Programma van Eisen Elektronisch Cliënten Dossier V2.2 Definitief Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 1 Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. Introductie .............................................................................................................. 5 Tot stand komen en ontwikkeling van dit document ............................................. 7 Aanpak en Doelstelling ........................................................................................ 10 Uitgangspunten en algemene eisen ...................................................................... 11 4.1. Ondersteunt intramurale en extramurale dienstverlening ............................ 11 4.2. Voldoen aan Wettelijk kader ....................................................................... 11 4.3. Voldoen aan Functionele kaders .................................................................. 12 4.4. Voldoen aan Technische kaders................................................................... 12 4.4.1. Nictiz .................................................................................................... 12 4.4.2. AZR...................................................................................................... 12 4.4.3. NEN 7510 informatiebeveiliging ......................................................... 13 4.4.4. ZIM (Zorg Informatie Model): ............................................................ 13 4.5. Laagdrempelig gebruik ................................................................................ 13 4.6. Gelaagde en flexibele Autorisatie ................................................................ 14 4.7. Open architectuur (i.v.m. koppelingen met andere systemen)..................... 14 4.8. Schaalbaar .................................................................................................... 16 4.9. Stabiliteit ...................................................................................................... 16 4.10. Ondersteunt decentrale uitvoering en mobiel gebruik van een cliëntendossier.......................................................................................................... 16 4.11. Flexibiliteit systeem (ruimte voor aanpassingen zonder programmeerwerk) ................................................................................................... 16 4.12. Eenvoudig beheer..................................................................................... 17 4.13. Historie en Archivering............................................................................ 17 4.14. Correspondentie-functie ........................................................................... 17 4.15. Layout formulieren en rapporten ............................................................. 17 5. Aanmeldingsfase .................................................................................................. 18 5.1. Cliëntregistratie ............................................................................................ 18 5.1.1. Inlezen AZR berichten ......................................................................... 18 5.1.2. Waarborgen eenduidige en eenmalige vastlegging van cliëntgegevens 18 5.1.3. Voorselectie relevante (en/of verplichte) datavelden o.b.v. cliënt typering 18 6. Zorg en Dienstverleningsfase .............................................................................. 19 6.1. Opstellen persoonsbeeld .............................................................................. 19 6.1.1. Registreren persoonsgegevens ............................................................. 19 6.1.2. Rubrieken aanmaken voor aanvullende cliëntgegevens ...................... 19 6.1.3. Voorselectie relevante (en/of verplichte) datavelden o.b.v. cliënt typering 19 6.1.4. Ondersteuning meetschalen ................................................................. 19 6.1.5. Documenten koppelen ......................................................................... 20 6.1.6. Cliënttevredenheidsscores.................................................................... 20 6.2. Opstellen Hoofddoel .................................................................................... 20 6.2.1. Onderkent en ondersteunt de domeinen van het Zorgleefplan ............ 20 6.2.2. Onderkent en ondersteunt de SAMPC aanpak..................................... 20 6.3. Opstellen Werkplannen ................................................................................ 21 6.3.1. Ondersteunt opstellen van daginvulling (agenda van de cliënt) van de cliënt op handelingsniveau ................................................................................... 21 6.3.2. Bewaking op aansluiting werkplan bij indicatie (ZZP) ....................... 21 6.3.3. Bewaking op aansluiting bij doelen uit het Zorgplan .......................... 22 Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 2 6.3.4. 6.3.5. 6.3.6. 6.3.7. 6.3.8. Mogelijkheid tot uitdraaien Zorgplan .................................................. 22 Mogelijkheid tot uitdraaien agenda van de cliënt ................................ 22 Mogelijkheid tot uitdraaien looplijsten ................................................ 22 Mogelijkheid tot uitdraaien medicijnlijsten ......................................... 22 Mogelijkheid tot export van capaciteitsbehoefte naar roosterapplicatie 22 6.4. Uitvoeren Zorg en dienstverlening .............................................................. 23 6.4.1. Registratie geleverde zorg.................................................................... 23 6.4.2. Registratie aanwezigheid/deelname dagactiviteiten ............................ 23 6.4.3. Mogelijkheid voor invoeren observaties .............................................. 23 6.4.4. Faciliteren invullen diverse controle lijsten ......................................... 23 6.4.5. Mogelijkheid voor inzien logfile met observatie op cliënt/afdeling/periode (i.h.k.v. overdracht) ........................................................ 23 6.4.6. Inzage in protocollen en richtlijnen ..................................................... 23 6.4.7. Inzage in medicijnlijsten/ ligplannen (decubitus) ................................ 24 6.4.8. Registratie gebruikte materialen .......................................................... 24 6.4.9. Registratie alarm opvolging ................................................................. 24 6.4.10. Mogelijkheid tot uitdraaien rapportages voor gebruikers van het ECD 24 6.4.11. Ondersteunen rapportage omtrent Normen Verantwoorde Zorg ......... 24 6.4.12. Ondersteunen dag en maandrapportage ............................................... 26 6.5. Evalueren Zorg en Dienstverlening ............................................................. 27 6.5.1. Trigger op verlopen zorgplan (moet bijgesteld worden) ..................... 27 6.5.2. Evaluatie cliënttevredenheidsscore ...................................................... 27 6.5.3. Evaluatie van de acties versus doelen in het zorgplan ......................... 27 6.5.4. Trend/ontwikkeling op meetschalen .................................................... 27 6.5.5. Vastleggen verbeteracties of veranderingen in zorgplan ..................... 28 6.5.6. Interpreteren van en acteren op de vergaarde management informatie28 6.5.7. Evaluatie maatregelen incidenten ........................................................ 28 6.5.8. Vastleggen resultaat van het MDO ...................................................... 28 6.5.9. Trigger ‘Laatste Mutatiedatum’ ........................................................... 28 6.5.10. Mutatieberichte AZR ........................................................................... 28 7. Afmeldingsfase .................................................................................................... 29 7.1.1. Afmeldingsbericht AZR....................................................................... 29 7.1.2. Ondersteuning overdracht binnen de keten.......................................... 29 8. Externe Rapportage .............................................................................................. 30 8.1. IGZ rapportage ............................................................................................. 30 8.1.1. MIC (inclusief valpartijen) .................................................................. 30 8.1.2. Middelen en Maatregelen .................................................................... 30 8.1.3. Vrijheidsbeperkende maatregelen ........................................................ 30 8.1.4. Vocht en Voeding ................................................................................ 30 8.1.5. Decubitus ............................................................................................. 30 8.2. Kwaliteitskaart ............................................................................................. 30 8.3. Input voor jaardocument maatschappelijke verantwoording ....................... 30 9. Management Informatie (interne rapportages) .................................................... 31 9.1. Bedrijfsvoering ............................................................................................ 31 9.1.1. Zorgbehoefte en zorgtrend ................................................................... 31 9.1.2. Capaciteits behoefte per periode (dagdeel/dag/week/maand) per functie per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling............................................... 31 9.1.3. Geplande zorg per periode (dagdeel/dag/week/maand) per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling ..................................................... 