Matt.5-7 De Bergrede, grondwet van Gods koninkrijk

advertisement
De Bergrede: de grondwet van Gods koninkrijk – deel 1.
Matt.5:1-2 Toen Hij de mensenmassa zag, ging Hij de berg op. Daar ging Hij zitten met
Zijn leerlingen om Zich heen. Hij nam het woord en onderrichtte hen.
A: De uitgestelde evangelisatiecampagne.
Matt.4:23-5:2 Hij trok rond in heel Galilea; Hij gaf er onderricht in de synagogen, verkondigde
het goede nieuws van het koninkrijk en genas iedere ziekte en elke kwaal onder het volk. Het
nieuws over Hem verspreidde zich in heel Syrië. Allen die ergens aan leden en die gekweld
werden door een ziekte of door pijn, en ook bezetenen en maanzieken en verlamden werden
bij Hem gebracht, en Hij genas hen. En grote groepen mensen volgden Hem, uit Galilea en
Dekapolis, uit Jeruzalem en Judea en uit het gebied aan de overkant van de Jordaan. Toen
Hij de mensenmassa zag, ging Hij de berg op. Daar ging Hij zitten met Zijn leerlingen om
Zich heen. Hij nam het woord en onderrichtte hen.
Nadat Jezus in Matt.3:17 in het water van de rivier de Jordaan gedoopt was, werd Hij door de
Heilige Geest naar de woestijn gebracht om door de duivel op de proef gesteld te worden.
Nadat Jezus deze proef met succes doorstaan had, kwam de volle kracht van de Heilige
Geest op Hem en trok Hij door het land Israël en zelfs tot in Syrië; iedereen die ziek was werd
door Hem genezen, en iedereen die gedemoniseerd was werd door Hem bevrijd. Niemand
ging naar huis zonder dat hij of zij aangeraakt was door de overweldigende, bovennatuurlijke
kracht van Jezus. Maar er waren zoveel mensen die naar Jezus toe kwamen, dat Jezus al
snel in de gaten kreeg dat Hij dit werk nooit alleen zou kunnen doen; de mensenmassa's
waren gewoonweg te talrijk om dit werk alleen te blijven doen.
Daarom ging Jezus een berg op en op die berg hield Hij een toespraak, die de bekendste van
Zijn toespraken is geworden en die de Bergrede wordt genoemd. Deze toespraak was niet
bedoeld voor iedereen; er waren veel mensen die Jezus niet volgden maar alleen bij Hem
kwamen om genezen of bevrijd te worden (Matt.8:1). Nee, deze toespraak van Jezus was
bedoeld voor die mensen die Hem wilden volgen op Zijn weg om op die manier een leerling
van Jezus te worden (Matt.7:28-29). Nadat Jezus klaar was met Zijn beroemde toespraak,
vervolgde Hij Zijn weg om verder te gaan met het werk waartoe de Vader Hem geroepen had.
Matt.9:35-10:1 Jezus trok rond langs alle steden en dorpen, Hij gaf er onderricht in de
synagogen, verkondigde het goede nieuws over het koninkrijk en genas iedere ziekte en elke
kwaal. Toen Hij de mensenmenigte zag, voelde Hij medelijden met hen, omdat ze er uitgeput
en hulpeloos uitzagen, als schapen zonder herder. Hij zei tegen Zijn leerlingen: De oogst is
groot, maar er zijn weinig arbeiders. Vraag dus de Eigenaar van de oogst of Hij arbeiders wil
sturen om de oogst binnen te halen. Daarop riep Hij Zijn twaalf leerlingen bij Zich en gaf hun
de macht om onreine geesten uit te drijven en iedere ziekte en elke kwaal te genezen.
Vanaf Matt.10:1 stuurde Jezus twaalf van Zijn leerlingen op weg om hetzelfde werk te doen
dat Hij tot op dat moment alleen gedaan had, namelijk onderwijs geven, de zieken genezen
en gebonden mensen bevrijden. Jezus gaf in Matt.4 het goede voorbeeld over hoe het werk
gedaan moest worden, maar in Matt.5-7 gaf Jezus Zijn volgelingen het meest hoogstaande
onderwijs dat zij nodig hadden om te volharden in de weg van het koninkrijk van God. Pas
daarna in Matt.10 stuurde Hij hen daadwerkelijk op weg om de werken van het koninkrijk te
doen. Jezus onderbrak dus Zijn eigen evangelisatiecampagne om Zijn leerlingen te
onderwijzen, en dit onderwijs wordt de Bergrede genoemd.
B: Introductie op de Bergrede.
De Bergrede van Jezus in Matt.5-7 is de grondwet van het koninkrijk van God, en is zeer
bruikbaar voor ons als een test om onze persoonlijke geestelijke ontwikkeling en de invloed
van onze bediening te meten. Wij meten de invloed van onze bediening door te kijken naar
hen die het onderwijs van onze bediening volgen, en we volgen de manier waarop zij de
waarden en waarheden van ons onderwijs in hun eigen leven uitwerken. De waarden van de
Bergrede behoren door elke onderwijsbediening in het koninkrijk van God met grote nadruk
verkondigd te worden; maar hoewel deze waarheden van groot belang zijn, zijn ze ook erg
1
onpopulair. Toch beschrijven deze waarheden fundamentele principes voor de levensstijl van
alle nieuwe gelovigen in het koninkrijk van God. De Bergrede is de grondwet van het
koninkrijk der hemelen, die ons een weg wijst waarin wij Gods heiligheid kunnen omarmen als
een expressie van geestelijke gezondheid. Het ware motief van Jezus is ons welzijn, dat Hij
als volgt onder woorden bracht.
