Internationale conferentie Oorlogspoëzie en -literatuur uit de Eerste Wereldoorlog in Duitsland, België en Frankrijk Deze conferentie vormt het tweede luik van het Frans-Duitse cultuurproject over oorlogslyriek in herinnering aan de Eerste Wereldoorlog. Het eerste luik was een scenische lezing van gedichten “De levende doden”, die opgevoerd werd door het Agora Theater met première op 23 september 2014 in BOZAR, Brussel. Woensdag 4 maart 2015, van 9.00 tot 17.30 u Permanente vertegenwoordiging van de deelstaat Sachsen-Anhalt bij de EU Sint-Michielslaan 80 – 1040 Brussel Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de Eerste Wereldoorlog blikken we terug op de immense hoeveelheid literaire werken die aan de Grote Oorlog werden gewijd. Daarbij is een bijzondere plaats weggelegd voor soldaat-schrijvers. In de meeste landen die soldaten naar het front stuurden, werden auteurs die de loopgraven met eigen ogen zagen, beschouwd als bevoorrechte “oorlogsverslaggevers”. Ook na het conflict, in de jaren twintig en dertig, speelde oorlogsliteratuur een aanzienlijke rol bij de vorming van een – soms tegenstrijdig – discours van de gebeurtenissen. De vergelijkende dimensie van deze studiedag moet een actueel licht werpen op de bijzonderheden, overeenkomsten en verschillen tussen de drie voornoemde landen. Het biedt meteen ook een gelegenheid om de grenzen van “de oorlogsliteratuur” af te tasten. Waren de teksten en gedichten van Belgische of Franse verzetsstrijders ook een vorm van oorlogsliteratuur? Vallen de verslagen, dagboeken en poëzie van bannelingen of bewoners van bezet gebied nog onder die noemer? Zijn de gedichten in zeker zin “getuigenissen” over de oorlog? Welke drijfveren zitten achter de woorden – in dichtvorm of als proza – die de oorlogservaring beschrijven? Op de studiedag steken historici en literatuurwetenschappers uit de drie landen de koppen bij elkaar. Hun aandacht gaat vooral uit naar de oorlogspoëzie die, in tegenstelling tot de grote belangstelling voor oorlogsliteratuur, tot nog toe grotendeels miskend bleef. Gratis toegang mits voorafgaande reservatie: Victorine Hugot: [email protected] of +32 2 548 88 76 Programma 08.30 u Onthaal van de deelnemers 09.15 u Welkomstwoord 09.30 u Nicolas Beaupré Docent Geschiedenis (Université Blaise-Pascal, Clermont-Ferrand), Institut Universitaire de France Inleiding Deel 1: De uitdagingen van oorlogsliteratuur 09.40 – 10.05 u Hubert Roland Onderzoeker bij het fonds voor wetenschappelijk onderzoek - FNRS, professor aan de Université catholique de Louvain Die Lyrik zum Ersten Weltkrieg als deutsch-französische Gattung Poëzie over de Eerste Wereldoorlog: een gemeenschappelijk literair genre in Frankrijk en Duitsland 10.05 – 10.30 u Geert Buelens Utrecht University / Stellenbosch University Flemish First World War Poetry: from Germany to Belgium as the Enemy Van de Duitse vijand tot de Belgische vijand: Vlaamse poëzie uit de Eerste Wereldoorlog 10.30 – 10.50 u Debat gemodereerd door Benoît Majerus Historicus, Université du Luxembourg 10.50 – 11.10 u Pauze Deel 2: Casestudies 11.10 – 11.35 u Philipp Redl Adjunct-voorzitter van de universiteit van Freiburg Ernst Stadlers Kriegstagebuch Het oorlogsdagboek van Ernst Stadler 11.35 – 12.00 u Pauline Breton Doctoranda in de hedendaagse geschiedenis aan de Université Paris Ouest Nanterre La Défense, onderzoeksmedewerkster aan de Bibliothèque nationale de France (afdeling manuscripten) Georges Duhamel : « élégies » ou la narration des silences de « Vie des Martyrs » (Georges Duhamel : “Elégies” of de stille getuigenis in “Vie des Martyrs”) 12.00 – 12.20 u Debat gemodereerd door Nicolas Beaupré 12.20 – 14.15 u Lunch Deel 3: Schrijven en strijden: strijdend België achter en aan het front 14.15 – 14.40 u Emmanuel Debruyne Doctor in de Geschiedenis, vast docent aan het Institut d'Etudes avancées de Paris, gastdocent aan de Université catholique de Louvain « Il semble qu’à côté j’entends quelqu’un gémir » – écrits poétiques de condamnés à mort en pays occupé, 1914-1918 (“Ik geloof dat ik hiernaast iemand hoor zuchten” – Poëzie van ter dood veroordeelden in bezet gebied, 1914-1918) 14.40 – 15.05 u Philippe Beck Doctor in de Taal- en Letterkunde, gastdocent aan de Université Libre de Bruxelles Les écrivains combattants belges dans les années 20 et 30 (Belgische « soldaat-schrijvers » in de jaren ‘20 en ‘30) 15.05 – 15.25 u Debat onder leiding van Pieter Lagrou Professor hedendaagse geschiedenis aan de Université Libre de Bruxelles 15.25 – 15.45 u Pauze Deel 4: Van de oorlog naar de naoorlogse tijd 15.45 – 16.10 u Benjamin Gilles Conservator aan de Franse Bibliothèque de Documentation Internationale Contemporaine (BDIC), verantwoordelijk voor de gedrukte en digitale collecties, doctorandus in de Hedendaagse Geschiedenis aan de Ecole des hautes études en sciences sociales (EHESS) Publier la littérature combattante de la Grande Guerre. Une analyse de la production éditoriale française de 1914 à 2014. (Literatuur over de Grote Oorlog uitgeven. Een analyse van de Franse uitgaven van 1914 tot 2014.) 16.10 – 16.35 u Jörg Lehman Vakgroep Geschiedenis, universiteit van Stuttgart Vom Held zum Märtyrer. Die Sakralisation des Frontkämpfers in der Kriegsliteratur der Weimarer Republik. Van held tot martelaar. De verheerlijking van de frontstrijders in de oorlogsliteratuur van de Weimarrepubliek. 16.35 – 16.55 u Debat gemodereerd door Bruno Benvido Historicus, CegeSoma (Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij) – Brussel 16.55-17.15 u Iris Hildebrandt Magdeburg “Adrienne Thomas: "Die Katrin wird Soldat". Ein Kriegsroman in historischer Perspektive und die politische Bildung zum 1. Weltkrieg” Adrienne thomas : « Die Katrin wird Soldat » (Katrin wordt soldaat). Een oorlogsroman in historisch perspectief en de politieke vorming over de Eerste Wereldoorlog. 17.15 – 17.35 u Afsluitend debat met referenten en publiek 17.35 u Slotwoord Dhr. Bernard Valero, Ambassadeur van Frankrijk in België Dhr. Eckart Cuntz, Ambassadeur van Duitsland in België Organisatie: Partner: