Aquaplus al
kon terugverdienen. Op vraag van Alken Maes adviseerde
Aquaplus ook welke maatregelen kostenefficiënt kunnen
geïmplementeerd worden om tegemoet te komen aan
de geurhinder waarmee de site in Opwijk soms kampt
●
in de lente en in de zomer.
11
Aquafin zet groei als
betrouwbare partner
verder
n
i
f
a
Aqu
D
start
MINDER HINDER
campagne
e complexe omstandigheden
waarin projecten vandaag moeten
worden uitgevoerd, leidde de
voorbije twee jaren tot een concentratie
van aanbestedingen in het najaar. Aquafin
erkent de problemen die dit meebrengt
voor zijn technische partners en engageert
zich om de aanbestedingen in 2015 beter
te spreiden over het jaar. Een analyse van
de huidige projectenportefeuille legde de
belangrijkste knelpunten bloot. Op basis
van de resultaten stelde Aquafin een
actieplan op:
> OP NAAR EEN EVENWICHTIGE
VERDELING
In 2015 willen we tegen het bouwverlof
minstens 30 % (± 48 miljoen euro) van de
totale doelstelling aanbesteed hebben,
in de tweede jaarhelft volgt dan de overige
70 % (± 112 miljoen euro). Die verdeling
willen we de komende jaren steeds meer
in evenwicht brengen, zodat we in 2017 aan
50 % voor en 50 % na het bouwverlof zitten.
> VOORUIT GEFORMULEERDE
DOELSTELLINGEN
I
n maart start Aquafin met een eigen Minder Hinder-affichecampagne.
Aan de hand van 10 ludieke cartoons willen we onze Minder Hindermaatregelen opnieuw onder de aandacht brengen van onze technische
partners. Aquafin draagt omgevingsvriendelijk werken al geruime tijd hoog
in het vaandel. Zo reiken we jaarlijks een award uit aan het studiebureau en
de aannemer die het voorbije jaar het meest kwaliteitsvol, veilig en omgevingsvriendelijk heeft gewerkt. Voor Aquafin is Minder Hinder geen ‘extra’,
maar een essentieel onderdeel van een project.
Met de affichecampagne willen we benadrukken dat Minder Hinder een
aandachtspunt is dat vanaf de scenario-analyse evenveel aandacht verdient
als het concept. Maar ook in uitvoeringsfase blijven de Minder Hindermaatregelen uiteraard cruciaal. Een goede communicatie, een nette werf
en een doordachte fasering kunnen vaak al veel van de hinder voor
buurtbewoners en handelaars beperken. De affiches zijn
binnenkort dan ook te bewonderen op
25 JA
onze werven. ●
A
R
A
A
QU
FIN
MET ONZE
TECHNISCHE PARTNERS
BOUWEN WE EEN DUURZAME
RELATIE OP,
WAARIN PARTNERSCHAP
CENTRAAL STAAT.
We plannen de aanbestedingen
per project anderhalf jaar vooruit en
communiceren regelmatig over de
planning. Per project worden de risico’s
ingeschat en worden er duidelijke acties
geformuleerd. Met alle betrokken partijen,
zowel studiebureaus, mede-opdrachtgevers
als vergunningverlenende instanties komt
er meer tussentijds overleg zodat zij op de
hoogte blijven over de laatste prognoses
en hier ook naartoe kunnen werken.
> RISICOANALYSE VANAF
VOORONTWERPFASE
Door meer aandacht te besteden aan
de haalbaarheid en de voorontwerpfase
willen we de vertragende factoren duidelijk
in kaart brengen vooraleer het studiebureau aan het eigenlijke ontwerp begint.
In de ontwerpfase volgen we het kritische
pad continu op (grondverwerving,
vergunningen, engagementen van medeopdrachtgevers, ...) zodat we risico’s correct
kunnen inschatten en vertragingen
vermijden. Zo helpen we niet alleen
onze projectuitvoering te versnellen,
maar zetten we ook opnieuw een stap
naar meer partnerschap vanuit Aquafin. ●
12
AQUA 2015/1
Ecosysteemdiensten zijn link
tussen ecologie en economie
Decennialang leefde het idee dat natuurbehoud onze
economische ontwikkeling in de weg stond. Het massaal
ingrijpen op de natuur in functie van industriële en
landbouwdoeleinden heeft geleid tot een spectaculaire
achteruitgang van de biodiversiteit. Dat we die verdwenen
soorten echter nodig hebben om als mens te overleven,
is een besef dat de laatste jaren meer en meer terrein wint.
H
et wereldwijde verlies aan
biodiversiteit was de aanleiding
voor verschillende juridische
beschermingsmaatregelen via mondiale
conventies, Europese richtlijnen en
nationale wetgeving. Volgens professor
Patrick Meire van de Onderzoeksgroep
Ecosysteembeheer van de Universiteit
Antwerpen, moeten we ons niet enkel
richten op deze beschermingsmaatregelen, maar moeten we ons
eerder afvragen hoe het herstel van
habitat en biodiversiteit kan bijdragen
tot onze economie en ons welzijn.
Voor een doorsnee driegangenmenu met voorgerecht, hoofdgerecht,
dessert en koffie gebruiken we al gauw
30 verschillende soorten organismen.