Matt.5:29-30 Je kunt beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel uw lichaam in de
Gehenna geworpen wordt .
Jezus wist dat het gemakkelijker is om de vijand buiten te houden dan hem eerst binnen te
laten om hem daarna weer naar buiten te moeten drijven (Matt.12:43-45). Het loon voor de
zonde is de dood (Rom.6:23); de prijs voor de zonde is hoog en kost een mens bijzonder veel.
En Jezus wist beter dan iemand anders dat de uiteindelijke prijs voor de zonde het eeuwige
oordeel in de hel is; daarom sprak Hij als enige in de Bijbel veel over het oordeel van de hel
(Matt.5:22+29-30, 10:28, 18:9, 23:15+33, Marc.9:43+45+49, Luc.12:5). Jezus omschreef de
hel in Matt.18:8, 25:41 als het eeuwige, brandende vuur. Daarom gaf Jezus in de Bergrede
het meest volmaakte onderwijs over de manier waarop wij de reinheid en zuiverheid van ons
hart moeten bewaren.
Spr.4:20-23 Mijn zoon, heb aandacht voor Mijn woorden, geef aan Mijn uitspraken gehoor.
Houd ze steeds voor ogen, bewaar ze in het diepste van je hart. Ze zijn het leven voor wie ze
aanvaarden, sterken heel het lichaam als een medicijn. Van alles waarover je waakt, waak
vooral over je hart, het is de bron van je leven.
Het is onze glorieuze erfenis om vrij te zijn van schaamte, kwelling en vernietiging. Aan het
begin van ons geloofsleven lijkt het alsof Gods weg een moeilijke weg is, maar aan het eind
blijkt juist dat het de meest gemakkelijke weg is omdat het in feite de enige weg is; toch zijn er
maar relatief weinig mensen die deze weg gaan.
Matt.7:13-14 Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en
de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de
poort naar het leven en smal de weg er naartoe, en slechts weinigen weten die te vinden.
De weg naar leven en vrijheid voor ons hart is een weg waarin wij de woorden van de
waarheid als een fundament in ons leven moeten neerleggen; door ons leven te bouwen op
de fundamentele principes van de Bergrede zullen wij een levenshuis bouwen dat niet aan het
wankelen gebracht kan worden vanwege de stevigheid van het fundament (Matt.7:24-27).
Jezus zei dat zij die zuiver van hart zijn God zullen zien (Matt.5:8), maar deze reinheid van
hart wordt bewaard door de richting van onze ogen. Wij vullen ons hart met datgene waar de
aandacht van onze ogen op is gericht; de schat van ons hart wordt sterk bepaald door het
verlangen van onze ogen.
Matt.7:21-23 Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn. Het oog is de lamp van het lichaam.
Dus als je oog helder is, zal heel je lichaam verlicht zijn. Maar als je oog troebel is, zal er in
heel je lichaam duisternis zijn. Als het licht in jezelf verduisterd is, hoe groot is dan die
duisternis!
In onze worsteling voor het ontwikkelen van een zuiver hart is het belangrijk dat wij ons hart
vrijmaken van duisternis; het feit dat je in therapie bent is geen vrijbrief om demonen in je
leven van voedsel te voorzien (1Kor.10:20-21). Bekering is een essentiële voorwaarde voor
vrijmaking; het is de Geest der waarheid die ons vrijmaakt door middel van het woord der
waarheid.
Joh.8:31b-32 Wanneer jullie bij Mijn woord blijven, zijn jullie werkelijk Mijn leerlingen. Jullie
zullen de waarheid kennen, en de waarheid zal jullie bevrijden.
Rom.12:2 Jullie moet jezelf niet aanpassen aan deze wereld, maar veranderen door je
gezindheid te vernieuwen, om zo te ontdekken wat God van je wil en wat goed, volmaakt en
Hem welgevallig is.
C: De ogen van de Heer.
Matt.5:1-2 Toen Hij de mensenmassa zag, ging Hij de berg op. Daar ging Hij zitten met Zijn
leerlingen om Zich heen. Hij nam het woord en onderrichtte hen.
Jezus ziet hier de mensenmassa's, Zijn ogen zijn op de mensen gericht; zieke en onderdrukte
mensen kwamen om naar Zijn prediking te luisteren en om van Hem genezing en bevrijding te
2
ontvangen. Jezus heeft grote aandacht voor hen, want ze zijn als schapen die geen herder
meer hebben; ze leven voort onder de druk van hun problemen, maar ze hebben geen enkel
idee van hun eeuwige bestemming in God. Ze zijn naar het beeld en karakter van God
geschapen (Gen.1:26-27), en ze zijn door God Zelf voorbestemd om over de schepping te
heersen vanuit een intieme relatie met Hem. Ze zijn geroepen om een weerspiegeling van
Gods karakter te zijn op de aarde, maar wat zijn ze diep gezonken; wat zijn ze door de zonde
gedegradeerd tot nutteloze en hulpbehoevende schepselen.
