SYMPTOMATISCHE MEDICAMENTEUZE BEHANDELING: middelen, werking en bijwerking ZACHTMAKERS (osmotisch) Osmotisch werkende laxantia zijn anorganische zouten van di- of trivalente ionen of meerwaardige alcoholen. Deze verbindingen zijn slecht resorbeerbaar, waardoor via osmose relatief veel water in de darm wordt vastgehouden. Het is dus belangrijk dat deze middelen met veel water worden ingenomen. De patiënt hoeft dus niet extra te drinken! De feces wordt zachter en door vergroting van de darminhoud wordt de peristaltiek bevorderd. Werkzaam Inname /toediening Innemen met een flink glas water, verder niet extra drinken Verstoort nauwelijks de water- en elektrolytenbalans waardoor het ook gebruikt kan worden bij nierfunctiestoornissen, levercirrose of matig hartfalen. Magnesiumoxide Nadat middel het colon heeft bereikt (na 24-72 u) Binnen 2-8 uur Tevens chemische prikkeling door verlaging van de pH. Niet geven bij ernstige nierfunctiestoornissen. Niet gelijktijdig innemen met tetracyclinen, digoxine, ijzer of ciprofloxacine. Lactulose (stroop of granulaat). Keuze voor stroop of granulaat in overleg met de patiënt Nadat middel het colon heeft bereikt (na 24-72 u) Tabletten innemen 1-2 uur na inname andere medicatie. Bij dosering 3 x dd: 10 - 14 - 22 u. Tabletten zijn oplosbaar in water. Hoeven niet te worden gekauwd. Stroop met water vruchtensap Granulaat met water ZACHTMAKERS* Macrogol /elektrolyten (Movicolon®) Bijwerking Flatulentie gedurende de eerste dagen van gebruik Opmerking Worden ook gerekend tot de osmotisch werkende laxantia. Na afbraak tot onder andere melkzuur en azijnzuur door darmbacteriën wordt via osmose en verlaging van de pH een laxerende werking bewerkstelligd. Gebruik van het middel bij patiënten met colostoma mogelijk problematisch door de gasvorming en flatulentie. STIMULATOR (contactlaxantia en sennosiden) Contactlaxantia bevorderen de peristaltiek door chemische prikkeling van de darmwand. Tevens verhogen zij het watergehalte van de feces door de water- en zoutresorptie door de mucosacellen te verminderen en de uitscheiding ervan te bevorderen. STIMULATOR* Werkzaam Inname /toediening Bijwerking Bisacodyl (contactlaxantie) Oraal na 5 tot 10 uur, rectaal na 1560 minuten na 6 tot 12 uur Per os voor de nacht Rectaal ‘s ochtends Soms buikkrampen Prunacolon (sennosiden) Opmerking Soms buikkrampen * Osmotische -en contactlaxantia niet geven bij verdenking van obstructie of fecale impactie. EMOLLIENTIA (klysma’s) verhogen het watergehalte van de feces door hun oppervlaktespanningverlagende eigenschappen. De emollientia beïnvloeden overigens eveneens direct de water/zoutresorptie- en excretieprocessen in de darmwand. EMOLLIENTIA Werkzaam Natriumdocusaat + sorbitol (klyx). Glucose 20% (500 ml) na 5 tot 20 minuten na 15 tot 20 minuten Inname /toediening Bijwerking Opmerking Klysma’s dienen hoogopgaand te worden ingebracht met behulp van een rectumcanule. De patiënt in linkerzijligging plaatsen (indien mogelijk). Infuussysteem aansluiten op rectumcanule Nota bene: magnesiumoxide en prunacolon worden niet vergoed door de ziektenkostenverzekeraar; bij ontslag naar huis moet magnesiumoxide dan worden vervangen door movicolon of lactulose en prunacolon door