Al die soorten stellen op zich specifieke
eisen aan het milieu waarin ze voorkomen
en hebben op hun beurt elk andere
soorten nodig om te leven en te groeien.
Maar onze voedselketen is lang niet de
enige reden om biotopen te herstellen.
“Ook de regulerende functies van
ecosystemen, zoals klimaatregeling en
bescherming tegen overstromingen, zijn
van belang voor de mens,” stelt Patrick
Meire. “In het estuarium van de Schelde
zijn de voorbije eeuwen 125.000 hectare
slikken en schorren ingepolderd en
omgezet in landbouwgrond met, op het
eerste zicht, een grotere economische
meerwaarde. Maar ondiepe geulen,
slikken en schorren dempen wel de
getijdenwerking én ze reduceren
de golfwerking. De inpoldering had
dan ook als gevolg dat de getijden van
de Schelde veel verder landinwaarts
dringen, met stijgende hoogwaterstanden. Dat deed het risico op
overstromingen sterk stijgen, zoals in
Ruisbroek in 1976. Willen we ons daar
tegen beschermen, dan zijn dure
maatregelen nodig zoals het bouwen
van dijken. En dat terwijl we voordien
een goede natuurlijke bescherming
hadden.”
Kwantiteit en kwaliteit
Schorren zijn niet alleen cruciaal om
het risico op rivieroverstromingen te
verkleinen, ze spelen ook een belangrijke
rol op het vlak van waterkwaliteit.
Door de getijdenwerking worden water
en sedimenten uitgewisseld tussen
schorren en rivier. Die uitwisseling zorgt
in de rivier voor het juiste evenwicht
tussen de nutriënten stikstof en fosfor,
en de toelevering van het mineraal
Silica vanuit de schorren. Silica is een
belangrijke bouwsteen voor kiezelwieren,
de belangrijkste groep van het fytoplankton, dat op zijn beurt bijdraagt tot
de zelfzuiverende capaciteit van de rivier.
Het economische en maatschappelijke
belang van deze en andere zogenaamde
ecosysteemdiensten dringt de laatste
jaren steeds meer door en voor een aantal
habitats werden al herstelprojecten
opgezet.
Het Verdronken Land van Saeftinghe.
13
Win het boek
We geven vijf exemplaren
weg van het boek “Naar een
duurzaam rivierbeheer”.
Stuur voor 15 april 2015
een e-mail naar
[email protected].
De winnaars krijgen
het boek daarna
toegestuurd.
Het ontpolderen van de Hedwigepolder bijvoorbeeld, vergroot de
regulerende werking van het Verdronken
Land van Saeftinghe en heeft zowel de
bedoeling om de waterkwaliteit in
de Schelde verder te verbeteren als om
het overstromingsrisico te doen dalen.
Natuur als bondgenoot
Toch stuit zo’n herstelproject vaak
op veel tegenstand. Patrick Meire pleit
voor een bredere formulering van de
doelstelling: “Mensen moeten er zich
van bewust worden dat de natuur onze
bondgenoot is in plaats van een last. Er is
dan ook een geïntegreerde benadering
nodig van zo’n projecten, waarbij een
kosten-baten berekening op alle domeinen
in euro’s wordt uitgedrukt. Het verlies aan
landbouwgrond komt dan lijnrecht te
staan tegenover de kosten die nodig zijn
om maatregelen tegen wateroverlast te
nemen en de maatschappelijke kosten die
aan wateroverlast verbonden zijn.”
“Op dezelfde manier
kan je ook projecten om water
in de stad in te brengen ruimer kaderen
als natuurlijk afkoelend element bij hoge
temperaturen in de zomer.”
NAAR EEN
DUURZAAM
RIVIERBEHEER
Wilt u meer lezen
over het herstel van
ecosysteemdiensten van
rivieren? Professor Patrick
Meire en wetenschapsjournalist
Mark Van Dyck nemen in dit boek
de Schelde als blauwe draad
om aan te tonen hoe we de
natuurlijke werking van rivieren
duurzaam kunnen herstellen om
ecologie en economie in harmonie
te brengen.
Het concept van ecosysteemdiensten
klinkt erg eenvoudig maar de vertaling
ervan vergt nog heel wat werk.
Toch kunnen ze volgens Patrick Meire
een echte paradigmawijziging veroorzaken,
precies omdat ze via
www.natuurwaardeverkenner.be
hun economische
waardebepaling een
Samen met het Departement Leefmilieu, Natuur
link kunnen leggen
en Energie (LNE) van de Vlaamse overheid en met
tussen ecologie en
de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek
economie.
●
(VITO) ontwikkelde Patrick Meire voor Vlaanderen een
internettoepassing om de impact te berekenen van
een gewijzigd landgebruik. De voor- en nadelen van de
verandering worden uitgedrukt in ecosysteemdiensten.
U kunt publieke scenario’s raadplegen of uw eigen
scenario maken voor een bepaald gebied.
14
AQUA 2015/1
Rioolwater als urinestaal
van de bevolking?
Dat drugs een groot, wereldwijd verspreid probleem zijn,
beseft elke beleidsmaker. Maar hoe het precies zit
met dat druggebruik, hoeveel, waar en door wie er
gebruikt wordt, blijkt moeilijker in kaart te brengen.