31 Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 3 9.1.4. Gerealiseerde zorg per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling ..................................................... 31 9.1.5. Leverbetrouwbaarheid totaal en per cliënt per periode (=geplande zorg vs gerealiseerde zorg) .......................................................................................... 32 9.1.6. Overzicht observaties per cliënt/groep per periode ............................. 32 9.1.7. Kosten per periode gebaseerd op gerealiseerde zorg en voorcalculatorische kostprijzen ........................................................................... 32 9.1.8. Inkomsten per periode op basis van gerealiseerde zorg....................... 32 9.1.9. Resultaat per periode op basis van gerealiseerde zorg......................... 32 9.2. Zorg .............................................................................................................. 33 9.2.1. Incidenten totaal en per groep/afdeling per periode ............................ 33 9.2.2. Medicijngebruik per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling ..................................................... 33 9.2.3. Incidenten medicatiebewaking............................................................. 33 9.2.4. BOPZ maatregelen totaal en per groep/afdeling per periode ............... 33 9.2.5. Uitkomsten decubitus meting totaal en per periode per groep/afdeling 33 9.2.6. Inzet en percentage ongeplande zorg per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling ..................................................... 33 9.2.7. Historie en trends vanuit meetschalen (met link naar benodigde acties/bijstellingen) .............................................................................................. 33 9.2.8. Gemiddelde leeftijd Cliënten ............................................................... 33 9.2.9. Gemiddelde verblijfsduur Cliënten ...................................................... 33 9.2.10. Scores cliënttevredenheidsonderzoek .................................................. 33 10. Verantwoording ............................................................................................... 34 10.1. Gerealiseerde zorg per groep/periode/cliënt ............................................ 34 10.2. Gerealiseerde zorg op instellingsniveau (productie staat) ....................... 34 11. Systeem signalering (triggers) ......................................................................... 35 11.1. Totale zorgvraag overschrijdt de raamafspraken met zorgkantoor (productieplafond).................................................................................................... 35 11.2. Verlopen indicatie in tijd ......................................................................... 35 11.3. Overschrijding / onderschrijding indicatie in tijd .................................... 35 11.4. Overschrijding indicatie in kosten ........................................................... 35 11.5. Opvolgen signalering obv relevante velden uit verantwoorde zorg ........ 35 Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 4 1. Introductie In de zomer 2005 is door VWS aan ActiZ de opdracht gegeven een landelijk project op te starten omtrent het Elektronisch Cliënten Dossier. De doelstelling van het project is het aan de gehele sector beschikbaar stellen en overdragen van kennis en ervaring op het gebied van het Elektronisch Cliënten Dossier. Hierbij staan zowel het hulpmiddel als de werkwijze centraal. Het project kenmerkt zich door een gezamenlijke aanpak van pilot instellingen (voorloopinstellingen binnen de V&V sector) en specifieke kennispartners en hanteert het olievlek principe om kennis, ervaring en enthousiasme branche breed uit te dragen. Er zijn diverse ontwikkelingen die de aanleiding vormen voor het project ‘Elektronisch Cliënten Dossier’. In dit hoofdstuk gaan we kort in op de belangrijkste aanleidingen. Onderstaand treft u een schematisch overzicht: Functiegerichte Bekostiging (zorgzwaarte financiering) De toekomstige bekostiging van de zorg is een steeds belangrijker wordend agendapunt voor alle betrokkenen. Een heldere bekostiging van de zorg begint met een helder inzicht in de overeengekomen en geleverde zorg. Knelpunt voor de instellingen, is het gebrek aan een hulpmiddel, dat dit inzicht kan creëren dan wel ondersteunen. Zorgleefplan Er zijn diverse initiatieven op het gebied van Kwaliteit van de zorg. Middels doelstellingen op de vier gedefinieerde Domeinen, (zijnde Lichamelijk welbevinden / Mentaal welbevinden / Participatie / Woon&Leef omstandigheden) wordt een richtlijn gegeven voor inhoudelijke zorg. Knelpunt voor de instelling is dat het huidige Zorgplan veelal te statisch is. Er is geen goed hulpmiddel om input uit de daadwerkelijk geleverde zorg (van de verzorgenden) te gebruiken voor evaluatie en eventueel het bijstellen van het Zorgplan. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 5 Opkomst EPD in de Cure sector In het kader van de ontschotting van de zorg, is het van belang om goed aan te sluiten op de ontwikkelingen van het EPD en EMD binnen de Cure sector. Met name op het vlak van uitwisseling van gegevens (communicatie standaarden) is een afstemming vereist. Concreet betekent dit samenwerking met NICTIZ en met het “eenheid van taal” project van ActiZ. Kwaliteit en Certificering Zowel binnen de sector als in de pers, is de afgelopen periode veel aandacht besteed aan kwaliteit in de zorg. De gemiddelde instelling heeft onvoldoende grip op de kwaliteit van de dienstverlening of kan deze op zijn minst onvoldoende zichtbaar maken. In dit licht zijn diverse initiatieven opgestart omtrent de kwaliteit van de zorg, die al dan niet resulteren in Certificering. Kwaliteit wordt veelal gedefinieerd door de verhouding prijs/prestatie, en heeft ook een relatie naar het zorgdossier. Het zorgdossier moet primair die gegevens bevatten die nodig zijn om kwalitatief goede zorg te verlenen, die bijdraagt aan de kwaliteit van leven van de cliënt. Hiermee wordt een koppeling gelegd tussen de inhoudelijke zorg en de gemaakte kosten. Knelpunt in de zorg is veelal, dat het eenduidig vaststellen en volgen van zowel de geleverde zorg als de gemaakte kosten, onvoldoende ondersteund wordt. Dit vormt een zware beperking voor het evalueren en bijstellen, wat een wezenlijk onderdeel van Kwaliteitsmanagement vormt. Een voorspelbare kwaliteit kan alleen als er planmatig invulling wordt gegeven aan een ECD per cliënt met kwantitatieve en kwalitatieve elementen. Vraagsturing Er is een kentering waar te nemen van traditionele aanbodsturing naar vraagsturing in de zorg. Vraagsturing veronderstelt een helder inzicht in de mogelijkheden ten aanzien van de te leveren zorg (bij zowel de cliënt als de instelling) en een zekere flexibiliteit om op de vraag in te gaan. Vraagsturing impliceert tevens dat er op cliëntniveau inzicht is in de gewenste en geleverde zorg, met de bijbehorende kosten. Huidige knelpunten ten aanzien van vraagsturing zijn het gebrek aan inzicht op cliëntniveau (Leverbetrouwbaarheid) en een beperkt zicht op de impact van een wijzigende vraag op bijvoorbeeld de planning van de benodigde formatie. Gezien de opkomst van Zorgzwaartepakketten (ZZP’s), de nieuwe basisverzekering (aanvullende private zorg) en de WMO ontwikkelingen zal een opdeling van zorg naar financieringsbron noodzakelijk zijn binnen het te ontwikkelen ECD. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 6 2. Tot stand komen en ontwikkeling van dit document Het Elektronisch Cliënten Dossier raakt een scala aan onderwerpen. Aangezien de doelstelling van het project is om de functionele eisen en wensen aan het systeem ‘bestendig’ te maken tegen de recente ontwikkelingen binnen de V&V, is afstemming gezocht met de beleidsmakers op de betreffende gebieden, branche- en belangenvertegenwoordigers en met instellingen in de V&V zelf. Het Programma van Eisen zal in diverse stadia met verschillende betrokkenen getoetst en aangevuld worden. Het is daarmee een levend document dat gedurende het project zijn ‘definitieve’ vorm zal aannemen. Mocht u vragen, aanvullingen (met een onderbouwing) of opmerkingen hebben over het programma van eisen, dan kunt u die te allen tijde via [email protected] aan het project doen toekomen. Wij nodigen eenieder uit om gezamenlijk een helder beeld te scheppen van de gewenste ontwikkelrichting. Deze versie van het Programma van Eisen is als volgt tot stand gekomen: Inventarisatie wettelijk kader Bespreking wettelijk kader met VWS en ActiZ Wettelijk kader vastgesteld in Programma Commissie Voorgesprekken met Kennispartners op het gebied van ECD’s Voorzet Programma van Eisen op basis van wettelijk kader, procesgang en recente ontwikkelingen Toetsing en aanvullingen opzet PvE met instellingen (1e ring) Verwerken aanvullingen en opstellen eerste concept voor externe bespreking Vaststellen concept Programma van Eisen voor externe bespreking Bespreking met ICT leveranciers December januari 2006 17 januari 2006 4 maart 2006 15 februari 2006 Februari/maart 6, 8, 9 maart 2006 Maart/april 25 april 2006 26 en 27 april en 9, 10 en 11 mei 2006 April/mei Verwerken commentaar en aanvullingen en opstellen definitief Programma van Eisen als uitgangspunt voor de pilots Bespreken 2e concept voor externe 13 juni 2006 plaatsing op