Doeleinden van een krediet

1
II Kredietvormen
Inleidende beschouwingen
Een onderneming beschikt over vele mogelijke financieringsbronnen. Autofinanciering door het
inhouden van winsten of het matige van de boekhoudkundige winst (bv. door het verhogen van de
afschrijvingen) waardoor er automatisch minder uit te keren is, blijft nog steeds een van de
voornaamste financieringsmiddelen.
Daarnaast heeft elke onderneming de beschikking over een EV: gelden die dikwijls al van bij de
oprichting ingebracht zijn en waarmee ondernemingseigendommen of –activiteiten kunnen
gefinancierd zijn. De eigen middelen aanwezig in een onderneming vormen dikwijls de basis waarop
een externe financier (bv. bank) of SE (bv. leverancier) zijn beslissing steunt om met de betreffende
onderneming zaken te doen. Eigen middelen geven ook een indicatie in hoeverre een
ondernemingseigenaar gelooft in zijn eigen zaak, hoever zijn engagement gaat.
De eigen middelen kunnen worden verhoogd door verdere eigen kapitaalinbreng of doordat derden
gaan deelnemen in het kapitaal, op voorwaarde dat een vennootschapsvorm wordt aangenomen.
Deze deelname kan er in bestaan dat een participatiemaatschappij (het nemen van een participatie
gebeurt door ondernemingen uit zowel de overheids- als de privé-sector:
investeringsmaatschappijen en ontwikkelingsmaatschappijen op nationaal en regionaal vlak
(GIM/GOM; cfr. Cursus Geld- en Kapitaalmarkt) zorgen voor steun vanwege de overheid maar ook
multinationale bedrijven en financiële instellingen stellen geld ter beschikking. Daarnaast zijn er ook
zgn. ‘business angels’ en ‘venture capital’-maatschappijen die erop gericht zijn participaties te
nemen in ‘high potential’ bedrijven (bedrijfjes): pas gestarte projecten met een tekort aan eigen
middelen maar met sterke groeikansen.) een (minderheids)belang neemt in het kapitaal van een
vennootschap. Een vennootschap kan een beursnotering aanvragen (of gebruik maken van de reeds
bestaande) om via een publieke kapitaalsverhoging bijkomende eigen middelen te verwerven.
Risicodragend geld kan ook ingebracht worden onder de vorm van een achtergestelde lening aan de
vennootschap. Dit soort leningen wordt door financiële instellingen en SE’s als eigen middelen
beschouwd wat dus de verhoging van de solvabiliteit inhoudt.
Naast de inbreng van eigen middelen kan een onderneming zich ook laten financieren met VV.
schulden aangaan (door het aantrekken van VV) kan lonend werken in een onderneming: het
zogenaamde hefboomeffect (dit hefboomeffect houdt ook risico’s in: in het omgekeerde geval
waarbij de resultaten van een project tegenvallen, kan dat tot gevolg hebben dat de rentabiliteit van
het totaal vermogen beneden het % van de intrestlast zakt.) zal er voor zorgen dat de rentabiliteit
van het EV wordt verhoogd door gebruik van VV waarvan de kostprijs lager ligt dan de economische
rentabiliteit van het project/de onderneming.
Bij keuze van kredietvorm dienen allereerst 2 belangrijke vuistregels in acht te worden genomen:
Regel 1: behoeften betreffende vastliggende activa worden gefinancierd met langlopende middelen.
Regel 2: behoeften betreffende bedrijfskapitaal worden gefinancierd met kortlopende middelen.
Kredieten op lange termijn en eigen middelen worden hoofdzakelijk gebruikt voor investeringen op
lange termijn, voornamelijk omwille van het risico dat een voor een lange termijn investering
gebruikt korte termijn krediet tijdens de looptijd van de investering opgezegd waardoor
liquiditeitsproblemen kunnen ontstaan.
2
Kredieten op korte termijn worden dus hoofdzakelijk gebruikt voor het oplossen van
financieringsproblemen m.b.t. de bedrijfscyclus.
Ook particulieren (niet-handelaars of zakenmensen optredend voor hun privé-vermogen) zullen
regelmatig de noodzaak aanvoelen bijkomende middelen te gebruiken. De bouw van een huis of de
aankoop van een wagen of de studies van kinderen kunnen een zware aanslag op de
liquiditeitspositie betekenen. Jonge gezinnen zullen belangrijke investeringen willen doen op een
ogenblik dat hun eigen kapitaal niet of onvoldoende is opgebouwd om de volledige koopsom
onmiddellijk te betalen. Gezien de toekomstige verwachtingen omtrent hun (beroeps)inkomsten zal
een financiële instelling dikwijls aan hun wensen tegemoet willen komen. De terugbetaling van het
gewenste krediet wordt uiteraard niet beloofd uit de verkoop van de aan te kopen objecten maar
wel uit het toekomstig persoonlijk netto-inkomen waarop tijdens een langere (grond, woning, …) of
kortere (wagen, huishoudapparaten,…) periode wordt gerekend.
Een fenomeen dat hierbij de laatste jaren de kop opsteekt is de vraag naar gelden om reeds nu te
kunnen voldoen aan een dure verbruiksbehoefte (reizen, comfort, …) en niet een bepaald voorwerp
te verwerven dat gedurende een minimale termijn ook een voldoende waarde zal behouden met als
gevolg dat het geleende geld of het nog resterende verschuldigde bedrag in noodgevallen niet meer
zal kunnen worden terugbetaald uit de verkoop van het betrokken goed.
Minder frequent dan voor het aangaan van schulden voor aankoop van bepaalde goederen (roerend
of onroerend) worden kredieten gevraagd om reeds bestaande schulden te kunnen vereffenen. Een
fiscale aanslag of een overbrugging van de tijd tussen de betaling van een nieuw aan te kopen
eigendom en de ontvangst van de verwezenlijking van de verkoop van een ander eigendom enz.
zullen regelmatig financiële instellingen nopen tot het verstrekken van kredieten aan particulieren.
In dit deel zal worden ingegaan worden op kredieten voor bedrijven onder vorm van kredieten met
geldstroom en kredietvormen zonder geldstroom (kredieten op handtekening/waarborgkredieten).
Kredieten met geldstroom
- korte termijn kredietvormen gebruikt voor de financiering van de bedrijfscyclus
o rechtstreekse financiering van de thesaurie
 kaskrediet
 straight loans
o financiering van de aankopen
 leveranciersdisconto
 invoeraccept
 documentair krediet bij invoer
o financiering van de verkopen
 cedentendisconto
 uitvoeraccept
 documentair krediet bij uitvoer
 factoring
- lange termijn kredietvormen ter financiering van investeringen in MVA en IMVA
o investeringskrediet
o roll-overkrediet
o beroepsfinanciering
o leasing
Een aantal van deze kredietvormen zijn specifiek gericht op de handel met het buitenland en zullen
ook als dusdanig behandeld worden.
3
Onder kredieten voor particulieren zal vooral ingegaan worden op de hypothecaire lening. Daarnaast
worden ook de consumentenkredieten van naderbij bekeken.
2.1. Kredietverlening aan ondernemingen en
professionelen
2.1.1. Kaskrediet
A Kaskrediet EURO
Kaskrediet maakt het mogelijk om geld op te nemen tot bepaald toegestane limiet in RC.
Kredietnemer mag tot beloop van bepaald bedrag (kredietlijn) zijn lopende rek. bij de bank in debet
laten komen (‘in min gaan’, ‘onder nul gaan’, ‘in het rood gaan’), zonder verdere verantwoording.
Een kaslijn is dus altijd verbonden met RC.
Een kaskrediet is een voorschottenkrediet dat vnl. dient om kortlopende operaties te financieren.
Elke onderneming kampt wel eens met tijdelijk liquiditeitsprobleem of tekort aan bedrijfskapitaal.
Een kaskrediet wordt dus meestal gebruikt voor lange termijnen: de kredietnemer zou dan risico
lopen omwille van de instabiele (hoge) rentevoet en omwille van de niet-gewaarborgde
beschikbaarheid van het krediet (mogelijkheid vanwege de bank om de kredietlijn op te zeggen).
Een kaskrediet is een zeer soepele kredietvorm die toelaat om voor het even welk doel de
kredietnemer de beschikking te geven over liquiditeiten, vanzelfsprekend met als beperking om het
afgesproken plafond (de kredietlijn) niet te overschrijden. De kredietnemer kan over de kredietlijn
beschikken net als over een gewone bankrekening.
De kredietverlenende bank zal vanzelfsprekend voorafgaandelijk controleren of de klant
kredietwaardig is.
In praktijk zal een financiële instelling er steeds op toezien dat het kaskrediet constant volledig
opgenomen blijft en dat een kredietlijn ‘kaskrediet’ niet continu volledig benut wordt. Daarenboven
zal een financiële instelling eisen om ‘beweging’ te laten plaats vinden op de RC waar het kaskrediet
aan gekoppeld is. Dit impliceert de eis om op geregelde tijdstippen een creditsaldo te bereiken op de
betrokken RC of minstens een voldoend op- en neergaand saldo. (een ‘Reglement van de
Kredietverrichtingen’ dat de financiële instelling zal laten ondertekenen door de kredietnemer, zal
steeds eisen dat tegenover elke debetverrichting ook creditverrichtingen moeten staan. Dit wordt
gezien als een soort garantie voor de bank dat het debetsaldo in RC mogelijk zal worden terugbetaald
door creditverrichtingen indien de kredietnemer in financiële moeilijkheden zou terecht komen.)
De kredietnemer krijgt vanwege de FI meestal de toezegging van de kredietlijn kaskrediet voor
onbepaalde duur zodat hij voor min of meer lange periode verzekerd is over de nodige kredieten te
kunnen beschikken. De bank heeft echter op elk ogenblik de mogelijkheid om zonder reden een
einde te maken aan het krediet, behalve als deze mogelijkheid werd uitgesloten in de
kredietovereenkomst.
Indien de FI zou beslissen de kredietlijn op te zeggen dan zal zij meestal opzegtermijn in acht nemen
(gebruikelijke opzegtermijn voor een kaskrediet is 30d (dikwijls ook einde van de bankrelatie)) echter
alleen als deze voorzien is in de kredietovereenkomst. Een financiële instelling zal echter niet
overhaast opzeggen als er voldoende waarborgen werden gevestigd (zie Deel III) en indien er een
provisie wordt betaald voor het openhouden van een lijn.
Kostprijs van een kaskrediet
4
De kostprijs van een kaskrediet valt meestal duurder uit dan deze van andere kredietvormen. De
kredietnemer betaalt echter voor het deel van de kredietlijn dat effectief opgenomen wordt en voor
de periode dat er benutting bestaat. De relatief hogere nominale rente op dit soort kredietlijn wordt
dus sterk gemilderd door de grote mobiliteit van het kaskrediet. Intresten op een kaskrediet dat
beroepshalve wordt aangewend, zijn fiscaal in mindering te brengen.
- Basisrente (gebaseerd op EURIBOR): evolutie van rentevoeten rond 18% (begin jaren 80) tot
13% (begin jaren 90) via 11% (1993) naar < 7% (1997) tot 8 à 9% (2001), i.e. soms 5% boven
de tarieven van een investeringskrediet. De intrestvoet van een kaskrediet is variabel (elke
wijziging wordt door de kredietinstelling aan de cliënt-kredietnemer meegedeeld via een
geïntegreerd bericht (RU).) en kan elk ogenblik worden aangepast aan de
marktschommelingen van de KT-rente. De rente wordt elk kwartaal op de RC geboekt.
- Marge of verhogings%: kan dikwijls oplopen van 0,25% tot 1,50%. De bepaling van de marge
zal afhangen van de kwaliteit en de globale rentabiliteit van de kredietnemer en de hoogte
van de kredietlijn.
- Kredietopeningsprovisie: provisie (ca. 1%) ter vergoeding van het beschikbaar stellen van de
kredietlijn, wordt op het einde van elk kwartaal op de RC geboekt.
- Beheersprovisie: kosten door de bank aangerekend voor het beheer van het dossier.
- Commissie met of zonder min.: veel financiële instellingen rekenen daarenboven nog een
commissie (meestal 0,25%) aan op het hoogste debetsaldo per kwartaal. Een financiële
instelling rechtvaardigt deze kost omdat een thesaurie van de bank rek. dient te houden dat
op elk ogenblik (ten belope van max. de kredietlimiet) geld ter beschikking dient te worden
gehouden voor de kredietnemer. (de mobilisatiemogelijkheid voor kaskredieten is quasi
onbestaand: enkel theoretisch bestaat de mogelijkheid om de kredietnemer orderbriefjes te
laten ondertekenen (praktisch is dit niet haalbaar.).)
- Overschrijdingscommissie: wordt de kredietnemer toegestaan om (tijdelijk) het debetsaldo
boven het afgesproken kredietplafond te laten uitstijgen dan zal hij hiervoor een
supplementaire kost dienen te betalen: de maandelijks aangerekende
overschrijdingscommissie of overschrijdingstaks (van 0,50%) op de totale som van de
overschrijding van de kredietlijn (bovenop de overschrijdingsrente op het gedeelte waarmee
de kredietlijn werd overschreden).
Daarnaast zal een financiële instelling voor het verlenen van een kaskrediet eisen stellen op het
gebied van waarborgen: ook deze kosten dienen in ogenschouw genomen te worden (cfr. Kosten
mogelijke inschrijving pand handelsfonds e.d.).
Besluit
Een kaskrediet is een zeer soepele vorm van krediet qua bruikbaarheid, geeft een tamelijk grote
zekerheid van beschikbaarheid maar is relatief duur vergeleken met andere kredietvormen. Voor de
financiële instelling vormt het kaskrediet een behoorlijk risico dat meestal een degelijke indekking
qua waarborgstructuur vereist maar anderzijds wel een hoog rendement geeft.
B Kaskrediet deviezen
Bij toestaan van kaskrediet in deviezen zal een financiële instelling de kredietlijn veelal uitdrukken in
BEF/EURO om te voorkomen dat door wisselkoersfluctuaties haar kredietrisico zou verhogen.
De kost van een kaskrediet in deviezen wordt vastgesteld in functie van de marktrente, gebaseerd op
de LIBOR en verhoogd met een marge, zonder bijkomende kosten.
Zie bijlage
C Voorschot op facturen (zien we bij factoring)
5
Het toestaan van een kredietlijn op basis van bevoorschotting van facturen is een vorm van
kredietverlening die sterk aanleunt bij het kaskrediet: in wezen zal een financiële instelling overgaan
tot het ter beschikking stellen van fondsen op basis van door de kredietnemer geëndosseerde
facturen. Op de rek. van de kredietnemer wordt dan een bepaald % (70-80%) van het bedrag van de
facturen ter beschikking gesteld.
Kredietbehoeften van onderneming is dikwijls gevolg van betalingsuitstel dat werd verleend aan
klanten. Aan deze kredietbehoefte kan worden voldaan via voorschotten op facturen in pand. Deze
kredietvorm is krediet waarbij kredietnemer (verkoper goederen of diensten) voorschotten in RC
bekomt vanwege zijn KI, dit in ruil voor aan bank in pand gegeven facturen op (binnenlandse)
debiteuren.
Het bedrag van de kredietlijn ‘voorschotten op facturen’ hangt af van de kredietbehoefte van de
kredietnemer en het gemiddelde bedrag van diens uitstaande facturen. De kredietlijn is van
onbepaalde duur, de looptijd voor elke bevoorschotting (disconto) hangt af van het betalingsuitstel
verleend aan de afnemer. In praktijk houdt men zich meestal aan een fictieve duurtijd van 2 tot 3m
die eventueel verlengd kan worden.
2.1.2. Straight loans
Bij ‘straight loans’ of ‘vaste voorschotten’ of ‘vaste termijnvoorschotten’ neemt de kredietnemer
tegen een vaste rentevoet of voor een vaste looptijd een vast bedrag op en dit binnen een bepaalde
kredietlijn. De terugbetaling van het kapitaal gebeurt met een éénmalige betaling voor het volledige
bedrag op de eindvervaldag. De looptijd wordt meestal beperkt (van 1d tot 12m) maar kan
(uitzonderlijk) oplopen tot 5j en langer. Vaste voorschotten kunnen voor alle doeleinden worden
gebruikt. Termijn en rentevoet worden bij het begin van de verrichting vastgelegd.
Kortlopende voorschotten (looptijd < 1j) dienen voor de financiering van tijdelijke onevenwichten
tussen inkomende en uitgaande cashflow.
Langlopende straight-loans dienen voor investeringen waarvan de waarde niet in de tijd vermindert
en waarvan het bedrag na verloop van tijd met een eenmalige verrichting vereffend wordt.
Straight-loans werden in een beginstadium enkel aan grote bedrijven en voor relatief grote bedragen
(min. € 1,25 mio.) verleend. Momenteel kunnen ook kleinere bedrijven er van gebruik maken en zijn
ook de bedragen aan een neerwaartse tendens bezig (vanaf € 25 000,00-75 000,00). Straight-loans
hebben veel succes, vnl. omwille van hun lagere kostprijs dan een kaskrediet.
Kostprijs van een staight-loan
Bovenop de marktrentevoet (EURIBOR-LIBOR) zal een financiële instelling slechts een marge van 0%
tot 1,15% aanrekenen (hoe langer de termijn hoe groter de marge rek. houdend met de hoogte van
het bedrag, hoe hoger het bedrag, hoe lager de marge) (vgl. kaskrediet). Daarenboven worden ook
geen supplementaire commissies aangerekend. Deze zeer gunstige tarieven op het volledige bedrag
van het opgenomen voorschot tot op vervaldag, zelfs bij ontvangst van creditbedragen op de rek. de
intresten zijn betaalbaar op vervaldag zodat bij opnamen in deviezen steeds een wisselrisico bestaat.
Voor een financiële instelling is het rendement van een straight-loan relatief beperkt en het risico
behoorlijk hoog (vrije opname zonder voorlegging van wissel, factuur, enz., grote bedragen) zodat
men enkel binnen het kader van een vollediger klantenrelatie (globale rentabiliteit) bereid zal blijken
om dit soort kredietverlening toe te staan.
2.1.3. Roll-over krediet
6
Een ‘roll-over krediet’ of ‘wentelkrediet’ is een krediet op middellange of lange termijn met een
variabele rentevoet en een aflossingsprogramma. De kredietnemer bekomt voorschotten waarvan
de rentevoet variabel aanpasbaar is op 1, 3, 6, (12)m. de bank verbindt zich er toe het krediet onder
bepaalde voorwaarden te verlengen bij elke vervaldag.
Technisch is een roll-over krediet niets anders dan een aaneenschakeling van straight-loans.
Een roll-over krediet is opneembaar in € of deviezen. De rentevoet is gebaseerd op respectievelijk de
EURIBOR of de LIBOR. Er wordt meestal een vergoeding gevraagd voor niet-gebruikmaking van de
kredietlijn (de niet-opnemingsprovisie), die meestal ongeveer de helft bedraagt van de
aangerekende marge. Daarnaast wordt ook een opzeggingsprovisie aangerekend i.g.v. vervroegde
terugbetaling van het krediet. De terugbetaling kan gebeuren op 2 manieren: in schijven op vaste
datum volgens vooraf opgesteld aflossingsplan of volledige terugbetaling op vervaldag (‘bullet’).
