Leerdoelen groep 4 blok 1: uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen en relaties getalbegrip: getallenrij en –lijn,. getallenstelsel getallen en basisbewerkingen optellen, aftrekken, splitsen geld klok meten en meetkunde meten 1 lengte en oppervlakte meten 2 gewicht meten 3 inhoud getallen in woorden omzetten in cijfers doortellen en terugtellen t/m 20 terugtellen vanaf 20 doortellen t/m 24 getallenlijn en getallenveld t/m 30 sprongen van 2 maken in 30-veld kralenketting t/m 30 getalstrappen optellen T + E, E + E over tiental met tussenstap aftrekken T – E over tiental met tussenstap splitsen t/m 20 E + E + E over tiental t/m 20 (tussenstap samen 10) E + E over tiental met en zonder tussenstap E – E over tiental met en zonder tussenstap andere notatie aftreksom: 2=10-8 geldsommen + en – t/m 20 1, 2, 5, 10 en 20 euro) gepast betalen klokkijken: heel en half uur klok half uur vooruit zetten tijdsduur bepalen, max. 3 uur contextsom tijd meetsommen t/m 20 cm cm + cm; cm + dm; dm – cm weegschaal aflezen t/m 20 kg gewichten inkleuren t/m 21 kg inhoud aflezen t/m 10 liter flessen en jerrycans inkleuren t/m 22 liter toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets toets toets toets toets toets onderdeel onderdeel onderdeel onderdeel onderdeel onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 2: uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen en relaties ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen meten en meetkunde vermenigvuldigen geld meten 1 lengte en oppervlakte meten 2 gewicht getal van woord naar cijfers even getallen betekenis x-teken tellen t/m 40 sprongetjes van 2 vooruit en achteruit 2, 3 of 4 meer of minder getallenreeks afmaken, sprongetjes van 3 en 4 reeksen: steeds 4 mee reeksen: steeds 3 minder getallenlijn t/m 40, 40-veld toets onderdeel optellen en aftrekken T en E niet over tiental splitsen t/m 20 introductie vermenigvuldigen tafel van 2, 3 en 4 vermenigvuldigen is herhaald optellen aftreksom geld: 1, 2, 5 10 en 20 euro lijn opmeten en verschil bepalen weegschaal aflezen t/m 20 kg toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 3: uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen en relaties ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel getallen in cijfers schrijven 1, 2, 3, 4, 5 of 6 meer of minder tellen in 60-veld ordenen: van klein naar groot reeks: steeds 2 meer, steeds 3 mee reeks: 5 erbij, 6 erbij, 7 erbij getallenlijn t/m 60 introductie getallenveld t/m 60 kralenketting voorbereiding tafel van 5, 6 en 7 toets onderdeel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen geld meten 3 inhoud meten en meetkunde introductie 100-veld getallen schatten op de getallenlijn E + E en TE + E over tiental met MAB T – E en TE – E over tiental met MAB optellen en aftrekken over tiental met tussenstap splitsen t/m 40 rekenpiramide tafel van 2 t/m 7 inzicht vermenigvuldigen is herhaald optellen gepast betalen met 1, 2, 5, 10 en 20 euro bepalen hoeveel liter in een gieter kan toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 4: getallen en relaties getallen en basisbewerkingen ordenen en getallenreeksen getalsbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel vermenigvuldigen geld meten en meetkunde tijd meten 1 lengte en oppervlakte meten 2 gewicht sorteren: van licht naar zwaar inzicht getallenlijn, getallenveld en tafels tafels van 2 t/m 7 in 70-veld tafels van 2 t/m 7 gepast betalen t/m 50 euro met 1, 2, 5, 10 en 20 euro introductie 1 euro = 100 eurocent munten van 1, 2, 5, 10, 20 en 50 eurocent geldsommen met munten en biljetten introductie euroteken introductie kwartier, kwart voor en kwart over tijdsduur bepalen begin- of eindtijd bepalen a.d.h.v. tijdsduur meetsommen introductie 1 meter = 100 centimeter referentiematen dm + cm en m + m inzicht in gewicht alledaagse voorwerpen toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel meten 3 inhoud vormen, ruimtelijke figuren, patronen verschillende inhoudsvormen introductie 1 liter = 10 deciliter aanvullen tot 1 liter figuren benoemen: cirkel, doos, rechthoek, driehoek, vierkant, zeshoek