COÖRDINATOR MANAGEMENTINFORMATIE (m/v)

VACATURE HALFTIME MEDEWERKER ECD (m/v)
VOOR HET EXPERTISECENTRUM DEMENTIE CONTACT
OCMW HASSELT
Niveau B1/2/3-BV1/2/3 in contractueel dienstverband voor onbepaalde duur
Het Limburgs Expertisecentrum dementie Contact zoekt een halftime medewerker ECD.
Dit is een vacature, er wordt geen wervingsreserve aangelegd.
TOELATINGSVOORWAARDEN
1. Je bent houder van een bachelor diploma menswetenschappen of zorg, met een
bijzondere affiniteit met het thema dementie. Je beschikt over een getuigschrift
referentiepersoon dementie of gelijkwaardig door relevante ervaring. Je hebt minstens
enkele jaren professionele ervaring met mensen met dementie. Onze voorkeur gaat uit
naar iemand met ervaring in vormingswerk en die graag voor een groep spreekt.
Dit diploma dien je te behalen in het Nederlands of is het vereist dat je in het bezit bent
van een bekwaamheidsgetuigschrift van de Nederlandse taalkennis afgeleverd door het
Selectiebureau van de Federale Overheid.
Van de kandidaten die in het bezit zijn van een buitenlands diploma verwachten we een
gelijkstellingsbewijs, waaruit blijkt dat het buitenlands diploma dezelfde waarde heeft als
het vereiste Belgische diploma. (meer informatie: www.ond.vlaanderen.be/naric/nl/)
2. Tevens dien je te voldoen aan volgende voorwaarden
 voor een statutaire functie: Belg zijn als de uit te oefenen functie een rechtstreekse of
onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhoudt of
werkzaamheden omvat die strekken tot de bescherming van de belangen van het
bestuur, of, in de andere gevallen, Belg zijn of burger van een lidstaat van de Europese
Economische Ruimte of van de Zwitserse Bondsstaat;
 voor een contractuele functie: Belg zijn als de uit te oefenen functie een rechtstreekse of
onrechtstreekse deelname aan de uitoefening van het openbaar gezag inhoudt of
werkzaamheden omvat die strekken tot de bescherming van de belangen van het
bestuur;
 Vóór de aanstelling lichamelijk geschikt bevonden worden door een geneesheer, aan te
duiden door de raad.
 Met de hoedanigheid van personeelslid is onverenigbaar, elke activiteit die, hetzij door
het personeelslid zelf, hetzij door een tussenpersoon verricht wordt en die het vervullen
van de ambtsplichten in de weg kan staan of met de waardigheid van het ambt in strijd
is. Onverenigbaar met de hoedanigheid van personeelslid zijn bovendien alle, zelfs
onbezoldigde, niet toevallige opdrachten of diensten in privé-zaken met
winstoogmerken.
SALARIS
salarisschaal B1/2/3 – BV1/2/3
Je ontvangt een minimum aanvangssalaris van 28.382,38 B1/2/3 EUR of van 28.628,47
BV1/BV2/BV3 (geïndexeerd fulltime brutojaarsalaris). Je relevante ervaring zal een rol
spelen in het bepalen van je salaris.
Je kan gratis aansluiten bij onze collectieve hospitalisatieverzekering en hebt recht op
maaltijdcheques.
SELECTIE
De selectieproeven zullen vlak na de paasvakantie plaats vinden.
De geselecteerde kandidaten dienen te slagen in volgende proeven:
- proef gericht op de functie : 100 punten
- mondelinge proef : 100 punten
- psychologische test: 100 punten
Om geslaagd te zijn moet je minstens 50 % op elke proef behalen en minimum 60 % voor
het totaal van de punten behalen.
HOE INSCHRIJVEN ?
per post OF per e-mail
Per post: Stuur
- het inschrijvingsformulier (zie website: www.hasselt.be/vacatures)
- een uitgebreid CV
- een kopie van de vereiste diploma’s
- en je motivatiebrief
naar OCMW Hasselt, dienst personeel en organisatie, A. Rodenbachstraat 20, 3500 Hasselt.
Per e-mail: Mail bovenstaande documenten (bij voorkeur in 1 ingescand document)
naar [email protected].
De uiterste inschrijvingsdatum is bepaald op 28/03/2017. (datum poststempel telt)
BELANGRIJK : Indien je kandidatuur niet tijdig wordt verstuurd of onvolledig is ( ontbreken
van de gevraagde documenten) komt deze NIET in aanmerking.
Indien je slaagt voor de selectieproeven en wordt aangesteld in onze instelling verwachten
we volgende documenten :
* uittreksel van de geboorteakte en uittreksel uit het strafregister – model 1
* tewerkstellingsattesten en vakantieattesten van je vorige werkgevers (je relevante ervaring
speelt een rol in het bepalen van je salaris).
MEER INLICHTINGEN?
De dienst personeel en organisatie is steeds bereid om bijkomende administratieve
inlichtingen te verstrekken. Je kan ons telefonisch bereiken op het nummer 011 30 80 91.
Voor meer informatie i.v.m. de functie kan je terecht bij dhr. Julien Mertens, directeur ECD,
tel. 011 30 88 57.
OPMERKINGEN
* Het OCMW wenst de tewerkstelling van personen met een handicap in zijn instellingen te
bevorderen. Gelieve daarom te vermelden indien je ingeschreven bent bij het Vlaams
Agentschap voor personen met een handicap. Indien je een Vlaams Agentschapsnummer
hebt, gelieve dit te noteren op het inschrijvingsformulier.
* Laatstejaarsstudenten kunnen eveneens deelnemen aan de selectieproeven.
OCMW Hasselt is geïnteresseerd in je capaciteiten, ongeacht je leeftijd, afkomst, religie of
geaardheid.
Namens het OCMW:
Peter Vanaken
Brigitte Smets
secretaris
voorzitter
Functiekaart Medewerker ECD
1. Functiekenmerken
Salarisschaal: B1/2/3 - BV1/BV2/BV3 (bachelor)
Te begeven via aanwerving
2. Plaats in het organigram
Werkt onder leiding van de directeur van het expertisecentrum dementie Contact
3. Hoofddoel van de functie
 Optimale ondersteuning aan personen met dementie, familieleden, vrienden,
professionelen, vrijwilligers en studenten.
 Invulling van de resultaatsgebieden van een regionaal expertisecentrum dementie.
4. Functie-inhoud

T.a.v. personen met dementie en relevante personen uit de omgeving:
- inzicht krijgen in de psychosociale leefwereld van de persoon met dementie en
diens familie
- analyse en evaluatie van probleemsituaties via heteroanamnese en observatie
- de persoon met dementie/familie helpen bij het duiden van zijn problemen
- stimuleren van zelfredzaamheid
- formuleren van adviezen
- begeleiden van de persoon met dementie en familieleden via gespreksvoering
- telefonische begeleiding
- opvolgen van probleemsituaties
- opstellen van verslag en registratie na begeleiding

T.a.v. andere instanties en organisaties:
- opbouwen en onderhouden van leernetwerken en professionele
samenwerkingsrelaties met hulpverleners en instanties en organisaties die
ondersteuning van de persoon met dementie/familie kunnen bevorderen
- opzetten van, begeleiden en samenwerken in projecten met betrekking tot het
thema dementie
- contacten onderhouden met instanties die onderzoek verrichten naar bepaalde
aspecten van
de zorg voor personen met dementie
- informatie inwinnen over de behandelingsmogelijkheden die aangeboden worden
in de
verschillende instellingen of diensten
- vorming voorbereiden, organiseren en verzorgen
- tijdig en correct indienen van registratiegegevens ten behoeve van de
subsidiërende instanties
- constructief beïnvloeden van beleidsinstanties ten behoeve van personen met
dementie/familie

T.a.v. ECD-Vlaanderen:
- actief participeren aan intervisies georganiseerd door ECD-Vlaanderen
- volgen van vorming georganiseerd door ECD-Vlaanderen

T.a.v. collega’s binnen het lokaal expertisecentrum dementie:
- doorgeven van nuttige kennis en informatie
- tijdig signaleren van structurele problemen en tekorten in de dienstverlening
- actief deelnemen aan overleg