Roll-over kredieten worden vnl. gebruikt bij de financiering uitrustingsgoederen. Er wordt bij het
toekennen van een kredietlijn ‘RO’ dikwijls tegelijkertijd de mogelijkheid geboden om het roll-over
krediet om te zetten in een investeringskrediet met een vaste rentevoet (zie verder).
2.1.4. Discontokrediet
Door het toestaan van een discontokredietlijn verbindt een bank er zich toe wissels te aanvaarden
ter disconto (tot het max. bedrag van de kredietlijn). In de kredietovereenkomst zullen de
voorwaarden worden opgenomen waaraan de door de kredietnemer aangeboden wissels dienen te
voldoen. Werkelijke opname van het krediet geschiedt op het ogenblik van aanbieding en
aanvaarding van de inzendingen ter disconto.
De duurtijd van een kredietlijn is onbepaald. Binnen deze lijn heeft iedere verdisconteerde wissel
dan natuurlijk zijn eigen looptijd van 60d, 90d, enz.
De wissel of WB is een document waardoor de trekker (verkoper-SE) aan de betrokkene (koper-SN)
de opdracht geeft aan de aangeduide begunstigde (dikwijls de verkoper-SE) op een bepaalde
vervaldag een bepaalde som te betalen.
A Cliëntendiscontokrediet (cedentendisconto)
De kredietnemer trekt wissels op zijn cliënten, die deze wissels accepteren. Vervolgens vraagt hij de
financiële instelling deze ‘cliëntenwissels’ te verdisconteren. Het bedrag van de wissel wordt
onmiddellijk gecrediteerd op zijn rek. (mits aftrek van de discontokosten), tot het max. bedrag van
de eerder door de bank toegestane kredietlijn.
Deze kredietvorm voldoet aan de behoefte van een kredietnemer wiens cliënteel bereid is wissels te
accepteren en wiens vorderingen op zijn cliënteel voldoende belangrijk zijn om het gebruik van
wissels te rechtvaardigen.
De discontokosten bestaan uit intresten (discontovoet + marge) op het bedrag van de wissel
(berekend tot op de vervaldag, i.e. het disconto zelf), een provisie of commissie (berekend op het
nominale bedrag van de wissel, zonder rek. te houden met de looptijd) en incassokosten. De totale
kostprijs ligt lager dan bij een kaskrediet (min. 0,5%, voor herdisconteerbare wissels zelfs 1,5%).
Door disconto wordt bank eigenaar van wissel en zal ze deze op de vervaldag ter betaling aanbieden.
De wissels worden steeds door de bank verdisconteerd onder voorbehoud van goede afloop.
7
Een financiële instelling zal, alvorens een kredietlijn ‘cliëntendiscontokrediet’ toe te staan, onderzoek
doen naar cliënten van kredietnemer en eventueel bepaalde cliënten uitsluiten. Daarenboven blijft
het risico van bank beperkt door het feit dat krachtens de wetgeving de trekker (= kredietnemer van
de bank) van een wissel steeds gehouden blijft tot betaling van de wissel indien de betrokkene op de
vervaldag zijn verplichting niet zou nakomen (‘verhaalrecht’ van de financiële instelling op de
trekker). Daarnaast heeft de bank een regresrecht tegenover alle ondertekenaars van de wissel.
Anderzijds heeft een financiële instelling een lager rendement dan bij een kaskrediet en zijn er meer
administratieve kosten. Ook ondernemingen hebben een grote administratie m.b.t. de opvolging van
de uitstaande wissels. Daarnaast is deze kredietvorm weinig soepel: het krediet betreft het volledige
bedrag op de wissel en er dient daarenboven intrest betaald te worden op dit volledige bedrag voor
de resterende termijn in sommige sectoren blijft de wissel echter een belangrijk betaalmiddel.
Praktijk: het gebruik van wissels
De vordering van een verkoper-SE als gevolg van een handelstransactie kan worden gematerialiseerd
door het rekken van een wissel. Na acceptatie van deze wissel door de koper-SN wordt de wissel een
abstracte verbintenis tot betalen. De vervaldag van de wissel ligt vooraf vast. Bij een gewone
vordering kan een rechtbank uitstel toestaan aan een SN. Bij een geaccepteerde wissel is dit
uitgesloten. Een geaccepteerde wissel kan bij niet-betaling geprotesteerd worden waardoor het feit
van niet-betaling wordt gepubliceerd in de Moniteur der Protesten waardoor de kredietwaardigheid
en de reputatie van de acceptant erg wordt geschaad.
Noot:
- Familiepapier.
- Wisselruiterij.
- Wettelijke bepalingen m.b.t. de WB:
o De melding ‘wisselbrief’.
o De onvoorwaardelijke belofte een welbepaalde som te betalen.
o Het te betalen bedrag, in cijfers én letters.
o De naam van de betrokkene.
o De naam van begunstigde (trekker of derde) (een WB mag NOOIT aan toonder zijn).
o Plaats en datum van uitgifte.
o Plaats van betaling.
o Eigenhandig geschreven handtekening(en) trekker en hoedanigheid
ondertekenaar(s).
o De vervaldag.
- Meldingen vereist door de herdisconto-organismen:
o Beroep of aard bedrijvigheid trekker en plaats en inschrijvingsnr. in Handelsregister.
o BTW-nr. trekker en betrokkene.
o Aanduiding van de verrichting die aan de basis ligt van het creëren van de wissel.
o Datum van de factu(u)r(en).
o Domiciliëring: plaats & naam bank + rek. betrokkene.
o De (onvoorwaardelijke) acceptatie (de acceptant dient onvoorwaardelijk te
accepteren maar kan de WB echter wel slechts voor een gedeelte van het bedrag
accepteren): eigenhandig geschreven handtekening(en) betrokkene voorafgegaan
door maatschappelijke benaming en gevolgd door hoedanigheid ondertekenaar(s).
- Endossement van wissels
o Mogelijkheid van endossement wissel heeft tot gevolg dat wissel kan overgedragen
worden.
o Endossement kan gebeuren op naam of blanco.
8
o
De houder-endossant kan opdracht geven aan derde (meestal een bank) om wissel
voor zijn rek. te innen. Het incasso-endossement gebeurt met de vermelding ‘waarde
ter incassering’ of een dergelijke uitdrukking.
Schema werking cedentendisconto
1
Verkoper
3
Koper
2
4
5
6
Bankier van verkoper
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Verkoop van goederen en trekken van wissel.
Accepteren van wissel.
Verdisconteren aan bank.
Bedrag van wissel – discontokosten.
Wissel aanbieden op vervaldag.
Betaling van de wissel
B Leveranciersdiscontokrediet
De bank verbindt zich tegenover de kredietnemer (koper-betrokkene) de op hem getrokken en door
hem geaccepteerde wissels te disconteren t.g.v. de trekker (ten belope van het toegestane bedrag
van de kredietlijn). Bedoeling is de leverancier een contante betaling te kunnen bezorgen (en
eventueel te genieten van een korting voor contante betaling) terwijl de koper zelf niet over de
nodige fondsen beschikt.
Kredietnemer verzoekt zijn leveranciers wissels te trekken op hemzelf. Deze wissels worden door
kredietnemer geaccepteerd en aan zijn financiële instelling overgemaakt met verzoek het nominaal
bedrag te storten aan zijn leveranciers. De discontokosten worden gedebiteerd in rek. kredietnemer.
De financiële instelling neemt dit scenario meer risico dan bij het cliëntendiscontokrediet: voor de
vervaldag zal de zal de kredietnemer voor de nodige provisie dienen te zorgen. De leverancier van de
kredietnemer blijft evenwel à als trekker van de wissel. Hij heeft dus het voordeel voor zijn goederen
of diensten een ‘contante’ betaling te krijgen (via de financiële instelling) maar kan bij minder goede
afloop (de kredietnemer blijft in gebreke) door de financiële instelling aangesproken worden tot
terugbetaling van het ontvangen bedrag.
Financiële instellingen zullen enkel een kredietlijn ‘leveranciersdisconto’ toestaan aan
1sterangsklanten. Minste gerucht van mindere zakengang bij de kredietnemer zal stringente gevolgen
hebben (o.a. terugschroeven, opschorten of zelfs opzeggen van de kredietlijn). Anderzijds zullen ook
leveranciers niet altijd geneigd zijn hun klanten het plezier te doen een wissel te trekken, temeer
daar ze verantwoordelijk blijven voor betaling van de wissel (regresrecht van financiële instelling).
Schema werking leveranciersdiscontokrediet
1
Verkoper
2
5
4
Koper
3
6
7
Bankier van Koper
8
9
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Levering van goederen en trekken van wissel.
Accepteren van wissel.
Toestemming verdisconteren van wissel.
Verdisconteren van wissel.
Bedrag van wissel (nominaal bedrag).
Aanrekenen discontokosten.
Aanbieden wissel op vervaldag.
Betaling wissel (nominaal bedrag).
2.1.5. Acceptkredieten
Acceptkrediet of bankacceptkrediet (of ‘blauwe wissel’) is overeenkomst die kadert in de financiering
van een in- of uitvoertransactie. De financiële instelling geeft toestemming aan de kredietnemer om
tot een bepaald bedrag wissels op haar te trekken en verbindt er zich toe deze wissels te accepteren.
Door de wissel ter disconto aan te bieden aan de bank wordt de rek. van de importeur/exporteur
gecrediteerd voor de actuele waarde van de wissel (netto provenu; de nominale waarde verminderd
met het agio) waardoor de importeur/exporteur kan beschikken over de nodige fondsen. Voor de
vervaldag van de wissel dient de importeur/exporteur de nodige provisie te voorzien op zijn rek.
Dit soort operaties vindt vanzelfsprekend plaats binnen een vooraf afgesproken kredietlijn.
Daarenboven is elk bankaccept beperkt tot het factuurbedrag van de import- of exportverrichting.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen financiering van importtransacties en exporttransacties:
A Acceptkrediet bij invoer
Acceptkredieten bij invoer hebben tot gevolg dat de onderneming-importeur (die in het buitenland
een aankoop doet) de gelegenheid krijgt de buitenlandse leveranciers contant te betalen. De
importeur staan in voor de kosten. De looptijd van het bankaccept bij invoer is gebaseerd op de
verwachte tijd nodig om de aangekochte goederen te commercialiseren (eventueel dus met inbegrip
van de tijd nodig om die goederen te be- of afwerken).
Schema werking accept-invoer
Buitenlandse
Leverancier
Belgische Koper
1
2
1.
2.
3.
4.
5.
3
4
Levering
van goederen tegen contante betaling.
5
Bankier van de Koper
Uitgifte en remise van de wissel.
Betalingsopdracht ten gunste van de verkoper.
Negotiëring van de wissel = nominaal bedrag – agio’s en uitvoering van 3.
Betaling van de wissel op vervaldag.
B Acceptkrediet bij uitvoer
Acceptkredieten bij uitvoer hebben tot gevolg dat de onderneming-exporteur (die in het buitenland
een verkoop doet) de gelegenheid krijgt haar buitenlandse kopers betalingsuitstel te verlenen en
ondertussen toch over de nodige geldmiddelen te kunnen beschikken. De exporteur staat in voor de
kosten. De looptijd van acceptkrediet bij uitvoer hangt rechtstreeks samen met termijn van
betalingsuitstel dat aan koper in buitenland werd toegestaan, in praktijk evenwel verlengbaar met
enkele dagen om transfer fondsen van buitenland naar land van de exporteur mogelijk te maken.
10
Voor beide vormen zal de bank een acceptprovisie aanrekenen (een bepaald % op het bedrag) en de
discontokosten. Discontokosten zullen worden berekend op het bedrag van de wissel en voor de
termijn tussen de datum van discontering en vervaldag van de wissel.
Bankaccepten kunnen een relatief goedkope oplossing zijn voor import- en exportfinanciering. De
importeur/exporteur kan zelf bedrag en looptijd voorstellen. De bank kan, mits het bankaccept aan
bepaalde voorwaarden voldoet, aan voordelige voorwaarden herdisconteren waardoor de
discontokosten lager kunnen liggen.
Schema werking accept-uitvoer
1
Belgische Verkoper
Buitenlandse Koper
4
2
3
5
Bankier van de
Verkoper
1.
2.
3.
4.
5.
Levering van goederen (verkocht op krediet).
Uitgifte en remise van wissel.
Negotiëring van de wissel = nominaal bedrag – agio’s.
Betaling op vervaldag van goederen.
Betaling van wissel op vervaldag.
2.1.6. Documentaire kredieten
Documentaire krediet is betalingstechniek in de buitenlandse handel die zekerheid biedt aan beide
contracterende partijen: voor verkoper houdt dit zekerheid van betaling in, voor koper de zekerheid
dat zijn goederen in goede staat geleverd zullen worden. In dit soort transactie gaat meestal over
grote bedragen, grote onderlinge afstanden tussen koper en verkoper en behoorlijke risico’s aan
elke handelsverrichting en transport. Documentaire kredieten bevorderen buitenlandse handel.
Buitenlandse leverancier of B exporteur zal in dit soort transacties aandringen op onmiddellijke
betaling van verkoopprijs bij bestelling. Anderzijds zal B importeur of buitenlandse koper niet risico
willen nemen om reeds te betalen voor goederen die nog niet geleverd zijn. Tegengestelde belangen
van beide partijen worden overbrugd door techniek van documentair krediet. Exporteur krijgt
garantie van bank dat hij betaald zal worden en importeur moet pas betalen na ontvangst goederen
waarvan de conformiteit met het verkoopcontract wordt bewezen door een aantal documenten.
Nochtans is het belangrijk op te merken dat niet alle problemen hiermee van de baan zijn: de
kleinste onnauwkeurigheid bij het invullen van de nodige documenten kan voor een weigering ervan
zorgen en de hele constructie doen invallen. Ondertussen zijn de goederen dikwijls al ter
bestemming aangekomen en blijft de exporteur met een onbetaalde en reeds verscheepte (nog niet
afgeleverde) zending zitten. Daarenboven zijn banken niet altijd bereid alle handelstransacties op
deze manier op te lossen (er wordt bv. niet met alle landen gehandeld ingevolge grote politieke
risico’s of m.b.t. het risico van de overschrijving van de fondsen).
Handelspartners die regelmatig met dit soort transacties te maken krijgen, openen best een
kredietlijn ‘documentaire kredieten’. Het op te nemen bedrag hangt dan af van de te betalen
facturen aan de buitenlandse medecontractant. Deze kredietlijn is van onbepaalde duur. Bij de
11
opname van een individueel documentair krediet wordt afgesproken binnen welke termijn de in de
L/C gestipuleerde documenten dienen te worden aangeboden.
Documentaire kredieten zijn relatief hoog geprijsd door de door de banken vrij te bepalen
aangerekende provisies. Een openingsprovisie van 0,25%/trim. is gemiddeld en daarbovenop worden
nog allerhande kosten zoals telex- en portokosten aangerekend.
Werking documentair krediet
Contract
1
1
Koper
Verkoper
5
8
2
6
4
Kredietopenende Bank
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
3
Advizerende Bank
7
Afsluiten van het contract.
Aanvraag tot opening van een documentair krediet ten gunste van de verkoper.
Opening van het krediet en verwittiging van de adviserende bank.
Controle van de echtheid van het toegestane krediet.
Na kennisname van het documentair krediet verzendt de verkoper de goederen.
Overhandiging van de vereiste doc. En uitbetaling van het krediet.
Adviserende bank zendt de doc. Naar kredietopenende bank en ontvangt uitbetaalde som.
Koper ontvangt de doc. En zal het krediet terugbetalen.
A Documentaire kredieten bij invoer
De operatie die aan de basis ligt van de kredietverstrekking kan als volgt worden geschetst: een B
koper-invoerder wil handelen met een buitenlandse verkoper-exporteur. Beide partijen kennen
elkaar onvoldoende of niet en er heerst dus weinig of geen vertrouwen. Hun respectievelijke
bankiers zullen als ‘tussenpersoon’ fungeren om de handelstransactie tot een goed einde te brengen.
De B invoerder vraagt aan zijn bank om een zgn. ‘letter of credit’ (L/C) te openen t.g.v. de
buitenlandse verkoper. Hierdoor neemt de bank (de emittent-bank) van de koper een verbintenis
t.o.v. haar cliënt-invoerder en schrijft een document (een soort garantiebrief (de bank geeft een
garantie tot betalen door haar handtekening te plaatsen. Op dat ogenblik is er geen geldstroom:
enkel de kredietwaardigheid en de naam van de bak worden ‘verleend’, met de bedoeling dat haar
cliënt-importeur tijdig voor de nodige dekking zal zorgen. Het is in die zin dat de bank ‘krediet’
verleend, dus niet in de zin van het verstrekken van voorschotten. Documentair krediet kan echter
met werkelijke kredietverlening worden gecombineerd (zie verder))) uit waarbij ze als bank
verbintenis aangaat om buitenlandse verkoper te betalen op voorwaarde van afgifte van de vereiste
documenten zoals die in de letter of credit werden beschreven en die dienen om de gekochte
goederen te vertegenwoordigen. Aldus is het probleem van de B koper-invoerder gedeeltelijk
opgelost aangezien de goederen pas zullen worden betaald op het ogenblik van voorlegging van al (in
de L/C) overeengekomen documenten die bevestigen dat goederen weren ingeladen.
De buitenlandse verkoper-uitvoerder kent meestal de (B) bank van de koper niet en vraagt dat de L/C
wordt verstuurd naar de bank van de verkoper-uitvoerder (de correspondent-bank). Notificatie of
confirmatie is daarbij mogelijk.
12
B Documentaire krediet bij uitvoer
De handelsoperatie die aan de basis ligt van de kredietverstrekking is hier gelijkaardig aan het
scenario beschreven bij documentaire kredieten bijinvoer. De B medecontractant is hier echter
exporteur, de buitenlandse partij neemt goederen uit B af en importeert die in haar eigen land.
De B bank (van de exporteur) ontvangt een L/C van de buitenlandse bank (van de importeur) en dit
t.g.v. haar cliënt-importeur (ook deze L/C kan genotifieerd of geconfirmeerd worden).
Er bestaan verschillende soorten documentair krediet m.b.t. de overeenkomst waarbij de bank van
de importeur zich verbindt tegenover de exporteur-verkoper:
- DOC D/P: ‘documents against payment’ (documenten tegen betaling): de bank van de
importeur eist van haar cliënt de onmiddellijke betaling van de goederen op het ogenblik van
de afgifte van de in de L/C overeengekomen documenten. Indien de cliënt-importeur niet
contant kan betalen dan heeft zijn bank het recht de betrokken goederen op te slaan op haar
nam als deze bij haar in pand werden gegeven (wat meestal wordt gevraagd in dit soort
documentair krediet).