Jezus verlangt ernaar om hen een heldere visie te geven op hun hoge, eeuwige bestemming,
maar ze hebben op geen enkele manier verbinding met Gods plannen voor hun leven, en dat
geldt ook voor veel christenen. Velen leven ver beneden het bestaansminimum van het
koninkrijk van God, terwijl ze geschapen zijn om deel uit te maken van de aristocratie van dit
koninkrijk. Ze zijn voorbestemd om bekleed te zijn met de gerechtigheid van God en vervuld
te zijn met Zijn manifeste tegenwoordigheid; ze zijn geroepen om te leven vanuit de autoriteit
van de hemelse Vader, en ze mogen deel hebben aan de adem van de levende God. Toch
leven de meesten van hen onder het geestelijke, intellectuele, emotionele en zelfs sociale
bestaansminimum; ze zijn vrijwel nooit in staat om over de beperkende grenzen van hun
overlevingstechnieken heen te kijken. Maar Jezus was gekomen om hen uit hun ellende te
roepen naar een eeuwige bestemming van Gods glorie en majesteit.
Wat verlangt God de Vader er enorm naar om van ons te genieten in onze oorspronkelijke
schepping; daarom is Jezus gekomen met het doel van volledige verlossing. Jezus ziet de
mensenmassa's en Hij neemt geen genoegen met het oplossen van hun meest basale noden
en problemen. Jezus ziet meer dan alleen mensenmassa's, want Hij ziet elk individu; Hij had
hen allemaal geschapen in de baarmoeder en Hij kende hen al vanaf de grondlegging der
wereld, toen Hijzelf nog aanwezig was bij de Goddelijke Drie-Eenheid in de hemel. Elk mens
was door Hem geschapen als een prachtige droom die in het leven op aarde nog tot vervulling
moest komen; Hij wil hen laten zien wie ze werkelijk zijn, een mens die gemaakt is voor God
alleen. Maar wat zijn ze diep gezonken in een wanhopige poging om het hoofd boven water te
houden in een duistere wereld, waar zij ronddwalen in het zoeken naar het vervullen van hun
meest basale noden.
D: Het levende Woord spreekt het geschreven woord.
Matt.5:1-2 Toen Hij de mensenmassa zag, ging Hij de berg op. Daar ging Hij zitten met Zijn
leerlingen om Zich heen. Hij nam het woord en onderrichtte hen.
De werkelijke betekenis van dit moment is onvoorstelbaar; het mensgeworden Woord van
God begint hier vanuit het geschreven woord van God te onderwijzen aan Zijn leerlingen, en
Matteüs schrijft dat aan het einde van de Bergrede de menigte van leerlingen diep onder de
indruk was van het onderwijs van Jezus (Matt.7:28). De reden voor hun diepe ontzag was dat
Jezus sprak als iemand die vrije toegang had tot het hart van God, en dat waren ze niet
gewend vanwege de religieuze traditie in hun tijd (Matt.7:29). Voordat we door de Bergrede
heen kunnen lopen langs alle waarheden die ons door de jaren heen zo bekend geworden
zijn, moeten we eerst herkennen Wie in de Bergrede tot ons spreekt. Het is de Schepper, de
Heer van hemel en aarde die tot ons spreekt; het is de manifeste Wijsheid en Goedheid van
de almachtige God die mensen onderwijst. De eeuwige en onsterfelijke Koning, die het
universum regeert met oneindige rechtvaardigheid, vrede, wijsheid, vreugde en goedheid
spreekt in de Bergrede tot ons. God Zelf is tot ons afgedaald en heeft de vorm van een mens
aangenomen om de glorieuze wegen van God te komen uitleggen. Wat betekent het dat
Jezus Zijn mond opendeed en het eeuwige woord van God sprak?
John Wesley sprak de volgende woorden over de Bergrede: “De Zoon van God, die uit de
hemel kwam, is hier aanwezig en toont ons de weg naar de hemel, naar de plaats die Hij voor
ons heeft voorbereid, de glorie die Hij Zelf bezat voordat de wereld geschapen werd. Hij
onderwijst de ware weg naar het eeuwige leven, de koninklijke weg die naar het koninkrijk
leidt, en de enige weg der waarheid. Want er is geen andere weg, alle andere wegen leiden
naar de vernietiging. Vanuit het karakter van de Spreker wordt ons verzekerd dat Hij de
volledige en volmaakte wil van God heeft gesproken.”
De laatste keer dat God hardop gesproken had op de aarde, klonk als het geluid van een
3
trompet, en was er een wolk van rook en vuur, en bliksemstralen kwamen naar beneden; de
berg Sinaï schudde vanwege de openbaring van God (Ex.19:16-19). Op de dag dat God de
Tien Geboden gaf, schudde de berg Sinaï en duisternis daalde als een wolk vermengd met
vuur neer, en onzichtbare engelen bliezen met grote kracht op trompetten. Mozes herinnerde
het volk Israël later aan deze dramatische gebeurtenis, opdat zij nooit zouden vergeten dat
God hardop tot hen gesproken had, iets wat nog nooit eerder in de menselijke geschiedenis
was gebeurd (Deut.4:32-36, 5:22-29).