Klassieke bevragingen zijn niet altijd even accuraat,
en ook de resultaten laten lang op zich wachten.
Wetenschappers van o.a. de Universiteit Antwerpen,
zien in rioolwateranalyse een objectievere
methodologie om druggebruik in kaart te brengen.
H
et klassieke onderzoek naar druggebruik baseert zich
voornamelijk op enquêtes maar deze leveren niet altijd
volledig juiste resultaten op. Respondenten geven liever
een sociaal wenselijk antwoord, populaties zonder telefoon of
internet worden niet bereikt,… Bovendien duurt het gemiddeld
twee jaar voor dergelijke data verwerkt en bekend zijn.
De methodologie ‘sewage-based epidemiology’ gaat uit van
rioolwater als een verdund urinestaal van een bevolking. Het klinkt
wel logisch: het menselijk lichaam scheidt na het gebruik van
drugs resten van deze stoffen via de urine uit. Via toiletbezoek
komen deze metabolieten dus in het rioolwater terecht.
Door een ‘collectieve urinetest’ op metabolieten van drugs
zouden wetenschappers het druggebruik van de bevolking
kunnen monitoren, in real time en op een objectieve manier.
15
Het Toxicologisch Centrum van de
Universiteit Antwerpen, doet al jaren op
deze manier onderzoek naar druggebruik.
Aangezien het meeste rioolwater in
Vlaanderen terecht komt in waterzuiveringsinstallaties van Aquafin, bleef
een samenwerking niet lang uit. In 2007
verleende Aquafin al een eerste keer
zijn medewerking door op 41 zuiveringsinstallaties stalen te laten nemen van
ongezuiverd rioolwater. Uit dit onderzoek
bleek dat er in het weekend meer cocaïne
gebruikt werd dan op een weekdag en
meer in grote steden dan elders.
Prof. Alexander van Nuijs van de Universiteit Antwerpen en Alain Vandelannoote van Aquafin
op de RWZI van Lier waar drie maanden lang stalen van het afvalwater werden genomen om
het druggebruik van de Lierenaars in kaart te brengen.
Deze resultaten zijn uiteraard niet verrassend maar het toonde wel de relevantie
en het nut van rioolwateranalyse aan. Ook recent stapte Aquafin in een onderzoeksproject van de Universiteit Antwerpen, dat kadert in een groot Europees project.
In de rioolwaterzuiveringsinstallatie van Lier werden van september tot december 2014
elke dag stalen van het afvalwater genomen. Deze rioolwateranalyse werd gekoppeld aan
een vragenlijst over druggebruik die elke inwoner van Lier kon invullen. Of de resultaten
van deze twee correleren met elkaar was bij het in druk gaan van deze Aqua niet bekend,
maar wellicht verkregen de onderzoekers heel wat complementaire informatie.
Samenwerking is win-win
Alexander van Nuijs, professor aan de UA, is Aquafin alvast heel dankbaar:
“Zonder Aquafin is ons onderzoek niet mogelijk. De staalname is uiterst belangrijk,
de stalen moeten representatief zijn. Aquafin beschikt over de juiste infrastructuur
daarvoor. Ze doen debietsmetingen en 24-uurs staalnames. Niet alleen waren de
medewerkers heel behulpzaam, ze zorgden ook voor de juiste bewaring en etikettering
van de stalen. Bovendien hebben ze een schat aan informatie over het rioolnetwerk,
het zuiveringsgebied, opgepompte debieten, de gebruikte zuiveringstechnologie en
behandelde vuilvrachten. In het buitenland werken mijn collega-onderzoekers met
dure meettoestellen, maar dankzij Aquafin hebben wij de meeste informatie kunnen
aanleveren die voldeed aan alle parameters.”
Het engagement van Aquafin voor dit maatschappelijk relevant onderzoekt loont
ook voor het bedrijf zelf. Door mee te werken aan het onderzoek van de Universiteit
Antwerpen krijgt Aquafin ook meer informatie over welke chemische verbindingen
kunnen verwijderd worden in een rioolwaterzuiveringsinstallatie of over welke
zuiveringstechnologie het best geschikt is om chemische stof X of verbinding Y af
te breken. Alain Vandelannoote, hoofd Milieu bij Aquafin: “Het Europese milieubeleid
heeft steeds meer aandacht voor de aanwezigheid van micropolluenten en prioritaire
stoffen in afvalwater. Meer van die stoffen krijgen normen. En veel van die stoffen zijn
aanwezig in rioolwater. De informatie die wij van de Universiteit Antwerpen krijgen kan
het dure onderzoek naar micropolluenten en prioritaire stoffen van de Onderzoeksafdeling
●
van Aquafin vooruit helpen.”
16
AQUA 2015/1
Meer biogas door
efficiëntere gistingen
In 2014 produceerden de 17 slibvergisters
van Aquafin samen meer dan 11 miljoen kWh
groene stroom. De optimalisaties die het bedrijf
de afgelopen jaren doorvoerde, zijn ondertussen al grotendeels terugverdiend.
E
en klassieke rioolwaterzuiveringsinstallatie
maakt in het biologische zuiveringsproces
gebruik van micro-organismen die zich voeden
met de aanwezige vuilvracht in het afvalwater.
Deze micro-organismen zetten de opgeloste stoffen
in het afvalwater om in vaste biomassa ofwel slib.