- DOC D/P/D: ‘documents against payment delayed’ (documenten tegen uitgestelde betaling):
de bank van de importeur krijgt de verbintenis van haar cliënt tot betalen, evenwel met een
betalingsuitstel ingaande vanaf de datum van afgifte van de in de L/C overeengekomen
documenten. Deze documenten worden dus door de bank van de importeur aan haar cliëntinvoerder overhandigd op datum van ontvangst van goederen, tegen belofte van betaling op
de voorziene vervaldag (afgesproken tussen bank en cliënt-invoerder).
- DOC D/A: ‘dcuments against acceptance’ (documenten tegen acceptatie): de bank van de
importeur aanvaardt (accepteert) een door de buitenlandse bank (bank van de exporteurverkoper) getrokken wissel en stuurt deze terug naar haar correspondent-bank. De
verbintenis van d ebank van de importeur is daarmee gematerialiseerd en op vervaldag zal
deze wissel steeds betaald dienen te worden.
Noot: documentaire afgifte/ documentair incasso
2.1.7. Exportfinanciering
Naast acceptkredieten en documentaire kredieten bestaan andere mogelijkheden ter financiering
van export en dit zowel op middellange als lange termijn. Verschillende overheidsinstanties treden
daarbij op.
2.1.8. Investeringskrediet
Een investeringskrediet is een langlopend krediet met een vaste looptijd (2-15j, soms 20j) om VA
(grond, gebouwen, uitrustingsgoederen, overname of oprichting handelszaak, …) te financieren of
om de wedersamenstelling van het bedrijfskapitaal te financieren wanneer het werd aangesproken
voor reeds uitgevoerde of in uitvoering zijnde investeringen. Het uiteindelijke doel van een
investeringskrediet is dus activiteiten te financieren die bijdragen tot een verhoging van de
productiviteit van en onderneming of die de productiecapaciteit ervan uitbreiden.
Het investeringskrediet wordt gerealiseerd door een voorschot ten belope van een % van de
investering. Het voorschot kan tot 100% oplopen maar meestal zal de bank een eigen inspanning
vragen vanwege de cliënt. De middelen worden ter beschikking gesteld op voorlegging van de
facturen i.v.m. de investering indien het om uitrustingsgoederen gaat. De aflossingen gebeuren
volgens een overeengekomen aflossingsplan. De intresten kunnen vast of herzienbaar (na een
bepaalde periode) zijn.
13
Opname kan gebeuren op 2 manieren. Bij aankoop van OG (gronden en gebouwen) of
uitrustingsgoederen zullen de middelen ter beschikking worden gesteld op voorlegging van de akten
respectievelijk van de facturen. Bij uitvoering van een nieuwbouwproject of langdurige opbouw van
uitrustingsgoederen (machinelijn,…) gebeurt de uitbetaling in verschillende schijven afhankelijk van
het vorderen van de werkzaamheden. De betaling kan op rek. van de kredietnemer gebeuren maar
de bank zal meestal de leverancier of aannemer rechtstreeks betalen. De terbeschikkingstelling mag
bij een investeringskrediet dus worden opgesplitst.
De bank vraagt meestal een garantie (zie verder) die de vorm aanneemt van een zekerheid op de
gefinancierde zaak. Voor een langlopende of riskante operatie kan de bank een hypotheek en/of
inpandgeving van het handelsfonds eisen. De gevraagde zekerheden zullen bepaald worden in
functie van de duur van het investeringskrediet, het bedrag, de terugbetalingmogelijkheden, het
netto-vermogen van de kredietnemer en de huidige en toekomstige rendabiliteit.
De rentevoet kan vast of veranderlijk zijn. Een vaste rentevoet wordt meestal gebaseerd op een
referentietarief dat algemeen wordt aanvaard door de banken, zoals de ‘prime rate’ (de prime rate is
de rente die commerciële banken aanrekenen aan hun meest kredietwaardige klanten.
De als referentie gebruikte tarieven worden afgeleid van de diverse kapitaalmarkten op lange termijn
die in B bestaan:
- Long-term prime rate: een aantal B banken publiceren op de Reuters iedere dag de
voorkeurtarieven voor periodes van 2, 3, 4 of 5j (ook te raadplegen in De Tijd). Volgens het
terugbetalingprofiel zal een rekenkundig gemiddelde van de verschillende noteringen
worden berekend. De prime
- rate omvat reeds een miniem % vergoeding eigen middelen.
- Het actuarieel rendement op vervaldag van de door de B Staat uitgegeven obligaties (OLO).
- De interbankenrente op middellange of lange termijn: het toegepaste tarief wordt bepaald in
functie van de herfinancieringwaarden van de bank- leninggever op de interbankenmarkt.
- Renteswap.)
Daarenboven komt een marge die grotendeels zal afhangen van het aan de kredietnemer verbonden
risico, de looptijd van het krediet, de marktsituatie en de fundingkost van de bank-kredietgever. De
intresten kunnen maandelijks, trimestrieel, semestrieel of jaarlijks geïnd worden. De periodiciteit van
de betaling van de intresten kan niet groter zijn dan deze van de kapitaalaflossing. De betaling van de
intresten gebeurt door het debiteren van de RC van de kredietnemer. Intresten zijn verschuldigd na
vervallen termijn. Een veranderlijke intrestvoet kan worden aangevraagd met jaarlijkse, 3jaarlijkse,
5jaarlijkse of 10jaarlijkse herziening.
De investeringskredieten met een looptijd > 5j bevatten meestal een clausule van 5jaarlijkse
renteherziening. Indien de rentevoet opwaarts wordt herzien, kan de kredietnemer aanvaarden of
het saldo van het krediet terugbetalen zonder wederbeleggingsvergoeding. De investeerder is zeker
van de afgesproken duur: het investeringskrediet is een overeenkomst voor onbepaalde tijd en kan
alleen in specifieke omstandigheden (niet-realisatie van de investering, niet-betaling van een termijn,
….) door de bank worden opgezegd.
Terugbetaling kapitaal geschiedt in principe in gelijke trimestriële, halfjaarlijkse of jaarlijkse schijven.
De 1ste schijf is meestal verschuldigd een jaar nadat de fondsen ter beschikking werden gesteld. Maar
vaak wordt terugbetaling nog een jaar uitgesteld, zodat de investering haar rendement kan bereiken.
Bij vaste kapitaaldelging vermindert de last van een investeringskrediet met elke vervaldag
vermits het een constant kapitaalgedeelte en een afnemend intrestgedeelte bevat.
14
Bij constante mensualiteiten vermindert de last van een investeringskrediet met een
toenemend kapitaalgedeelte en zijn de intresten afnemend (zie vb.)
Er kan ook geopteerd worden voor een formule waarbij tijdens de looptijd van het krediet
enkel intresten dienen betaald te worden en de terugbetaling van het kapitaal op de
vervaldag gebeurt: een zgn. ‘bullet’-terugbetaling.
Een variant op de vorige formule is de ‘balloon-terugbetaling’ waarbij de kredietnemer op
bepaalde tijdstippen een bedrag terugbetaalt. Slechts op de eindvervaldag wordt het saldo
terugbetaald, een saldo dat het grootste gedeelte van het ontleende kapitaal uitmaakt.
De lening (of een gedeelte ervan) kan vervroegd worden afgelost mits het betalen van een
wederbeleggingsvergoeding (3m interest op de vervroegd terugbetaalde som). (een aantal
basisregels dient evenwel gerespecteerd te worden. vervroegde terugbetalingen worden
toegelaten indien de bank dit vermeld in de kredietovereenkomst. Vanzelfsprekend zal een
bank de momenten waarop vervroegd kan terugbetaald worden zoveel mogelijk trachten te
beperken en strenge voorwaarden in acht laten nemen door de kredietnemer:
o Kredieten met vaste rentevoet gedurende hele looptijd van het krediet: principieel
worden vervroegde terugbetalingen hiervan niet toegelaten tenzij (om specifieke
redenen zoals stopzetting of overname van een onderneming) de terugbetaling
geschiedt mits betaling van een wederbeleggingsvergoeding: banken zullen op zulke
ogenblikken de ‘funding-loss clause’ (zie verder) inroepen en het werkelijk geleden
verlies laten dekken door minstens 6m intresten als ‘boete’ op te leggen.
o Kredieten met een vaste rentevoet gedurende een deel van de looptijd en nadien
een herzienbare rentevoet: principieel is ook in dit geval geen vervroegde
terugbetaling mogelijk gedurende de periode van vaste rentevoet. Vanzelfsprekend
mag de mogelijkheid tot vervroegde terugbetaling in de periode nadien (de periode
met herzienbare rentevoet) niet uitgesloten zijn. Indien de kredietnemer op zulk
ogenblik vervroegde aflossing wil doen, dient hij enkele voorwaarden te voldoen:
 De bank dient van de vraag tot vervroegde terugbetaling verwittigd te
worden via een aangetekend schrijven.
 Deze verwittiging dient min. 15d voor de herziening te gebeuren.
 Een wederbeleggingsvergoeding zal dienen betaald te worden.
 Er zal een uiterste datum van terugbetaling worden afgesproken
Noot: de te betalen wederbeleggingsvergoeding wordt als volgt berekend:
 Kredieten < € 500 000,00: een forfaitaire vergoeding van 6m intrest.
 Kredieten > € 500 000,00: vergoeding volgens ‘funding-loss clause’.
o Kredieten met rentevoetherziening (zonder periode van vaste rentevoet): gedurende
periode tot 1ste herziening zijn vervroegde terugbetalingen uitgesloten. Op moment
van de rentevoetherziening zal de bank de vervroegde terugbetaling accepteren
indien vervroegde terugbetalingen in de kredietovereenkomst niet werden
uitgesloten. Kredietnemer dient ook hier aan aantal voorwaarden te voldoen:
 De bank dient van de vraag tot vervroegde terugbetaling verwittigd te
worden via een aangetekend schrijven.
 Deze verwittiging dient min. 15d voor de herziening te gebeuren.
 Er zal een uiterste datum van terugbetaling worden afgesproken.
Noot: indien de terugbetaling gebeurt buiten de data ven herziening dan gelden
dezelfde voorwaarden als in het vorige geval.
Indien het investeringskrediet werd toegestaan onder de vorm van een kredietopening, dan
kan de reeds terugbetaalde som opnieuw worden opgenomen (zonder administratieve
15
kosten), vanzelfsprekend op voorwaarde van het voorleggen van facturen of dergelijke die de
nieuwe investering bewijzen.
Vertragingen bij opnemen fondsen kunnen worden gesanctioneerd door kredietopeningsprovisie of
reserveringsprovisie. Na bepaalde termijn behoudt de bank zich het recht voor de opneming van het
saldo op te schorten. De reserveringsprovisie (een klein % van ca. 0,15%) is meestal verschuldigd op
bedragen die niet zijn opgenomen binnen een termijn van 3 tot 6m na de ondertekening.
- De opnemingsperiode: gedurende deze periode kan de kredietnemer geld opnemen om de
leveranciers of de aannemer te betalen (excl. BTW). Deze periode mag max. 1j duren.
- De vrijstellingsperiode: gedurende de vrijstellinsperiode dient de kredietnemer enkel
intresten te betalen en wordt er nog geen kapitaal afgelost. De kredietnemer heeft meestal
een periode nodig om zijn investering operationeel te maken. (de opnemingsperiode en de
vrijstellingsperiode mogen samen max. 3j bedragen.)
Daarnaast worden bij het opmaken van het kredietdossier een aantal dossier- en studiekosten
aangerekend, dikwijls afhankelijk van het bedrag van het krediet.
De overheid biedt steun om de rentelast van investeringskredieten te verlagen: afhankelijk van
gewest (Vl, W, Br), de grootte van de investering en de activiteitencategorie waartoe de
onderneming behoort: (normen waaraan de investering moet volden worden beschreven in de wet)
- Directe financiële steun
o bv. rentetoelagen (bij VV financiering) (door kredietverlenende instelling aan te
vragen)
o bv. kapitaalpremies (bij eigen vermogen financiering) (door de onderneming aan te
vragen)
- waarborgverstrekking: indien de onderneming zelf niet ove voldoende waarborgen beschikt.
o Bv. gewestwaarborg
o Bv. staatswaarborg
- Fiscale voordelen
o Bv. fiscale vrijstelling (bv. OV)
o Bv. mogelijkheid van versnelde afschrijving.
Bijzondere clausules kunnen ingebouwd worden:
- Funding-loss clause: teneinde de bank vrij te stellen van grote opportuniteitskosten wordt er
dikwijls voor kredieten > € 500 000,00 een vergoeding gevraagd gelijk aan het reële verlies
indien de kredietnemer vervroegd terugbetaalt.
- Effectiseringsclausule: door het inbouwen van deze clausule krijgt de bank de mogelijkheid
om haar schuldvorderingen te effectiseren (over te dragen aan een derde).
- Increased cost clause: eveneens bedoeld voor grote kredieten (> € 500 000,00) waarbij de
bank de mogelijkheid krijgt de afgesproken rentevoet toch eenzijdig te verhogen op
voorwaarde dat dit geëist wordt door een bevoegde instantie (de monetaire overheid).
2.1.9. Beroepsfinanciering
Een beroepsfinanciering of financiering wordt gebruikt voor de aankoop van specifieke lichamelijke
RG zoals bedrijfsvoertuigen (nieuw of 2de hands), computer enz. het principe van dit soort
afbetalingskredieten is afkomstig uit de sector van de private kredieten: het gaat bij financieringen
meestal om kleinere bedragen en het te lenenbedrag hangt af van de waarde van het aan te kopen
goed, rek. houdende met het feit dat banken meestal een eigen inbreng van 15% eisen (maar wel de
BTW mee financieren). De gebruikelijke duurtijd van financieringen ligt tussen 2 en 5j (in maanden
uitgedrukt). Opname gebeurt door uitbetaling van het financieringsbedrag (aan de verkoper van het
16
investeringsgoed) na het overleggen van factuur. Terugbetaling gebeurt middels gelijke (meestal)
maandelijkse aflossingsbedragen.
2.1.10. Leasing
A Inleiding
Leasing is een financieringstechniek waarbij een leasingmaatschappij materieel aankoopt op
gespecificeerde aanwijzing van de leasingnemer. Dit materieel wordt vervolgends in huur gegeven
voor een welbepaalde termijn.
B Soorten leasing
1. Naargelang de aard van het goed:
a. Roerende leasing
i. Definitie en voorbeelden
Roerende leasing kan betrekking hebben op verschillende soorten van roerende goederen bv.
ii. Voorwaarden
1. Bedrijfsmaterieel: wordt uitsluitend voor beroepsdoeleinden
gebruikt.
2. Gespecificeerde aanwijzing: aangeduid door de lessee met doel het
goed te huren.
3. Huurtijd: moet overeenstemmen met de vermoedelijke levensduur
van het goed.
4. Huurprijs: moet zo bepaald worden dat de waarde van het geleasde
goed wordt afgeschreven over de in het contract bepaalde periode.
5. Optie: het contract moet de lessee de mogelijkheid bieden op het
einde van het contract het goed aan te kopen tegen in het contract
bepaalde prijs. De prijs moet overeenstemmen met de
vermoedelijke residu- of restwaarde van het goed.
b. Onroerende leasing
i. Definitie en voorbeelden
Is een alternatieve financieringstechniek waarmee u op een voordelige en fiscaal aantrekkelijke
manier de aankoop of de oprichting van uw bedrijfsgebouwen kunt financieren bv. industriële
bedrijfspanden, kantoren, opslagplaatsen, …
ii. Voorwaarden
1. Gespecificeerde aanwijzing: op de aanwijzing van de lessee wordt dit
gekocht door de lessor.
2. Genot van grond/gebouwen
3. Optie: zoals in roerende leasing.
4. Huurprijs: zoals in roerende leasing.
2. Naargelang de identiteit van de leasinggever
a. Directe leasing: leasinggever is ook leverancier.
b. Indirecte leasing: een driepartijenverhouding.
3. Naargelang de modaliteiten van het contract:
a. Financiële leasing
i. Definitie
Hierbij is het bijna steeds de bedoeling dat de huurder het geleasde materieel op het einde van de
huurperiode ook effectief verwerft. Het is dus in feite een echt alternatief voor de aankoop of de
financiering van een goed en is dan ook de meest voorkomende vorm van leasing.
Financiële leasing wordt gekenmerkt door het feit dat de leasinggever (de leasingmaatschappij) het
materieel aankoopt speciaal met het oog op de verhuring ervan en op specifieke aanwijzing van de
leasingnemer. Die kiest niet alleen het materiaal uit, maar duidt ook vaak de leverancier ervan aan.
17
ii. Positie leasinggever
iii. Positie leasingnemer
2
Leasingmaatschappij
3
Leasingnemer
1
5
4
Leverancier
1.
2.
3.
4.
5.
Keuze van materiaal.
Afsluiten leasingcontract.
Bevestiging aankoop.
Levering materiaal en ondertekening leveringsverslag.
Na ontvangst factuur en leveringsverslag volgt de betaling.
b. Operationele leasing
i. Definitie
Het grote verschil tussen financiële leasing en operationele leasing ligt op het vlak van het doel en
het resultaat van deze financieringsvorm.
Bij operationele leasing heeft de leasingnemer meestal niet de bedoeling eigenaar te worden van het
goed en is er dan ook meestal geen aankoopoptie voorzien. Hij wenst het gebruik ervan enkel
gedurende een beperkte periode, die vaak korter is dan de economische levensduur van het
gehuurde goed.
Het resultaat van operationele leasing is dus identiek met de verhuur van kapitaalgoederen en men
kan hier dan ook stellen dat het hier gaat om een soort van “langetermijnverhuur”.
De leasinggever stelt zich gewoonlijk garant voor de goede werking van de uitrusting en hij draagt
het risico van de waardevermindering ervan op de vervaldag van de leasingovereenkomst. In de
meeste gevallen van operationele leasing gaat het om standaardgoederen (computers, voertuigen,…)
en is er ook sprake van bijkomende dienstverlening vanwege de leasingmaatschappijen in de vorm
van extra V, onderhoud, pechbijstand, ….
Vergelijking financiële leasing – operationele leasing
a. Investeringsrisico
b. Economisch eigendom
c. Contract
d. Leasingperiode
e. Onderhoud
f. Koopoptie
g. Type materiaal
C Bijzondere leasingtechnieken
1. Sale-and-lease (rent) back
a. Kenmerken
Het verschil tussen financiële leasing en ‘sale and lease back’ is dat bij sale and lease back de
leasingnemer en de leverancier 1 en dezelfde persoon zijn.
De toekomstige leasingnemer verkoopt een eigen goed aan de leasingmaatschappij tegen een
overeengekomen prijs (meestal de marktwaarde). De leasinggever geeft hetzelfde goed dan in huur
aan de leasingnemer die het aldus opnieuw kan gebruiken.
18
b. Voordeel
Deze techniek wordt vaak toegepast door ondernemingen die hun liquiditeitspositie willen
verbeteren en d.m.v. een ‘sale and lease back’ operatie snel cash geld kunnen genereren.