Eeuwen later deed dezelfde God in Matt.5:2 Zijn mond open en of Zijn volgelingen het nu wel
of niet voelden, ook toen schudde de berg en bewoog de grond onder hun voeten. Deze keer
gebeurde het echter in grote nederigheid en liefde, en God sprak hen niet toe vanuit een
donkere wolk met vuur, rook en bliksemstralen maar vanuit de nederige gestalte van een
Dienaar. God als Mens is zeer bekwaam om van mensen te houden. Wanneer Hij spreekt
worden bakens verzet, demonen trillen van angst, en machten verliezen hun houvast, want de
Zoon van God doet Zijn mond open. Wanneer Jezus Zijn mond opendoet en onderwijs geeft,
storten koninkrijken in elkaar en andere koninkrijken ontstaan juist door het woord dat Hij tot
de mensen spreekt.
E: Effectiviteit door gehoorzaamheid.
Matt.7:24-25 Wie deze woorden van Mij hoort en ernaar handelt, kan vergeleken worden met
een verstandig man, die zijn huis bouwde op een rots. Toen het begon te regenen en de
bergstromen zwollen, en er stormen opstaken en het huis van alle kanten belaagd werd,
stortte het niet in, want het was gefundeerd op een rots.
Het bouwen van een huis op de rots heeft te maken met het funderen van ons persoonlijke
leven en onze openbare bediening op de principes die door Jezus in de Bergrede onder
woorden zijn gebracht. De levensstijl van de Bergrede is haalbaar voor elke gelovige, en het
is de enige manier om het koninkrijk van God te kunnen ervaren; deze levensstijl negeren is
gelijk aan het negeren van het koninkrijk van God en het daardoor missen. Want waarom
zouden wij willen dat God aan onze bediening de zalving van Zijn Heilige Geest schenkt; wat
dromen wij over het succes van onze bediening? Wat zouden wij doen wanneer wij meer
invloed zouden krijgen in de levens van andere mensen? Zouden wij hen overtuigen van de
levensstijl van de Bergrede, zowel in het geheim als in het openbaar? En zouden wij dat op
een zeer consequente manier en met volharding blijven doen?
Ons belangrijkste levensdoel is het najagen van 100% gehoorzaamheid aan de Vader, want
wij worden opgeroepen om volmaakt te zijn zoals Hij is (Matt.5:48). Jezus roept ons in de
Bergrede op om volmaakt te zijn in onze gehoorzaamheid, d.w.z. om volwassen en volledig te
zijn in onze gehoorzaamheid. Dat is bedoeld als het hoogste doel van ons geestelijke leven,
maar toch wordt dit vaak over het hoofd gezien en vergeten. Wij kunnen echter zoeken naar
deze complete gehoorzaamheid door te wandelen in het licht dat de Heilige Geest ons geeft;
maar het najagen van volledige en radicale gehoorzaamheid is echter nog niet hetzelfde als
het verkrijgen van deze gehoorzaamheid. Ons najagen van totale gehoorzaamheid is in dit
leven op aarde maar betrekkelijk, maar zal in de eeuwigheid een absolute vorm aannemen;
maar het is nu onze verantwoordelijkheid om onze aandacht te richten op een zoveel mogelijk
volledige gehoorzaamheid aan God. Wij mogen daarbij vertrouwen op de genade van God,
waardoor wij de kracht ontvangen om gehoorzaamheid te verkrijgen in een toenemende mate
van geestelijke groei.
Het najagen van volwassen gehoorzaamheid omvat onder andere de controle over onze
manier van spreken (Jac.3:2), discipline in onze eetlust (1Kor.9:27), het goed besteden van
onze tijd t.b.v. dienstbaarheid, woord en gebed (Efez.5:16), betrouwbaarheid in het geven van
geld t.b.v. het koninkrijk (Matt.6:19-21), en het sluiten van een verbond met onze ogen i.v.m.
de weigering om verkeerde begeerten te stimuleren (Job 31:1). Omdat God een zeer diep
verlangen en een intense ijver koestert voor een intieme relatie met ons, vraagt Hij van ons
dat wij wandelen in al het licht dat Hij ons geeft. Wanneer wij deze radicale gehoorzaamheid
najagen, geven wij daarmee expressie aan de waarde die wij toekennen aan onze relatie met
Jezus; onze gehoorzaamheid is een expressie van liefde voor Hem.
Joh.14:21 Wie Mijn geboden kent en zich er aanhoudt, heeft Mij lief.
4
Wij zullen alleen het volle licht van de waarheid ervaren, d.w.z. helderheid van geest, wanneer
de ogen van ons hart helder zijn (Matt.6:22); want wanneer de ogen van ons hart gericht zijn
op het grote doel van een zuiver en heilig leven voor God, zal dit Gods licht brengen in onze
innerlijke mens. Wij zullen alleen in dit doel slagen wanneer wij streven naar een 100 procent
gehoorzaamheid aan de waarheid van Gods woord; alleen een levensstijl die gebaseerd is op
volledige gehoorzaamheid kan ons helpen om deze helderheid van geest te ontvangen en in
verbinding te komen met het hart van God om zo Zijn tegenwoordigheid te ervaren. Er vinden
krachtige dynamische gebeurtenissen in ons leven plaats wanneer wij deze gehoorzaamheid
nastreven; het najagen van 98 procent in ons leven geeft ons een beperking in het ontvangen
van Gods zegen. Juist in die laatste 2 procent ontvangen wij dubbele genade en ervaren wij
een krachtige geestelijke vitaliteit.