evenwijdige lijnen toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 5: uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen en relaties ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen delen introductie helft en dubbel hele tientallen in cijfers schrijven 1, 3, 5 meer en minder doortellen 70 t/m 100 10 en 20 meer en minder sprongen van 8 reeks: 4, 5, 6 en 8 erbij reeks afmaken erbij en eraf getallenlijn t/m 100 honderdveld (voorbereiding tafels) inzicht in tientallig stelsel T – T t/m 100 met MAB splitsen 3 getallen T + E en T – E geen hele tientallen tafels van 0-10 getallen verdubbelen getallen halveren toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 6: getallen en relaties uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen t/m 100 in cijfers schrijven begrippen “voor” en “na” bij tellen dubbel en helft 5, 10, 20 meer en minder toets onderdeel ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen delen doortellen en terugtellen t/m 100 reeksen afmaken getallen t/m 100 ordenen van klein naar groot getallenlijn t/m 100 kralenketting letters op de goede plek getallentrapjes plaats op de getallenlijn schatten splitsen t/m 100 T + T en T – T piramidesom aftrekken 15, 15, 40 erbij en eraf tafels van 0 t/m 10 stipsommen tafels tafels 0, 1, 10 achterstevoren getallen halveren toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 7: uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen en relaties ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen delen meten en meetkunde geld getallen t/m 100 in cijfers schrijven doortellen t/m 100 even en oneven getallen kleuren tellen in tientallen getallenlijn t/m 100 toets onderdeel toets onderdeel optellen en aftrekken over het tiental met en zonder tussenstap splitsen tafel van 2 t/m 9 dubbel helft gepast betalen met munten en briefjes t/m 20 euro toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel meten 2 gewicht vormen, ruimtelijke figuren, patronen plaats, richting, route weegschaal aflezen patroon voortzetten a.d.h.v. instructie patroon tekenen a.d.h.v. richtingbepaling Leerdoelen groep 4 blok 8: getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen geld tijd meten en meetkunde meten 1 lengte en oppervlakte meten 2 gewicht meten 3 inhoud vormen, ruimtelijke figuren, patronen plaats, richting, route tafels van 1 t/m 10 toets onderdeel geld optellen contextsommen geld gepast betalen hoeveel krijg je terug tijdsduur bepalen wijzers tekenen: heel, half, kwart dagen van de week vandaag, gisteren, morgen kwartalen en maanden meetsommen m, dm, cm lengte aflezen uit grafiek weegschaal aflezen referentie introductie centiliter evenwijdige lijnen kleuren vierkanten en rechte hoeken aangeven introductie L-teken introductie omtrek gespiegelde vormen herkennen plattegrond lezen toets onderdeel toets onderdeel Leerdoelen groep 4 blok 9: getallen en relaties uitspraak, schrijfwijze, kenmerken tellen, doortellen, terugtellen getallen in cijfers schrijven terugtellen en verder tellen over honderdtal toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel ordenen en getallenreeksen getalbegrip: getallenrij en –lijn, getallenstelsel optellen, aftrekken, splitsen getallen en basisbewerkingen vermenigvuldigen delen verhoudingen meten en meetkunde verbanden rekenen met verhouding (omzetten, contexten, gebruik geld meten 2 gewicht vormen, ruimtelijke figuren, patronen informatie ordenen grafieken reeksen afmaken getallen ordenen van klein naar groot en van groot naar klein getallenlijn t/m 130 introductie splitsen in H, T en E plaats schatten op de getallenlijn honderdveld splitsen t/m 130 splitsen in twee gelijke getallen T + T en T – T met en zonder tussenstap over tiental verdubbelen tafels a.d.h.v. ruitjespatroon tafels halveren blokjes verdelen eerlijk verdelen introductie eenvoudige verhoudingen geldsommen t/m 50 euro weegschaal aflezen omtrek en evenwijdige lijnen informatie uit staafgrafiek gebruiken staafgrafiek kleuren staafgrafiek aflezen toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel toets onderdeel