T.a.v. de leidinggevende personen:
- doorgeven van informatie en overleg in verband met organisatorische aspecten
5. Competenties
Organisatiespecifieke competenties
1. Klantgerichtheid
Onderzoeken van wensen en behoeften van de klant en daarnaar handelen.
 Toont begrip voor de wensen van de cliënt
 Biedt hulp op maat van de cliënt
 Vraagt of aan verwachtingen, wensen of behoeften is voldaan, opent
mogelijkheid tot correctie of bijstelling
 Geeft een helder beeld van wederzijdse verwachtingen en beschikbare
mogelijkheden
 Maakt duidelijke afspraken en zorgt voor opvolging
 Aanvaardt verantwoordelijkheid voor geleverde diensten en gemaakte
fouten
2. Integriteit
Handhaven van algemeen aanvaarde sociale en ethische normen in
activiteiten die met
de functie te maken hebben.
 Neemt verantwoordelijkheid voor het eigen handelen
 Oefent de functie zorgvuldig en op de juiste manier uit met inachtneming
van de verantwoordelijkheden en geldende regels
 Is zich bewust van eigen normen en waarden
 Handelt consequent volgens de beroepscode (beroepsgeheim,
deontologische code).
 Gaat zorgvuldig om met het vertrouwen dat door cliënt en hulpvragers in
de hulpverlening wordt gesteld
 Houdt zich aan de organisatiewaarden en normen, ook als dit voor
zichzelf spanningen of conflicten veroorzaakt
 Probeert bij conflicten het geheel te overzien en ernaar te handelen.
 Gaat discreet om met vertrouwelijke/persoonlijke informatie .
 Bespreekt gedrag van anderen wanneer dit gedrag buiten de eigen
normen of de beroeps- of organisatienormen valt
3. Samenwerken
Bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, ook wanneer de samenwerking
een onderwerp betreft dat niet direct van persoonlijk belang is.
 Luistert naar vragen/ideeën/problemen
 Steunt collega’s in alle werkgerelateerde omstandigheden
 Leeft zich in in de situatie van de andere en houdt er rekening mee
 Helpt collega’s hun doel te bereiken
 Uit zich positief over prestaties van anderen
 Vormt overwogen een mening over anderen
 Gaat in onderling overleg om tot een gemeenschappelijk plan te komen
 Bespreekt meningsverschillen met de collega’s
 Biedt hulp aan bij conflicten
 Vraagt hulp aan collega’s
 Geeft spontaan informatie door aan collega’s (kennisdeling)
 Zorgt er mee voor dat collega’s zich thuis voelen in het team
 Behoudt een positieve ingesteldheid, zelfs in moeilijke omstandigheden
en werkt actief mee aan een goede sfeer en verstandhouding
 Bouwt professionele relaties uit met anderen (externe hulpverleners en
diensten) en onderhoudt die
 Denkt mee, draagt bij tot visieontwikkeling en participeert constructief in
werkoverleg
 Stelt het belang van de groep boven het eigen belang
Functiespecifieke competenties
4. Initiatief
Kansen signaleren en er naar handelen. Liever uit zichzelf beginnen dan
passief
Afwachten.
 Is actief in woord en gedrag
 Onderneemt actie wanneer een relevant probleem zich voordoet
 Reageert zowel proactief als reactief
 Grijpt een kans
 Onderneemt iets om de voortgang te versnellen
 Komt uit eigen beweging met een idee of oplossing
5. Empathie
Leeft zich in de situatie van de cliënt in, zonder afstand te verliezen.
 Toont interesse
 Hanteert een open houding
 Erkent emoties
 Werkt aan wederzijds vertrouwen
 Luistert actief en herkent verbale en non-verbale achterliggende
boodschappen
 Toont begrip en respect