Geestelijke verveling zal ons hart in beslag nemen, wanneer wij niet leren om gerechtigheid
lief te hebben met heel ons hart; want alle gebieden van ons geestelijke leven zijn met elkaar
verbonden. Wij beroven mensen van enorm veel vreugde, wanneer wij de maatstaf van de
waarheid van het evangelie naar beneden halen door ons menselijke sentiment, dat probeert
het leven aangenamer te maken met een minder radicaal evangelie. Van Jezus wordt gezegd
dat Hij gerechtigheid liefhad en tegelijkertijd ongerechtigheid haatte; daarom zalfde God de
Vader Hem met meer vreugdeolie dan al Zijn volgelingen (Hebr.1:9).
Het woord van God toont ons namelijk drie aspecten van onze volmaaktheid voor God. In de
eerste plaats worden wij op het moment van onze wedergeboorte onmiddellijk volmaakt
gemaakt in Christus door onze legale positie (rechtvaardiging) dankzij het volbrachte werk
van Jezus op het kruis van Golgotha (2Kor.5:17-21). In de tweede plaats worden wij in een
toenemende mate volmaakt gemaakt door onze gehoorzaamheid in onze levende relatie met
God (heiliging); beide aspecten zijn fundamentele waarheden. En wanneer Jezus terugkomt
en ons meeneemt naar Zijn koninkrijk, zal de voltooiing van onze volmaaktheid plaatsvinden
en dat noemen we verheerlijking. Voor God is het belangrijkste doel van ons leven op aarde
dat wij volmaakt of compleet worden in onze gehoorzaamheid.
De Bijbel gebruikt verschillende termen voor één en dezelfde waarheid; zo worden wij in de
diverse teksten aangespoord om volledig te zijn in onze gehoorzaamheid, volmaakt te zijn in
onze gehoorzaamheid, volwassen te zijn, smetteloos te zijn, vlekkeloos te zijn, waardig te zijn,
standvastig te zijn.
F: Overzicht van de Bergrede.
De Bergrede is de grondwet van Gods koninkrijk waarmee wij acht bloemen in de tuin van ons
hart moeten zaaien, die in ons leven de geur van Christus verspreiden (2Kor.2:15). Om deze
bloemen tot volle rijpheid te kunnen laten komen is het nodig dat wij onkruid wieden en de tuin
water geven om zo deze tuin tot volle bloei te laten komen.
Matt.5:3-12 spreekt over de acht bloemen van hartsgesteldheid in de tuin van ons hart.
Matt.5:13-16 spreekt over de roeping om een tuin van God in de wereld te zijn.
Matt.5:17-20 spreekt over de basisnorm voor het onderhoud van de tuin.
Matt.5:21-48 spreekt over het uitroeien van zes verschillende soorten onkruid.
Matt.6:1-18 spreekt over vier positieve manieren om de tuin van water te voorzien.
Matt.6:19-34 spreekt over het najagen van je bestemming zonder afgeleid te worden.
Matt.7:1-20 spreekt over volharding tijdens spanning in relaties.
Matt.7:21-27 spreekt over de manifestatie van Bergrede-realiteit.
Matt.7:28 spreekt over de reactie van Jezus’ leerlingen op Zijn toespraak.
F1: De acht bloemen van onze hartsgesteldheid.
De acht bloemen van onze hartsgesteldheid (Matt.5:3-12) kunnen we omschrijven als de acht
wondermooie bloemen in de tuin van ons hart, waarvan God verlangt dat zij tot volle bloei
komen. Deze bloemen staan garant voor de Goddelijke liefde, een Goddelijk karakter en
geestelijke volwassenheid, en zij beschrijven het leven door de Geest, d.w.z. waarachtig
discipelschap o.l.v. de Heilige Geest. Deze acht bloemen vormen de basiswaarden van het
koninkrijk van God en vertellen ons, hoe God ons wil zegenen en hoe Hij die zegen wil
vermenigvuldigen in de naties door onze bediening in een dienstbare hartsgesteldheid.
5
F2: De zes soorten giftig onkruid.
Deze acht bloemen moeten zorgvuldig en voortdurend verzorgd worden, wanneer wij de tuin
van ons hart wieden door de weigering van zes negatieve invloeden, die als gif in ons hart
werken omdat zij gekoppeld zijn aan onze natuurlijke driften (Matt.5:21-48). Daarom gaf Jezus
praktisch onderwijs over zes gebieden waar wij oorlog moeten voeren tegen valse, dodelijke
begeerten in ons hart (1Petr.2:11); deze gebieden zijn boosheid ofwel de geest van moord
(Matt.5:21-26), overspel ofwel de geest van immoraliteit (Matt.5:27-30), echtscheiding ofwel
de geest van verraad (Matt.5:31-32), valse eedaflegging ofwel de geest van manipulatie
(Matt.5:33-37), recht eisen ofwel de geest van trots en bitterheid (Matt.5:38-42), vergelding
ofwel de geest van wraak en vijandschap in relaties (Matt.5:43-47).