websites. Gelegenheid tot reacties op 2e concept Periode 23 juni-1 augustus 2006 en verwerken commentaar en aanvullingen zorginstellingen en ICT Leveranciers Toetsen Programma van eisen bij September 2006 – januari 2007 pilotinstellingen en bijstelling waar Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 7 noodzakelijk Laatste input voor definitieve versie uit bespreking met ICT leveranciers Opstellen Definitief Programma van Eisen (versie 2.2.) Goedkeuring voor plaatsing Publicatie versie 2.2 29 en 30 januari, 7, 12 en 13 februari Februari – maart 2007 Maart – april 2007 April 2007 Doelstelling met versie 2.1 van het PvE was een stabiele markvraag te formuleren. Met deze versie zijn binnen de pilot instellingen nadere ervaringen opgedaan. De beoogde stabiliteit van de vraag wordt bevestigd door het feit dat de functionaliteit zoals beschreven in versie 2.1 in beginsel geheel overeind is gebleven na toetsing bij de pilots en de reacties uit het veld. Wijzigingen in versie 2.2 ten opzichte van de vorige versie hebben betrekking op: - update van de kaders (vooral technisch kader bevat nu definitieve versies vanuit NictiZ) - update van terminologie (IZA verwijderd, intramuraal alles naar ZZP overgezet) - tekstuele aanpassingen (zonder functionaliteitwijziging) - uitbreiding en/of verduidelijking bij functionaliteit omtrent rapportage en mobiel gebruik Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 8 - Voor u ligt het definitieve Programma van Eisen zoals opgesteld binnen het landelijk project Elektronisch Cliënten Dossier. In dit document omtrent Het Programma van Eisen wordt op bepaalde plekken verwezen naar ‘het procesmodel’. Dit procesmodel is een weergave in HTML format van de processen/activiteiten die binnen een instelling zullen moeten worden uitgevoerd om de brug te kunnen slaan tussen kwaliteit en kwantiteit. In het procesmodel worden niet alleen de activiteiten benoemd, maar zijn tevens relevante data-elementen, data-groepen, en indicatoren (bv. normenstelsel van verantwoorde Zorg) opgenomen. Indien in dit document gesproken wordt van team/afdeling/groep/locatie of functie benaming betreft dit een illustratie van een organisatorische entiteit van cliënten dan wel functiebenaming van medewerkers. Hiermee wordt dus geen uitspraak gedaan van een voorkeur voor een organisatorische indeling of functiegroepering van medewerkers. Dat zal altijd instellingsspecifiek zijn en is in dit document sec als illustratie bedoeld. Wat verandert er nu in de kern? De kern van de verandering in werkwijze en hulpmiddel m.b.t. het ECD zit vooral in de volgende aspecten: 1. Een hulpmiddel (ECD) wat aansluit op de (voorgenomen) werkwijze voor zorginstellingen. Hierbij afscheid nemend van ‘digitale kladblokken’, dus bewust de weg inslaand van een hulpmiddel wat een werkwijze/werkproces van zorginstellingen ondersteunt. 2. Methodische werkwijze, waarbij een aantoonbare relatie wordt aangebracht tussen kwalitatieve zorg en behandeldoelen en de uitvoering hiervan (cyclisch proces); 3. De vraagsturing van een cliënt in de werkwijze sterker verankeren; 4. Het kunnen aggregeren van noodzakelijke informatie/kwaliteitsvelden die een wezenlijk onderdeel zijn van de norm verantwoorde zorg (inclusief de aangepaste wetgeving rondom vrijheidsbeperkende maatregelen als opvolger van de BOPZ) en de externe verantwoording hiervan; 5. Een werkwijze en hulpmiddel dat recht doet aan de bewaking van een cliëntvolgend budget en de nieuwe zorgzwaarte financiering die per 1/1/2007 is ingevoerd; 6. De mogelijkheid voor het gebruik van zorgleefplan als systematiek voor structurering van data en beschrijven van kenmerken van een cliënt; 7. Een ondersteunend hulpmiddel voor interne rapportage (bedrijfsvoering) en afgeleide externe rapportgages vanuit het primair proces; 8. De raakvlakken leggen met de standaardisatie afspraken op landelijk niveau (o.a. HL-7 berichten, EMD en EPD ontwikkelingen, AZR en de eisen m.b.t. Goed Beheerde Zorgsystemen). In dit programma van eisen is geprobeerd om het totale overzicht te bieden van de collectieve eisen, maar de verandering in de kern voor de V&V sector betreft met name de bovenstaande aspecten. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 9 3. Aanpak en Doelstelling Grondbeginsel voor het project is het feit dat de procesgang binnen de zorg leidend is voor de gewenste functionaliteit, het ECD moet immers ondersteunend zijn bij de uitvoering en besturing van de zorg. Voor het samenstellen van het Programma van Eisen is het Zorg Informatie Model en daarin opgenomen procesgang/fasering als leidend uitgangspunt genomen. Doelstelling binnen het ECD project is het geven van een collectief beeld van de gewenste functionaliteit van een Elektronisch Cliënten Dossier. Bewust wordt gestreefd naar 80% dekking voor de eisen van de diverse instellingen. Een limitatief dekkend programma van eisen is niet zinvol aangezien geen enkel systeem meer aan deze eisen zal kunnen voldoen. Er is op deze manier ruimte voor instellingsspecifieke eisen en wensen en er resteert nog voldoende ruimte voor de verschillende ICT leveranciers om hun eigen invulling te geven aan het programma van eisen. Het programma dicteert niet de verschijningsvorm of verdere uitwerking van het ECD. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 10 4. Uitgangspunten en algemene eisen Bij het opstellen van het programma van eisen wordt het Zorg Informatie Model als kader genomen. Er zijn echter ook proces onafhankelijke eisen en wensen aan het ECD. Hieronder worden de belangrijkste toegelicht. 4.1. Ondersteunt intramurale en extramurale dienstverlening 4.2. Het ECD dient zowel intramurale als extramurale zorg te ondersteunen. Voldoen aan Wettelijk kader Aangezien diverse wettelijke kaders op de uitvoering van de zorg drukken en het ECD deze uitvoering moet ondersteunen, zal het ECD moeten voldoen aan de volgende wettelijke eisen die betrekking hebben op de werkwijze en inhoud van het ECD: 1. Kwaliteitswet Zorginstellingen 2. Wet WGBO (Wet Geneeskundige Behandelings Overeenkomst): a. informatie & toestemming b. dossier en bewaartermijnen c. toegang tot patientgegevens 3. Wet BIG (Bevoegdheids regeling voorbehouden handelingen) 4. Wet BOPZ (Wet Bijzonder opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen) a. inclusief voorgenomen wetswijziging vrijheidbeperking/beneming refnr. DVVO/JIZ-U-2593492 5. Wet WBP (Wet bescherming persoonsgegevens) 6. Wet AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) a. Inclusief voorgenomen zorgzwaarte financiering intramuraal refnr. DGB/FIG-2630465 b. Inclusief plan van aanpak zorgzwaartebekostiging refnr. DLZ-U-2655348 7. Kaderregeling AO-IC (CTG/ZAio, December 2004) 8. Instrument Inspectiebezoek IGZ (Normen 2005/2006, uitgave 1 november 2005). Als toezichthouder/inspectie vanuit de wetgeving. 9. Zorgverzekeringwet 10. Wet BGBZ (gebruik burgerservicenummer/BSN in de zorg) 11. Nieuwe zorgzwaartefinanciering 12. WMO: overgang huishoudelijke en persoonlijke verzorging naar de Gemeenten. Binnen het procesmodel zijn de relevante indicatoren omtrent bovengenoemde wetten en richtlijnen opgenomen en gekoppeld aan het te ondersteunen proces. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 11 4.3. Voldoen aan Functionele kaders Los van de in dit document nader uitgewerkte functionele eisen, zal het ECD in lijn moeten zijn met de volgende functionele kaders die betrekking hebben op de werkwijze en inhoud van het ECD. Deze kaders zijn in een eerder stadium door de branche enof de branchevereniging vereniging vastgesteld: 1. Normen voor verantwoorde Zorg (uitgave ‘op weg naar verantwoorde zorg’, juni 2005) 2. Toetsingskader voor Verantwoorde zorg (uitgave november 2005) 3. Zorgleefplan Complexe Zorg 4. Professionele verantwoordelijkheid en verantwoorde zorg (Aracres, mei 2004) 5. Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording Zorg (November 2005) 6. CAO V&V en capaciteitsplanningsmodel ActiZ (capaciteitsvraagstukken en inzet medewerkers) Binnen het procesmodel zijn de relevante indicatoren omtrent bovengenoemde wetten en richtlijnen opgenomen en gekoppeld aan het te ondersteunen proces. 