2. Cross-border leasing
Een vorm van leasing waarbij de leasinggever en leasingnemer een verschillende nationaliteit
hebben. De leasinggever blijft ten allen tijde de juridische eigenaar van het goed, maar aangezien het
goed zich op een grote afstand van de leasinggever kan bevinden en het goed in eventuele productie
kan worden aangewend,kan het onmogelijk gemaakt worden het goed terug te halen.
De Nationale Delcrederedienst zal de leasing financieren waarbij de omvang van de dekking beperkt
wordt tot 85 % van het bedrag van elke termijn. De leasinggever zal dus een risico behouden van 15%
aan huurtermijnen.
Als men Cross-border-leasing bekijkt van het standpunt waarbij leasing gelijk is aan
objectfinanciering, kan men stellen dat exportleasing geen 'zuivere' vorm is van leasing. De
leasinggever blijft zoals vermeld juridisch eigenaar, maar hij zal bijkomende garanties zoeken omdat
het goed zelf geen borg meer is.
Hiermee is in feite de essentiële eigenschap van leasing aangetast.
3. Leveraged leasing
Een leasing in dewelke de leasinggever een deel van het geëiste kapitaal ter beschikking stelt voor de
aankoop van activa en leent de rest van een uitlener. De uitlener heeft een hypotheek gekregen op
dat activa en de leasingopdracht en betaling van de leasing. De leasingnemer betaalt de leasing aan
de leasinggever en de leasinggever betaalt aan de uitlener.
4. Big-ticket- leasing
Zijn leveraged leasing maar grootschaliger en meestal voor gemeentlijke activa zoals treinsporen, …
D Leasing in de praktijk
- Doelgroep
- Leasingobject
- Kredietpolitiek van leasingmaatschappijen
E Voor- en nadelen van leasing
Een voordeel van leasing t.a.v. de aankoop van een (on)roerend goed is dat er bij leasing geen sprake
is van het aangaan van een lening, hetgeen in veel gevallen wel dient te gebeuren bij een aankoop.
Dit biedt zowel voordelen voor de huurder als voor de verhuurder van het goed.
De huurder vindt bij leasing een oplossing voor volgende probleemsituaties:
- Hij heeft geen kredietcapaciteit meer om een aankoop te financieren.
- Hij heeft een gebrek aan eigen middelen die vaak gevraagd worden bij het aangaan van een
krediet.
- Hij kan of wil geen waarborgen of zekerheden leveren die de KI hem vraagt bij een
kredietaanvraag.
Voor de verhuurder/leasinggever is het voordeel dat hij heel wat minder formaliteiten dient te
vervullen om, bij niet-naleving van het contract door de leasingnemer, zijn eigendom te gelde te
maken gezien hij helemaal geen rek. dient te houden met andere SE.
19
Een ander voordeel van leasing is dat het een 100% financiering toelaat. Er worden hier geen
voorschotten gevraagd en de kosten die gepaard gaan met de investering kunnen vaak meegeleasd
worden. Daarnaast dient de huurder de 1ste huurprijs pas te betalen wanneer hij effectief over het
materieel beschikt.
De ondernemer heeft hier ook geen moeilijkheden inzake de financiering van de BTW. Bij andere
kredietvormen koopt de onderneming het goed zelf aan, hetgeen betekent dat ze BTW verschuldigd
is. Deze BTW is meestal volledig terugvorderbaar van de overheid, maar tussen de aankoop en de
terugbetaling kunnen ettelijke maanden verlopen gedurende dewelke de onderneming niet kan
beschikken over geld.
Bij leasing is de leasingmaatschappij de aankoper en dient zij de BTW te betalen. De leasingnemer zal
BTW betalen aan de leasinggever via de periodieke aanrek. Van de huurgelden. De betaling is dus
gespreid over de hele duur van het leasingcontract.
2.1.11. Factoring
A Inleiding
- Definitie: factoring houdt in dat een leverancier van goederen of diensten het beheer van
zijn handelsvorderingen overlaat aan een gespecialiseerde factoringmaatschappij of factor
die hem, tegen betaling van een vergoeding, een keuze biedt uit een aantal diensten.
- Kredietlimiet
- Werking in praktijk:
Leverancier
cliënt van de
factor
7
4
2
1
3
Factor
Debiteur
5
6
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Levering van de goederen of diensten aan de debiteur.
Overdragen van de vordering aan de factor.
Afhankelijk van type contract eventuele risicodekking.
Afhankelijk van type contract eventuele betaling van een voorschot.
Inning van vordering van de vervaldag.
Betaling.
Betaling.
B Contractfaciliteiten
- Debiteurenboekhouding
De factormaatschappij kan de gehele administratie m.b.t. de inning van facturen op zich nemen.
- Inning en Bewaking
De factor zal i.g.v. niet-betaling van de facturen noodzakelijke maatregelen moeten nemen om toch
nog aan het geld te geraken. Eventueel wordt er door de factor overgegaan tot gerechtelijk incasso
van de verschuldigde vorderingen.
20
- 100% Risicodekking
Na de kredietwaardigheid van de klanten te hebben onderzocht en per betrokkene een limiet te
hebben vastgelegd tot dewelke hij (de factor) facturen zal aanvaarden, kan de factormaatschappij
hier het volledig risico (100% van het factuurbedrag, incl. BTW) dekken.
Dit betekent dat indien een bepaalde debiteur niet betaalt de onderneming toch zeker is dat ze, van
de factormaatschappij, haar geld zal krijgen. Dit gebeurt meestal 90 à 100d na de vervaldag van de
facturen.
- Financiering
Op het ogenblik van endossement van de facturen, dus voor de vervaldag, kan eventueel
onmiddellijk een deel van het factuurbedrag (70 à 85%) ter beschikking worden gesteld van de
leverancier. Deze financiering wordt meestal verstrekt onder de vorm van een RCkrediet en dit tegen
de rentevoorwaarden van een kaskrediet.
- De Kosten
Naargelang de uitgebreidheid van de door de factor verstrekte dienstverlening variëren de
aangerekende kosten tussen 0,15% en 2,00% van de factuurbedragen.
- Credit management
- Betalingswaarborg
- Financiering
- Beheer cliëntenrekeningen
- Invordering
C Werkingsmodaliteiten
- Old line factoring
Hieronder verstaat men een overeenkomst waarin de cliënt kiest voor een door de factor gevoerde
debiteurenadministratie en een risicodekking.
- Integrale factoring
Naast de debiteurenadministratie en een kredietV wordt ook nog beroep gedaan op een
financieringsmogelijkheid.
- Maturity factoring (vervaldagfactoring)
Hier ontvangt de leverancier de vorderingen precies op de vervaldag van facturen, ongeacht het
tijdstip waarop de afnemer aan de factor betaald heeft.
- Discontofactoring
De leverancier wordt hier vergoed op het ogenblik dat de factor de facturen overneemt.
- Agency factoring
i.g.v. Agency Factoring zal de cliënt zijn debiteurenadministratie zelf beheren en zal hij zelf zorgen
voor het incasso. Hij zal enkel een beroep doen op de factor voor wat een eventuele voorfinanciering
en/of een kredietV betreft. Bij laattijdige betaling zal het beheer van de facturen dan uiteindelijk toch
overgedragen worden aan de factor.
D Kosten
- Algemeen: tarifering afhankelijk van een aantal factoren m.b.t. de aangeleverde facturen.
- Specifieke vergoedingen:
o Studieprovisie
o Factoringprovisie
o Financiële kosten
21
E Voor- en nadelen van factoring
- Risico
- Administratie
- Kostprijs
- Relatie klant
- Buitenlandse klanten
F Vergelijking van balans met en zonder factoring
(oefening)
2.1.12. Andere Kredieten
P.M.
2.1.13. Waarborgkredieten
A. Inleiding
Definitie
In tegenstelling tot uitbetalingkredieten is het doel van deze kredietvorm niet het ter beschikking
stellen van fondsen, maar het afleveren van een uitvoeringswaarborg aan een derde van een
prestatie van de cliënt. Hierdoor voegt de Bank (die de waarborg uitgeeft) haar solvabiliteit bij die
van haar cliënt en verbindt zij zich ertoe een eventuele schuld van haar cliënt aan een derde te
honoreren (de begunstigde van de waarborg).
 gevolg: de bank die de waarborg uitgeeft voegt a.h.w. haar eigen solvabiliteit bij die van haar
cliënt en verbindt zich er toe een eventuele schuld van deze cliënt aan een derde (begunstigde van
de waarborg) te honoreren.
 opmerking
Voordelen
De bankwaarborg is meestal goed een teken dat wijst op gezonde financiële situatie van het bedrijf.
Nadelen
Hoog potentieel risico voor bank, die technische aspecten operatie maar moeilijk kan inschatten.
Kost
De effectieve kost van de waarborg hangt af van de aard en de duur van het te dekken risico. Vaak
zal een forfaitaire waarborgprovisie (guarantee fee)/kwartaal worden aangerekend.
Waarborgakte
De waarborgakte is het schriftelijk doc. waarin de waarborg die de borg aan de hoofdSN verleent,
wordt vermeld. Zij preciseert o.a.:
- Aard contract of aard operatie die aan oorsprong uitgifte van het waarborgkrediet ligt.
- De identiteit van hoofdSN en begunstigde.
- Voorwerp verbintenis, of omstandigheden waarin borg zijn verbintenis zal moeten uitvoeren.
- Bedrag verbintenis: bedrag dat verschuldigd zal zijn wanneer waarborg zal worden
ingeroepen, wordt meestal niet bepaald (vermits in gebreke blijven ter schadeloosstelling
waarvan dit bedrag wordt gestort meestal niet op voorhand kan worden bepaald); het moet
echter bepaald kunnen worden (in functie van objectieve criteria) en moet steeds beperkt
zijn tot max.bedrag, waarboven borg nooit enige verplichting zal hebben.
- Duur verbintenis: ook al is soms moeilijk of zelfs onmogelijk te voorzien op welk moment hij
zijn verbintenis zal moeten uitvoeren, borg zal altijd een uiterste geldigheidsdatum bepalen
voor zijn verbintenis of een aanduiding moment vanaf hetwelk de waarborg niet meer geldt.
22
Indien het waarborgkrediet uitzonderlijk niet voor een bepaalde duur wordt uitgegeven, zal
de borg een mogelijkheid tot herroeping mits voorafgaande kennisgeving in de akte inlassen.
B Soorten
Aval op handelspapier
Deze waarborg dekt de niet-betaling door de betrokkene op de vervaldag. De Bank wordt dus
hoofdelijke co- van de wissel.
Administratieve borgtocht
Waarborg waarbij de Bank er zich toe verbindt te betalen i.p.v. haar cliënt, in geval deze zijn
verplichtingen tegenover een administratie (douane, accijnzen, registratie, post, belastingen, …) niet
zou nakomen.
Aannemersborgtocht
Waarborg t.g.v. de bouwheer (publieke of onderhandse markt). Wordt uitgegeven wanneer de
inschrijver (cliënt):
- ‘bid bond’
Aanbestedingsgarantie (inschrijvingsgarantie) of ‘bid bond’
Een dergelijke bid bond wordt vaak gevraagd indien een onderneming ingaat op een offerteaanvraag
of deelneemt aan een openbare aanbesteding. De KI die zich hier borg stelt, verbindt er zich toe het
bedrag van de waarborg op het 1ste verzoek van de begunstigde uit te betalen indien blijkt dat de
inschrijver/cliënt van de KI als ‘winnaar’ werd aangeduid, maar zou weigeren het contract te
ondertekenen of niet in staat zou zijn om het contract uit te voeren. Doel van deze waar borg is dat
de koper zich er op die manier van verzekert dat er geen ondernemingen deelnemen die financieel
en/of technisch niet in staat zouden zijn om het contract aan te kunnen.
- ‘prepayment bond’
nadat hij het contract toegewezen heeft gekregen, van de bouwheer voorschotten tegen bestelling
krijgt. De bouwheer zal van de aannemer vragen dat hij met zijn bank een vooruitbetalingwaarborg
sluit die betrekking heeft op het volledige gestorte voorschot, en waarop hij een beroep zal doen in
geval het werk niet zou worden uitgevoerd. Deze waarborg kan degressief zijn, d.w.z. dat het
gewaarborgde bedrag vermindert in functie van de voortgang van de werken of van de levering van
de goederen.
- ‘perfomance bond’
op het ogenblik van de definitieve oplevering de goede uitvoering en de conformiteit van de
uitgevoerde werken of van de geleverde goederen zal moeten dekken. Hij zal met de Bank
onderhandelen over een uitvoeringswaarborg, die gewoonlijk tussen 5 en 10% van de totale waarde
van het contract bedraagt.
Waarborg van goed verloop van een krediet
De moedermaatschappijen kunnen hun bankier vragen waarborgen uit te geven om de
verplichtingen van hun filialen (meestal in het buitenland) te dekken, opdat deze kredieten van een
lokale bank zouden kunnen bekomen.
Huurwaarborg
Bedrag dat de KI belooft te betalen aan de verhuurder van een gebouw, wanneer de zijn
verplichtingen niet nakomt; deze verplichtingen kunnen in de huurovereenkomst worden
gepreciseerd (betaling van de huur, schade aan het gebouw, niet-uitvoering van de geplande werken
op het einde van de huurovereenkomst, …) deze waarborg bestaat in een vast bedrag.
‘money retention bond’
23
Vooruitbetalingwaarborg waarvan het bedrag afneemt naarmate het contract wordt gerealiseerd. Dit
bedrag kan evenredig met het aantal voorgelegde facturen verminderen. Indien dus een bedrag “y”
als voorschot werd betaald, het saldo betaalbaar is in “n” facturen en de inschrijver waaraan het
contract werd toegewezen, het contract niet meer uitvoert na 2 facturen te hebben gepresenteerd,
ontvangt de begunstigde van de “Retentie money bond” van de borg een bedrag = (n – 2/n) x y. de
‘retentie money bond’ is meestal een borgstelling voor een bepaald bedrag (5%) en is geldig tijdens
de “waarborgperiode”.
Wet Breyne
Voltooiingwaarborg of terugbetalingwaarborg van de gestorte bedragen die de koper of de
bouwheer (natuurlijk niet-beroepspersoon) van een eengezinswoning of van een appartement op
plan indekt tegen het in gebreke blijven van de aannemer of de vastgoedpromotor.
Waarborg voor ontbrekend connossement
Document dat wordt gebruikt in de internationale handel: het vertegenwoordigt de eigendom van
een goed. Met de waarborg voor ontbrekend connossement kan men de levering van de goederen
bekomen zonder dat men dat document hoeft voor te leggen.
Waarborg t.g.v. NMBS
De 10-daagse waarborg aan de NMBS dekt de transportkosten die de kredietnemer om de 10d
verschuldigd is aan de NMBS voor de door deze laatste uitgevoerde transporten.
Waarborg t.g.v. CDCV
De Centrale Dienst voor Contingenten en Vergunningen int, voor rek. van de EU, de heffingen,
premies, compenserende of bijkomende bedragen, additionele bedragen of bestanddelen e.a.
rechten, die bepaald of te bepalen zijn in het kader van de het gemeenschappelijk landbouwbeleid
zijn bij in- en uitvoer van bepaalde producten.
Douanewaarborg (lopende rekening)
Importeur goederen kan een expeditiebedrijf inschakelen om die goederen in ontvangst wanneer ze
bij douane zijn aangekomen. Volgens een welbepaalde van de frequentie betaalt het expeditiebedrijf
aan de douane verschillende taksen en rechten, meestal door debitering van een lopende rek. De
douanewaarborg dekt de douane tegen de niet-betaling door het expeditiebedrijf van de taksen e.a.
rechten m.b.t. de invoerverrichtingen. Bij aangetekend schrijven kan op ieder ogenblik een einde
worden gesteld aan de waarborg; deze herroeping treedt pas inwerking 30d na de kennisgeving.
2.2. Kredietverlening aan particulieren
2.2.1. Consumentenkrediet
Vormen
- Lening op afbetaling
Wordt verstrekt door financiële instelling en stelt som geld ter beschikking, hetzij voor een niet
bepaald doel, hetzij om aankoop goed of dienst te financieren. Zij wordt afgesloten voor bepaalde
duur en moet terugbetaald worden op periodieke, in het algemeen maandelijkse stortingen.
- Verkoop op afbetaling
Zal je voorgesteld worden voor aankoop goed (auto, huishoudtoestellen, meubelen, …) of levering
dienst. Je leent enkel noodzakelijke som. Je zal verplicht een voorschot van min. 15% van het bedrag
van je aankoop moeten geven (persoonlijke inbreng). De rest van het bedrag wordt gefinancierd en
moet terugbetaald worden door periodieken in het algemeen maandelijkse stortingen.
-
Financieringshuur
24
Stelt je in staat een RG (PC, wagen, …) voor een bepaalde duur te huren, waarbij je aan het einde van
die termijn de mogelijkheid hebt het goed te verwerven voor de prijs die bij het sluiten van de
overeenkomst werd bepaald. De huur moet in het algemeen maandelijks betaald worden.
Ongeacht voor welke kredietvorm je gekozen hebt, of het nu om een lening op afbetaling, verkoop
op afbetaling of financieringshuur gaat, de wet beperkt steeds de max. terugbetalingstermijn in
functie van het ontleende bedrag.
- kredietopening
Is een financiële reserve die, voor bepaalde of voor onbepaalde duur, door een KI ter beschikking
wordt gesteld en al dan niet gepaard gaat met de aflevering van een kaart. De interesten moeten
steeds periodiek betaald worden. wat de terugbetaling van het kapitaal betreft, zijn verschillende
formules mogelijk (bv. formule met terugbetaling van het kapitaal naar eigen keuze van de
consument; formule met terugbetaling van het kapitaal d.m.v. betaling van een vast maandelijks
bedrag dat naargelang de kredietlijn wordt bepaald; formule met terugbetaling van het kapitaal
volgens een % dat in functie van het verschuldigde blijvend saldo wordt bepaald).
Schuldvordering
Een recht krachtens hetwelk een persoon iets van iemand kan eisen, bv. een betaling. Meestal is in
de kredietovereenkomst bepaald dat de kredietnemer zijn eigen schuldvorderingen (lonen,
ontvangen huurvorderingen, geld dat op de bank werd geplaatst, enz.) aan de kredietgever
overdraagt als waarborg voor de uitvoering van zijn verplichting.
2.2.2. Hypothecaire lening
A Begrip
Definitie
Een hypothecaire krediet is een krediet dat gewaarborgd is door een hypotheek of een hypothecaire
inschrijving op een OR.
De term ‘hypothecair krediet’ is een term die in de wetgeving niet uitdrukkelijk werd gedefinieerd.
Ook in de Wet op het Hypothecair Krediet van 4/8/92 werd geen definitie uitgegeven maar werd
enkel een opsomming voorzien van de soorten kredieten die dienen beschouwd te worden als
hypothecaire kredieten voor de toepassing van deze Wet.