F3: De vier positieve voedingsstoffen.
In de verzorging van onze tuin geven wij water aan deze acht wondermooie bloemen door vier
positieve voedingsstoffen toe te dienen, en dat zijn geven, gebed, vergeven en vasten
(Matt.6:1-18). Deze voedingsstoffen brengen ons in een positie bij de Vader waar wij een
grotere mate van Zijn genade kunnen ontvangen. Jezus beschrijft deze vier activiteiten als
voedingsstoffen die de genade van God in ons leven vrijzetten, omdat wij beter in staat zijn
ons hart voor de troon van de Vader te brengen door de invloed van deze voedingsstoffen.
Ons hart ontvangt meer genade van de Vader wanneer wij volhardend en in het geheim
geven (Matt.6:1-4), bidden (Matt.6:5-13), vergeven (Matt.5:44, 6:14-15), en vasten
(Matt.6:16-18).
F4: Geestelijke disciplines.
Geestelijke disciplines als gebed, vasten en meditatie enzovoort zijn door God ingesteld als
een noodzakelijke manier om ons hart voor Hem te positioneren, zodat wij meer van Zijn
genade kunnen ontvangen als Zijn vrije gave aan ons. Door deze disciplines verdienen wij
Gods gunst niet, maar zij stellen ons wel in staat om expressie te geven aan de waarde die wij
hechten aan onze relatie met Jezus. God geeft meer aan hen die hongerig zijn naar een
relatie met Hem; onze honger naar God is een expressie van onze liefde voor Hem. God geeft
dan meer genade aan ons hart, maar Zijn liefde wordt niet groter voor ons wanneer wij deze
geestelijke disciplines beoefenen, want Zijn liefde voor ons is altijd oneindig en onbegrensd.
Maar met de hulp van deze disciplines plaatsen wij met grotere intensiteit ons koude hart in
de tegenwoordigheid van Gods oneindige vreugdevuur; de kracht zit in het vuur van Gods
tegenwoordigheid en niet in onze inspanning.
G: De genade van God in de Bergrede.
Matteüs 5-7 beschrijft het proces waarin de acht verklaringen van geluk tot volwassenheid
komen; hiermee bestraft Jezus Zijn volgelingen niet, maar Hij helpt hen juist door hen inzicht
te geven in Goddelijke principes, die leiden tot de vrijheid van het hart. Jezus gaf ook niet een
volledig inzicht over de wegen die naar deze vrijheid van het hart leiden; Hij concentreerde
Zich op de belangrijkste waarheden die nodig zijn voor het nemen van de juiste beslissingen
in onze strijd tegen valse begeerten en in het ontvangen van Gods genade voor ons hart. Het
getuigt van wijsheid wanneer iemand zijn persoonlijke leven en zijn openbare bediening bouwt
op het onderwijs van de Bergrede (Matt.7:24-27).
Er zijn drie toepassingen voor de stormen die ons persoonlijke leven en onze openbare
bediening zullen testen. In de eerste plaats zijn er stormen die elke dienaar van God in
bepaalde periodes ervaart tijdens jarenlange bediening. In de tweede plaats zijn er stormen
die te maken hebben met de eindtijd, dat is het einde van de natuurlijke geschiedenis van de
mensheid vlak voor de tweede komst van Jezus. In de derde plaats zijn er stormen in de
waardering die wij zullen ontvangen voor ons persoonlijke leven en de kwaliteit van onze
bediening voor de Rechterstoel van Christus (1Kor.3:11-15, 4:5, 2Kor.5:10).
Hebr.12:26-29 Destijds deed Zijn stem de aarde beven, nu heeft Hij deze belofte gedaan: Nog
eenmaal zal Ik de aarde doen beven, en met de aarde ook de hemel. Met dat ‘nog eenmaal’
wordt bedoeld dat wat geschapen is wankelt en verdwijnt, zodat alleen blijft wat onwankelbaar
6
is. Laten we daarom het onwankelbare koninkrijk in dankbaarheid aanvaarden, om God zo te
dienen dat Hij er behagen in schept, met eerbied en ontzag. Onze God is een verterend vuur!
Een van de moeilijkheden in de gemeente komt van valse leraars (lees 2Petr.2 en Judas). Het
meest voorkomende gebied van verkeerd onderwijs is dat soort onderwijs dat ons begrip van
de genade van God verdraait en ontwricht. Dat gebeurt door de boodschap van genade te
kleineren in het prediken van de vergeving van zonden zonder bekering, waardoor mensen
zich comfortabel voelen bij God terwijl zij doorgaan met hun leven in zonde. Genade wordt
tegenwoordig gepresenteerd als een verzekeringspolis voor mensen die willen blijven leven in
hun zondige levensstijl.
Judas vs.4 Er hebben zich namelijk ongemerkt mensen onder u gemengd van wie het vonnis
al lang geleden schriftelijk is vastgelegd: goddelozen die de genade van onze God misbruiken
als voorwendsel voor losbandigheid en die onze enige Meester en Heer, Jezus Christus,
verloochenen.