 Is zich bewust van de eigen denk- en referentiekaders en kan hiervan
afstand nemen
 Kan zich inleven in de leefwereld van gevoelens en behoeften van de
andere
6. Probleemanalyse
Signaleren van problemen, herkennen van belangrijke informatie,
verbanden leggen
tussen gegevens. Opsporen van mogelijke oorzaken van problemen,
zoeken van ter
zake doende gegevens.
 Observeert en analyseert de cliëntsituatie
 Beschikt over verschillende methoden om complexe problemen aan te
pakken en relevante informatie te verkrijgen
 Zoekt verbanden tussen verschillende situaties en problemen
 Benut actief de voor het functioneren noodzakelijke informatiebronnen
 Benoemt problemen en bespreekt eventueel de oorzaken
 Maakt gepast onderscheid tussen hoofdzaken en bijzaken
7. Plannen en organiseren
Op effectieve wijze doelen en prioriteiten bepalen en benodigde acties, tijd
en middelen aangeven om de bepaalde doelen te kunnen bereiken.
 Treft in een verwarde situatie maatregelen om orde op zaken te stellen
 Stelt een realistisch plan op
 Reageert adequaat op een onverwachte complicatie
 Handelt afgestemd op urgentie en beleid
 Stelt prioriteiten voor zichzelf en voor de anderen en handelt ernaar
 Ontleedt en faseert het werk
 Schakelt anderen in op basis van bekwaamheid, kennis of betrokkenheid
 Denkt vooruit
 Schept de randvoorwaarden om efficiënt te kunnen functioneren
 Kan inschatten hoeveel tijd een actie in beslag zal nemen en plant dit
realistisch in
 Gaat systematisch logisch en methodisch tewerk
8. Mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden
Ideeën en meningen in begrijpelijke taal aan anderen duidelijk maken.
 Formuleert helder en duidelijk
 Hanteert afhankelijk van de gesprekspartner gepast taalgebruik
 Is zich bewust van de eigen non-verbale communicatie en stemt die af op
(die van) de gesprekspartner
 Tracht voortdurend tot een dialoog te komen en laat in de communicatie
ruimte voor de gesprekspartner
 Toetst af of de boodschap goed begrepen werd/juist overgekomen is
 Brengt de bedoeling van de boodschap goed over
 Verheldert een probleem met pakkende voorbeelden
 Schrijft een beknopt, helder en relevant gespreksverslag
9. Aanpassingsvermogen
Doelmatig blijven handelen door zich aan te passen aan veranderende
omgeving, taken, verantwoordelijkheden, en/of mensen.
 Kan werkwijze en houding aanpassen ifv de persoon, de situatie, de tijd en
de weerstand
 Blijft goed functioneren onder snel veranderende of belastende
omstandigheden
 Reageert gepast op een onverwachte wending
 Werkt mee aan veranderingen
 Heeft bij verandering oog voor prioriteiten
10. Flexibel gedrag
Indien zich problemen of kansen voordoen de eigen gedragsstijl veranderen
ten einde een gesteld doel te bereiken.
 Objectiveert, toont afstand te kunnen nemen van een emotionele situatie
 Brengt waardering op voor een ander standpunt
 Stapt af van een vooraf gemaakt plan, als het beoogde effect niet bereikt
wordt
 Kiest gemakkelijk verschillende werkwijzen om eenzelfde doel te bereiken
 Verandert zijn/haar aanpak bij weerstand of onder tijdsdruk
 Past stijl van coördineren, begeleiden en informeren aan, afhankelijk van
situatie en
persoon
 Houdt duidelijk rekening met positie en karakter van gesprekspartners
 Kijkt over de grenzen van eigen vak of afdeling
6. Kennis
1. Basiskennis
Algemene kennis