Een krediet gewaarborgd door een hypothecaire volmacht (zie Deel III Zekerheden) wordt door de
Wet op het Hypothecair Krediet beschouwd als een hypothecair krediet. Nochtans komt een krediet
gewaarborgd door een hypothecaire volmacht niet in aanmerking voor het bekomen van de
voorziene fiscale maatregelen.
Toepassingsgebied
Een kredietovereenkomst is onderworpen aan de Wet op het Hypothecair Krediet indien 4
cumulatieve voorwaarden zijn vervuld:
- Krediet dient te worden toegekend aan natuurlijke personen die zijn verblijfplaats in B heeft.
- De kredietnemer moet uitsluitend handelen met een oogmerk dat vreemd is aan zijn
handels-, beroeps-, of ambachtelijke activiteiten.
- Het krediet moet bestemd zijn voor het financieren van onroerende zakelijke rechten (nl.
gronden, bestaande of op te richten gebouwen, …)
- Het krediet moet een hypothecair krediet zijn in de zin van de Wet; ingevolgde de bepalingen
van art. 2 van de Wet worden beschouwd als hypothecaire kredieten:
o Het krediet gewaarborgd door een hypotheek of een voorrecht op OG of door
inpandgeving van een op dezelfde wijze gewaarborgde schuldvordering.
25
o
De schuldvordering die voortspruit uit de indeplaatsstelling van 1 of meerdere derde
personen in de rechten van een SE die bevoorrecht is op een OG.
o Het krediet bedongen met het recht een hypothecaire waarborg te eisen, zelfs indien
dit echt in een afzonderlijke akte bedongen is.
o Het garantiekrediet waarbij aan de borg of garant een hypothecaire waarborg wordt
toegekend.
Kredieten gewaarborgd door hypotheek of zelfs hypothecair mandaat vallen dus onder toepassing
van Wet voor zover aan de andere toepassingsvoorwaarden is voldaan. Ook indien hypotheek niet
door kredietnemer zelf maar door een derde (een borg) wordt verstrekt, is de Wet van toepassing.
De plaats waar het gehypothekeerde goed is gelegen is irrelevant voor toepassing van de Wet.
C Terugbetalingsmodaliteiten
De Wet op het Hypothecaire Krediet voorziet 3 soorten terugbetalingen:
1. Aflossing van het kapitaal
Iedere storting komt onmiddellijk in mindering van het kapiaal. De periodiciteit en het bedrag –
uitgesplitst in kapitaal en intresten – moeten vermeld worden in de vestigingsakre. Tevens dient een
aflossingsplan bijgevoegd te worden.
2. Reconstitutie van het kapitaal
De kredietnemer verbindt er zich toe stortingen te doen in het kader van een zgn. toegevoegd
contract: de gestorte bedragen kunnen slechts op bepaalde tijdstippen en onder bepaalde
voorwaarden (bepaald in de vestigingsakte) aangewend worden tot aflossing van de hoofdsom. Het
toegevoegd contract kan enkel zijn:
- Een levensVcontract
- Een kapitalisatiecontract
- Een andere vorm van sparen
3. Terugbetaling van het kapitaal
Het kapitaal wordt in 1x, hetzij op vervaldatum, hetzij vervroegd, terugbetaald.
D Duur
Aangezien de geldigheidsduur van een hypothecaire inschrijving bepaald is op 30j kunnen in principe
ook leningen met een duurtijd tot 30j toegestaan worden.
E Rentevoet
De rentevoet van een hypothecair krediet kan vast (voor de ganse duur van de lening) of variabel
zijn.
1. Indien de rentevoet vast is, kunnen er verschillende rentevoeten voor verschillende periodes
voorzien worden
2. Indien de rentevoet variabel is:
a. Moet de rentevoet zowel in min als in meer schommelen; men mag bedingen dat
een bepaald min.verschil t.o.v. de vorige periode moet bereikt worden vooraleer de
rentevoet aangepast wordt.
b. De verandering van de rentevoet is gebonden aan de schommeling van de referteindex gekozen uit een reeks referte-indexen bepaald bij KB.
c. De vestigingsakte bepaalt dat de verandering van de rentevoet zowel in min als meer
beperkt wordt tot een bepaald verschil t.o.v. de oorspronkelijke rentevoet, zonder
dat dit verschil i.g.v. stijging meer mag bedragen dan i.g.v. daling.
d. De min. rentevastheid bedraagt 1j.
e. Indien de 1ste aanpassingsperiode < 3j, mag de rentevoet max. met 1% stijgen bij de
1ste herziening en met 2% t.o.v. de oorspronkelijke referte-index bij de 2de herziening.
26
f.
De referte-index, de tijdstippen, voorwaarden en modaliteiten van verandering van
rentevoet moeten in de vestigingsakte vermeld zijn.
g. Ten laatste op de datum dat de intresten aan de nieuwe rentevoet beginnen te
lopen, moet de kredietnemer verwittigd worden. kosteloos dient een nieuw
aflossingsplan bijgevoegd te worden.
Berekening
- Intresten zijn altijd verschuldigd na vervallen termijn (vooraf betaalbare intresten zijn
verboden door de Wet).
- De intresten worden berekend i.g.v.:
o Aflossing: op het verschuldigd blijvend saldo.
o Reconstitutie: op het kapitaal of na gedeeltelijke terugbetaling op het saldo.
o Kredietopening: op het opgenomen kapitaal.
- Eisen van betaling intresten gedurende de perioden waarvoor zij berekend zijn, is verboden.
F Vervroegde terugbetaling
De kredietnemer heeft het recht op ieder ogenblik het kapitaal geheel of, behoudens andersluidend
beding, gedeeltelijk terug te betalen. Het andersluidend beding mag evenwel niet uitsluiten dat:
- Er 1x/j een gedeeltelijke terugbetaling is.
- Er terugbetaling is van een bedrag van min. 10% van het kapitaal.
Vergoeding bij vervroegde terugbetaling
De kredietgever mag een vergoeding bedingen voor het geval van gehele of gedeeltelijke vervroegde
terugbetaling welke max. 3m intrest bedraagt op het bedrag van het verschuldigd blijvend saldo,
berekend aan de rentevoet van het krediet. Er is evenwel geen vergoeding verschuldigd i.g.v.
terugbetaling wegens overlijden of in uitvoering van een toegevoegd of aangehecht contract.
G Wanbetaling
Bij wanbetaling van een verschuldigd bedrag dient de kredietgever binnen de 3m na de vervaldag
een aangetekende verwittiging te zenden die de gevolgen van niet-betaling vermeldt. Bij nietnaleving van deze verplichting:
- Mag contractuele verhoging rentevoet wegens vertraging in betaling niet worden toegepast.
- Moet voor de vervallen som een betalingsuitstel van 6m vanaf de achterstallige vervaldag
worden toegestaan zonder bijkomende kosten of intresten.
De kredietgever heeft een meldingsplicht t.a.v. de Nationale Bank en dient elke wanbetaling mee te
delen:
- Wanneer een verschuldigde som niet betaald wordt binnen de 3m na vervaldag.
- Wanneer verschuldigde som niet betaald wordt binnen 1m na verzending aanmaningsbrief.
H Vervroegde opeisbaarheid
De oorzaken van vervroegde opeisbaarheid moeten in de vestigingsakte vermeld zijn en mogen niet
voortvloeien uit een toedoen van de kredietgever. De Wet op het Hypothecair Krediet geeft geen
nadere bepaling van vervroegde opeisbaarheid of wanbetaling.
I Uitwinning
Elke tenuitvoerlegging of beslag dat plaats vindt krachtens een vonnis of een andere authentieke
akte, moet op straffe van nietigheid voorafgegaan worden door een poging tot minnelijke schikking
voor de beslagrechter. Bovendien kunnen de kredietnemer, de borg of de steller van een
persoonlijke zekerheid aan de beslagrechter betalingsfaciliteiten vragen.
J Sancties
27
1. Burgerlijke sancties
o Indien kredietgever de bepalingen voorzien in de Wet op het Hypothecair Krediet
schendt, mag de kredietnemer op elk ogenblik en zonder vergoeding, doch mits
betaling van de verlopen intresten, het krediet terugbetalen, behoudens indien de
kredietgever bewijst dat de schending de kredietnemer geen nadeel bezorgt.
o Diverse specifieke sancties worden voorzien i.g.v. specifieke bepalingen.
2. Strafbepalingen
Worden strafrechtelijk gesanctioneerd, de overtreding van:
o Het verbod tot ondertekening van wisselbrieven of orderbriefjes.
o De verplichting inzake het toegevoegd en aangehecht contract.
o De bepalingen inzake koppelverkoop.
Hypothecaire kredieten in de praktijk
- De wijze van terugbetaling: vergelijkend voorbeeld.
- De wederbeleggingsvergoeding.
Wat is de verbrekingsvergoeding of wederbeleggingsvergoeding wordt betaald bij vervroegd
terugbetalen van lening. Die komt overeen met 3 maandelijkse afbetalingen. Men zal dus trachten na
te gaan of het bedrag van die 3 maandsommen terugverdiend kan worden via een lagere rente.
- De schuldsaldoV
Vvorm vaakst bij consumentenkrediet afgesloten wordt. i.g.v. overlijden dekt zij, overeenkomstig
afgesloten Vformule, volledige of gedeeltelijke terugbetaling krediet.
- De quotiteit:
De meeste KI zullen slechts een lening toestaan ten belope van een bepaald % (= leningquotiteit) van
de geschatte waarde van het OG. Deze waarde wordt bij sommige KI bepaald op basis van de waarde
bij vrijwillige verkoop, terwijl andere instellingen zich hier baseren op de executiewaarde, zijnde de
raming van wat de woning zal opbrengen bij een gedwongen verkoop. Afhankelijk van de instelling
zal deze quotiteit liggen tussen de 70% en 100% van de geschatte waarde. Wil men een hoger bedrag
ontlenen, zullen de meeste KI dit enkel toestaan mits het aantekenen van een hogere rentevoet.
o Gedwongen verkoopwaarde.
o Vrijwillige verkoopwaarde.
o Venale waarde. (meestbiedend)
-
Kredietformules
o Kredietformules met veranderlijke rente
Bij kredietformules met variabele rentevoet blijft de rentevoet vast gedurende (naar keuze, bij de
meeste KI) 1, 5, of 10j. na verloop van die termijn wordt de rentevoet aangepast aan de
referentierentevoeten van dat ogenblik. Na afloop van de gekozen periode blijft de eventueel
aangepaste rente opnieuw vast voor een nieuwe periode van 1 (leningen met rente 1j vast) of 5j
(leningen met 5j of 10j rentevastheid). De eventuele verhogingen in de toekomst kunnen niet hoger
dan bepaald % boven oorspronkelijke rentevoet uitstijgen, mogelijke dalingen zijn eveneens beperkt.
o Variabele rentevoet met vaste mensualiteit
Bij kredietformules met variabele rentevoet maar tegelijkertijd vaste mensualiteit blijft rentevoet van
kracht gedurende 1j en wordt dan opnieuw bekeken in functie van de rentevoeten van dat ogenblik
(op basis van de referentie-index). Tegelijk is men er zeker van een zelfde maandelijks bedrag te
blijven betalen gedurende e hele looptijd. Bovendien is de stijging van de rentevoet beperkt tot een
max.% t.o.v. de oorspronkelijke rentevoet. Een rentestijging wordt opgevangen door een verlenging
van de looptijd van het krediet (meestal beperkt tot een bepaald max. bv. 3j bijkomend voor een
krediet met oorspronkelijke looptijd van 15j, 5j bijkomend bij een oorspronkelijke looptijd van 20j).
o Kredietformules met vaste rentevoet
28
Bij een keuze voor een formule met vaste rentevoet is de kredietnemer zeker dat de rentevoet van
het hypothecair krediet niet zal wijzigen gedurende de looptijd van het krediet waarvoor de
rentevoet van toepassing is, ongeacht de evolutie van de marktrentevoeten.
Bij de meeste KI kan er gekozen worden uit formules 10j vast, 15j vast en 20j vast, met telkens de
garantie dat de volgende 10, 15 of 20j een onveranderlijke mensualiteit dient betaald te worden.
-
Opneming van bouwleningen
Hypothecaire inschrijving
Verloop van en leningsaanvraag
Kredietgever of –bemiddelaar stelt info ter beschikking onder vorm van prospectus
Vermeldingen van financiële gegevens van de aangeboden kredietovereenkomsten o.m.
- Bedrag
- Looptijd
- JKP
- Terugbetalingsmodaliteiten
Onderzoek
Toekennen krediet hangt af van
- Solvabiliteit
- Terugbetalingsmogelijkheden
 Kredietgever vult formulier in (kredietaanvraag) met
- Sociaal-economische situatie
- Inkomen
- Lasten
 Voorlegging bewijzen
- Officieel identiteitsbewijs
- Mededeling rijksregisternr.
- Mededeling naam en adres werkgever
- Overhandiging loonbrief
 Ondertekening kredietaanvraag en nazicht op correctheid inlichtingen.
 Nazicht door kredietgever bij zijn interne bestanden + CKP van NBB (waarin alle in B verstrekte
consumentenkredieten en hypothecaire kredieten evenals de erop betrekking hebbende
betalingsachterstanden worden opgetekend.
 Krediet al dan niet toestaan
Weigering
Indien ze van mening zijn dat het gevaar op niet-terugbetaling te groot is. Je zal ingelicht worden
over de verschillende bestanden die geraadpleegd werden, met de naam en het adres van de
verantwoordelijken van die bestanden. De wet geeft je recht om aan de verantwoordelijke van het
bestand (= verantwoordelijke van de verwerking) te vragen om je de inlichtingen te verstekken die hij
m.b.t. jou bezit. Eveneens recht om, indien nodig, de verbetering van de jou betreffende gegevens te
vragen, of zelfs de schrapping ervan (bescherming consument privé-leven).
Module: consumentenkrediet
Krediet
Een gebeuren waarbij geld geleend wordt tegen intrest.
Krediet is motor van de economie
29
Omdat het, aangezien het de toegang tot consumptiegoederen vergemakkelijkt, massaproductie
mogelijk maakt, die op haar beurt tot een daling van de verkoopprijzen leidt,… waarvan dan weer
uiteindelijk e consument beter wordt.
Krediet schept werkgelegenheid
Niet alleen in de financiële sector als dusdanig, maar ook onrechtstreeks in alle sectoren die het mee
ondersteunt (de automobielsector, huishoudapparaten, de bouwsector, enz.) het krediet speelt dus
naast zijn economische rol ook een sociale rol.
Doeleinden van een krediet
- De verwezenlijking van een concreet project
De aankoop of aanschaf van een goed (wagen, computer, meubelen, …) of een dienst (bv. de
herstelling van een wagen, het opmaken van een plan voor een tuininrichting) rechtvaardigen soms
dat een beroep gedaan wordt op krediet.
- De verbetering van de leefomgeving
Het gaat in het algemeen om onroerende aankopen die het wooncomfort verhogen en zelfs
besparingen mogelijk maken bv. installatie of vervanging centrale verwarming, inrichting badkamer,
installatie ingerichte keuken, veranda, …
- Wanneer zich bepaalde gebeurtenissen voordoen
Ook al zijn bepaalde gebeurtenissen te voorzien, zoals huwelijk, geboorte, communie, toch blijft het
zo dat het soms nodig is het budget aan te vullen en een beroep te doen op krediet omdat het
spaargeld op termijn is vastgelegd. Andere, minder aangename gebeurtenissen kunnen ertoe leiden
dat het gezinsbudget de aanvankelijk voorziene grenzen overschrijdt: vervanging wasmachine,
televisie, … maar ook een bijkomende belastingaanslag, verkeersongeval, ziekte of zelfs overlijden.
- De opbouw van een reserve aan beschikbaar geld
Of ze nu uiteindelijk gebruikt zal worden of niet, die reserve heeft tot doel op vlak van gezinsbudget
een goed evenwicht te bewaren tussen inkomsten en uitgaven. Dit kan het geval zijn voor personen
waarvan het inkomen erg schommelt, bv. omdat ze seizoensgebonden activiteiten uitvoeren.
Niet-betaling
De KI zal de kredietovereenkomst kunnen beëindigen en de onmiddellijke terugbetaling van het
verschuldigd blijvend saldo + nalatigheidintresten + forfaitaire schadevergoeding kunnen eisen.
Zodra de achterstand een bepaald niveau bereikt heeft (in hoofdzaak 3 onbetaalde vervaldagen of
een ongeoorloofde debettoestand gedurende 3m voor een kredietopening), zal dit bovendien
aanleiding geven tot een vermelding in de CKP van NBB. Dit zou vanzelfsprekend het bekomen van
een later krediet kunnen bemoeilijken.
Indienen kredietaanvraag
-
Ter plaatse naar agentschap financiële instelling of kantoor kredietmakelaar
Telefonisch
Per brief
Via internet
Opgelet:
- Erkende kredietgevers of bemiddelaars die bij de FOE zijn ingeschreven (hun erkennings- of
inschrijvingsnr. moet vermeld staan in het aanbod dat je overhandigd wordt).
- Leuren voor kredietovereenkomsten aan de woonplaats of de werkplaats is verboden,
behalve op schriftelijk en voorafgaand verzoek van de kandidaat-kredietnemer.
- Elke kredietbemiddelaar moet de consument duidelijk op de hoogte brengen van zijn
hoedanigheid en de draagwijdte van zijn bevoegdheden.
30
-
De kredietgever of –bemiddelaar moet je de beste oplossing voorstellen.
Wantrouw aanlokkelijke voorstellen of reclame.
Schuldvordering
Een recht krachtens hetwelk een persoon iets van iemand kan eisen, bv. een betaling. Meestal is in
de kredietovereenkomst bepaald dat de kredietnemer zijn eigen schuldvorderingen (lonen,
ontvangen huurvorderingen, geld dat op de bank werd geplaatst, enz.) aan de kredietgever
overdraagt als waarborg voor de uitvoering van zijn verplichting.
Voorwaarden van een krediet
De borg
Het gebeurt ook dan de kredietgever de bijkomende borgstelling van een andere persoon, een
naaste, vraagt, die zich er dan toe verbindt het krediet terug te betalen indien jje je verbintenissen
niet langer zou kunnen nakomen, bv. ingevolge een wijziging van je persoonlijke, beroeps- of
familiale toestand.
Opnieuw voorziet de wet een aantal beschermingsmaatregelen t.g.v. hem of haar die aanvaard heft
om zich persoonlijk voor jou borg te stellen. In de borgstelling moet vooreerst het bedrag vermeld
worden dat gewaarborgd wordt. Daarnaast moet de borg een exemplaar van de
kredietovereenkomst ontvangen hebben en ingelicht zijn over het sluiten van de overeenkomst. de
borg moet door de kredietgever eveneens ingelicht worden over je betalingsachterstanden. Er zal
slechts op zijn tussenkomst beroep gedaan mogen orden wanneer de stappen die de kredietgever
voorafgaandelijk tegenover jou genomen heeft, zonder resultaat zijn gebleven.