De zuivere boodschap van genade inspireert ons juist tot het weigeren van vele verkeerde
verlangens, en deze genade geeft ons juist de kracht om een Goddelijke levensstijl te leven.
De Bijbelse boodschap van genade is de enige manier waarop wij de kracht van God in onze
menselijke geest kunnen ervaren.
Tit.2:11-12 Gods genade is openbaar geworden tot redding van alle mensen. Ze leert ons dat
we goddeloze en wereldse begeerten moeten afwijzen en bezonnen, rechtvaardig en vroom
in deze wereld moeten leven.
Er is veel onderwijs over Gods genade dat niet in overeenstemming is met de waarheid van
Gods woord; dit onderwijs stimuleert compromissen en geeft mensen een vals vertrouwen
over hun relatie met God in plaats van dat zij toegerust worden om een groots leven te leiden
in harmonie met God.
Matt.5:17-19 Denk niet dat Ik gekomen ben om de Wet of de Profeten af te schaffen. Ik ben
niet gekomen om ze af te schaffen, maar om ze tot vervulling te brengen. Ik verzeker jullie:
zolang de hemel en de aarde bestaan, blijft elke jota, elke tittel in de wet van kracht, totdat
alles gebeurd zal zijn. Wie dus ook maar een van de kleinste van deze geboden afschaft en
aan anderen leert datzelfde te doen, zal als de kleinste worden beschouwd in het koninkrijk
van de hemel. Maar wie ze onderhoudt en dat aan anderen leert, zal in het koninkrijk van de
hemel in hoog aanzien staan.
Gods genade geeft ons het vertrouwen dat God van ons geniet en dat Hij ons zal zegenen,
wanneer wij gestruikeld en gevallen zijn maar ons opnieuw tot Hem bekeerd hebben; maar
genade geeft ons ook het vertrouwen dat God ons in Zijn ijver zal disciplineren, wanneer wij
ons niet bekeren. Er zijn op dit moment drie verschillende gedachtepatronen in de gemeente
van tegenwoordig. In de eerste plaats onderwijzen sommige leraren hoge maatstaven van
heiligheid maar in het kader van een ongeduldige en intolerante God. In de tweede plaats
onderwijzen andere leraren lage maatstaven van heiligheid met een zeer genadige en
vriendelijke God die heel veel door de vingers ziet. Maar in de derde plaats spoort het woord
van God ons aan om hoge maatstaven van heiligheid te onderwijzen die ons in staat stellen
oorlog te voeren tegen zonde vanuit onze relatie met een zeer liefdevolle God.
Wat zijn valse leringen? Dat zijn leringen die niet vasthouden aan de belangrijke principes van
het woord van God. Deze leringen ontkennen bijvoorbeeld dat Jezus in de enige weg tot
redding voorziet, of leringen die verzuimen om de mensen op te roepen tot een heilig leven
zoals dat gedefinieerd wordt in de acht basiswaarden van de Bergrede. Valse leringen worden
niet alleen onderwezen door hen die betrokken zijn bij valse religies, maar kunnen ook
gegeven worden door leraren die wedergeboren gelovigen zijn. Sommige van deze leraren
zijn leiders van grote bedieningen, maar wij moeten niet misleid worden door de omvang van
een bepaalde bediening.
2Petr.2:1-3 Toch zijn er destijds onder het volk ook valse profeten opgetreden, en zo zullen er
ook onder u dwaalleraren verschijnen. Ze zullen met verderfelijke ketterijen komen en zelfs
de Meester die hen heeft vrijgekocht verloochenen. Daarmee bewerken ze spoedig hun eigen
ondergang. Velen zullen hun losbandig gedrag overnemen en zo de weg van de waarheid in
opspraak brengen. Gedreven door hebzucht zullen ze u bedriegen met misleidende verhalen,
maar hun vonnis is allang geveld, hun ondergang laat niet op zich wachten (zie ook vs.12-21).
7
De Bijbel voorspelt dat de gemeente in de eindtijd geconfronteerd zal worden met geestelijke
compromissen door vele gelovigen (1Tim.4:1, 2Tim.4:3-4, 2Tess.2:3); daarom worden wij
door onze Heer in de Bergrede opgeroepen tot volledige gehoorzaamheid (Matt.5:48). Jezus
roept ons op tot het najagen van een levensstijl van radicale gehoorzaamheid waarin wij op
zoek zijn naar Goddelijke volmaaktheid, d.w.z. volwassenheid in onze gehoorzaamheid in de
mate van het licht en de openbaring die de Heilige Geest ons schenkt. Hij zal ons steeds
meer openbaring schenken wanneer Hij ziet dat wij de voorafgaande openbaringen hebben
ontvangen en daarop gehoorzaam hebben gereageerd. Dan zal de genade van God in ons
leven in toenemende mate groeien, en wij zullen daardoor gesterkt worden in een heilige
levensstijl.
Hebr.13:9 Laat u niet misleiden door allerlei vreemdsoortige leerstellingen; we doen er goed
aan ons te laten sterken door genade, niet door spijzen waar de aanhangers van die
stellingen in het geheel geen baat bij hadden.
H: Samenvatting van de basiswaarden van het koninkrijk van God.
Matt.5:3 Gelukkig wie arm van de geest zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel.
Matt.5:4 Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden.