4.4. Voldoen aan Technische kaders Binnen het project wordt geen Technisch Ontwerp van het ECD gegeven. Voor eisen en standaarden ten aanzien van koppelingen en interne-externe communicatie wordt aangesloten bij en verwezen naar de betreffende instanties die daarover de kaders hebben aangegeven 4.4.1. Nictiz De volgende Nictiz stukken zijn opgenomen als basis voor het Programma van Eisen voor het ECD die betrekking hebben op onderdeel ICT infrastructuur en keten zorg: 1. Handboek ICT-leveranciers in de zorg V4.1, 11 augustus 2006 2. Programma van eisen voor een goed beheerd zorgsysteem V1.1, augustus 2006 3. Specificatie van de basisinfrastructuur in de zorg v2.4, 11 augustus 2006 4. Architectuurontwerp basisinfrastructuur in de zorg v4.2, 16 november 2005 5. Handboek BSN in de Zorg v1.0, 25 oktober 2006 6. Implementatiehandleidingen HL7 v3, versie 2.5, augustus 2006 4.4.2. AZR De volgende AZR stukken zijn opgenomen als basis voor het Programma van Eisen voor het ECD die betrekking hebben op onderdeel ICT infrastructuur en keten zorg: Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 12 1. Vektis, Zorgregistratie AWBZ, digitaal berichtenverkeer in de keten (maart 2004) 2. AZR, fase 3, versie 2 4.4.3. NEN 7510 informatiebeveiliging De volgende NEN stukken zijn opgenomen als basis voor het Programma van Eisen voor het ECD die betrekking hebben op onderdeel ICT infrastructuur en keten zorg: 1. NEN 7510, de norm voor informatiebeveiliging in de zorg, 10 november 2005 4.4.4. ZIM (Zorg Informatie Model): 4.5. Het ZIM zal gebruikt worden in het programma van eisen van het ECD als basis voor de samenhang informatievoorziening gemoderniseerde AWBZ: 1. Overzichtskaart referentie 04-0007 Mysupport.nl Laagdrempelig gebruik Bij het ontwerp van het systeem dient het laagdrempelig gebruik een belangrijk aandachtspunt te zijn. De succesfactor van het systeem is immers de mate van acceptatie en gebruik. Belangrijke gebruikersgroepen (intern, dan wel extern ingehuurd) zijn Verzorgenden, Verpleegkundigen, Behandelaars (waaronder artsen, fysiotherapeuten, logopedisten, ergotherapeuten, diëtisten ed.), Cliëntadministrateurs, (team)managers, Cliënten en Familie, Eventueel Geestelijke Verzorgende. Bij het ontwerp moet worden uitgegaan van basale ICT vaardigheden bij de beoogde gebruikers, die zich beperken tot eenvoudig PC werk. Het systeem zal voor de reguliere functionaliteit ter ondersteuning van het operationele proces qua benodigde vaardigheden aan moeten sluiten bij deze doelgroep. Voor het ondersteunen van het tactische proces (rapportage en sturing) dient te worden uitgegaan van enige ervaring met eenvoudige kantoorautomatisering hulpmiddelen. Het gebruik van het systeem moet eenvoudig aan te leren zijn. Gezien de omvang en diversiteit van de gebruikersgroep is het wenselijk dat een ‘train de trainer’ principe kan worden aangehouden. Een en ander stelt eisen in de intuïtieve werking van het systeem. Voor een hoge acceptatiegraad zal van belang zijn dat het systeem een gebruiksvriendelijke user interface heeft. Gebruik van een muis is mogelijk in combinatie met functietoetsen (om risico op bv RSI te verminderen) Rekening houden dat het invoerwerk (daadwerkelijk typen) zo beperkt mogelijk wordt gehouden. Voor gebruikers moet de wijze van bevestigen van keuzes binnen het ECD op een eenvoudige maar ook eenduidige en consequente manier worden vormgegeven. Taalgebruik: Nederlandse taal Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 13 4.6. Gelaagde en flexibele Autorisatie 4.7. Om de juiste informatie aan de juiste persoon beschikbaar te stellen is het van belang een goede gelaagde autorisatiestructuur te kunnen aangeven. Instellingen dienen zelf de verschillende rollen en bijbehorende autorisatie te kunnen aangeven. Belangrijk hierbij is dat het mogelijk moet zijn ook cliënten toegang te geven tot het systeem en alleen de voor hen relevante gegevens te tonen. Een juiste en flexibele autorisatie structuur zal bijdragen aan het ‘doseren’ van de informatie. Doelstelling is om gebruikers niet te overspoelen met informatie, maar de voor hen relevante informatie op de juiste plek beschikbaar te stellen. Ook voor de rapportage functionaliteit moet een juiste en flexibele autorisatie instelbaar zijn op gebruikersniveau Voor nadere informatie hierover zie ook de eisen van Goed Beheerd Zorgsysteem van NICTIZ die onderdeel zijn van het programma van eisen voor het ECD. Open architectuur (i.v.m. koppelingen met andere systemen) Een belangrijke succesfactor voor de implementatie van een ECD is de mate waarin het systeem in de lokale architectuur kan worden ingepast en in een later stadium in de keten automatisering kan worden opgenomen. Het systeem zal communicatie of koppeling met andere systemen moeten ondersteunen (zonder ingrijpende of omvangrijke technische wijzigingen). Dit wordt gerealiseerd door te voldoen aan de gestelde standaarden voor interne/externe communicatie en koppelingen. Voor een beschrijving van deze standaarden verwijzen we naar de relevante documenten die in hoofdstuk 4.4 staan beschreven Op het gebied van externe communicatie zijn een paar gebieden genoemd die cruciaal zijn in de keten voor de Verpleeg & Verzorgingssector. Dit betreft vooral de transmurale communicatie en de communicatie naar familie/contactpersoon van de cliënt. In het project eenheid van taal zal komende periode een nadere uitwerking plaats vinden van de data elementen die voor de sector de belangrijkste prioriteit hebben (lees: top-10 benadering). Deze uitwerking zal conform de beschreven standaardisatie eisen van NictiZ worden beschreven. Op basis van deze uitwerking zullen onderstaande paragrafen nader worden ingevuld. Bij de communicatie van gegevens van de cliënt over organisatiegrenzen heen zal nadrukkelijk rekening moeten worden gehouden met de privacywetgeving. De volgende potentiële externe koppelingen zijn onderdeel van het collectief programma van eisen: o AZR (aan-afmelding en mutatieberichten) o Koppeling met Apothekerssysteem (m.n. medicatiebewaking en medicatiegebruik) o Koppeling met Huisartsen systeem (huisartsendossier met raakvlak naar de EMD ontwikkelingen) Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 14 o Koppeling met Ziekenhuis systeem (met name de transfer naar ziekenhuis visa versa, labuitslagen en de koppeling via het landelijk schakelpunt naar landelijke ontwikkelingen van het EMD en EPD) Communicatie met familie/contactpersoon (in de toekomst ondersteund door de landelijke ENIC autorisatie). Een bijzondere koppeling is de koppeling en communicatie naar familie en contactpersonen. Inzagerecht van het cliënten dossier en verantwoording worden als redenen opgegeven. Minimale variant is de inzage van het dossier (rekening houdend met privacy wetgeving) al dan niet op papier of digitaal. Specifiek worden de volgende potentiële interne koppelingen genoemd (Onderstaande functionaliteit wat niet direct tot de kernfunctionaliteit van een ECD wordt gerekend, maar wel relevant is voor de bedrijfsvoering van een instelling kan natuurlijk uiteindelijk ook in geïntegreerde vorm worden aangeboden door ICT Leveranciers): o Koppeling met een wachtlijst en/of prospect (CRM) systeem (t.b.v. monitoren van aanwas van nieuwe cliënten) o Koppeling met alarmeringsystemen om alarmeringsverloop en opvolging van een cliënt te bewaken. Het systeem biedt de mogelijkheid om relevante gegevens van een bepaalde melding vast te leggen Tijdstip melding Tijdstip aanvang opvolging Oorzaak alarm melding Actie/handeling Tijdstip melding afgehandeld o Koppeling met b.v. roosterpakket om de capaciteitsberekening (in volume en deskundigheidsmix) uit het ECD door te geven aan roosterpakket o Koppeling met personeelspakket ten aanzien van gebruikte deskundigheidsniveaus of overige medewerkerinformatie o Koppeling met kostprijsmodule die de kostprijs per AWBZ functie berekent o Koppeling met een Document Management Systeem (t.b.v. de contract administratie en protocollen/werkinstructies) o Koppeling met een declaratie c.q. financieel systeem (productieafspraken, declaratie en facturatie) o Koppeling met zorgzwaarte instrumenten en meetschalen o Koppeling met Facilitaire pakket en Voedingspakket (met name de cliëntgebonden afspraken over wasverzorging, telefoon, voeding/dieet, taxivervoer ed.) o Koppeling met Tijdsregistratie of Urenregistratie pakket o Koppeling met een communicatie of email functionaliteit. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 15 4.8. Schaalbaar 4.9. Stabiliteit 4.10. Het ECD is een belangrijk middel om de continuïteit van zorg te bewerkstellingen. Het ECD is dus een bedrijfskritisch systeem in de Zorg. Zowel vanuit bedrijfsmatige redenen als vanuit wet en regelgeving (o.a. m.b.t. IGZ) is de eis dat het systeem stabiel is. Dit wil zeggen dat het systeem niet alleen een hoge beschikbaarheid (een indicatieve eis van 99% beschikbaarheid op jaarbasis exclusief gepland onderhoud lijkt noodzakelijk vanuit de bedrijfvoering van instellingen gezien de bedrijfskritische functie van het ECD) dient te hebben maar ook dat het systeem weinig uitvalmomenten kent. Hiermee zal bij de opbouw van het systeem (infrastructuur en gebruikte hulpmiddelen) rekening gehouden moeten worden. Ondersteunt decentrale uitvoering en mobiel gebruik van een cliëntendossier 4.11. De omvang van de instelling waarin het ECD gebruikt zal worden kan sterk variëren. Het systeem moet goed schaalbaar zijn (aantal gebruikers, omvang database etc.) om met deze volume verschillen om te gaan zonder benodigde ingrijpende software wijzigingen. Bij instellingen met meerdere locaties en zorgvormen (verzorgingshuiszorg, verpleeghuiszorg en thuiszorg) is het zeer wel mogelijk dat een combinatie van decentrale invoer en centrale verwerking wordt gehanteerd. Het systeem moet een dergelijke geografisch verspreide opzet van locaties en zorgvormen ondersteunen. Mobiel gebruik: Veel instellingen stellen de eis dat een dossier op de locatie van de cliënt raadpleegbaar en muteerbaar moet zijn zowel voor hulpverlener als de cliënt/familie. De keuze om te werken met een digitaal dossier ondersteund met mobiele digitale hulpmiddelen (b.v. PDA, smartphone) dan wel een combinatie van digitaal dossier aangevuld met een decentraal papieren dossier is een instellingsspecifieke keuze. Mobiel gebruik is tevens aan de orde in het kader van inzage recht van de cliënt. Een van de uitdagingen bij gebruik van een elektronisch cliënten dossier is de wijze waarop de cliënt inzage heeft en houdt in zijn of haar gegevens. Voorbeeld oplossingen hiervoor zijn het beschikbaar stellen van cliëntgegevens via (Zorg) TV, werkstations op de gang, zusterpost of bv in internet cafés. Flexibiliteit systeem (ruimte voor aanpassingen zonder programmeerwerk) Gezien de dynamiek in het speelveld waarin de V&V instellingen opereren, moet het voor een instelling mogelijk zijn een belangrijk deel van de werking van het systeem te beïnvloeden, b.v. door parameters in te stellen of tabelbeheer uit te voeren, Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 16 zonder tussenkomst van een programmeur. Gezien de recente ontwikkelingen zal vooral op het gebied van de koppeling tussen geleverde zorg met de bekostigingswijze, de inhoud van de externe rapportages en de gegenereerde management informatie een zekere flexibiliteit betracht moeten worden. 