Prijs
Kosten krediet
Kredietverlening = dienst waarvoor betaald moet worden.
Met het oog op de bescherming van de consument en om de doorzichtigheid van de markt te
verhogen, heeft de wet een éénvormige methode voor de berekening van de kostprijs van alle
consumentenkredieten uitgewerkt: het JKP.
Dit JKP heeft als voordeel dat het de vergelijking tussen alle financiële instellingen die éénzelfde
krediet aanbieden, mogelijk maakt. Het is dus een zeer nuttig middel om de reële kosten van
verschillende kredieten met elkaar te vergelijken. In het JKP wordt rek. gehouden met alle
bijzonderheden van het krediet:
- De snelheid warmee het kapitaal wordt terugbetaald.
- De betaling van de interesten.
- Berekening eventuele kosten die met toekenning en/of beheer krediet verbonden zijn (bv.
dossierkosten).
Er kan dus geen sprake zijn van de betaling van bijkomende kosten, aan wie dan ook.
Een duidelijkere en minder ingewikkelde aanduiding dan het JKP vormen de ‘totale kosten van het
krediet’. Deze totale kosten moeten in de consumentenkredietovereenkomsten vermeld worden. zij
vormen het verschil tussen het totale bedrag dat je zal moeten terugbetalen (kapitaal + interesten
en kosten) en de ontleende som. Met deze info kan je op eenvoudige wijze nagaan hoeveel het
voorgestelde krediet je tot op de eurocent na zal kosten.
Het in de overeenkomst opgenomen kosten% blijft ongewijzigd tijdens de volledige duur van het
krediet, behalve voor kredieten met een looptijd van > 5j en voor kredietopeningen, die een
31
veranderlijk kosten% kunnen hebben. In die gevallen moet er aan jou specifieke info meegedeeld
worden.
Tot slot is het nuttig om weten dat de wet max. JKP heeft bepaald die de kredietgevers niet mogen
overschrijden en waarboven het verboden is krediet te verstrekken. Die % worden periodiek herzien
in functie van de evolutie van de geldmarkt.
Totale kosten van het krediet hangen af van het soort krediet, het kosten% en het ontleende bedrag.
Kostprijs van het krediet van eventueel daarmee verbonden V
Het kan zeer nuttig zijn bij een consumentenkrediet een V af te sluiten om je tegen onvoorziene
gebeurtenissen (overlijden, ongeval, ziekte, werkloosheid, …) in te dekken.
Kredietgever mag je echter niet verplichten dergelijke V te nemen bij door hem opgelegd organisme!
Er bestaan op de markt verschillende soorten V:
- De V tegen ziekte en/of invaliditeit: neemt de terugbetaling van het betrokken krediet ver
vanaf het ogenblik dat de Vd officieel erkend is als ziek en/of invalide. De terugbetalingen
van de V stoppen zodra de ziektetoestand of de invaliditeit niet langer bestaat.
- De V tegen werkloosheid: neemt de afbetalingen over zodra de toestand van de Vd
overeenstemt met de door de V bepaalde voorwaarden (bv. min. 60d werkloosheid).
Voor kredietovereenkomsten voor </= € 5 000,00 moet kostprijs van die V verplicht in JKP
opgenomen worden indien ze samen met kredietovereenkomst worden aangegaan. > € 5 000,00 zal
de V niet n het JKP moeten opgenomen worden.
Verloop van het krediet
Eens de kredietovereenkomst is ondertekend en het geld ter beschikking is gesteld van jezelf of de
dienstverlenende persoon, kan men stellen dat de kredietgever het merendeel van zijn
verplichtingen is nagekomen. Nu begint de belangrijkste verplichting van de consument: de stipte
betaling van het bedrag van de contractuele vervaldagen, in kapitaal en interesten.
In de meeste gevallen biedt de financiële instelling je op het ogenblik van de onderhandeling van de
lening op afbetaling de mogelijkheid zelf de vervaldag te kiezen die het best overeenkomst met het
ogenblik waarop jij je persoonlijke financiële middelen ontvangt.
De veiligste manier om de vervaldagen van je krediet niet te “vergeten” te betalen, is van bij de
ondertekening van de overeenkomst aan de bank een permanente opdracht te geven voor de
betaling van de vervaldagen op de voorziene datum.
Einde looptijd = einde consumentenkredietovereenkomsten behalve voor kredietopeningen
(onbepaalde duur mogelijk).
De vervroegde terugbetaling
Het kan gebeuren dat je beslist het krediet geheel of gedeeltelijk voor het einde van de vastgelegde
eindvervaldag terug te betalen. De wet geeft je dit recht. Maar om ervan te kunnen genieten moet je
de kredietgever er min. 10d. op voorhand per aangetekende brief van op de hoogte brengen.
In ruil zal de kredietgever je een vergoeding mogen aanrekenen als gedeeltelijke compensatie voor
het inkomensverlies (verlies aan intresten) en de kosten die door de vervroegde terugbetaling van
het krediet worden veroorzaakt.
i.g.v. volledige terugbetaling wordt deze vergoeding beperkt tot max. 2 of 3m van de totale kosten
van het krediet, naargelang het kredietbedrag als dan niet < € 7 500,00.
32
i.g.v. gedeeltelijke terugbetaling zal zij </= 6m interesten mogen bedragen.
De nulstelling
Voor kredietovereenkomsten van onbepaalde duur of met een looptijd van > 5j die niet in de
periodieke terugbetaling van kapitaal voorzien, bepaalt de wet dat in de overeenkomst een termijn
moet worden voorzien waarbinnen het totaal terug te betalen bedrag op “nul” dient gesteld te
worden. Die nulstellingstermijn </= 60m (5j).
De overschrijdingen
Bv. ingevolge betalingen per cheque of kaart.
De wet verbiedt formeel de overschrijding van het kredietbedrag!
Indien dat desondanks toch mocht gebeuren, zal de kredietgever de kredietopnemingen moeten
opschorten en de terugstorting van de overschrijding binnen een termijn van max. 45d te rekenen
vanaf de dag van de overschrijding moeten eisen. i.g.v. niet binnen die termijn wordt teruggestort,
zal de kredietgever
- een nieuwe overeenkomst met een verhoogd kredietbedrag moeten opmaken
- een einde moeten stellen aan de overeenkomst
Uitzonderlijk, en mits een specifieke voorafgaande aanvraag in die zin, zal de kredietgever je
eventueel een tijdelijke overschrijding kunnen toestaan voor een periode van max. 45d. i.g.v. niet
binnen die termijn wordt teruggestort, zal de kredietgever
- een nieuwe overeenkomst met een verhoogd kredietbedrag moeten opmaken
- een einde moeten stellen aan de overeenkomst
Onvoorziene omstandigheden
Er kunnen zich onverwachte gebeurtenissen voordoen die het normale verloop van het krediet
verstoren bv. wanneer het goed dat door een kredietovereenkomst wordt gefinancierd, niet geleverd
wordt, niet overeenstemt met de bestelbon, defect of zelfs vernietigd blijkt te zijn.
Indien het gefinancierde goed of dienst in de kredietovereenkomst vermeld wordt of indien het
kredietbedrag rechtstreeks aan de verkoper of de dienstverlenende persoon wordt overgemaakt,
moet je de terugbetalingen pas beginnen nadat het goed of dienst werd geleverd. M.a.w. geen
levering, geen vervaldagen te betalen!
Indien het geleverde goed niet overeenstemt met de bestelbon of defect is, zou je in 1ste instantie
misschien geneigd zijn de terugbetaling van je krediet niet of niet meer uit te voeren. Fout. Wat je de
verkoper of de dienstverlenende persoon ook te verwijten hebt, je moet de contractueel in de
kredietovereenkomst bepaalde terugbetalingen uitvoeren.
Gelijktijdig vraag je echter per aangetekende brief aan de verkoper om zijn verplichtingen na te
komen, d..z. een goed leveren dat overeenstemt met de bestelbon of het defecte goed laten
herstellen. In sommige gevallen, d.w.z. indien er een voorafgaande exclusiviteitovereenkomst
bestaat tussen de verkoper en de kredietgever, zal je de stortingen op een geblokkeerde rek. kunnen
uitvoeren tot je geschil met de verkoper is opgelost.
Wij herinneren er nog aan dat je verplicht bent het krediet als dusdanig terug te betalen indien het
goed verdwenen is of werd vernietigd, of indien de dienstverlening niet kan worden voortgezet bv.
ingevolge het faillissement van de dienstverlenende persoon.
Wat te doen i.g.v. betalingsmoeilijkheden
33
In de 1ste plaats neem je i.g.v. betalingsproblemen best zo vlug mogelijk contact op met de financiële
instelling waar je het krediet hebt bekomen.
Een vroegtijdige dialoog met de kredietgever kan de deur openen voor oplossingen die voor alle
partijen aanvaardbaar zijn. De kredietgever zou bv.
- betaling van 1 of verscheidene vervaldagen naar einde overeenkomst kunnen plaatsen
- binnen de wettelijke grenzen, een verlenging van de duur van de kredietovereenkomst
kunnen toestaan, waardoor het maandelijks te betalen bedrag zou verlagen.
Indien je onoverkomelijke geldproblemen zou kennen of te groot aantal verschillende SE’s zou
moeten terugbetalen, kan je steeds contact opnemen met schuldbemiddelaar, die dan je volledige
financiële toestand zal onderzoeken en zal trachten tot oplossing te komen met verschillende SE’s.
De meeste Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW), evenals een aantal erkende
privé-organisaties, advocaten, gerechtsdeurwaarders en notarissen zijn gemachtigd om als
schuldbemiddelaar op te treden.
Bovendien heeft de wet 2 soorten gerechtelijke procedures voorzien om personen met financiële
moeilijkheden te hulp te komen.
- Een procedure die de wet op het consumentenkrediet is voorzien, bestaat uit het indienen
van een verzoekschrift tot het bekomen van betalingsfaciliteiten bij de vrederechter, die tot
een nieuwe spreiding van de terugbetaling van het krediet kan beslissen.
- Bestaat in het indienen van een verzoekschrift tot collectieve schuldenregeling bij de
arbeidsrechtbank van je arrondissement (voor de verzoeken die voor 1/9/07 werden
ingediend, blijft de beslagrechter bevoegd tot 1/9/08). Er zal dan een schuldbemiddelaar
worden aangesteld die tot taak heeft een minnelijke aanzuiveringregeling voor het geheel
van je schulden op te stellen. Indien de bemiddelaar niet in zijn opzet slaagt bv. omdat 1 of
verscheidene SE’s niet akkoord gaan, kan de rechter zelf een plan opleggen, dat eventueel
een schuldkwijtschelding inhoudt.
34
Opdrachten Consumentenkredieten
vragen
1. Welke soorten kredietverstrekkers bestaan er?
2. Welke voordelen biedt een kredietopening?
3. Welke formules zijn (bij een kredietopening) mogelijk voor de terugbetaling van:
a. Intresten
b. Kapitaal
4. Wat houdt ‘loonsoverdracht’ in? Welke wettelijke grenzen m.b.t. levensonderhoud gelden
vandaag?
5. Welke bewijzen dienen voorgelegd bij een kredietaanvraag?
6. Op welke manier kan een potentiële kredietnemer de voorwaarden van verschillende KI
vergelijken?
7. Welke elementen maken deel uit van het JKP?
8. Welk onderscheid bestaat er tussen een lening op afbetaling en een verkoop op afbetaling?
9. Op welke manier wordt een consument beschermd indien hij een consumentenkrediet wil
aangaan?
Antwoorden
1. Soorten kredietverstrekkers:
- Financiële instellingen (banken of KI)
Bieden hun kredieten aan via hun plaatselijke kantoren en agentschappen, of nog via direct
marketingtechnieken zoals huis aan huis bezorgde brieven.
- Kredietbemiddelaars
o Kredietagenten
Zijn verbonden aan 1 enkele financiële instelling en verkopen enkel en alleen producten van die
welbepaalde financiële instelling.
o Kredietmakelaars
Onafhankelijk en kunnen producten van verscheidene financiële instellingen aanbieden.
o Verkopers
Bieden de mogelijkheid aan om hun producten of diensten op krediet aan te kopen (bv.
meubelwinkels, elektrozaken, wagens), ter plaatse of op afstand. Dat gebeurt meestal met
medewerking van een financiële instelling.
2. Voordelen kredietopening
Het is een financiële reserve die voor een bepaalde of onbepaalde duur wordt aangegaan al dan niet
gepaard gaande met een betaalkaart.
3. Formules kredietopening
o formule met terugbetaling van het kapitaal naar eigen keuze van de consument
o formule met terugbetaling kapitaal d.m.v. betaling vast maandelijks bedrag dat
naargelang de kredietlijn wordt bepaald
o formule met terugbetaling kapitaal volgens % dat in functie van verschuldigde
blijvend saldo wordt bepaald
4. ‘loonsoverdracht’
Hierdoor kan kredietgever, i.g.v. betalingsachterstand, rechtstreeks deel van je loon bij je WG innen.
Wanneer men hiervan spreekt, heeft dit slechts betrekking op een deel van je loon of
vervangingsinkomen. Ten einde je in staat te stellen om, wat er ook moge gebeuren, verder in je
levensonderhoud te blijven voorzien en in menswaardige omstandigheden te leven, bepaalt het
Gerechtelijk Wetboek inkomensschijven die niet voor overdracht of beslag in aanmerking komen.
(tabellen worden zoals belasting berekend, progressief)
35
Bovendien is de loonsoverdracht nauwkeurig gereglementeerd door de wet op de bescherming van
het loon der WN. De loonsoverdracht moet in een onderscheiden akte van de kredietovereenkomst
opgenomen zijn, die in evenveel exemplaren moet opgemaakt worden als er partijen met een
onderscheiden belang zijn. Zij moet bovendien verscheidene art. van die wet woordelijk overnemen.
Het B systeem van de loonsoverdracht biet je de mogelijkheid om met een min. aan formaliteiten
verzet aan te tekenen bij je WG (bv. omdat je van mening bent dat het bedrag van de geëiste
schuldvordering of de inhoudingen niet met de wet overeenstemmen). Het heeft eveneens als
voordeel dat belangrijke meerkosten die, zoals in de meeste andere landen, met de onvermijdelijke
gerechtelijke procedures verbonden zijn, kunnen vermeden worden.
Dankzij de wettelijke voorziene info en bescherming heb je dus het recht op voorhand de juiste
gevolgen van een betalingsachterstand op het vlak van je inkomen te kennen.
5. Voorlegging bewijzen bij kredietaanvraag
a. Officieel identiteitsbewijs
b. Mededeling rijksregisternr.
c. Mededeling naam en adres werkgever
d. Overhandiging loonbrief
6. Voorwaarden vergelijken van verschillende KI
Dit JKP heeft als voordeel dat het de vergelijking tussen alle financiële instellingen die éénzelfde
krediet aanbieden, mogelijk maakt. Het is dus een zeer nuttig middel om de reële kosten van
verschillende kredieten met elkaar te vergelijken. In het JKP wordt rek. gehouden met alle
bijzonderheden van het krediet:
- De snelheid warmee het kapitaal wordt terugbetaald.
- De betaling van de interesten.
- Berekening eventuele kosten die met toekenning en/of beheer krediet verbonden zijn (bv.
dossierkosten).
Er kan dus geen sprake zijn van de betaling van bijkomende kosten, aan wie dan ook.
7. Elementen JKP
Een duidelijkere en minder ingewikkelde aanduiding dan het JKP vormen de ‘totale kosten van het
krediet’. Deze totale kosten moeten in de consumentenkredietovereenkomsten vermeld worden. zij
vormen het verschil tussen het totale bedrag dat je zal moeten terugbetalen (kapitaal + interesten
en kosten) en de ontleende som. Met deze info kan je op eenvoudige wijze nagaan hoeveel het
voorgestelde krediet je tot op de eurocent na zal kosten.
8. Onderscheid lening en verkoop op afbetaling
De lening op afbetaling
Wordt verstrekt door financiële instelling en stelt som geld ter beschikking, hetzij voor een niet
bepaald doel, hetzij om aankoop goed of dienst te financieren. Zij wordt afgesloten voor bepaalde
duur en moet terugbetaald worden op periodieke, in het algemeen maandelijkse stortingen.
De verkoop op afbetaling
Zal je voorgesteld worden voor aankoop goed (auto, huishoudtoestellen, meubelen, …) of levering
dienst. Je leent enkel noodzakelijke som. Je zal verplicht een voorschot van min. 15% van het bedrag
van je aankoop moeten geven (persoonlijke inbreng). De rest van het bedrag wordt gefinancierd en
moet terugbetaald worden door periodieken in het algemeen maandelijkse stortingen. Door
verkoper.
36
9. Bescherming consument bij aangaan consumentenkrediet
De reclame
Voorwaarden
- Melding maken van de identiteit en de adresgegevens van de adverteerder.
- Verduidelijken om welke kredietvorm het gaat
- Kredietvoorwaarden vermelden.
- Intrestvoet of cijfer m.b.t. de kosten van het krediet, eveneens, op een goed zichtbare wijze
het JKP vermelden. (wanneer berekening JKP niet mogelijk is, moet de kredietgever een
representatief vb. van de kostprijs van het krediet geven)
- Gratis: verboden de vermelding “gratis krediet” of een gelijkaardige vermelding in de
reclameadvertentie op te nemen. Bovendien zal in de reclame eveneens melding gemaakt
moeten worden van de eventuele voordelen die toegekend worden aan personen die
contant betalen. Denk er daarbij aan dat de prijs van het goed of dienst die je i.g.v. aankoop
op krediet wordt gevraagd = prijs die je i.g.v. contante betaling zou gevraagd worden.
Verboden reclame
- Die de consument, die het hooft niet kan bieden aan zijn schulden, aanzet tot het opnemen
van krediet.
- Die op onrechtmatige wijze de snelheid en gemak benadrukt waarop het krediet verkregen
kan worden.
- Die op onrechtmatige wijze aanspoort tot hergroepering of centralisatie van lopende
kredieten.
- Die verwijst naar een erkenning of een inschrijving m.b.t. consumentenkrediet.
- Die, door verwijzing naar het max. JKP of naar de wettelijkheid van de toegepaste kosten%,
de indruk wekt dat deze kosten% de enige zijn die kunnen toegepast worden.
 prospectus zie boven
Het leuren van kredietovereenkomsten
In principe verboden behalve wanneer je zelf schriftelijk een vertegenwoordiger hebt uitgenodigd.
- Niemand mag aan je deur komen aanbellen en je vervolgens een kredietovereenkomst mag
laten ondertekenen.
- Ook als men eerst telefoneert om een bezoek voor te stellen
- Thuis of op je werkplaats een aanbod tot het sluiten van een overeenkomst toe te zenden
- Een kredietvoorstel aan te bieden ter gelegenheid van een door een verkoper
georganiseerde uitstap (tenzij duidelijk en vooraf kenbaar werd gemaakt dat de uitstap de
verkoop van goederen of diensten tot hoofddoel had).