Door het slib aan het einde van het zuiveringsproces
te scheiden van het water, ontstaat gezuiverd water
dat in een waterloop geloosd wordt. Het geproduceerde
slib moet verder verwerkt worden.
Aquafin produceert op zijn installaties jaarlijks meer
dan 100.000 ton droge stof (TDS) van dergelijk slib,
dat in verschillende verwerkingsstappen wordt omgezet
in een valoriseerbare reststroom. Een van de stappen
in deze slibverwerkingstrein is slibvergisting.
Tijdens het vergistingsproces wordt de organische
fractie van het slib deels afgebroken en omgezet in
biogas. Dat heeft een dubbel voordeel. Enerzijds kan
het geproduceerde biogas gebruikt worden onder de
vorm van warmte en elektriciteit. Anderzijds verkleint
de hoeveelheid slib die moet worden afgezet.
In 2014 verwerkte Aquafin ruim de helft van de totale
slibhoeveelheid in een van de 17 gistingsinstallaties.
Dat was goed voor een slibafbraak van 14.300 TDS en een
groene stroomproductie van meer dan 11 miljoen kWh.
Tussen 2010 en 2014 is de specifieke energieproductie
(kWh/TDS) bovendien met meer dan 30% gestegen.
17
Model berekent
kans op corrosie
In Deurne leveren de gistingstanks warmte voor
de productie van slibpellets in de slibdrooginstallatie.
Begin dit jaar was het dankzij de hogere productie van
biogas voor het eerst mogelijk om een dagproductie
pellets te maken zonder bij te stoken met aardgas.
Actieplan gistingen
“In 2010 wees een evaluatie van de gistingen
uit dat het verhogen van de temperatuur in
de gisting van 33°C naar 40°C een significante
stijging in slibafbraak en biogasproductie tot
gevolg had,” legt studieverantwoordelijke
Lucas Maes uit. “Op basis van deze bevindingen,
raamden we de noodzakelijke investeringen
voor de verschillende gistingen om dit mogelijk
te maken.”
De geproduceerde
groene stroom
vervangt op de
installaties deels
elektriciteit van
het net.
Vanaf 2010 reserveerde Aquafin jaarlijks
een budget van 500.000 euro om de gistingsinstallaties te optimaliseren. Naast een reeks
kleinere ingrepen, zoals extra metingen,
bestonden de investeringen voornamelijk uit
de installatie van nieuwe warmtewisselaars,
recirculatiepompen en het aanpassen van
het cv-circuit en de gasmotor. Vandaag zijn er
al 8 optimalisatieprojecten uitgevoerd voor
een totaal bedrag van ruim 2,2 miljoen euro.
Lucas Maes: “Op basis van de performantie
van de gistingen voor en na uitvoering van
het project, berekenden we dat de totale winst
eind september 2014 ongeveer 1,9 miljoen euro
bedroeg. De terugverdientijden van de afzonderlijke projecten liggen tussen 1 en 5 jaar.
In de komende jaren staan er nog een aantal
investeringen voor kleinere installaties op
●
het programma.”
Elke rioolbeheerder kent het probleem:
corrosie aan de binnenwanden van
betonnen rioolbuizen kan heel wat
materiële en gevolgschade veroorzaken.
De wanden verdunnen, waardoor de buis
uiteindelijk inzakt als er niet wordt
ingegrepen. Corrosie ontstaat door
blootstelling aan H2S-gas. Maar hoe
komt dat gas in de rioolbuizen terecht?
Door het vlakke landschap zijn er
in het Vlaamse rioleringsnetwerk veel
pompstations nodig om het afvalwater
tot aan een rioolwaterzuiveringsinstallatie te leiden. Na elk pompstation
volgt een persleiding waarin het
afvalwater onder druk de volledige
buisinhoud inneemt. Doordat er geen
lucht aanwezig is in een persleiding,
daalt het zuurstofgehalte in het afvalwater zeer snel. De aanwezige bacteriën
gaan noodgedwongen op zoek naar
andere voedingsstoffen zoals sulfaten.
Op deze manier ontstaan er sulfides die
bij turbulentie worden vrijgesteld als
het sterk ruikende H2S-gas.
Aquafin ontwikkelde een model dat
de sulfideconcentraties voorspelt op het
einde van een persleiding. Op basis van
deze gegevens kan beslist worden om bij
de aanleg van nieuwe riolering te werken
met corrosiebestendig materiaal of om
operationele voorzorgsmaatregelen te
nemen bij bestaande leidingen.
U kunt de berekeningstool gratis
downloaden op www.aquafin.be
●
18
AQUA 2015/1
Richtlijn voor
grondmechanisch
onderzoek
Een goede kennis van de ondergrond is essentieel om de uitvoeringskost
van een project nauwkeurig te kunnen ramen. Maar hoe die kennis op een
economisch verantwoorde manier verwerven zonder te moeten inboeten
op de kwaliteit van het onderzoek? Het antwoord op deze vraag staat
beschreven in de Richtlijn grondmechanisch onderzoek die Aquafin
ter beschikking stelt van zijn technische partners.
D
e richtlijn kwam tot stand en
wordt bewaakt door een interne
werkgroep van specialisten.
Wim Berghmans, projectmanager bij
Aquafin en een van de specialisten,
licht de belangrijkste focuspunten toe.