Basiskennis relevante regelgevingen
Heersende beeldvorming en de dynamieken die hieruit voortvloeien
Basiskennis literatuur voor mantelzorgers/hulpverleners
Geheugen en dementie




Basiskennis hersenen en zenuwstelsel, werking van het geheugen
Kennis en inzicht in het ziektebeeld van de verschillende vormen van dementie
Kennis en inzicht in verwante aandoeningen (delier, depressie, Korsakov,..)
Kennis en inzicht omtrent bijzonderheden en specifieke problemen bij jongdementie en
mensen met mentale beperking en dementie
Omgang met mensen met dementie






Verschillende benaderingsvormen en methodieken
Kennis en inzicht omtrent de beleving van dementie, gepaste omgang en communicatie
Praktische, geïntegreerde kennis omtrent de principes van belevingsgerichte zorg
Kennis en inzicht omtrent oorzaken, aandachtspunten en omgangsvormen bij moeilijk
hanteerbaar gedrag en de analyse van deze situaties
Praktische, geïntegreerde kennis omtrent weerstanden in het aanvaarden van zorg, de
mechanismen en de wijze waarop hiermee kan omgegaan worden
Ervaring in de omgang met mensen met dementie is een voorwaarde
Hulpverlening algemeen





Basiskennis welzijns- en gezondheidszorg: verschillende zorgvisies en evoluties
Sociale kaart van dementie, in het bijzonder van alle thuiszorgondersteunende diensten
Kennis en inzicht in de werking van thuiszorgdiensten
Kennis en inzicht in de principes en de werking van multidisciplinair overleg
Basiskennis relevante financiële tegemoetkomingen
Hulpverleningsproces












Intake
Telefonische consulting en mailverkeer
Individuele gesprekken (op contactadres en aan huis)
Groeps/familiegesprek
Specifieke valkuilen, drempels en weerstanden
Psycho-educatie t.a.v. mantelzorgers en professionele thuiszorgers
Samenwerking met professionelen (informatie-uitwisseling, opvolging, terugkoppeling)
Deontologie en beroepsgeheim en de regelgeving hieromtrent
Inzicht in gevoelens, motieven en waarden die meespelen bij het zorgvragen algemeen
(specifiek bij aanmelding geheugenkliniek, vraag naar thuisbegeleiding, inschakelen externe hulp, aanvragen
voorlopige
bewindvoering, beslissingsprocessen tussen thuiszorg en residentiële zorg
Kennis, inzicht en ervaring van communicatie- en gesprekstechnieken (geweldloos
communiceren,
werken vanuit aanwezige krachten, zorgend assertief, conflicthantering, rouw- en
verliesbegeleiding,..)
Relevante denkkaders
Kennis en inzicht in menselijke psychologie
 Basiskennis ontwikkelingspsychologie, psychologische basisbehoeften, hechtingstheorieën,
thema’s van volwassenen en ouderen
 Kennis en inzicht in rouw- en verlieservaringen, rouwmodellen, belevingsaspecten,
taboegevoelens van mantelzorgers en personen met dementie
 Kennis en inzicht in de specifieke noden en behoeften, copingstrategieën, draagkracht en
draaglastdynamieken bij mantelzorgers
 Basiskennis psychiatrie & trauma
 Basiskennis psychotherapie & overdrachtsmechanismen
Kennis en inzicht omtrent specifieke denkkaders betreffende familiedynamieken



Counseling (Rogers)
Systeemdenken
Contextuele hulpverlening (Nagy)
2. Specifieke kennis
 Juridische bepalingen
 Aandachtspunten bij voedingsbegeleiding, comfortzorg en persoonlijke verzorging
 Basistips en advies voor veiligheid, aangepaste leefomgeving, dagelijks functioneren, hulpmiddelen, belang van en mogelijkheden zinvolle activiteiten
 Kennis signalen overbelasting en oudermisbehandeling/verwaarlozing
Inzicht in ethisch handelen, bv. rond fixatie, wilsverklaringen, vroegtijdige zorgplanning,…
3. Praktische kennis
 Inzicht en kennis van veiligheidsvoorschriften en preventiemaatregelen
 Informatica (e-mail, internet, word, Excel, powerpoint)
 Administratieve aspecten: bv. Cliëntenadministratie
7. Attitude


Gelijkwaardigheid/geweldloosheid
Meerzijdige partijdigheid (actieve gerichtheid op ieder die in het cliëntsysteem betrokken is)

















Krachten van cliënt (persoon met dementie en zijn omgeving) zien en aanspreken
(empowerend,
emancipatorisch)
Cliënt-centered (onvoorwaardelijke positieve aanvaarding, authenticiteit en respect)
Integrale, holistische visie op mens-zijn in relatie met anderen
Respect voor keuzevrijheid (autonomie)
Zorgzaamheid t.o.v. mensen
Zorgvuldigheid t.o.v. materiaal en administratie
Open, positieve en constructieve attitude (hartelijkheid)
Positieve, kritische attitude
Hoffelijkheid
Verantwoordelijkheid
Stevigheid en maturiteit
Scheiding werk en privé
Bereidheid tot continue bijscholing
Bereidheid tot deelname aan intervisie/supervisie
Discretie en respect voor het gedeeld beroepsgeheim
Bijzondere belangstelling , enthousiast en gedreven zijn omtrent de dementieproblematiek