Het onderzoek van je kredietaanvraag
Bescherming bij onderhandeling van krediet.
Zodra je kredietaanvraag bij kredietgever of –bemiddelaar hebt ingediend, heeft deze verplichting
tot info en raadgeving. Hij moet je alle noodzakelijke info i.v.m. beoogde kredietovereenkomst
verschaffen en het krediet zoeken dat het best aan je persoonlijke situatie is aangepast.
De kredietgever en –bemiddelaar moeten bovendien een solvabiliteitsonderzoek doorvoeren om na
te gaan of je in staat zal zijn het krediet terug te betalen. Dat onderzoek gebeurt op basis van de
inlichtingen die je hen zal verschaffen en op basis van de raadpleging van verschillende bestanden
door de kredietgever (interne bestanden van de kredietgever zelf, de CKP van NBB). In voorkomend
geval zal de kredietgever ook zijn kredietVa contacteren om dan te gaan of die ermee akkoord gaat
de overeenkomst die jij wenst te sluiten, te verzekeren (opgelet: de kredietV is een V die de
37
kredietgever voor eigen rek. aangaat. Zij mag niet verward worden met de schuldsaldoV of andere
gelijkaardige V waarvan hierboven sprake was).
Maar opgelet, je zal het al begrepen hebben, om de kredietgever en –bemiddelaar in staat te stellen
je persoonlijke situatie en je terugbetalingmogelijkheden correct in te schatten, heb je niet alleen de
plicht hen de inlichtingen te verstrekken waarom ze je vragen, maar ook hen juiste en volledige
inlichtingen te verschaffen, zonder te liegen of zaken te verzwijgen. Je moet dus echt een open boek
zijn over je daadwerkelijke terugbetalingmogelijkheden, zonder de inkomsten op te blazen of
uitstaande schulden te verzwijgen. M.a.w., wees een verantwoord kredietnemer.
Het sluiten van de overeenkomst
De kredietovereenkomst wordt gesloten zodra je ze ondertekend hebt met de vermelding ‘gelezen
en goedgekeurd voor … euro terug te betalen” (voor verrichtingen op afbetaling) of “gelezen en
goedgekeurd voor … euro op krediet” (voor kredietopeningen). Je zal ook de datum en het precieze
adres van de ondertekening van het contract moeten vermelden. Bovendien zullen alle partijen met
een “onderscheiden belang” (bv. de kredietgever en de kredietnemer hebben een onderscheiden
belang) een exemplaar van het contract moeten ontvangen.
Onthoud nog dat de kredietovereenkomst een hele reeks vermeldingen moet bevatten:
- Identiteit en adresgegevens partijen, met inbegrip van deze van de kredietbemiddelaar
- Ontleende bedrag
- Bedrag maandtermijn
- Totaal terug te betalen bedrag
- JKP
De bedenktijd
Eens de overeenkomst is gesloten, biedt de wet je nog een bedenktijd van 7werkd. tijdens dewelke
je van het krediet kan afzien, mits toezending van een aangetekende brief aan de kredietgever.
Deze bedenktijd is evenwel niet van toepassing voor verkopen op afbetaling, leningen op afbetaling
en financieringshuren voor een bedrag < € 1 250,00.
Opgelet: indien je gebruik maakt van je recht om van de overeenkomst af te zien, moet je de
ontvangen sommen of goederen teruggeven en intresten betalen voor de betrokken periode.
De borg
Indien je zou gevraagd worden om borg te staan voor een krediet dat door een ander persoon wordt
aangegaan, houdt dit in dat je persoonlijk zou kunnen genoodzaakt worden het krediet terug te
betalen wanneer de kredietnemer niet meer betaalt. Net zoals voor de hoofdontlener zal de
kredietgever ook voor jou een solvabiliteitsonderzoek uitvoeren, wat meteen inhoudt dat ook jij
eerlijk het spel van volledige openheid zal moeten spelen om hem in staat te stellen je toestand
correct in te schatten.
Ook hier zorgt de wet voor bijkomende bescherming. Als kandidaat-borg moet je een exemplaar van
de kredietovereenkomst ontvangen en moet je je enkel voor een welbepaald bedrag verbinden.
Naderhand zal je door de kredietgever moeten geïnformeerd worden over iedere wijziging van de
overeenkomst, evenals over iedere achterstand van 2 betalingen of 1/5 van het terug te betalen
bedrag. Je zal er daarnaast eveneens over moeten ingelicht worden wanneer aan de hoofdontlener
aan wie het krediet werd verstrekt, betalingsfaciliteiten werden toegekend. Bovendien kan je enkel
aangesproken worden indien de hoofdontlener niet terugbetaalt.
38
Onthoudt tot slot dat wanneer je je borg hebt gesteld voor een kredietovereenkomst van
onbepaalde duur, je borgstelling beperkt zal zijn tot 5j. en deze termijn zal enkel mits je akkoord
kunnen hernieuwd worden.
De bescherming van het privé-leven
In het kader van de totstandkoming van de kredietovereenkomst mag de kredietgever enkel
gegevens betreffende je privé-leven gebruiken indien die hem daadwerkelijk in staat stellen je
financiële toestand en je terugbetalingmodaliteiten te beoordelen.
Je hebt dan weer het recht de jou betreffende gegevens te kennen die in de verschillende bestanden
opgenomen zijn en deze te laten verbeteren indien ze fout zouden zijn. Dit recht op toegang en
verbetering kan uitgeoefend worden door een schriftelijk verzoek te zenden aan de
verantwoordelijke van het bestand, onder toevoeging van een recto/verso fotokopie van je
identiteitskaart als bewijs van je identiteit.
39
Wat is het investeringskrediet
Is een krediet op middellange of lange termijn dat wordt aangewend om de verwerving of vervanging
van VA te financieren, met het oog op het behoud of de verhoging van de productiviteit en van de
onderneming.
- Formules: verschillende, met of zonder gewaarborgd renteplafond. Aanpasselijk aan
specifiek project.
- Bedrag: min. € 125 000,00 zijn in principe onbeperkt en kunnen in 1x of in verschillende
keren opgenomen worden, naargelang de vordering project.
- Looptijd: min. 3j varieert naargelang de economische levensduur van de investering
- Terugbetaling
o Degressief: meestal tussen 5 en 15j: per periode (jaar, semester, trimester, maand)
betaalt u gelijk gedeelte van het kapitaal terug. Het schuldsaldo neemt dus gestadig
af. De intresten worden per periode en p het uitstaande schuldsaldo betaald.
o Constant: meestal tussen 5 en 15j: per periode betaalt u eenzelfde bedrag, dat voor
een deel uit kaptaal en voor een deel uit intresten bestaat. De periodes voor kapitaal
en intresten vallen doorgaans samen.
o Bullet: max. 5j: gedurende de looptijd betaalt u enkel intresten. Het kapitaal betaalt
u integraal op de vervaldag van uw contract.
De wet Breyne
Bij aannemersovereenkomst sleutel op de deur bouwen
De Wet Breyne, de onmisbare schakel tussen bouwheer en aannemer als start van een
vertrouwensrelatie. Maar is deze wet ook steeds de beste oplossing? Hij geldt in ieder geval enkel
voor werken van A tot Z uitgevoerd door 1 aannemer, als er 1 post wordt uitgetrokken is hij niet
meer van toepassing en wordt er overgegaan naar en gewone aannemingsovereenkomst.
Wat houdt de wet in
- Naleving van de uitvoeringstermijn en de afgesproken bouwprijs.
- Duidelijk en volledig contract tussen aannemer en consument: totaalprijs,
betalingsmodaliteiten, uitvoeringstermijn, vergoedingen i.g.v. vertraging, ….
- Voorschot max. 5% prijs woning, indien bouwvergunning aanwezig (in andere gevallen géén
voorschot).
- Betaling mag prijs van uitgevoerde werken niet overschrijden.
- Verplichte voorlopige en definitieve oplevering.
- Aannemer moet solvabiliteitswaarborg van 5% van de bouwprijs storten in fonds als
bescherming van consument bij eventueel faillissement.
- Bij toepassing van de prijsherzieningsclausule gelden de parameters ie op de dag van de
ondertekening van de overeenkomst van toepassing waren.
- De schadevergoeding bij het niet ondertekenen van de overeenkomst kan niet > 5% van de
totale prijs of het bedrag van de werkelijk geleden schade.
Op wie is de wet van toepassing
Wie aan volgende 3 voorwaarden voldoet moet de Wet Breyne naleven:
- Gebouw bestemd voor huisvesting of gemengd gebruik (beroepsdoeleinden en huisvesting).
- De verkoper, promotor of aannemer verbindt er zich toe om een dergelijk gebouw te
“bouwen”, te “laten bouwen” of te “verschaffen”.
- Koper of opdrachtgever is verplicht 1 of meer stortingen te doen voor voltooiing gebouw.
Verplichte vermeldingen in de overeenkomst
- De identiteit van de eigenaar van de grond en van de bestaande opstallen.
40
-
-
De uitgiftedatum van de bouwvergunning en de voorwaarden van die vergunning.
Een nauwkeurige beschrijving van de privatieve en de gemeenschappelijke gedeelten die het
voorwerp van de overeenkomst uitmaken.
Een bijlage met de nauwkeurige plannen en gedetailleerde bestekken.
De totale prijs van het huis of van het appartement.
Een vermelding van de gewestelijke overheidstegemoetkomingen inzake huisvesting met als
bijlage de basisvoorwaarden van deze tegemoetkomingen.
Aanvangsdatum werken, uitvoerings- of leveringstermijn en de schadevergoeding wegens
vertraging in uitvoering of levering; deze vergoedingen moeten min. met een normale
huurprijs van het afgewerkte goed overeenstemmen.
Een bepaling over de wijze waarop de oplevering zal gebeuren.
Een duidelijke en integrale omschrijving van de artikelen 7 (verplichte vermeldingen) en 12
van de wet (financiële waarborgen).
De erkenning van de partijen bevatten dat zij sedert 15d. kennis hebben van de
bovenvermelde gegevens en stukken.
Dossier Woonkredieten
Enkele begrippen
Notaris kan inlichtingen geven
 Iedere KI, gratis en zonder enige verplichting prospectus:
Tarief intrestvoeten
- Dossierskosten
- Schattingskosten van het te hypothekeren OG
 Na genomen beslissingen kan gewend worden naar verschillende KI voor woonkredieten:
- Bank
- Spaarbank
- Hypotheekmaatschappij
- Vmaatschappij
 Kredietaanvraagformulier invullen volledig en getrouw want op basis van deze info zal de
kredietgever advies geven en oplossing zoeken die het best is aangepast aan de situatie en
terugbetalingmogelijkheden. Vereist dus vertrouwensrelatie. Vermeldt
- Dossierskosten
- En/of kosten voor schatting van OG
Europese gestandaardiseerde informatiefiche die toelaat het aanbod van verschillende
kredietgevers te vergelijken die ten laatste overhandigd dient te worden voor het schriftelijk aanbod
(zie volgende).
 Kredietgever doet schriftelijk aanbod beperkt in tijd
- Financiële voorwaarden
- Juridische voorwaarden: bepalen de draagwijdte rechten en plichten t.a.v. kredietgever.
 Voor verval geldigheidstermijn aanbod verlijden notariële akte of ondertekening onderhandse
kredietovereenkomst.
Woonkrediet
Heeft steeds een onroerende bestemming: de aankoop van een stuk grond, e bouw van een woning,
de renovatie van een gebouw (in de brede zin van het woord) of het behoud van onroerende rechten
(herfinanciering of bv. betaling van de successierechten wanneer deze hoog zijn).
41
Een krediet kan dienen om 1 of meer vastgoedverrichtingen te financieren.
De opening van een hernieuwbaar krediet (of revolving krediet) is een verrichting waardoor de KI u
de mogelijkheid biedt herhaaldelijk over een bepaald kredietbedrag te beschikken.
Naarmate van uw aflossingen geniet u aldus – mits de KI daarmee akkoord gaat – van een nieuwe
mogelijkheid van kredietopening, zonder opnieuw bij de notaris te moeten gaan. Om de
terugbetaling van alle ontleende bedragen te waarborgen, verleent u en hypotheek op uw
waarborgen, verleent u een hypotheek op uw OG. Deze hypotheek zal dus alle sommen waarborgen
die u aan de instelling verschuldigd zou kunnen zijn hing het kader van voormelde kredietopening.
Dankzij een herbruikbare kredietopening kunt u beginnen met het financieren van de aankoop van
een stuk grond, vervolgens een woning erop bouwen en eventueel daarna verbouwingswerken
uitvoeren. De kredietgever verbindt er zich op dat ogenblik echter niet toe u in de toekomst nieuwe
kredieten te verlenen. Hij zal dit slechts doen na uw kredietwaardigheid onderzocht te hebben op
het ogenblik waarop u een nieuwe aanvraag zal indienen.
Hypotheek
Is het in waarborg van een OG (grond, huis, appartement, ..). een, hypotheek wordt in het algemeen
gevestigd op het OG dat gekocht, gebouwd of gerenoveerd wordt, maar er kan ook een hypotheek
gevestigd worden op een ander OG.
Voor de vestiging van een hypotheek is de tussenkomst van een notaris vereist. Bij deze tussenkomst
heeft de notaris de wettelijke plicht onpartijdige info te verlenen.
Een hypotheek is voordelig voor beide partijen.
- Kredietnemer: fiscale voordelen (meer info wordt verstrekt door kredietgever).
- Kredietgever: als SE bevoorrecht zijn (t.o.v. andere SE), wanneer het OG verkocht zou
moeten worden. Een dergelijke verkoop kan bv. vereist zijn indien de kredietnemer omwille
van omstandigheden zijn krediet niet meer kan terugbetalen.
Kosten en taksen
- Registratierechten
- Hypotheekrechten
- Notariskosten
Hypotheek voor alle sommen
Of “voor alle huidige of toekomstige schulden”: Kredietgever aanvaardt op voorwaarde dat een
hypotheek iedere huidige of toekomstige schuld van de kredietnemer zou waarborgen. In dat geval is
de hypotheek hernieuwbaar op dezelfde manier als de hypotheek die een hernieuwbare
kredietopening waarborgt. Deze hypotheek kan andere kredieten waarborgen dan het
oorspronkelijke woonkrediet (bv. voor kredieten die geen onroerende bestemming hebben,
kredieten voor professionele doeleinden, …).
Voordelen
- Kredietnemer: geen andere kredieten aangaan dus niet meer kosten bv. wanneer het
krediet door een koppel aangegaan wordt en de hypotheek op gezinswoning gevestigd
wordt, zal deze hypotheek ook de schulden van elk van beiden afzonderlijk waarborgen. i.g.v.
(echt-)scheiding en indien 1 van beiden veel schulden maakt, zullen diens schulden de
gezinswoning in gevaar kunnen brengen en dit zelfs indien u uw woonkrediet regelmatig
terugbetaalt.
- Kredietgever: bevoorrecht SE (zie boven).
42
Zowel in het kader van een kredietopening van onbepaalde duur als in het kader van een hypotheek
voor alle sommen, is het steeds mogelijk de hypotheek op te zeggen voor de toekomst. Enerzijds
houdt de opzegging in dat de hypotheek niet meer aangewend zal kunnen worden als waarborg voor
de verbintenissen die aangegaan worden na het verstrijken van de opzeggingstermijn. Anderzijds
houdt de opzegging niet in dat men onmiddellijk de lopende kredieten moet terugbetalen, maar de
opzegging zou het hernieuwen van de kredietopening kunnen verhinderen.
Om een hypotheek op te zeggen moet u een aangetekende brief naar de kredietgever sturen. U kunt
dienaangaande bij uw notaris gedetailleerde info krijgen.
Hypothecaire volmacht
Maakt het de KI mogelijk later een hypotheek te vestigen op uw OG.
De kredietgever zal niet onmiddellijk een beroep doen op deze mogelijkheid (anders zou hij bij de
aanvang een hypotheek gevraagd hebben). In het algemeen zal hij slechts overgaan tot de omzetting
van de hypothecaire volmacht in een hypotheek indien hij terugbetalingsproblemen vreest.
Voor het bekomen van bepaalde fiscale voordelen volstaat een hypothecaire volmacht niet, maar is
een effectieve hypotheek vereist. Er dient dus met dit aspect rek. gehouden te worden.
De tussenkomst van een notaris is ook in dit geval vereist maar de kostprijs van dit type waarborg is
beduidend lager dan die van een hypotheek (de registratierechten en de hypotheekrechten zijn
inderdaad niet verschuldigd zolang de volmacht niet gebruikt wordt).
Indien de kredietgever zich met een hypothecaire volmacht tevreden stelt, ontzegt u zich de
mogelijkheid om over het goed te beschikken (bv. verkopen, hypothekeren, verhuren, …) waarop de
volmacht betrekking heeft, zonder voorafgaande toestemming van de kredietgever.
Lenen als koppel of met verscheidene personen – de hoofdelijke gehoudenheid
Lenen met 2 of verscheidene personen veronderstelt wederzijds vertrouwen; dat vertrouwen kan
echter afnemen.
Dat verminderde vertrouwen kan risico’s teweegbrengen ingevolge slechte verstandhouding tussen
kredietnemers of toestand 1 van de kredietnemers die zich in financiële problemen kan bevinden…
Bv. koppel dat feitelijk gescheiden is, heeft van vrederechter bekomen dat mevrouw alleen krediet
aflost, gezien zij alleen in goed woont. Deze beslissing van vrederechter is echter niet tegenstelbaar
aan de KI die altijd kan beschouwen dat beide echtgenoten hoofdelijk gehouden blijven.
Wanneer verscheidene personen zich hoofdelijk verbinden, gaat iedereen dezelfde verbintenissen
aan en is ieder van hen gehouden tot betaling totale bedrag schuld. Ieder van hen kan afzonderlijk
vervolgd worden tot betaling van de schuld zonder dat de KI de anderen vervolgd.
Indien het krediet aan verscheidene personen (al dan niet gehuwd) verleend wordt in de vorm van
een kredietopening, hebben de waarborgen door elkeen verleend, en de verbintenissen door elkeen
aangegaan, niet alleen betrekking op het krediet zelf maar ook op iedere andere schuld van de
medekredietnemers in het kader van voormelde kredietopening.
Wederzijdse volmachten
Indien u met 2 een kredietopening aangaat, zou de KI u een beding van dit type kunnen voorstellen:
“onverminderd de beoordelingsvrijheid van de kredietgever, geven de kredietnemers mekaar een
wederzijdse volmacht om over het totale bedrag van het krediet te beschikken.”.
Elk van de kredietnemers kan zo het geld opnemen dat hun ter beschikking gesteld wordt.
43
Waarom een dergelijke volmacht? Om de opnemingen en de betalingen die d.m.v. de
kredietopening dienen te gebeuren te vergemakkelijken.