“De gouden regel is: start zo vroeg mogelijk
met het grondonderzoek. Dat betekent
niet dat je onmiddellijk het hele tracé
moet gaan omspitten. De eerste stap van
een degelijk grondmechanisch onderzoek
is een desktopstudie als vooronderzoek.
Al in de haalbaarheidsfase moet het adviesen ingenieursbureau voor de verschillende
scenario’s onderzoeken welke ondergrond
we mogen verwachten. Ze kunnen hiervoor
te rade gaan bij de Databank Ondergrond
Vlaanderen, studies of verslagen van
projecten die daar in de buurt zijn uitgevoerd of informatie omtrent funderingen
of uitvoeringswijzen van constructies
binnen de invloedszone van de bemaling.”
Na het vooronderzoek is het tijd
voor de eerste sonderingen, liefst nog
in de haalbaarheidsfase of ten laatste
tijdens het voorontwerp. Het adviesen ingenieursbureau stelt een proefprogramma voor op basis van het
vooronderzoek enerzijds, en te verwachten
bijzondere uitvoeringstechnieken zoals
gestuurde boringen of onderdoorpersingen anderzijds. Aan de hand van
deze sonderingen kunnen de werkelijke
risico’s geïnventariseerd worden.
Wim Berghmans: “Met deze kennis
op zak wordt een scenario gekozen en
kunnen we het technisch plan indienen.
Ondertussen kunnen we het onderzoek
waar nodig verfijnen. Sowieso voorzien we
een grondboring per sondering op het
gekozen tracé. Als echter uit de analyse
van de beschikbare gegevens blijkt dat er
bijzondere uitvoeringsmaatregelen nodig
zullen zijn, dan is bijkomend onderzoek
aangewezen om de zone af te bakenen
waarin die bijzondere maatregelen
nodig zijn. Het kan dan gaan om speciale
funderings-, beschoeiings- of bemalingstechnieken, die de kostprijs van een project
fors kunnen beïnvloeden. Om een correcte
raming van het project te kunnen maken,
is het dus belangrijk de omvang van
deze maatregelen te kunnen inschatten.
Ook in een aantal specifieke gevallen is
een verdere verfijning van het onderzoek
aangewezen, zoals het kruisen van een
oude meander van een waterloop of
aanwijzingen van zandsteenfragmenten.”
Sonderingen en boringen zijn momentopnames die een goed beeld geven van
de relatief statische gelaagdheid van
de ondergrond. De grondwaterstand
daarentegen is een dynamisch gegeven
dat sterk afhankelijk is van de seizoenen.
Daarom is het belangrijk ook de peilbuizen zo vroeg mogelijk te plaatsen.
Wim Berghmans: “Om onnodig gewroet
in de bodem te vermijden, plaatsen we
de peilbuizen doorgaans in de boorgaten.
Om een goed beeld te krijgen van
de evolutie van de grondwaterstand,
plaatsen we ze best zo vroeg mogelijk,
bij voorkeur in de voorontwerpfase.
Eens geplaatst moeten ze ook regelmatig
opgemeten worden.”
19
AF
IN
ONZE ERVARING MET
RIOOLBEHEER EN INSCHATTEN
VAN RISICO'S ZETTEN WE
OM IN ACTIEF ASSET
MANAGEMENT.
25 JA A
Q
RA
U
De verschillende stappen
van een OP-project
Op basis van bovenstaande onderzoeken
besluiten dat de ondergrond geen geheimen
meer heeft, zou onze planeet oneer aandoen.
De proeven en stalen blijven momentopnames
en kunnen nooit de volledige ondergrond
correct weergeven. Wim Berghmans:
“Daarom is een plaatsbezoek zo belangrijk.
Je moet de streek ruiken en voelen, er rond
stappen en vooral praten met de mensen.
Als je ergens rondloopt met een plan en
een fototoestel, hoef je niet lang te wachten
voor je aangesproken wordt door een
nieuwsgierige buur. Het zijn de mensen
die er bij voorkeur al lang wonen, die vaak
over een onschatbare gebiedskennis beschikken.
Als we de testresultaten aanvullen met deze
informatie, dan kunnen we alleszins besluiten
dat we alle mogelijke bronnen hebben
aangesproken voor ons grondmechanisch
onderzoek.”
●
01
Opdracht
Vlaamse
Gewest
02
Start
project
03
Haalbaarheidsfase
04
Voorontwerp
05
Sonderingen vs
boringen
Bij een mechanische sondering
wordt de punt van een conisch
apparaat 7 cm de grond ingeduwd
en wordt de kracht op de punt
opgemeten. Daarna wordt de punt
samen met de stangentrein 15 cm
dieper geduwd en wordt de totale
kracht opgemeten (puntweerstand +
wrijvingsweerstand). Dit proces wordt
herhaald tot een diepte van 7 m.
Op basis van karakteristieken geven
deze resultaten een indicatief beeld
van de gelaagdheid van de ondergrond.
Elektrische sonderingen geven een
nauwkeuriger beeld, aangezien ze
continu meten en ook de lokale
wrijving registreren.
Bij grondboringen wordt effectief
een staal van de bodem genomen.
