Zoals bij alle soorten kanker, is er bij borstkanker sprake van cellen met een ontregelde celdeling. Door deze ontregeling kunnen cellen zich ongeremd vermenigvuldigen en uitgroeien tot een tumor. Deze tumor kan uitgaan van de melkgangen, het ductaalcarcinoom, of van de melkklieren, het lobulaircarcinoom. Als de tumor niet wordt weggehaald en/of behandeld, zal deze steeds verder doorgroeien in gezond weefsel. De kans bestaat dat de kankercellen zich door het lichaam verspreiden en er uitzaaiingen ontstaan. A melkgangetje (duct) B melkkliertje (lobulus) C uitgezet deel van melkgangetje om melk in op te slaan D tepel E vet F grote borstspier G borstkas met rib Risicofactoren Waarom de ene vrouw wel en de andere vrouw geen borstkanker krijgt, is vaak niet duidelijk. Mogelijk kunnen bepaalde factoren van invloed zijn op het ontstaan van borstkanker. Deze risicofactoren worden onderverdeeld in erfelijke en niet erfelijke factoren. Niet erfelijke factoren: er zijn aanwijzingen dat vrouwen die geen kinderen hebben gekregen of het eerste kind op latere leeftijd krijgen, een verhoogd risico op borstkanker hebben. Ook het niet geven van borstvoeding, een vroege eerste menstruatie, een late overgang en het gebruik van hormonen kunnen invloed hebben op het krijgen van borstkanker. Overgewicht, alcoholmisbruik, vette voeding en een gebrek aan lichaamsbeweging kunnen bijdragen aan de kans op borstkanker. Erfelijke factoren: in ongeveer 5-10% van alle gevallen van borstkanker spelen erfelijke factoren een rol. Er wordt gesproken van een familiaire vorm van borstkanker als er meerdere gevallen van borst en/of eierstokkanker in meerdere generaties in de familie voorkomen en/of waarbij de ziekte zich op relatief jonge leeftijd openbaart (jonger dan 45 jaar). De genetica, de wetenschap die de erfelijkheid bestudeert, houdt zich onder meer bezig met het onderzoek van DNA. Bij het DNA-onderzoek wordt erfelijk materiaal bekeken op defecten. Op dit moment zijn er twee genen bekend waarin defecten aanwezig kunnen zijn (gen mutaties), BRCA1en BRCA2 die een rol spelen in het ontwikkelen van erfelijke borst en/of eierstokkanker. Draagsters van deze genmutatie hebben een verhoogd risico op het krijgen van borst en/of eierstokkanker. In Nederland zijn onderzoekscentra waar men terecht kan met vragen over erfelijkheid. Meer informatie kunt u vinden in de folder erfelijke borst- en eierstokkanker van het KWF. De behandeling Nadat is geconstateerd dat de tumor in de borst kwaadaardig is, spreekt de chirurg de behandelingmogelijkheden met u door. De voorgestelde behandeling is afgestemd op uw persoonlijke situatie. In bijna alle gevallen betekent dit een operatie. De keuze is tussen een borstsparende operatie of een borstamputatie waarbij de gehele borst wordt weggehaald. Verschillende factoren spelen bij deze keuze een rol: leeftijd, de grootte van de tumor in relatie tot de borst, uw persoonlijke situatie en uw wens. Wanneer de mogelijkheid voor een borstsparende operatie aanwezig is, gaat u meestal nog voor de operatie voor een gesprek naar de radiotherapeut. Hij of zij zal u vertellen over de radiotherapie (bestraling) die u dan moet volgen. Aanvullende behandelingen kunnen zijn: Radiotherapie (bestraling) Chemotherapie Soms is een behandeling met chemotherapie nodig, voordat u wordt geopereerd, om de grootte van de tumor te verkleinen. Hormonale therapie Immunotherapie Op basis van vele factoren, zoals onder andere stadium en differentiatie graad van de tumor, wordt beoordeeld of aanvullende behandeling met chemokuren en/of hormonale behandeling nodig is. Er zijn aanwijzingen dat met de mammaprint, een genetisch onderzoek van tumor weefsel, nauwkeuriger bekeken kan worden hoe agressief een tumor is. Behandeling met chemokuren kan dan soms, bij weinig agressieve tumoren, achterwege gelaten worden. Dit is nog niet de standaard methode, omdat resultaten van grote onderzoeken nog moeten worden afgewacht. Mocht U hiervoor toch in aanmerking willen komen, dan kan dat. Als de tumor groot genoeg is en er zijn niet meer dan 3 uitzaaiingen in de oksel, dan kan tijdens de operatie weefsel uit de tumor worden gehaald, waarvan dan het gen-profiel bepaald kan worden. De mogelijkheid hiertoe wordt door uw arts met u besproken. De verschillende operaties Om de tumor uit de borst te verwijderen zijn twee soorten operaties mogelijk: Borstamputatie Borstsparende operatie Om te weten in welk stadium de borstkanker zich bevindt, dient de chirurg te onderzoeken of er uitzaaiingen in de lymfeklier(en) zitten. Ook hiervoor zijn er twee operaties mogelijk: Schildwachtklieroperatie (de eerste afvoerende lymfklier vanuit de tumor wordt verwijderd) Okselklierdissectie (alle lymfeklieren behorende bij de borst worden verwijderd) De mammacare-verpleegkundige De mammacare-verpleegkundige is gespecialiseerd op het gebied van borstkanker. Voor, tijdens en na uw verblijf in het ziekenhuis kunt u bij haar terecht met vragen. Zij begeleidt u en geeft voorlichting gedurende uw behandeling en u ziet haar terug tijdens de nacontroles. Het eerste gesprek vindt voor de operatie plaats. U krijgt voorlichting over de door uw arts voorgestelde operatie en mogelijke nabehandelingen. De exacte inhoud en duur van de begeleiding is afhankelijk van uw diagnose en uw behoefte aan begeleiding en voorlichting. Voor in deze patiënteninformatie staat aangegeven hoe u de mammacareverpleegkundigen kunt bereiken. Borstkankervereniging Nederland (BVN) Borstkankervereniging Nederland is een vereniging van en voor mensen die te maken hebben of hebben gehad met borstkanker. Met behulp van haar uitgebreide netwerk onder deskundigen in de zorg in brede zin, voorziet de BVN u daar van de meest actuele informatie. De BVN publiceert folders, brochures en boekjes en heeft verschillende werkgroepen, die u informatie over een specifiek aspect kunnen geven, meer informatie vindt u op www.borstkanker.nl. Voor telefonisch contact met goed opgeleide en betrokken ervaringsdeskundigen is de Ervaringslijn beschikbaar: (030) 291 72 20, maandag, woensdag en vrijdag van 10.00 - 13.00 uur. BorstkankerVereniging Nederland Landelijk bureau (030) 291 72 22 maandag/vrijdag 09.00 – 16.00 uur Postbus 8065, 3503 RB Utrecht [email protected] Algemeen Regio Friesland: www.borstkanker.nl/provincie_friesland (0511) 47 34 91 (Yvonne Jurna) Voor actuele activiteiten van de regio Friesland verwijzen wij u naar de website http://www.borstkanker.nl/bvn_in_de_buurt - provincie Friesland – regioagenda. Tevens zullen activiteiten op diverse locaties kenbaar worden gemaakt middels flyers/posters/brochures.