Xpreap. Alle andere middelen worden thuis alleen voor chronisch gebruik vergoed (sommige apothekers laten patiënten wel de eerste 14 dagen betalen). Op recept vermelden “cg” © Erasmus MC. Interne oncologie. BESLISBOOM BEHANDELING OBSTIPATIE Klachten van obstipatie of klinische verdenking obstipatie definitie obstipatie: 24 uur of langer dan patiënt normaal* gewend is geen ontlasting hebbend (*voor palliatieve fase normaal gedefinieerd als minimaal 1 x per 48 u - in geval van colostoma 1 x per 24 u - ontlasting hebbend) Anamnese (vpk+ arts) en lichamelijk onderzoek (arts) bevestigt obstipatie Ja Darmobstructie (arts) Ja Stop verpleegplan obstipatie Nee Oorzaak vaststellen - indien behandelbaar - oorzakelijke behandeling (arts) en start medicamenteuze behandeling < 48 uur langer dan normaal geen ontlasting 48-72 uur langer dan normaal geen ontlasting > 72 uur langer dan normaal geen ontlasting ▪ Start met protocol 1 stap hoger dan patiënt gewend is (arts). ▪ Geef hoogopgaand klyx (vpk) Darmobstructie opnieuw uitsluiten (LO, X-BOZ) Ja▪ Geef uitleg voorgeschreven medicamenten Nee ▪ Start medicamenteuze behandeling in overleg met arts. Ja Darmobstructie (arts) ▪ Indien binnen 4 uur geen of onvoldoende resultaat: geef hoogopgaand klysma (vpk) met 500 ml glucose 20% Nee Aanpassen medicamenteuze behandeling © Erasmus MC. Interne oncologie. Stop verpleegplan obstipatie PROTOCOL SYMPTOMATISCHE MEDICAMENTEUZE BEHANDELING (arts) 1-3, 7-9, 12-14, 16, 17, 19, 21, 22, 24, 26, 27 klysma: 48 - 72 u volgens normaal patroon geen ontlasting gehad hebbend? Klysma toedienen (zie beslisboom) Stap 1 Stap 2 Stap 3 ste 1 keuze: Movicolon 2 dd 1 sachet de 2 keuze: Magnesiumoxyde 3 dd 500 mg de 3 keuze: Lactulose 2 dd 15 ml óf doorgaan met wat patiënt reeds gebruikt Ophogen doseringen: Movicolon 2 dd 2 sachets Magnesiumoxyde 3 dd 1000 mg Lactulose 2 dd 30 ml Toevoegen bisacodyl 1 dd 10 mg a.n. Bij resultaat: dosering zachtmaker weer halveren Stap 4 Toevoegen prunacolon 2 dd 7.5 ml (bij ontslag Xpreap) Staken bisacodyl; geef zachtmakers in dosering als bij stap 1 Stap 5 Ophogen prunacolon 2 dd 15 ml; zachtmaker stap 4 handhaven Anders Bij dwarslaesie standaard 1 x dd 1 bisacodyl supp ’s ochtends Aanpassen stappen symptomatische medicamenteuze behandeling • In geval van te zachte ontlasting: per 24 u 1 stap terug • In geval van te harde/geen ontlasting: per 24 u 1 stap omhoog • In geval na een tweede aanpassing na 48-72 u onvoldoende effect: opnieuw beoordeling arts • Gebruik methylnaltrexon (Relistor®) overwegen bij alle patiënten die in aanmerking komen voor het obstipatie-protocol én opioïden gebruiken én al enige vorm van orale laxantia gebruiken 25, 28-29 Tips ▪ Bij gevoel van vol rectum maar wanneer ontlasten niet lukt mag tot 2 x een microlax® (natriumlaurylsulfoacetaat) worden gegeven. Verwacht effect binnen 30 minuten. Microlax® bij een stoma geven, heeft geen zin. ▪ Bij lokale pijn anus: in overleg met arts xylocainegel tot 6 x dd aanbrengen: rond de anus of in de anus een vingertop diep (geen wattenstok gebruiken). ▪ Bij anale fissuren: in overleg met arts isosorbidedinitraatvaselinecrème tot 5 x dd aanbrengen op de fissuur en de huid rond de anus. © Erasmus MC. Interne oncologie.