Het studiebureau maakt hiervan een
grafische weergave (de boorstaat) en
een gedetailleerde analyse van de
bodemgesteldheid, wat onder meer
bestaat uit de geologische oorsprong
van de verschillende lagen en de diepte
waarop het eerste water voorkomt.
Technisch
Plan
06
Ontwerp
07
Selectie
aannemer
08
Via de Optimalisatieprogramma’s draagt de Vlaamse
Overheid jaarlijks een aantal projecten op aan Aquafin,
voor een totaal volume van 250 miljoen euro, waarvan
100 miljoen voor de realisatie van het Lokaal Pact.
Als Aquafin een project krijgt opgedragen, wordt een
studiebureau aangesteld en vindt een eerste vergadering
plaats met o.a. het gemeentebestuur
De verschillende scenario’s worden afgewogen naar
technische, economische, ecologische en maatschappelijke
haalbaarheid. In deze fase voert het studiebureau een
grondmechanisch vooronderzoek uit en stelt het
een sonderingsplan op.
Het gekozen scenario wordt verder uitgewerkt en de eerste
ontwerpplannen worden opgemaakt. Op basis van het
vooronderzoek vinden de eerste sonderingen plaats.
Het voorontwerp wordt samen met een scenario-analyse
en een gefundeerde raming ter goedkeuring ingediend bij
de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Deze evalueert het
dossier en weegt het af tegen de initiële doelstellingen van
het project. Ondertussen vinden de grondboringen plaats
en wordt het grondonderzoek waar nodig verfijnd. In de
boorgaten worden peilbuizen geplaatst, die regelmatig
opgemeten worden.
Als VMM het technisch Plan goedkeurt, staat het licht op
groen voor de detailuitwerking. In deze fase starten de grondverwervingen, worden de nodige vergunningen aangevraagd
en vindt een eerste infoavond voor de omwonenden plaats.
Na de opmaak van het bestek wordt het project gepubliceerd,
aanbesteed en uiteindelijk gegund volgens de principes
van de openbare aanbesteding. Als de aannemer gekend is,
vindt een tweede infomoment voor de omwonenden plaats.
De werken worden uitgevoerd.
Uitvoering
09
Oplevering
aannemer
10
Oplevering
Vlaamse
Gewest
Als alle openstaande punten met de aannemer zijn uitgeklaard
(afwerking op het terrein, administratieve zaken, …) wordt
het project voorlopig opgeleverd naar de aannemer. Na een
waarborgperiode van twee jaar volgt de definitieve oplevering.
Van zodra het project (voorlopig) is opgeleverd, kan Aquafin
het dossier overmaken aan het Vlaamse Gewest.
AQUA 2015/1
DOOR DE LENS VAN
MISJEL DECLEER
20
Pandion de visarend
Eind oktober, over de tuin flaneert een mistig zonnetje dat
de tweede bloei van ooievaarsbek en wilde aardbei doet
oplichten. Straks kan ik nog zoete vruchten plukken in
december. De zachte winter en het warme droge voorjaar
resulteerden ook voor de meeste vogels in een uitermate
succesvol broedseizoen. Op de aanpalende meersen hier
bracht een ransuil zijn 5 donskuikens op tot volwaardige
jagers en na zo’n 40 jaar afwezigheid hebben in de
Westhoekpolders zelfs zo’n 20 velduilen gebroed.
E
n nog nooit werden zo veel jonge visarenden waargenomen op
trek. Twee jonge vogels vertoeven momenteel in onze polders
op het grensgebied met Nederland. Ik krijg toestemming om
de dijk achter de hoge schuttingen van de bouwwerf Zwinpark te
betreden en op een mooie dag settel ik me halfweg de zee kering.
De gulle zon jaagt het kwik tot boven de 20°C. Ongezien deze tijd van
het jaar! Eenden, ganzen, goudplevieren en een zeilende havik passeren
de revue. Op het open water grondelen bonte bergeenden en duiken
aalscholvers en futen naar bot, pladijs, zeebaars of een zeldzame paling.
Een groep smientjes vliegt in paniek op en twee tureluurs gaan
heftig alarmeren. Het grote vluchtsilhouet van onze naderende
visarend is onmiskenbaar: geknikte slanke lichte vleugels met donkere
polsvlekken, een lichte buik en een bijna egale rug. Een witte kop
met zwarte band doorheen de ogen en een lichtbruine borstband
vervolledigen het beeld. Ze volgt even de dijk tot ze recht boven me
gaat bidden met zware vleugelslagen. Haar gele priemende ogen
doorboren als het ware mijn ziel en terwijl de camera ratelt kan ik
de nerven van elk veertje onderscheiden. Haar afhangende poten
zijn gesierd met grote schubben en de stevige tenen lopen uit in
vlijmscherpe klauwen. De vogel zwenkt weg richting plas. Tot twee
maal toe maakt ze aanstalten om te duiken, maar telkens gaat ze
net voor het water weer hoogte winnen. Uiteindelijk keert ze terug,
landt op een betonnen afsluitingspaal en maakt haar toilet op.
Pandion dreigt even met opgezette veren wanneer een kraai te
opdringerig wordt, ze schudt de veren op en vliegt weg tot ze hoogte
wint en gaat kringen op de aanwezige thermiek. Het gaat steeds hoger
tot ze uiteindelijk verdwijnt als een stip in de strakke blauwe lucht.