4.12. Eenvoudig beheer Ondersteunt met de juiste autorisatie het eenvoudig aanpassen van gebruikte tabellen en parameters, waaronder: Handelingsgroepen Normtijden Functies en behandelingsgroepen Kostprijzen AWBZ functies Arrangementen/diensten/producten 4.13. Historie en Archivering Archivering moet ertoe leiden dat er geen historische gegevens ongewenst worden gewijzigd of historische gegevens verloren gaan. Veel genoemd punt hierbij is de historie van het medicijngebruik en de behandelingen van een cliënt. Het ECD moet voorzien in: De verrichte activeiten in het zorgdossier per cliënt moeten tot 15 jaar te herleiden zijn en op redelijke termijn verstrekbaar De historie van de cliëntgegevens moet tot 15 jaar te herleiden zijn en op redelijke termijn verstrekbaar. 4.14. Correspondentie-functie Het ECD zal in toenemende mate het proces van overdracht en de communicatiestroom tussen medewerkers over gegevens en gebeurtenissen van de cliënt moeten kunnen faciliteren. Dit is een wezenlijk onderdeel, wat geïntegreerd dan wel middels gekoppelde functionaliteit onderdeel zal moeten zijn van het ECD. 4.15. Layout formulieren en rapporten Er is (vooralnog) geen collectieve marktvraag te definiëren m.b.t. de layout van formulieren van de zorginhoudelijke vastlegging (o.a. diagnose, anamnese, lichamelijk onderzoek, multi-disciplinaire vastlegging). Zorginstellingen kennen erg veel (eigen) formulier indelingen en formulier naamgeving. Hierover zijn ook erg veel opmerkingen gemaakt op basis van het eerste concept. De gebruikte datavelden hebben echter wel een collectieve karakter. Het flexibel kunnen samenstellen van een layout van een formulier is een collectieve wens van zorginstellingen. Voor leveranciers zal dit in de realisatie fase een lastige vraag zijn, echter met het oog op de diversiteit van formuliergebruik en een product breed kunnen aanbieden binnen de V&V sector dus een noodzakelijk eis De indeling en layout voorbeelden van het zorgleefplan van ActiZ kunnen zeker een ondersteunende rol spelen voor instellingen op dit gebied. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 17 5. Aanmeldingsfase In de aanmeldingsfase betreft de kernfunctionaliteit van het ECD het ondersteunen van de basis registratie van de cliënt. Belangrijke functionele eisen betreffen het waarborgen van een eenvoudige en eenduidige vastlegging 5.1. Cliëntregistratie 5.1.1. Inlezen AZR berichten o Het inlezen van AZR berichten en daarmee direct de basale gegevens van de cliënt vast te leggen brengt direct een efficiency winst met zich mee. Het moet mogelijk zijn binnen het systeem om de data van het AZR bericht in te lezen en te verwerken. 5.1.2. Waarborgen eenduidige en eenmalige vastlegging van cliëntgegevens o Toewijzing unieke cliëntnummers o Controle op dubbele invoer (combinatie naam/geboortedatum) o Controle op dubbele invoer (systeem geeft aan dat vergelijkbaar record bestaat; vervangen J/N) 5.1.3. Voorselectie relevante (en/of verplichte) datavelden o.b.v. cliënt typering o Mogelijkheid om bepaalde velden zichtbaar of inzichtbaar te maken op basis van cliënt typering (op basis van invoer zorgzwaarte en/of zorgvorm) o Mogelijkheid om bepaalde velden al dan niet verplicht te maken op basis van cliënt typering (op basis van invoer van zorgzwaarte en/of zorgvorm) Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 18 6. Zorg en Dienstverleningsfase 6.1. Opstellen persoonsbeeld In de fase omtrent het opstellen van het persoonsbeeld betreft de kernfunctionaliteit het ondersteunen en richting geven aan de diagnose fase van de cliënt dmv aanvullende inhoudelijke informatie over de huidige toestand en het (zorg)verleden van de cliënt. In de fase zullen de verschillende scores en diagnoses een plek krijgen binnen het ECD (o.a. de anamnese, lichamelijke onderzoek, eventuele labuitslagen, medicatie, therapieën). Uitgangspunt bij het opstellen van het persoonsbeeld is een werkwijze gebaseerd op methodisch handelen, waarbij zorgdoelen ook daadwerkelijk een relatie hebben met zorgbehoeften. Het cyclisch (kunnen) toetsen en daarmee verifieerbare karakter van het zorgplan is een harde eis. 6.1.1. Registreren persoonsgegevens o Het systeem biedt de mogelijkheid om verschillende data elementen met eventueel onderlinge relaties toe te voegen aan de registratie van de cliënt. Voor een (niet limitatieve) beschrijving van de data wordt verwezen naar het procesmodel. 6.1.2. Rubrieken aanmaken voor aanvullende cliëntgegevens o Het systeem zal minimaal de twee meest gehanteerde systematieken ondersteunen voor het rubriceren van cliënt gegevens, doelen en acties, namelijk de SAMPC en Zorgleefplan systematiek. o Wenselijk is dat een instelling zelf de rubricering kan invullen en derhalve verschillende data elementen aan zelf ingestelde rubrieken kan aangeven. (optioneel instelbaar voor instellingen die een andere rubricering willen aanbrengen) 6.1.3. Voorselectie relevante (en/of verplichte) datavelden o.b.v. cliënt typering o Mogelijkheid om bepaalde velden zichtbaar of inzichtbaar te maken op basis van cliënt typering (op basis van invoer zorgzwaarte en/of zorgvorm) o Mogelijkheid om bepaalde velden al dan niet verplicht te maken op basis van cliënt typering (op basis van invoer zorgzwaarte en/of zorgvorm) 6.1.4. Ondersteuning meetschalen o ZOZ vragenlijst opgenomen o Mogelijkheid om minimum data set te definiëren en te gebruiken in verschillende meetschalen, ofwel een koppeling te leggen met een andere gebruikte toepassing voor het volgen van meetschalen (b.v. RAI). Zie ook paragraaf 4.7 Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 19 6.1.5. Documenten koppelen o Het ECD is in beginsel een cliëntdossier en geen volledig document management systeem, maar biedt de mogelijkheid om koppelingen op te nemen bij een cliënt naar relevante documenten (in gescande of elektronische vorm). Zie ook paragraaf 4.7. 6.1.6. Cliënttevredenheidsscores o Mogelijkheid om minimum data set te definiëren en te gebruiken voor een evaluatie van de cliënttevredenheid ofwel een koppeling te leggen met een andere gebruikte toepassing voor het volgen van de cliënttevredenheid. 6.2. Opstellen Hoofddoel In de fase Opstellen (hoofd)doel betreft de kernfunctionaliteit van het ECD de mogelijkheid om gestructureerd een inhoudelijk kader te schetsen voor de cliënt. Ondersteuning van systematieken zoals de Zorgleefplan systematiek en SAMPC. 6.2.1. Onderkent en ondersteunt de domeinen van het Zorgleefplan Domein woon- en leefomstandigheden o Binnen dit domein kan informatie worden vastgelegd omtrent: inrichting appartement, eisen opgeruimd & schoon, veiligheid, dagritme, bewegingsmogelijkheden, meubilair, gebruiksgemak Domein participatie o Binnen dit domein kan informatie worden vastgelegd omtrent: Sociale activiteiten, rollen in samenleving, intermenselijk contact Domein mentaal welbevinden en autonomie o Binnen dit domein kan informatie worden vastgelegd omtrent: Eigenheid, beleving, zingeving, bejegening, zelfstandigheid, afhankelijkheid Domein lichamelijk welbevinden en gezondheid o Binnen dit domein kan informatie worden vastgelegd omtrent: Gezondheid, energie, verzorgd lichaam, voeding, lichamelijke functies, zintuigen, medicijnlijst, rust en beweging, gezondheid en gezondheidsproblemen 6.2.2. Onderkent en ondersteunt de SAMPC aanpak o o o o o Somatisch aandachtsgebied Algemene levensverrichtingen Maatschappelijk aandachtsgebied Psychisch aandachtsgebied Communicatief aandachtsgebied Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 20 6.3. Opstellen Werkplannen In de fase Opstellen werkplannen betreft de kernfunctionaliteit van het ECD de mogelijkheid om de doelstellingen uit de vorige fase te vertalen naar concrete handelingen/acties voor de cliënt met een bepaalde capaciteitsbehoefte (tijd en vaardigheden). Het systeem biedt de aansluiting tussen het inhoudelijk kader en de zorgzwaarte bekostiging en zal eventuele afwijkingen /overschrijdingen moeten signaleren. Centraal binnen deze fase staat dat de gebruikte bouwstenen klein genoeg zijn om wijzigingen in de opbouw van de dienstverlening op te vangen (b.v. opbouw op basis van ZorgZwaartePakketten). Door uit te gaan van handelingen of afzonderlijke diensten die binnen de instelling zijn gedefinieerd wordt de gewenste resistentie voorzien. In deze fase zal voor veel instellingen de brug worden gelegd tussen kwaliteit en kwantiteit van zorg en de verschuiving van ongeplande zorg naar meer planbare zorg. 6.3.1. Ondersteunt opstellen van daginvulling (agenda van de cliënt) van de cliënt op handelingsniveau o Met behulp van lijsten kan per dagdeel (ochtend-middag-avondnacht) en/of per tijdstip een uit te voeren handeling ingepland worden o Per handeling wordt een functionaris gekoppeld o Per handeling wordt een tijdsduur gekoppeld (eventueel een normtijd, die met de juiste autorisatie overschreven kan worden) o Per handeling wordt een financieringsbron gekoppeld (AWBZ,Privaat, WMO); eventuele andere financieringsbronnen kunnen geïntroduceerd worden o Per handeling wordt een setting aangegeven (bv op kamer cliënt, op de huiskamer, groepsruimte) o Per handeling kan eventueel benodigde hulpmiddelen of medicijnen aangegeven worden o Naast het aangeven van geplande zorg zal tevens een ‘voorcalculatorische’ hoeveelheid ongeplande zorg moeten kunnen worden aangegeven. Deze tijd wordt wel op de beschikbare tijd ‘afgeboekt’, maar wordt niet aan een specifieke handeling gekoppeld. o De agenda van de cliënt is niet te verwarren met het afspraken blad wat nu wel binnen instellingen gebruikt wordt om bijzondere afspraken aan te geven. 