Matt.5:5 Gelukkig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten.
Matt.5:6 Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen verzadigd
worden.
Matt.5:7 Gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden.
Matt.5:8 Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien.
Matt.5:9 Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden.
Matt.5:10 Gelukkig wie vanwege de gerechtigheid vervolgd worden, want voor hen is het
koninkrijk van de hemel.
1) Arm van geest zijn heeft te maken met de erkenning dat wij een grote geestelijke behoefte
hebben om geholpen te worden in ons zoeken naar overgave aan God met heel ons hart. We
zijn tot het inzicht gekomen dat we een serieus dilemma hebben en een behoefte aan een
grote doorbraak in ons hart en in onze bediening, in de gemeente en in de maatschappij.
2) Treurend zijn heeft te maken met een verdrietige hartgesteldheid, waarin wij wanhopig
genoeg zijn om radicaal op zoek te gaan naar een doorbraak in ons hart en bediening, in de
gemeente en in de maatschappij. Laat lauwheid onze grootste vijand zijn (Openb.3:17) en laat
wanhoop de sleutel van David zijn tot een grote doorbraak (Openb.3:7).
3) Zachtmoedig zijn heeft te maken met een sobere levensstijl (bidden en vasten), en ook het
hebben van een dienstbaar hart voor anderen met gebruik van onze natuurlijke energie en
hulpbronnen (tijd, geld en reputatie). Zachtmoedigheid en nederigheid hebben te maken met
het gebruik van onze autoriteit met een dienstbaar hart in het dienen van anderen zonder enig
oogmerk van eigen belang.
4) Hongerig en dorstig zijn heeft te maken met krachtige betrouwbaarheid in het zoeken naar
God met heel ons hart voor de doorbraak van Zijn koninkrijk in ons eigen leven en in het leven
van anderen. Het spreekt van een volharding tijdens de wisseling van geestelijke seizoenen
zonder ons terug te trekken in teleurstelling of gekwetstheid door de manier waarop mensen
ons hebben behandeld of op ons hebben gereageerd.
5) Barmhartig zijn heeft te maken met onze omgang met anderen vanuit een genadige geest,
wanneer zij geestelijk tekortschieten, ons aanvallen en weerstaan, of ons teleurstellen. Wij zijn
barmhartig voor hen, zoals wij zelf barmhartigheid van God ontvangen hebben in onze eigen
tekortkomingen. Ook spreekt dit van barmhartigheid voor mensen die te lijden hebben van
sociale onrechtvaardigheid en die onze hulp nodig hebben.
6) Zuiverheid van hart spreekt van het zoeken naar zuiverheid in de gedachten van ons hart
en in een levenswandel zonder bitterheid en immoraliteit, en zuiverheid in onze motieven om
anderen te helpen.
7) Een vredestichter zijn heeft te maken met de genade om vrede en genezing te kunnen
brengen in gebroken relaties in huisgezinnen, in de gemeente, op de werkvloer en in de vele
lagen van de maatschappij.
8) Vervolging ondergaan heeft te maken met het accepteren van de tegenaanvallen van de
8
duivel en zijn engelen en demonen vanwege het grote doel om het rijk van de duisternis leeg
te plunderen, omdat wij opereren in de kracht van Gods koninkrijk en een helder en duidelijk
standpunt innemen op het gebied van rechtvaardigheid.
Jezus nodigt iedereen uit om groots te zijn in Zijn koninkrijk door deze acht prachtige bloemen
in ons leven te zaaien, zodat wij de geur van Christus verspreiden in de levens van andere
mensen. Het doel is niet alleen om deze belangrijke waarheden aan anderen te onderwijzen,
maar om ze eerst zelf in praktijk te brengen.
Matt.5:19 Wie dus ook maar een van de kleinste van deze geboden afschaft en aan anderen
leert datzelfde te doen, zal als de kleinste worden beschouwd in het koninkrijk van de hemel.
Maar wie ze onderhoudt en dat aan anderen leert, zal in het koninkrijk van de hemel in
hoog aanzien staan.
Iedereen met een zuiver oog zal een vitaal hart hebben, dat vervuld is met geestelijk licht.
Want het oog is de lamp van ons lichaam, dat licht brengt aan onze innerlijke mens; want het
lichaam is de zetel van onze hele persoonlijkheid.
Matt.6:22-23 Het oog is de lamp van het lichaam. Dus als je oog helder is, zal heel je lichaam
verlicht zijn. Maar als je oog troebel is, zal er in heel je lichaam duisternis zijn. Als het licht in
jezelf verduisterd is, hoe groot is dan die duisternis!
Waar het uiteindelijk om gaat is de manier waarop wij deze belangrijke woorden van Jezus in
de Bergrede een plaats in ons leven hebben gegeven en hoeveel tijd en energie wij hebben
besteed om deze woorden van Jezus in ons leven in praktijk te brengen.
Matt.7:24-25 Wie deze woorden van Mij hoort en er naar handelt, kan vergeleken worden
met een verstandig man, die zijn huis bouwde op een rots. Toen het begon te regenen en de
bergstromen zwollen, en er stormen opstaken en het huis van alle kanten belaagd werd,
stortte het niet in, want het was gefundeerd op een rots.
V.v.d.B. 
9
Download