Ik heb een naar voorgevoel dat bewaarheid wordt, dit was onze
laatste afspraak.
De vogel blijft echter in mijn hoofd spoken. Tot ik telefoon krijg
van een vriend. Blijkbaar komt er reeds een maand een visarend
vissen op nauwelijks enkele kilometers van mijn deur.
Waarnemingen van visarend bij ons in
november zijn zeer uitzonderlijk en ik
besef dat het hooguit nog maar een
kwestie van dagen kan zijn vooraleer deze
vogel zuiderse regionen gaat opzoeken.
De zon verrijst in een halo van nevel
over de polder wanneer ik op een vroege
ochtend de smalle landweg oprijd die leidt
naar twee visvijvers. Voorzichtig spreek ik
een visser aan over de arend, er van
uitgaand dat dit een gevoelig item is.
Tot mijn verrassing steekt hij een relaas
af vol enthousiasme over de machtige
vogel en hoe deze tijdens de warme
nazomerdagen zomaar de vis uit het
water plukte. Een keer kreeg hij het hard
te verduren en had wel drie pogingen
nodig om zich weer te verheffen uit het
water. De zalmforel woog ruim een kilo!
De witte engel met
de priemende ogen
Intussen puurt de enthousiaste visser
baars, riet- en blankvoorn, brasem en
zeelt uit de plas dat het een plezier is.
Plots verschijnt een slanke gedaante
boven de bomen, maakt wat rondjes en
zet zich dan in de bovenste takken van een
oude kraakwilg. De vleugels worden nog
even gespreid onder een opwaartse hoek
en met de witte onderdelen en de kleine
gebandeerde kop lijkt de visarend wel
een engel die neerdaalt. Wanneer kauwen
haar in de gaten krijgen is de lieve vrede
vlug ver weg.
AF
IN
RUIM 80 % VAN HET
HUISHOUDELIJK AFVALWATER
WORDT GEZUIVERD:
ONZE WATERLOPEN
HERADEMEN!
25 JA A
Ze vliegt op, gaat even bidden, maakt een haakse bocht en
duikt neer met vooruitgestrekte poten en open klauwen. De slag
is hard en even ligt ze met gespreide vleugels op het water,
enkel kop en schouders boven de spiegel. Twee krachtige pogingen
heeft ze nodig om zich uit het water te heffen. In de klauwen
wriemelt een dikke zalmforel, er is geen ontkomen aan.
Diezelfde dag krijgen we het dier niet meer te zien, maar ik
ben helemaal van mijn sokken geblazen door de kracht en de
doeltreffendheid van deze jonge jager. Ik heb mezelf beloofd dat
ik elke dag naar de vijver trek tot het dier weg is. Op dag twee
stelt de visarend me op de proef. Pas rond twee uur komt ze over,
bidt even, plukt een rietvoorn uit de vijver en vliegt weer weg.
Op dag drie is de wind gedraaid en wakkert ze aan.
Terwijl regen met bakken neervalt komt de arend bidden boven
de vijver. Het is een fantastisch beeld dat ik vol ongeloof aankijk.
Ze doet luttele pogingen op verschillende plaatsen alvorens
letterlijk af te druipen. In de namiddag komt ze twee keer piepen,
bidt even en trekt tenslotte weer weg. Waarschijnlijk is het nu
de wind die parten speelt en die het wateroppervlak te fel
beroert om een vis te kunnen spotten. Uiteindelijk zal ze die
namiddag nog een kleine rietvoorn uit het water plukken in
de luwte van wat struiken waar het water rimpelloos is.
Op de hoogte blijven van welke
diersoorten worden gespot in ons land?
Raadpleeg dan www.waarnemingen.be.
Dagelijks worden hier duizenden
waarnemingen gemeld van vogels,
zoogdieren, insecten, amfibieën…
De visarend trekt onze regionen door
tijdens de voorjaarstrek in april en mei
en de terugtrek loopt gemiddeld tussen
augustus en november.
Q
RA
U
De volgende dag zit ik nog maar een klein half
uur in mijn klapstoel wanneer de betoverende
gedaante al verschijnt tegen een vrijwel blauw
uitspansel. De lage zon belicht de vogel tot de
kleinste details. Het is duidelijk een jonge vogel die
in een overgangsfase zit naar het volwassen kleed.
Het beeld laat me niet onberoerd.
Onze visarend is nog geen broedvogel hier,
maar het is opvallend hoe vogels zowel op doortrek
als de najaarstrek steeds langer blijven pleisteren.
Oudervogels zijn zeer honkvast wat de nestterritoria
betreft, tot over de generaties heen. Maar jonge
vogels moeten nieuwe gebieden zien te vinden
waar de rust overheerst en helder en zuiver water
kan zorgen voor voldoende voedselaanbod.
De waterkwaliteit in Vlaanderen is de laatste
decennia ongetwijfeld sterk verbeterd, maar
Vlaanderen heeft vooral behoefte aan grote(re)
eenheden van wilde natuur om deze vogel kansen
te bieden. Het is onzeker of Pandion al nestelt bij
onze noorderburen. Maar zolang ze zich hier enkel
op doortrek vertonen, zal ik de hemel blijven afturen
naar de witte engel met de priemende ogen.