Maar dit beding veronderstelt een groot wederzijds vertrouwen. Het laat aan elk afzonderlijk toe
gelden op te nemen. De andere medekredietnemers hoeven niet geraadpleegd te worden door de KI
en hoeven dus geen toestemming meer te geven voor iedere geldopname. Dat vergemakkelijkt het
gebruik van het krediet maar houdt eventueel ook risico’s in.
Deze volmacht kan steeds herroepen worden wij aangetekende brief aan de KI.
Eenheid van rekening. Aanrekening van de bedragen
Deze bedingen die u in uw kredietakte kunt tegenkomen laten KI toe alle bedragen, die u bij die
dezelfde instelling voor welke reden dan ook gedeponeerd heeft, te gebruiken om uw krediet af te
lossen.
Deze bedingen hebben aanzienlijke gevolgen i.g.v. slechte verstandhouding tussen
medekredietnemers. KI kan zich inderdaad recht voorbehouden gelden die op rek. gedeponeerd
werden te gebruiken om krediet af te lossen, zelfs indien deze rek. eigen is aan 1
medekredietnemers.
De formulering van bepaalde bedingen van eenheid van rek. zou de KI ook toelaten de betalingen,
die bestemd zijn voor de aflossing van het woonkrediet, voor andere doeleinden te gebruiken, zoals
de aanzuivering van een rek. in debet of professionele kredieten.
Waarborgen verleend door derden
Wanneer de kredietnemer alleen leent, staat hij hiervoor enkel met zijn EV in.
De KI moet de geboden waarborgen nagaan en indien deze ontoereikend lijken, kan de instelling u
vragen bijkomende waarborgen te verlenen, m.n. de tussenkomst van een derde. De KI kan aldus:
- Bijkomende waarborg zoals hypotheek OG toebehorend andere persoon (ouder, vriend, …).
- Of bijkomende persoon borg? Dat is het geval waarin u aanvaard dat een familielid of 1 van
uw vrienden zich borg stelt voor de aflossing van het krediet.
Naargelang het geval,zullen de personen die aanvaarden borg te staan voor uw krediet
tussenkomen, hetzij als hypotheekverleners, hetzij als medeSN, hetzij als borgen.
Belang verbintenissen en dus risico’s die eraan verbonden zijn verschillen naargelang gekozen
formule.
Wanneer u leent met een waarborg van derden, moeten de verbintenissen van elkeen dus duidelijk
bepaald worden.
De persoonlijke borgtocht houdt minder risico’s in dan de hoofdelijke gehoudenheid indien deze
uitdrukkelijk de verbintenissen van degenen die de waarborgen verstrekken tot een bepaald bedrag
en/of een bepaalde termijn beperkt.
De persoonlijke borgstelling wordt soms ten onrechte “aval” genoemd in het dagelijkse taalgebruik.
De opheffing
Is de handeling waardoor de hypothecaire inschrijving doorgehaald wordt.
44
Wanneer u uw krediet volledig afgelost heeft, blijft de hypothecaire inschrijving, die een duur van 30j
heeft, bestaan.
Indien het goed het voorwerp uitmakt van een eigendomsoverdracht voor het verstrijken van de
termijn van 30j, moet deze hypothecaire inschrijving opgeheven worden. Dit noemt men de
doorhaling van de inschrijving of de opheffing.
De kosten van de opheffing zijn ten laste van de kredietnemer en verschillend naargelang het bedrag
van de hypotheek.
Betalingsproblemen
Bepaalde onvoorziene omstandigheden (verlies job, ziekte, …) kunnen een zodanige invloed hebben
op uw financiële toestand dat uw inkomsten niet volstaan om uw uitgaven te dekken.
Op termijn kan er probleem zijn of kan zelfs onmogelijk worden om lopende kredieten terug te
betalen.
Wanneer u met betalingsprobleem geconfronteerd wordt, en dit om welke reden dan ook, is zeer
belangrijk zo snel mogelijk contract op te nemen met kredietgever. In overleg met deze laatste moet
u eerst proberen te vermijden dat uw betalingsachterstand toeneemt en dat u in schuldenspiraal
terecht komt.
De kredietgever kan inderdaad, in overleg met u, maatregelen nemen om de terugbetaling van uw
krediet draaglijker te maken, bv. door u betalingsfaciliteiten toe te staan of door de duur van uw
krediet te verlengen.
En stel dat ondanks de maatregelen die door de kredietgever genomen werden u zich in de
onmogelijkheid zou bevinden om 1 of meer schijven van uw krediet af te lossen, gevolgen:
- De kredietgever moet uw wanbetaling melden aan de CKP bij NBB. Een dergelijke optekening
kan iedere eventuele latere kredietaanvraag bemoeilijken.
- De wanbetaling kan aanleiding even tot een schadevergoeding in de vorm van een
intrestverhoging die wettelijk beperkt is tot 0,50%/j.
- Indien u na de ontvangst van de aanmaning per aangetekende brief van de KI nog steeds
niet in staat bent de verschuldigde bedragen te betalen, zullen de kredietgever en de
kredietnemer(s) voorde beslagrechter moeten verschijnen, die een minnelijke schikking
tussen de partijen zal trachten tot stand te brengen.
- Indien er geen akkoord tot stand komt, volgt de procedure uitvoerend onroerend beslag. De
kredietgever kan ook alle andere waarborgen die hem verleend werden benutten, zoals een
loonsoverdracht, een compensatie van de opeisbare bedragen met uw tegoeden bij de
kredietgever of een beslag op het goed waarop een hypotheek gevestigd werd of op ieder
andere OG van de kredietnemer.
Vastgoed in 10 lessen
(huren of kopen?) KOPEN!
1. Wie alle voor- en nadelen op een rijtje zet, stelt vast dat huren meer kost dan kopen.
Staat stimuleert bezit EW door allerlei belastingvoordelen. Bij kopen ben je volkomen onafhankelijk
in je keuze wat je ermee gaat doen, wat bij huren gebonden is aan de wensen van de verhuurder. Bij
kopen gaat het om uitsparen euro’s voor rest van je leven. Inflatie duwt huurprijzen omhoog
tegenover kopen waarbij maandelijkse terugbetaling lening in waarde doet dalen.
2. Wie geld leent, hoeft niet veel geld neer te tellen. Soms kun je zelfs het hele bedrag lenen.
45
Als de geschatte waarde dichtbij of boven de verkoopprijs ligt, zullen de meeste banken het volledige
bedrag willen lenen vooral wanneer u over bijkomende waarborgen beschikt.
3. Wie kan huren, kan ook kopen.
Der werkelijke kost per maand is doorslaggevend.
4. Hebt u wel een lening nodig?
Geen lening? Lijfrente: constructie waarbij u vooraf een beperkt bedrag betalt, en nadien, op
geregelde tijdstippen een afgesproken bedrag tot zolang de verkoper en/of zijn partner leeft.
5. De prijsklasse waarin u een woning zoekt, hangt af van diverse factoren, niet alleen van
wat de makelaar u vertelt.
Hoeveel financieren volgende vragen:
- Kunt u uw toekomstige droomhuis tijdelijk verhuren?
- Uitgaven de komende jaren beperken?
- Lenen van familie of vrienden?
6. Uitstel is afstel. Verdaag uw plannen niet tot de verre toekomst.
Niet spoedige verandering in uw gezinssituatie voorzien en voorbarig achten van vastgoedaankoop.
7. We weten niet wat we willen.
Bekijk elke woonst onbevooroordeeld. Ga niet af op geruchten.
8. Wees realistisch. Laat uw keuze niet beïnvloeden door een detail.
Indien je een gebouw met wat gebreken koopt, let dan wel op dat die paar gebreken geen klein
fortuin kosten.
9. Onze meubelen passen niet.
Reële wensen en behoeften moeten de keuze van een woning bepalen, niet eerder gemaakte keuzes
zoals het oude meubilair.
10. Onderschat uw persoonlijke uitgaven niet.
Een zo groot mogelijk deel van het budget aan een woning te besteden vooral als het om een 1ste
aankoop gaat heeft als voordeel doordat de afbetalingen stabiel blijven en (doorgaans) inkomen
stijgt dat je relatief snel in een comfortabele positie belandt. Kan verkeren, rek. mee houden.
Voor schatting woonst
-
Vastgoedmakelaars: gratis indien u overweegt woning via hen te koop te stellen.
Onafhankelijke expert: via bank weten, vrij hoge kosten: variabele commissie & vaste kosten.
Websites parameters invullen:
o Berekend bv. KBC
o Berekend op basis van historische waarde bv. Stadim
Woonkrediet voor beginnelingen
Bedrag:
- Goedkoopste is als je aan 80% van de aankoopprijs leent.
- Quotiteit
De verhouding van het ontleende bedrag tegenover de aankoopwaarde.
- Hoger leenbedrag: hoogste rentetarief.
Vaste maandelijkse aflossingen (deel fiscaal aftrekbaar):
46
-
Kapitaalaflossing
Rentebestanddeel: berekend op het kapitaal dat nog niet is terugbetaald.
Vuistregel: max. 1/3 van het nettogezinsinkomen
Looptijd
- 5 – 30j
- Sneller: minder rente
- Hangt af van
o Toekomstige projecten
o Verwachte inkomen
o Inflatieverwachtingen
Rente
- Vaste
- (semi-) veranderlijke:
Wetgever en banken beperken schommelings% door die plafonds (‘caps’ = grens) is de kredietnemer
beschermd tegen plotse renteverhogingen.
- Formules met jaarlijks veranderlijke rente zijn vandaag een heel stuk goedkoper dan de
leningen met vaste rente
Woonkrediet: een formule op maat
Geen renteoorlog meer omdat eind ’90 voor batibouw de financiële instellingen een heel lage rente
aanboden met als resultaat dat de rendabiliteit van het product een negatieve kant opging.
Flexibiliteit, verbeelding en ‘op maat’ zijn de sleutelwoorden van banken.
De jaarlijks aanpasbare rente is op dit ogenblik erg populair omdat de KTrente erg laag ligt.
Accordeon-systeem
Men past de duur van de lening aan om een vast maandelijks bedrag te kunnen behouden. De duur
van de lening zal dan verlengd worden als de rente stijgt en zal verkort worden als de rente daalt.
Uniek voordeel lening Entenial
De lener kan 6m – 1j wachten na afsluiting van het contract voor hij het geleende bedrag begint
terug te betalen.
Opnieuw onderhandelen over woonkrediet
De rentevoeten staan op een historisch dieptepunt: voor eenzelfde maandsom kan meer ontleend
worden. Onfortuinlijken (enkele jaren geleden tegen hogere rentevoeten een lening afgesloten)
kunnen in vele gevallen met nieuwe negotiatie met de kredietverschaffer leiden tot een herzien van
de rentevoet.
De analyse geeft satus quo op KT en lichte rentestijging op 6 – 12m.
10 tips bij onderhandelen
1. Wat is de verbrekingsvergoeding
Of wederbeleggingsvergoeding wordt betaald bij vervroegd terugbetalen van een lening. Die komt
overeen met 3 maandelijkse afbetalingen. Men zal dus trachten na te gaan of het bedrag van die 3
maandsommen terugverdiend kan worden via een lagere rente.
47
2. Vergelijk met andere financiële instellingen
Er zijn heel wat inspanningen om scherpe voorwaarden te geven (gunstig voor de cliënt) vanwege de
kredietgever voor een hypothecaire lening omdat dit product wordt beschouwd als de beste binding
met de cliënt. Uit studies blijkt dat bezitters van een hypothecaire lening bij een bepaalde bank meer
producten of andere dienstverleningen bij diezelfde bank aanhouden.
3. Herbekijk de formule
Rentevoeten stijgen in toekomst: vaste rentevoet
Rentevoeten dalen in toekomst: variabele rentevoet
Vaste rentevoet
- Constante maandaflossingen: deel kapitaal, deel intresten. Begin vooral intresten.
- Constante kapitaalaflossingen: deel kapitaal, deel intresten op uitstaande kapitaal.
- Eerste jaren geen kapitaal maar enkel intresten.
Variabele rentevoet
Op vooraf bepaalde tijdstippen herberekend.
4. Stel limieten
Caps en floors.
5. Speel met de looptijd
Accordeon-systeem.
6. Deel de lening op
Voordeliger lening op afbetaling?
- Zonder tussenkomst notaris: minder kosten
- Veel soepeler voor verkrijgen.
- Striktere voorwaarden qua looptijd en bedrag
- Geen fiscale voordelen die je wel bij hypothecair krediet krijgt
7. Bekijk de ristorno’s
Kortingen in verhouding tot andere bedragen die de ontlener aanhoudt op een spaarrekening bij
diezelfde financiële instelling, het zgn. woonsparen.
8. Onderzoek de fiscale gevolgen
Nieuwe formule dezelfde fiscale voordelen? Looptijd en Vformules ook in het oog houden!
9. Vraag voldoende tijd
Meestal 3m voldoende tijd om documentatie over rente- en ontleningformules met elkaar te
vergelijken. Termijn te rekenen vanaf de datum van aanvraag, om de ontleningakte te tekenen.
10. Houd rekening met andere kosten
Nieuw krediet:
- Nieuw schattingsverslag
- Nieuw kredietdossier
- Notaris
Deze som moet ook terugverdiend worden via een lagere rente.
Nieuwe fiscale regels maken woonkrediet gratis
48
De nieuwe fiscale regels voor hypothecair krediet maken lenen voor enige EW spotgoedkoop. Soms
zelfs volledige recuperatie van de belastingen. Lenen is in dat geval de facto gratis. Hoeksteen is
woonbonus: een fiscale aftrek ongeacht je inkomensniveau.
Het fiscale voordeel wordt groter naarmate de looptijd van de lening. Vroeger omgekeerde.
Budgettaire nuloperatie en fiscus?
Leasing
Financiële leasing: financieringstechniek gebaseerd op een driehoeksverhouding tussen de
leasingnemer, de leasinggever en de leverancier, waarbij:
- De leasingmaatschappij in uw opdracht een object aankoopt bij een leverancier die u zelf
kiest.
- De leasingmaatschappij met u voor een bepaalde duur een leasingcontract afsluit waarin
wordt overeengekomen dat u het object gebruikt en maandelijkse of 3melijks
leasevergoedingen aan de leasingmaatschappij betaalt.
- Voor de duur van het leasingcontract wordt u boekhoudkundig als eigenaar het object
beschouwd. Dat betekent dat u het goed activeert op uw balans en afschrijft in uw
resultatenrek. Volgens de wettelijk bepaalde termijnen.
- Aan het eind van de contractlooptijd kunt u de volledige eigendom van het object verwerven
door de aankoopoptie te lichten. Om die aankoopoptie draait het nu allemaal. Als de
aankoopoptie </= 15% of als de aankoopoptie > 15% en gedekt door een inkoopverklaring op
naam van de cliënt zelf, dan spreken we van financiële leasing.
Voordelen financiële leasing
- Voorfinanciering BTW
 de BTW op uw investeringen wordt door de leasingmaatschappij vereffend bij levering van het
materieel. Zelf betaalt u de BTW in schijven nl. telkens als u een leasingfactuur ontvangt. Zo vermijdt
u een grote extra last op het ogenblik van de investering.
- Verruiming van de leencapaciteit van uw bedrijf
Via leasing behoudt u uw waarborgen voor bedrijfskredieten bij de bank. Zo verkrijgt u meer
mogelijkheden om uw bedrijfskapitaal en andere investeringen te financieren.
- Aankoop aan het einde van het contract
Meestal tegen een lagere restwaarde dan de marktwaarde.
- U kunt overheidssteun verkrijgen voor investeringen gefinancierd via leasing.
Wat is operationele leasing
- Bij full-service leasing – ook wel operationele leasing genoemd – omvat de overeenkomst
naast de loutere financiering ook andere componenten, zoals BA-V, onderhoud en
herstelling, banden, brandstofverbruik, vervangwagen, enz.. met die totaalservice verzekert
de cliënt zich van een max. mobiliteit zonder administratieve of technische kopzorgen.
- Omdat het eigenlijk een vorm van renting betreft, bedraagt de restwaarde van het voertuig
op het einde van de overeenkomst > 15%. De gehuurde wagen wordt dan ook niet
geactiveerd in de balans. I.p.v. dat brengt de huurder de maandelijkse huurfactuur in als
kosten.
Financiële voordelen
- Geen beslag op het werkkapitaal van uw onderneming. Uw eigen middelen blijven
beschikbaar voor andere investeringen die rechtstreeks bijdragen tot de kernactiviteiten van
het bedrijf.
49
-
Perfecte budgettering van de kostprijs. Geen onverwachte kosten meer, want de toale
dienstverlening zit vervat in een vaste huurprijs die ongewijzigd blijft tijdens de hele looptijd
van het contract.
- Geen voorschotten, noch prefinancieringen
De leasingmaatschappij financiert de huurauto’s voor 100% en prefinanciert de BTW, belastingen,
Vpremies en bijdragen voor schadebeheer. Tijdens de contractperiode betaalt u die bedragen
gespreid terug.
- Maandelijkse totaalfactuur, met als bijlage een overzicht van alle kostenfactoren per wagen.
- Geen BTW op de restwaarde. U betaalt slechts BTW op het investeringsbedrag (kostprijs) –
de geschatte restwaarde van het voertuig.
Financiële renting is een financieringstechniek gebaseerd op een driehoeksverhouding tussen de
leasingnemer, de leasinggever en de leverancier waarbij:
- De leasingmaatschappij in uw opdracht een object aankoopt bij een leverancier die u zelf
kiest.
- De leasingmaatschappij met u voor een bepaalde duur een rentingcontract afsluit waarin
wordt overeengekomen dat u het object gebruikt en maandelijkse of 3maandelijkse
huurvergoedingen aan de leasingmaatschappij betaalt.
- Gedurende het rentingcontract wordt u boekhoudkundig al als huurder van het object
beschouwd. Dat betekent dat het object niet in uw balans is opgenomen en dat de
huurfacturen rechtstreeks i de resultatenrek. Worden geboekt.
- Aan het eind van de contractlooptijd kunt u de eigendom van het object verwerven door de
aankoopoptie te lichten. Als die aankoopoptie > 15% (afhankelijk van het object, en gedekt
door een inkoopverklaring van een derde partij) dan spreken we van financiële renting.
- Voor allerhande materieel: personen- en bestelwagens, trekkers, vrachtwagens, opleggers,
machines, computeruitrusting, enz.
Voordelen van financiële renting
- Voorfinanciering van de BTW
- Verruiming van de leencapaciteit van uw bedrijf. Via leasing behoudt u uw waarborgen voor
bedrijfskredieten bij de bank. Zo verkrijgt u meer mogelijkheden om uw bedrijfskapitaal e.a.
investeringen te financieren.
- Aankoop bij het einde van het contract meestal tegen een lagere restwaarde dan de
marktwaarde/
- Fiscale optimalisatie. Bij financiële renting hoeft u het object niet te activeren op balans en
moet u geen rek. houden met de economische afschrijvingsduur. De huurfacturen kunnen
dus sneller in het resultaat worden verwerkt en de financiële ratio’s worden gunstig
beïnvloed.