Integrale Haagse protocollen Verloskunde VSV MCH VSV Bronovo VSV Haga Waarom? • Duidelijk en eenduidig beleid daar waar 1e en 2e lijn samen komen • Zorgverleners • Patiënten 4 Protocollen • Dreigende serotiniteit • Obesitas • Sectio Caesarea in anamnese • Schildklier Dreigende serotiniteit • Definitie serotiniteit: Serotiniteit of postterme zwangerschap is gedefinieerd door WHO en FIGO als een zwangerschapsduur ≥ 42 0/7 week ( ≥ 294 dagen) obv de echoscopisch vastgestelde à terme datum (conform laatste richtlijn “datering van de zwangerschap” NVOG). De verloskundige counselt actief tussen 40-41 weken over de mogelijkheid tot electief inleiden bij 41+ weken m.b.v. de volgende topic lijst : • Voordelen: • Minder kans op placentainsufficiëntie • Planbaar • Nadelen: Geen 1e lijns begeleiding voor de barende • Meer kans op langdurige partus • Meer aan bed gebonden i.v.m. foetale bewaking • Meer medische interventies Bij afwachtend beleid na counseling Bij AD 41+3 weken 1e consult in de 2e lijn voor CTG en echo (bij voorkeur niet in het weekend). Bij 41+5 weken 2e consult voor uitsluitend CTG. Strippen vindt in principe plaats in de 1e lijn • De 2e lijn counselt tijdens de serotiniteitscontrole niet voor actief inleiden vóór 42 weken (heeft al plaats gevonden in de 1e lijn) Let op: • Bij een gunstig VT bestaat de mogelijkheid om de dag vóór de ingeplande inleiding kunstmatig de vliezen te breken tussen 12:00-15:00uur Indien er de volgende morgen onvoldoende weeënactiviteit is, vindt er alsnog een overdracht plaats naar de 2e lijn voor doorleiden van de baring Vragen? Obesitas • Definitie obesitas: Obesitas is een abnormale gezondheidstoestand waarbij er een overschot aan vetweefsel is. De definitie is gebaseerd op de Quetelet-index of Body Mass Index (BMI). De gewichtsclassificatie volgens de Wereld Gezondheids Organisatie (WHO) definieert een BMI ≥ 30 -39 kg/m2 als obesitas; een BMI van ≥39/m2 als morbide obesitas. Topiclijst te bespreken met de zwangere: Meer kans in de zwangerschap op: • Miskraam, risico neemt toe naarmate de BMI stijgt • Serotiniteit • Zwangerschapsdiabetes • PE, risico neemt toe naarmate de BMI stijgt • Macrosomie • IUVD • Aangeboren afwijkingen (kwalitatief echoscopisch onderzoek is vaak suboptimaal) Meer kans tijdens partus op: • trager verloop baring • vaker tekenen van foetale nood, navelstrengcompressie en meconium houdend vruchtwater Streven naar maximale gewichtstoename van 5 – 9 kg BMI ≥ 30-35 preconceptioneel / 1e trimester Zwangerschap: • Controles in 1e lijn • RR meten met brede manchet conform voorschrift • OGTT bij 24 wk • Dieet- en leefstijl adviezen, advies aan zwangeren toegevoegde waarde begeleiding door diëtiste • Bij 30 en 34 weken groei-echo in 1e lijn Partus: • 1e lijn BMI ≥ 35-40 preconceptioneel / 1e trimester Zwangerschap: • Controles in 1e lijn • RR meten met brede manchet conform voorschrift • OGTT bij 24 wk • Dieet- en leefstijl adviezen, advies aan zwangeren toegevoegde waarde begeleiding door diëtiste • GUO bij 20 weken (niet vroeger!) • Bij 30 en 34 weken groei-echo in 1e lijn Partus: • Voor de partus een plaats-indicatie (zonder vooraf consult). • Waaknaald en kruis/stolbloed afnemen BMI ≥ 40 preconceptioneel / 1e trimester • 2e lijns indicatie voor zwangerschap én partus Vragen? Sectio in anamnese • Begeleiding van de zwangerschap vindt plaats in de 1e lijn tot 36 weken met inachtneming van de gemaakte afspraken in dit protocol: Zwangeren met een sectio in anamnese komen tussen 22-29 weken voor een intake in de 2e lijn. Het 2e consult/overname is bij 36 weken. De 2e lijn doet de counseling voor de partusmodus en maakt de vervolgafspraak voor 36 weken. Er volgt z.s.m. een schriftelijke verslaglegging naar de 1e lijn Let op: • Wanneer er geen gegevens bekend zijn van de voorgaande sectio in het ziekenhuis waar de komende partus zal plaatsvinden of wanneer er sprake is van een gecompliceerde en/of traumatische partus i.a. dan intake 2e lijn tussen 14 - 20 weken Let op: • Bij het maken van de intake-afspraak houdt de 1e lijn rekening met de wachttijd in de 2e lijn • De intake wordt ingepland bij een gynaecoloog (obstetricus) of ervaren assistent gynaecologie in opleiding • Bloedgroepbepaling etc. in ziekenhuis waar de partus zal plaatsvinden Vragen? Schildklierproblematiek Hypothyreoïdie en hyperthyreoïdie: Kan leiden tot verhoogde maternale en perinatale morbiditeit Foetale hypofyse-schildlieras va 12 weken op gang Schildklierhormoon nodig voor foetale hersenontwikkeling NVOGrichtlijn: Perinatologie: schildklier en zwangerschap: http://nvogdocumenten.nl/index.php?pagina=/richtlijn/pagina.php&fSelectTG_62=7 5&fSelectedSub=62&fSelectedParent=75 Hyperthyreoïdie Meestal op basis van M Graves (auto-immuun) Liefst behandelen voor zwangerschapswens TSH- receptor antistoffen kunnen ook na behandeling blijven circuleren: passeren placenta en kunnen foetale hyperthyreoidie en IUVD geven Hypothyreoïdie Prevalentie: 0,3-0,4%. Etiologie: Schildklierweefsel wordt aangetast of de productie van schildklierhormoon is verstoord: -auto-immuun thyreoïditis -iatrogeen (na thyreoïdectomie of radioactief jodium) -congenitale hypothyreoïdie -medicatie (amiodarone, lithium). -wereldwijd is jodiumdeficiëntie de meest voorkomende oorzaak Laboratorium onderzoek • TSI-bepaling alleen nodig bij iatrogene hypothyreoidie na behandelde M Graves • Behandelen op geleide TSH en FT4 Afspraken 1. Hyperthyreoidie: 2e lijn 2. Hypothyreoidie: • Zo snel mogelijk in het 1e trimester moet Levothyroxine opgehoogd worden met 30 % • Controles 1e lijn zonder consult 2e lijn: Als onder frequente controle internist en TSI negatief • Bij alle andere patiënten: Consult 2e lijn in 1e trimester: ophogen en instellen schildkliermedicatie op geleide van TSH en FT4, zn TSI. Als goed ingesteld en TSI negatief: retour 1e lijn. Vragen? Waar terug te vinden? • MCH: www.vsvhaaglanden.nl • HAGA: www.gyn-care.nl • Bronovo: protocollen-map te verloskamers