●
21
22
AQUA 2015/1
Noodmaatregelen
voor zeebaars
SOS
MEANDER
D
e zeebaars wordt bedreigd door ernstige overbevissing en
achtereenvolgende jaren van slechte aangroei. De Europese
Commissie heeft daarom een aantal noodmaatreelen aangekondigd
voor het Noordoostelijk zeebaarsbestand. Een van de maatregelen is een
visserijverbod tijdens het paaiseizoen tot april 2015. Ook de sportvisserij
krijgt een aantal maatregelen opgelegd. Zij krijgen een limiet van 3 vissen
per dag, per visser opgelegd. Stichting De Noordzee is blij met deze noodingreep,
maar benadrukt het belang van een gedegen meerjarig beheerplan dat recht doet
aan het nieuwe Gemeenschappelijk Visserij Beleid en duidelijke ecologische en
sociaaleconomische beheerdoelstellingen omvat.
●
Scholen in actie voor
Wereldwaterdag@School
Hoeveel goud spoelt u
jaarlijks door het toilet?
M
O
iljoenen mensen moeten dagelijks gemiddeld
6 kilometer stappen, gewoon om water te halen
voor hun basisvoorzieningen. Heel vaak zijn het
kinderen en vaak overwegend meisjes. Hierdoor kunnen ze
niet naar school. Op vrijdag 20 maart 2015 vragen jongeren
uit het basis- en secundair onderwijs in België tijdens hun
‘Walk for Water’ aandacht voor proper drinkwater voor
iedereen. Op die manier willen ze solidair zijn met
waterdragers in het zuiden. De actie leidt ook tot een
groter inlevingsvermogen en doet de jongeren stilstaan
bij de verschillende aspecten van de waterproblematiek.
Aquafin zal die dag een aantal rioolwaterzuiveringsinstallatiesopenstellen voor scholen zodat de leerlingen
tijdens hun ‘walk for water’ kennis kunnen maken met
het proces van waterzuivering. Ook zullen we met
een standje aanwezig zijn op het slotevent van
Wereldwaterdag@school in het Warandepark in Brussel. ●
nderzoekers van de Arizona State University hebben
ontdekt dat de riolen onder onze straten ware
goudmijnen kunnen zijn. Het afvalwater dat door
de riolen vloeit, laat een laagje slib achter.
Daarin hopen de waardevolle metalen
zich op. Jaarlijks zou een stad met
1 miljoen inwoners zo’n 13 miljoen dollar
aan metalen achterlaten in de riolering.
Het goud en zilver heeft een waarde van
2,6 miljoen dollar. Hoe dit goud in het
afvalwater belandt is onduidelijk.
Sommige bronnen beweren dat het
afkomstig is van fabrieken waar kleine
gouddeeltjes voor elektronica gebruikt
worden. Anderen denken dat het
om restafval van goudsmeden gaat,
of mensen die per ongeluk juwelen
doorspoelen. Of het ontginnen van
deze edelmetalen uit rioolwater de
moeite waard is, werd niet onderzocht. ●
BENIEUWD WELKE
GRONDSTOFFEN WE UIT
HET AFVALWATER KUNNEN
HALEN? BEKIJK HET FILMPJE
VIA WWW.AQUAFIN.BE
IN
23
AF
ENERGIE, FOSFOR, CELLULOSE, ...
AFVALWATER WORDT STEEDS
MEER EEN BRON VOOR DE
RECUPERATIE VAN
GRONDSTOFFEN.
25 JA A
Q
RA
U
Zachte winter
jaagt vinken uit de tuin
tijdens Het Grote
Vogelweekend van
Natuurpunt
De huismus is net als vorig jaar de meest getelde vogel
in de Vlaamse tuinen. De koolmees en de vink
vervolledigen de top drie. Vorig jaar stond de vink nog op
plaats twee, maar door het warmere winterweer vinden
zij genoeg voedsel in het bos en blijven ze weg van de
voederplanken. Ook op de Vlaamse speelplaatsen
werden vogels geteld. Hier stond de kauw op plaats
één, voor de zwarte kraai en de merel. Behalve om
de verspreiding van vogels in kaart te brengen,
is de vogelweek voor scholen een unieke
kans om leerlingen in contact
te brengen met vogels
en natuur.
Agenda
22 maart 2015
Wereldwaterdag
25 april 2015
Aquafin bestaat
25 jaar!
9 en 10 mei 2015
De Watersportdag
van Bloso
1 juni 2015
Opening van het
visseizoen
Lezersfoto
T
anja Bruijn maakte deze foto van een prachtige
zonsondergang aan de rand van Het Klein Schietveld in
Brasschaat. Zij ontvangt van ons een geschenkcheque van
AS Adventure.
Maakte u ook zo’n prachtige natuurfoto met water in de
hoofdrol? Stuur hem naar [email protected] en maak kans
op een mooie prijs én publicatie in de volgende Aqua! ●
5 juni 2015
Wereldmilieudag
Kijk snel op
www.aquafin.be
voor onze bezoeklocaties en alle
praktische info
Benieuwd welke weg ons afvalwater
aflegt alvorens het gezuiverd in beken
en rivieren terechtkomt?
Bezoek dan een van onze rioolwaterzuiveringsinstallaties
>
>
Rondleidingen op maat
Gratis leerpakket en stripverhaal voor alle leerlingen
Download