Tekst Ellen Brand Altijd onvoldoende energie Soms is een ziekte zo bijzonder, dat er maar heel weinig patiënten zijn. Zeldzame postzegels, zeggen artsen weleens. Deze keer: Evangelia Moraiti (10) heeft een mitochondriële aandoening, een soort stofwisselingsziekte. Van dit type zijn maar drie gevallen bekend in de wereld. K inderneuroloog René de Coo: “Mitochondriële cellen vormen de energiefabriekjes in het lichaam. Je kunt zo’n cel het beste vergelijken met een soort stadje waarin alles beweegt. Dat stadje heeft een eigen energiecentrale waar veel mensen werken. Als tien op de honderd medewerkers er eigenlijk geen zin in hebben, vangt de rest het wel op. Maar als dertig of veertig dienst weigeren, heb je echt een probleem. Als dat in de cel gebeurt, levert die onvoldoende energie om het lichaam goed te laten functioneren.” Evangelia heel snel moe 28 Nieuw zorgpad 250 kinderen per jaar bezoeken het Erasmus MC-Sophia met een neuromusculaire of mitochondriële aandoening. Bij de behandeling zijn vaak meer dan tien vakgebieden betrokken, waaronder kinderneurologie, cardiologie, orthopedie, longziektes, revalidatie en genetica Het nieuwe zorgpad NeMo, waarbij de patiënt een gestandaardiseerde naadloze route in het ziekenhuis volgt, leidt ertoe dat zoveel mogelijk controles en behandelingen plaatsvinden tijdens hetzelfde bezoek plaatsvinden. Een van de doelstellingen is de tijd tot aan de diagnose terug te brengen van negen tot vier maanden. Evangelia: “Ik was altijd al heel snel moe. Als ik een klein stukje gelopen of gezwommen heb, moet ik een hele poos uitrusten. Als ik verre uitstapjes maak of heb gegymd, zit ik vaak in een rolstoel. Drie jaar geleden kreeg ik te horen dat ik deze stofwisselingsziekte heb.” De Coo: “Deze erfelijke ziekte zorgt ervoor dat Evangelia een permanent tekort aan energie heeft. Een gezond iemand die gaat rennen, ervaart daardoor op een bepaald moment een verzuring van de spieren. Dat gaat gepaard met een moe, zwaar gevoel in de benen en dat maakt verder lopen bijna onmogelijk. Evangelia heeft constant dat gevoel. Ze moet na een paar meter lopen al rust nemen, want ze heeft niet de fut om door te gaan.” Evangelia: “Soms heb ik helemaal geen trek in eten. En als ik toch probeer om iets te eten, dan word ik misselijk en moet ik weleens overgeven. Maar ik moet wel uitkijken dat ik niet afval.” De Coo: “Patiënten kunnen een heel vol gevoel in de maag of darmen hebben, terwijl ze maar een paar happen hebben gegeten. Voor Evangelia is het heel belangrijk dat ze gezonde voeding binnenkrijgt, helemaal nu ze een groeispurt doormaakt. Ze heeft daarom een sonde in de buik, waar voeding doorheen geleid wordt. Haar ouders hoeven haar nu niet meer steeds te stimuleren om wat te eten. Dit haalt dus de druk een beetje van de ketel.” Evangelia: “Vroeger zat ik op paardrijden, maar dat kan nu niet meer, want het is veel te vermoeiend. Ik zit sinds kort ook op een speciale school voor chronisch zieke kinderen. Dat is best ver weg, daarom word ik elke dag met een busje gehaald en gebracht. Als ik met vriendinnetjes ben, doen we geen wilde spelletjes. Gamen op de computer vinden we allemaal heel erg leuk.” De Coo: “Voor Evangelia is het fijn dat ze op een speciale school zit waar begrip is voor haar situatie. We kunnen de ziekte nog niet genezen, maar wel behandelen. Een goed vetrijk, suikerarm dieet is een belangrijk onderdeel van het behandelplan. Vitamines - die je gewoon bij de drogist kunt kopen - en een gedoseerde training doen de rest. Evangelia moet veel lichaamsoefeningen doen onder leiding van een sportarts om op krachten te komen.” maart 2012 • Monitor