6.3.2. Bewaking op aansluiting werkplan bij indicatie (ZZP) o Controle op bandbreedte in uren per AWBZ functie/klasse/ZZP en/of kosten op basis van handelingen en voorcalculatorische kostprijs o Signalering bij overschrijding en onderschrijding van uren of kosten Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 21 6.3.3. Bewaking op aansluiting bij doelen uit het Zorgplan o Voor het slaan van de brug tussen kwaliteit en kwantiteit is het van wezenlijk belang dat handelingen in daginvulling worden gekoppeld aan doelen uit het zorgplan. Hiermee wordt immers de link gelegd tussen de kwalitatieve kant van de zorg uit het zorgplan en de kwantitatieve invulling daarvan in de dagelijkse zorg o Het systeem controleert of alle doelen een gekoppelde handeling hebben o Desgewenst controleert het systeem of alle handelingen een gekoppeld doel hebben 6.3.4. Mogelijkheid tot uitdraaien Zorgplan o Onder andere om de mogelijkheid te bieden aan een cliënt om zijn/haar zorgplan in te zien zal de mogelijkheid moeten bestaan het zorgplan uit te printen 6.3.5. Mogelijkheid tot uitdraaien agenda van de cliënt o Onder andere om de mogelijkheid te bieden aan een cliënt om zijn/haar ‘agenda’ in te zien zal de mogelijkheid moeten bestaan de agenda van de cliënt uit te printen 6.3.6. Mogelijkheid tot uitdraaien looplijsten o Door een doorsnede te maken van de acties per dag/periode per functionaris kan tot een looplijst gekomen worden 6.3.7. Mogelijkheid tot uitdraaien medicijnlijsten o Door een doorsnede te maken van de medicijnen per cliënt per dag kan een medicijnlijst opgesteld worden 6.3.8. Mogelijkheid tot export van capaciteitsbehoefte naar roosterapplicatie o Een overzicht van de benodigde tijd per functie per dagdeel (per groep/afdeling/totaal) is input voor het roosteren. Het moet mogelijk zijn een export bestand te maken voor een externe roosterapplicatie (zie paragraaf 4.7) Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 22 6.4. Uitvoeren Zorg en dienstverlening In de fase Uitvoeren zorg en dienstverlening betreft de kernfunctionaliteit van het ECD het ondersteunen van de registratie van observaties en geleverde zorg ter besturing van het primaire proces (effect van de handelingen t.o.v. de gestelde doelen en waarborgen handelen binnen bedrijfsmatige kaders). 6.4.1. Registratie geleverde zorg o Het systeem ondersteunt minimaal het aangeven van afwijkingen van de geplande zorg en ongeplande zorg o Het systeem moet gekoppeld kunnen worden met een systeem voor elektronisch tijdschrijven (b.v. PDA, clicker, IO) 6.4.2. Registratie aanwezigheid/deelname dagactiviteiten o Om inzicht te krijgen/houden in de aanwezigheid bij en deelname aan dagactiviteiten dient een registratie bijgehouden te worden. Deze registratie is tevens van belang voor de leveringsbetrouwbaarheidsrapportage (daadwerkelijk geleverde of genoten zorg). Het systeem biedt de mogelijkheid een lijst op te vragen met geplande deelnemers aan een activiteit, alsmede de mogelijkheid om de aanwezigheid vast te leggen. 6.4.3. Mogelijkheid voor invoeren observaties o Medewerkers kunnen observaties invoeren voor cliënten, groepen of afdelingen 6.4.4. Faciliteren invullen diverse controle lijsten o Voor het verbeteren van de kwaliteit van de zorg is inzicht in de status en ontwikkeling van de cliënt op verschillende meetschalen relevant. In dit licht kunnen controle lijsten worden ingebed in de dagelijkse uitvoering van de zorg. Het systeem zal de betreffende lijsten kunnen invoeren, tonen en medewerkers kunnen de gegevens verwerken. Het systeem biedt voorts inzicht in de ontwikkeling van de cliënt/groep/afdeling over een bepaalde periode op één of meerdere meetschalen (zie hoofdstuk 6.5 omtrent evaluatie van de zorg) o Voor een meer gedetailleerde beschrijving van de relevante dataelementen en data-groepen wordt verwezen naar het procesmodel. 6.4.5. Mogelijkheid voor inzien logfile met observatie op cliënt/afdeling/periode (i.h.k.v. overdracht) o Medewerkers kunnen een overzicht van de rapportage over een bepaalde periode genereren voor een specifieke cliënt, groep of afdeling. Hiermee wordt de overdracht ondersteund en kan de benodigde tijd voor groepsgewijze overdracht geminimaliseerd worden 6.4.6. Inzage in protocollen en richtlijnen o Voor een deugdelijke uitvoering van de zorg is het vereist dat medewerkers inzicht hebben in de meest actuele protocollen en Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 23 richtlijnen. In minimale vorm zal het systeem de locatie kunnen duiden waar de (voor de cliënt en/of handeling) relevante protocollen en richtlijnen zijn opgeslagen. Wenselijk is dat de betreffende documenten ook via het systeem benaderd kunnen worden voor inzage. 6.4.7. Inzage in medicijnlijsten/ ligplannen (decubitus) o Het systeem biedt de mogelijkheid om medicijnlijsten (uiteindelijk via het landelijke EMD) of ligplannen (decubitus) in te zien, voor cliënten, groepen of afdelingen. In minimale vorm betekent dit dat de betreffende lijsten geprint kunnen worden om beschikbaar te stellen. 6.4.8. Registratie gebruikte materialen o Voor een goed inzicht in de gebruikte materialen, de redenen hiervoor (b.v. i.h.k.v. BOPZ) en de daaraan gerelateerde kosten is het wenselijk dat geplande en daadwerkelijk gebruikte materialen, gesplitst naar AWBZ en niet AWBZ, kunnen worden vastgelegd. Het systeem biedt voorts inzicht in het verbruik per cliënt/groep/afdeling over een bepaalde periode 6.4.9. Registratie alarm opvolging o (zie ook paragraaf 4.7) 6.4.10. Mogelijkheid tot uitdraaien rapportages voor gebruikers van het ECD o Het is met de juiste autorisatie mogelijk om voor specifieke doelgroepen rapportages te definiëren en uit te draaien in het kader van overdracht of informatievoorziening 6.4.11. Ondersteunen rapportage omtrent Normen Verantwoorde Zorg Ten tijde van dit schrijven is een geupdate versie van het Toetsingskader in de maak, op basis van de ervaringen die zijn opgedaan bij het gebruik van het toetsingskader bij een aantal pilot instellingen. Deze geupdate versie zal in de komende weken beschikbaar komen op de website van Actiz. Aangezien er nog geen definitieve update beschikbaar is, vind u hieronder de huidige versie nader uitgewerkt. o In onderstaande opsomming wordt wat uitgebreider en gedetailleerder ingegaan op de normen verantwoorde zorg. Reden voor deze extra detaillering is dat de normen en het toetsingskader verantwoorde zorg voor de sector een nieuw fenomeen is. o Naast een vrij veld voor opmerkingen biedt het systeem de mogelijkheid om relevante items aan te vinken ter input van de signaleringsfunctie zoals beschreven in hoofdstuk 11. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 24 o Om te kunnen rapporteren omtrent het toetsingskader Verantwoorde Zorg zullen de volgende items per cliënt eenduidig moeten kunnen worden aangegeven: o Cliënt heeft geaccordeerd zorgovereenkomst [J/N] o Cliënt heeft geaccordeerd Zorgleefplan [J/N] o Cliënt heeft geaccordeerde ‘agenda van de cliënt” [J/N] o Decubitus graad o Gewichtstoename of afname in kg o Gebruikt meer dan 9 soorten medicatie per dag [J/N] o Vaccinatie tegen griep [J/N] o Vaccinatie geldig tot [datumveld] o Incontinentiegeval waarbij bij de diagnose incontinentie een arts of incontinentie verpleegkundige betrokken is [J/N] o Prevalentie urine-incontinentie o Cliënt heeft verblijfskatheter [J/N] o Bij cliënt wordt gewerkt met ‘zachte domotica’ zoals een belmat, een lus met chips. Etc [J/N] o Cliënt heeft in afgelopen periode verbaal of fysiek agressief of gewelddadig gedrag vertoond [J/N] o Bij intramuraal verblijvende psychogeriatrische cliënt is met instemming (van cliënt of vertegenwoordiger) fixatie toegepast met onrustband, tafelblad en/of diepe stoel [J/N] o Cliënt heeft blijvend letsel opgelopen tijdens toepassing fixatie [J/N] o Cliënt heeft minstens 2 gediagnosticeerde symptomen van depressie [J/N] o De volgende items hebben betrekking op een beoordeling van de cliënt van de dienstverlening. Om niet volledig afhankelijk te zijn van de uitkomsten van een volledig Cliënttevredenheidsonderzoek wordt in het systeem de mogelijkheid geboden om aan te geven of een cliënt een opmerking/klacht (echter geen formele klacht ingediend) heeft over: o De mate waarin organisatorische eenheid adequaat met cliënten en familie communiceert [J/N] o De mate waarin de organisatorische eenheid adequaat cliënten en familie informeert [J/N] o De mate waarin cliënten een adequate bejegening door personeel ervaren [J/N] o De mate waarin cliënten zich als schoon en verzorgd ervaren [J/N] o De mate waarin de organisatorische eenheid zorgt voor smakelijke maaltijden, hapjes en drankjes [J/N] o De mate waarin de rechten van cliënten m.b.t. vrijheidsbeperking worden gerespecteerd [J/N] o % cliënten dat aangeeft dat bij pijn en/of ziekte adequate maatregelen worden genomen [J/N] o % cliënten dat aangeeft dat organisatorische eenheid goed inspeelt op zijn/haar beperking of mogelijkheden [J/N] o De mate waarin een organisatorische eenheid comfortabele woonruimte biedt [J/N] Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 25 o De mate waarin cliënten zich thuis voelen [J/N] o De mate van privacy in de (woon)ruimten [J/N] o De mate van bewegingsvrijheid en –mogelijkheden in de (woon) ruimten [J/N] o De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten in staat stelt te participeren in de samenleving [J/N] o De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten mogelijkheden biedt voor dagbesteding en – structurering [J/N] o De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten aandacht en ondersteuning geeft voor de eigen identiteit en levensinvulling [J/N] 6.4.12. Ondersteunen dag en maandrapportage o Dag en Maandrapportages zijn over het algemeen instellingsspecifiek. Eis voor het ECD is een flexibele vorm om dag en maandrapportages te kunnen maken, met eigen unieke rapportnaamgeving, vanuit verschillende doelgroepen/gebruikers en datavelden van het ECD. o Over het geheel genomen wordt een onderscheid gemaakt tussen informatieve velden en telvelden. Informatieve velden bevatten data die niet geaggregeerd of gegroepeerd hoeft te worden, maar simpelweg een eigenschap of waarde weergeeft. De input op telvelden is echter te manipuleren (wat wil zeggen dat de data gebruikt kan worden om overzicht of inzicht op andere niveaus te krijgen). Het onderscheid tussen deze typen is wezenlijk om te voorkomen dat het ECD verword tot een digitaal kladblok. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 26 6.5. Evalueren Zorg en Dienstverlening In de fase Evalueren zorg en dienstverlening betreft de kernfunctionaliteit van het ECD het samenbrengen en ondersteunen bij het interpreteren van de kwalitatieve en kwantitatieve informatie uit het zorgproces 6.5.1. Trigger op verlopen zorgplan (moet bijgesteld worden) o Uitgangspunt is dat het zorgplan een dermate dynamisch en gebruikt item is dat er weinig kans is dat het gedurende langere tijd niet aangepast wordt. Echter, in het kader van kwaliteitsbeheersing is het wenselijk een time-stamp op het zorgplan te kunnen geven zodat inzichtelijk is wanneer het zorgplan voor het laatst geëvalueerd en/of aangepast is en per wanneer uiterlijk een nieuwe evaluatie dient plaats te vinden. 6.5.2. Evaluatie cliënttevredenheidsscore o Voor een goede evaluatie van de beleving van de zorg is inzicht (huidige score en trends) in de cliënttevredenheidsscore vereist als geheel of op verschillende onderdelen. Desgewenst kunnen doelstellingen omtrent cliënttevredenheid met specifieke acties in de zorgplannen worden opgenomen. Reden voor de opname van cliënttevredenheidsscores in het ECD is de mogelijkheid voor instellingen om kort-cyclisch te sturen op relevante tevredenheidsscores van cliënten. 6.5.3. Evaluatie van de acties versus doelen in het zorgplan o Op basis van de registratie van de geleverde zorg kan inzicht gegeven worden in de mate waarin de acties zoals overeengekomen op basis van het zorgplan daadwerkelijk zijn uitgevoerd. Eventuele afwijkingen kunnen nader beschouwd worden. 6.5.4. Trend/ontwikkeling op meetschalen o Om het effect van de uitgevoerde acties op de geestelijke en fysieke toestand van de cliënt te meten worden meetschalen toegepast. Door mede de trend/ontwikkeling op meetschalen te volgen van cliënten/groepen/afdelingen kan een beeld gevormd worden van de effectiviteit van de zorg. Is de gewenste ontwikkeling of stabilisatie op een bepaald inhoudelijk gebied terug te vinden in de metingen? Is er aanleiding om andere (typen) acties op te nemen in het zorgplan? o Er is een bijzonder breed scala aan gehanteerde meetschalen in de zorg. Wel is er een doorsnede te maken van de dataset die voor deze meetschalen gebruikt wordt. Het systeem zal ofwel zelf de mogelijkheid bieden om metingen vast te leggen, ofwel de mogelijkheid bieden om een koppeling te leggen naar resultaten van metingen buiten het systeem. Meetschalen die heden ten dage bijzondere aandacht behoeven zijn de ZOZ zorgzwaarte meting Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 27 en de schalen zoals opgenomen in RAI (Resident Assessment Instrument) 6.5.5. Vastleggen verbeteracties of veranderingen in zorgplan o Op basis van de evaluatie kunnen verbeteracties overeengekomen worden. Deze worden in het zorgplan doorgevoerd met wederom een time-stamp zodat inzichtelijk is welke wijzigingen per wanneer zijn doorgevoerd. Te allen tijde dient de historie van het zorgplan inzichtelijk te blijven. 6.5.6. Interpreteren van en acteren op de vergaarde management informatie o Evaluatie van de zorg vindt vooral plaats op basis van gegenereerde management informatie. Gezien het belang van management informatie is hieraan een apart hoofdstuk gewijd. 6.5.7. Evaluatie maatregelen incidenten o Evaluatie proces op basis van gegenereerde rapportages 6.5.8. Vastleggen resultaat van het MDO o MDO rapportages zijn over het algemeen instellingsspecifiek. Eis voor het ECD is een flexibele vorm om MDO rapportages te kunnen maken vanuit verschillende doelgroepen/gebruikers en datavelden van het ECD. o We verwijzen naar het procesmodel v2.2 voor een nadere beschrijving van de te ondersteunen procesgang omtrent het MDO. 6.5.9. Trigger ‘Laatste Mutatiedatum’ o Voor relevante contracten en afspraken in het zorgdossier (in ieder geval de zorgverleningsovereenkomst en het zorgleefplan) is een indicatieveld ‘laatste mutatiedatum’ noodzakelijk voor verantwoording en actualiteitsbewaking 6.5.10. Mutatieberichte AZR o Genereren en versturen van mutatieberichten t.b.v. de AZR. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 28 7. Afmeldingsfase In de afmeldingsfase betreft de basis functionaliteit van het ECD het registreren van het beëindigen van de zorg en het afsluiten en waar nodig archiveren van het zorgdossier en de opgeslagen gegevens 7.1.1. Afmeldingsbericht AZR o Genereren en versturen afmeldingsbericht 7.1.2. Ondersteuning overdracht binnen de keten o Een export bericht met cliëntdata kan worden verzonden op het moment van overdracht van de cliënt binnen de keten (met name bij opnames en ontslag ziekenhuis en overdracht van thuiszorg naar verzorgingshuis en verpleeghuiszorg). o Van de transmurale berichten zal een nadere uitwerking worden gedaan van de meest gebruikte dataobjecten middels het project ‘eenheid van taal’. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 29 8. Externe Rapportage Op het gebied van rapportages wordt veel flexibiliteit gewenst. Voor wat betreft de externe rapportages zal het systeem in ieder geval de volgende rapportages moeten kunnen opleveren. 8.1. IGZ rapportage 8.1.1. MIC (inclusief valpartijen) 8.1.2. Middelen en Maatregelen 8.1.3. Vrijheidsbeperkende maatregelen 8.1.4. Vocht en Voeding 8.1.5. Decubitus 8.2. Kwaliteitskaart 8.2.1. Het betreft hier input voor de site: www.kiesbeter.nl Op deze site wordt een overzicht gegeven van kwalitatieve en kwantitatieve aspecten van een zorginstelling. 8.3. Input voor jaardocument maatschappelijke verantwoording Voor een uitgebreidere beschrijving van de gebruikte data-elementen en data-groepen wordt verwezen naar het procesmodel. In een volgend concept zullen ook wat modellen en voorbeelden worden toegevoegd. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 30 9. Management Informatie (interne rapportages) Een van belangrijkste functionaliteiten van een ECD zal de mogelijkheid zijn om management informatie te genereren. We willen immers het primaire proces van de zorg besturen en daar is informatie voor nodig. Welke management informatie te genereren is, zal grotendeels afhangen van het gehanteerde datamodel binnen het ECD. Door verschillende data elementen met elkaar te verbinden zijn doorsnedes te maken op verschillende niveaus. Er is een grote flexibiliteitwens binnen de branche ten aanzien van management informatie, mede doordat nieuwe wet en regelgeving kan leiden tot nieuwe kwalitatieve en kwantitatieve sturingskaders en derhalve behoefte aan nieuwe sturingsinformatie. Op het gebied van management informatie kan onderscheid gemaakt worden tussen standaard rapportages, zelfbouw rapportages en maatwerk rapportages. Standaard rapportages zijn als functionaliteit binnen het ECD opgenomen en zijn ‘met een druk op de knop’ te genereren. Zelfbouw rapportages zijn rapportages die niet standaard ingebouwd zijn, maar die zonder tussenkomst van programmeurs in te richten zijn in het systeem danwel via een export naar een rapportagegenerator. Hiervoor moet de mogelijkheid bestaan om bepaalde data elementen binnen een rapportage op te nemen. Maatwerkrapportages zijn ten slotte rapportages waarvoor een software inhoudelijke aanpassing nodig is (programmatuur en/of datamodel). Hieronder is een aantal rapportages opgenomen dat we onder de categorie standaard rapportages zouden willen scharen. 9.1. Bedrijfsvoering 9.1.1. Zorgbehoefte en zorgtrend o Inzicht in de zorgbehoefte per cliënt/groep/afdeling/cluster/instelling en de trend ten aanzien van deze zorgbehoefte 9.1.2. Capaciteits behoefte per periode (dagdeel/dag/week/maand) per functie per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling o Op basis van de opgestelde daginvullingen van de cliënten waarin handelingen met bijbehorende tijden en functie staat aangegeven kan een overzicht gemaakt worden van de capaciteitsbehoefte per periode per functie. Om een overzicht op verschillende niveaus te kunnen maken zal een cliënt een relatie moeten hebben met een groep, een afdeling, een cluster, een locatie en een instelling. 9.1.3. Geplande zorg per periode (dagdeel/dag/week/maand) per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling 9.1.4. Gerealiseerde zorg per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling o Op basis van de registratie van de gerealiseerde zorg op het niveau van de cliënt kan een overzicht gemaakt worden van de Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 31 gerealiseerde zorg per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/ instelling, waarbij tevens inzicht gegeven wordt in de gerealiseerde zorg per financieringsbron (AWBZ, WMO, Privaat). 9.1.5. Leverbetrouwbaarheid totaal en per cliënt per periode (=geplande zorg vs gerealiseerde zorg) o Een wezenlijk sturingskengetal wordt de leverbetrouwbaarheidsindex. Deze index wordt bepaald door de gerealiseerde zorg (desgewenst per AWBZ functie) te delen op de overeengekomen zorg. Een index van 1 of meer wil dus zeggen dat minimaal de overeengekomen zorg geleverd is. Een score van minder dan 1 wil zeggen dat in de betreffende periode minder dan de overeengekomen zorg is geleverd. Zowel uitschieters naar boven als naar onderen zullen voor de instellingen aanleiding zijn tot aanvullende acties. 9.1.6. Overzicht observaties per cliënt/groep per periode o Medewerkers kunnen observaties bij een cliënt of groep invoeren. Dit kan zowel direct plaatsvinden als hiertoe de mogelijkheid bestaat op locatie of anders op een later moment. Een medewerker of manager moet eenvoudig de observaties voor de voor hem of haar relevante cliënten of groepen kunnen inzien over een gegeven periode. 9.1.7. Kosten per periode gebaseerd op gerealiseerde zorg en voorcalculatorische kostprijzen o Op basis van de gerealiseerde zorg en de bijbehorende handelingsgroep, functionaris, duur en (voorcalculatorische) kostprijs kan inzicht gekregen worden in de kosten van de zorglevering over een gegeven periode voor een cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling 9.1.8. Inkomsten per periode op basis van gerealiseerde zorg o Op basis van de gerealiseerde zorg in (zorgzwaarte)pakketten en de bijbehorende tarieven kan inzicht gekregen worden in de opbrengsten van de zorglevering over een gegeven periode voor een cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling 9.1.9. Resultaat per periode op basis van gerealiseerde zorg o Inkomsten van de gerealiseerde zorg minus de kosten van de gerealiseerde zorg geven het resultaat. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 32 9.2. Zorg Hieronder wordt een aantal voorbeeld indicatoren gegeven om het primaire proces te besturen. Veelal betreft het deelrapporten die al op een hoger niveau extern verplicht zijn. 9.2.1. Incidenten totaal en per groep/afdeling per periode 9.2.2. Medicijngebruik per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling 9.2.3. Incidenten medicatiebewaking 9.2.4. BOPZ maatregelen totaal en per groep/afdeling per periode 9.2.5. Uitkomsten decubitus meting totaal en per periode per groep/afdeling 9.2.6. Inzet en percentage ongeplande zorg per periode per cliënt/groep/afdeling/cluster/locatie/instelling 9.2.7. Historie en trends vanuit meetschalen (met link naar benodigde acties/bijstellingen) 9.2.8. Gemiddelde leeftijd Cliënten 9.2.9. Gemiddelde verblijfsduur Cliënten 9.2.10. Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 Scores cliënttevredenheidsonderzoek 33 10. 10.1. Verantwoording Gerealiseerde zorg per groep/periode/cliënt o Uitgangspunt bij de overgang naar zorgzwaartebekostiging is dat er geen urenverantwoording per cliënt benodigd is in het kader van verantwoording. Er zijn echter andere kaders zoals de kaderwet AO/IC die wel eisen stellen aan het bijhouden en inzicht kunnen geven aan de gerealiseerde zorg per cliënt. Voor de eigen bedrijfsvoering is het wenselijk een dergelijk inzicht te hebben. Dit staat los van het vraagstuk op welke wijze en met welke hulpmiddelen dit inzicht wordt verkregen. o Het is mogelijk voor een cliënt een overzicht uit te draaien van de gerealiseerde zorg o Uitdraai van gerealiseerde zorg naar financieringsbron (AWBZ, WMO, Privaat) 10.2. Gerealiseerde zorg op instellingsniveau (productie staat) o Uitdraai voor het zorgkantoor met productie in (zorgzwaarte)pakketten per periode o Uitdraai van gerealiseerde zorg naar financieringsbron (AWBZ, WMO, Privaat) Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 34 11. Systeem signalering (triggers) Het systeem kan de dagelijkse uitvoering van de zorg ondersteunen door bepaalde signaleringen. Een signalering betreft een signaal dat actie moet worden ondernomen. In het systeem kan voor de verschillende situaties worden ingesteld naar wie de betreffende signalering wordt gestuurd. 11.1. Totale zorgvraag overschrijdt de raamafspraken met zorgkantoor (productieplafond) o Het systeem signaleert dat de cumulatieve zorgvraag die is opgenomen de gemaakte raamafspraken met het zorgkantoor of interne begroting overschrijdt. Zo ook bij onderschrijding. 11.2. Verlopen indicatie in tijd o Het systeem signaleert dat een indicatie bijna verlopen is 11.3. Overschrijding / onderschrijding indicatie in tijd o Tijdens het opstellen van de agenda van de cliënt of na verwerking van gerealiseerde zorg signaleert het systeem dat een overschrijding of onderschrijding plaats heeft gevonden ten opzichte van de tijd conform de indicatie/toewijzing/afspraak 11.4. Overschrijding indicatie in kosten o Tijdens het opstellen van de agenda van de cliënt of na verwerking van gerealiseerde zorg signaleert het systeem dat een overschrijding plaats heeft gevonden ten opzichte van de verkregen vergoeding conform de indicatie 11.5. Opvolgen signalering obv relevante velden uit verantwoorde zorg o Signalering op cliënten zonder getekende Zorgovereenkomst o Signalering op cliënten zonder geaccordeerd Zorgleefplan o Signalering op cliënten zonder geaccordeerde agenda van de cliënt o % cliënten bij wie zorg niet conform zorgplan wordt geboden o De mate waarin organisatorische eenheid adequaat met cliënten en familie communiceert (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate waarin de organisatorische eenheid adequaat cliënten en familie informeert (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate waarin cliënten een adequate bejegening daar personeel ervaren (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate waarin cliënten zich als schoon en verzorgd ervaren (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 35 o De mate waarin de organisatorische eenheid zorgt voor smakelijke maaltijden, hapjes en drankjes (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o Signalering prevalentie decubitusgraad (opvolging graad 2-4) o % cliënten in de intramurale zorg waarbij sprake is van gewichtsafname van meer dan 3 kilo in de laatste maand of gewichtsafname van meer dan 6 kilo in de laatste 6 maanden o % intramuraal verblijvende cliënt dat in een bepaalde periode te maken had met valincident o % intramuraal verblijvende cliënten dat meer dan 9 verschillende medicijnen per dag gebruikt o Signalering bij < 90% Vaccinatiegraad tegen influenza bij bewoners o Signalering bij < 50% Vaccinatiegraad tegen influenza bij medewerkers o % Incontinentiegevallen waarbij bij de diagnose incontinentie een arts of incontinentie verpleegkundige betrokken is o Prevalentie urine-incontinentie o % cliënten met een verblijfskatheter o Mate waarin organisatorische eenheid werkt met ‘zachte domotica’ zoals een belmat, een lus met chips. Etc o De mate waarin de rechten van cliënten m.b.t. vrijheidsbeperking worden gerespecteerd (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o % cliënten dat in jaar x verbaal of fysiek agressief of gewelddadig gedrag vertoonde o % intramuraal verblijvende psychogeriatrische cliënten waarbij in jaar x met instemming (van cliënt of vertegenwoordiger) fixatie is toegepast is met onrustband, tafelblad en/of diepe stoel o % fixaties waarbij intramuraal verblijvende psychogeriatrische patiënten lichamelijk letsel hebben opgelopen o % cliënten dat aangeeft dat bij pijn en/of ziekte adequate maatregelen worden genomen o % cliënten dat aangeeft dat organisatorische eenheid goed inspeelt op zijn/haar beperking of mogelijkheden o De mate waarin een organisatorische eenheid comfortabele woonruimte biedt (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate waarin cliënten zich thuis voelen (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate van privacy in de (woon)ruimten (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate van bewegingsvrijheid en –mogelijkheden in de (woon) ruimten (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) o De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten in staat stelt te participeren in de samenleving (signalering wanneer Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 36 o o o o o hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten mogelijkheden biedt voor dagbesteding en – structurering (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) De mate waarin de organisatorische eenheid cliënten aandacht en ondersteuning geeft voor de eigen identiteit en levensinvulling (signalering wanneer hieromtrent x maal binnen bepaalde periode opmerkingen zijn geplaatst door cliënten) % cliënten met minstens 2 gediagnosticeerde symptomen van depressie Er is in de organisatorische eenheid voor cliënten met een indicatie verblijf en verpleging of behandeling wel / niet 7x24 uur een verpleegkundige binnen 10 minuten ter plaatse Er is in de organisatorische eenheid voor cliënten met een indicatie verblijf en verpleging of behandeling wel / niet 7x24 uur een arts bereikbaar en oproepbaar. Deze arts reageert binnen 10 minuten en is binnen 30 minuten ter plaatse Programma van Eisen v2.2 Definitief 11 april 2007 37