GEOMETRISCHE OPTICA MET MATRICES Matrices Spiegels Voorwerpsafstand De afstand van het voorwerp tot de spiegel wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 xV ⎤ ⎢ ⎥ ⎣0 1 ⎦ Beeldafstand De afstand van het beeld tot de spiegel wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 x B ⎤ ⎢ ⎥ ⎣0 1 ⎦ De brandpuntsafstand van de spiegel wordt voorgesteld door de matrix ⎡ 1 ⎢ 1 ⎢− x ⎣ F 0⎤ ⎥ 1⎥ ⎦ De afstand tussen twee spiegels wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 d ⎤ ⎢0 1 ⎥ ⎣ ⎦ Lenzen Voorwerpsafstand De afstand van het voorwerp tot de lens wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 xV1 ⎤ ⎢ ⎥ ⎣0 1 ⎦ Beeldafstand De afstand van het beeld tot de lens wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 x B2 ⎤ ⎢ ⎥ ⎣0 1 ⎦ T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 1 De lens De lens met brandpuntsafstand ⎡ 1 ⎢ 1 ⎢− x 2 ⎣ F2 1 wordt voorgesteld door de matrix xF2 2 0⎤ ⎥ 1⎥ ⎦ De afstand tussen twee lenzen wordt voorgesteld door de matrix ⎡1 d ⎤ ⎢0 1 ⎥ ⎣ ⎦ T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 2 Eigenschappen van spiegels met matrices De spiegelformule en de lineaire vergroting Beschouw een voorwerp op afstand xV voor een lens met brandpuntsafstand xF. Het beeld wordt gevormd op afstand xB. De vergroting bedraagt G. Het geheel wordt voorgesteld door de matrixvermenigvuldiging van 3 matrices. ⎡1 xB ⎤ ⎡ 1 ⎢ ⎥ ⎢− 1 ⎣0 1 ⎦ ⎢⎣ xF 0⎤ ⎡1 x ⎤ V ⎥ 1 ⎥ ⎢0 1 ⎥ ⎦ ⎦⎣ De resulterende matrix is ⎡ xB ⎢1 − x F ⎢ ⎢− 1 ⎢ x F ⎣ ( ) xB xF − xV + xF xV ⎤ ⎥ ⎡A B⎤ xF ⎥=⎢ ⎥ xV ⎥ ⎣C D ⎦ 1− ⎥ xF ⎦ B = 0 geeft de spiegelformule 1 1 1 + = xV xB xF A geeft de lineaire vergroting x B2 x B2, N G = 1− 2 = − 2 xF 2 xF 2 Positie en hoek van de weerkaatste straal als de positie en hoek van de invallende straal gekend is. ⎡ yB ⎤ ⎢ ⎥= ⎣θ B ⎦ ⎡1 xB ⎤ ⎡ 1 ⎢ ⎥ ⎢− 1 0 1 ⎣ ⎦ ⎢⎣ xF 0⎤ ⎡1 x ⎤ ⎡ y ⎤ V V ⎥ 1 ⎥ ⎢0 1 ⎥ ⎢ θ ⎥ ⎦ ⎣ v⎦ ⎦⎣ yB en yV zijn de hoogtes van beeld en voorwerp, θB en θV zijn de hoeken, die de weerkaatste en de invallende straal maken met de optische as. T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 3 Holle spiegel Y (xV,yV) F X (xB,yB) Bolle spiegel (xV,yV) (xB,yB) F X T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 4 Eigenschappen van lenzen met matrices De lenzenformule en de lineaire vergroting Beschouw een voorwerp op afstand xV1 voor een lens met brandpuntsafstand xF22. Het beeld wordt gevormd op afstand xB2. De vergroting bedraagt G. Het geheel wordt voorgesteld door de matrixvermenigvuldiging van 3 matrices. ⎡1 x B2 ⎤ ⎡ 11 ⎢ ⎥ ⎢− ⎣0 1 ⎦ ⎢⎣ x F2 2 0⎤ ⎡1 x1 ⎤ V ⎥ 1 ⎥ ⎢0 1 ⎥ ⎦ ⎦⎣ De resulterende matrix is ⎡ x B2 ⎢1 − 2 ⎢ xF 2 ⎢ 1 ⎢ − x2 F2 ⎣ ( ) x B2 x F2 2 − xV1 + x F2 2 xV1 x F2 2 xV1 1− 2 xF 2 ⎤ ⎥ ⎡A B⎤ ⎥=⎢ ⎥ ⎥ ⎣C D ⎦ ⎥ ⎦ B = 0 geeft de lenzenformule 1 1 1 + 2 = 2 1 xV x B x F 2 A geeft de lineaire vergroting x B2 x B2, N G = 1− 2 = − 2 xF 2 xF 2 Positie en hoek van de gebroken straal als de positie en hoek van de invallende straal gekend is. ⎡ yB ⎤ ⎢ ⎥= ⎣θ B ⎦ ⎡1 x B2 ⎤ ⎡ 11 ⎢ ⎥ ⎢− 2 0 1 ⎣ ⎦ ⎢⎣ x F 2 0⎤ ⎡1 x1 ⎤ ⎡ y ⎤ V V ⎥ 1 ⎥ ⎢0 1 ⎥ ⎢ θ ⎥ ⎦ ⎣ v⎦ ⎦⎣ yB en yV zijn de hoogtes van beeld en voorwerp, θB en θV zijn de hoeken, die de gebroken en de invallende straal maken met de optische as. T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 5 Convergerende Lens Y ( xV1 , yV ) F1 X1 F2 X2 ( xB2 , y B ) Divergerende lens ( xV1 , yV ) ( xB2 , y B ) X1 F2 F1 X2 T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 6 VOORBEELDEN Voorbeeld 1 Een voorwerp van 2 cm hoogte staat op 10 cm voor een holle spiegel met hoofdbrandpuntsafstand 15 cm. Bepaal de eigenschappen van het beeld. Dia 1 Geometrische Optica Met Matrices Spiegels Dia 2 Geometrische Optica met Matrices • Applicatie T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 7 Dia 3 Nieuwe Applicatie Dia 4 Geometrische Optica met Matrices • Voorwerpsmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 8 Dia 5 Voorwerpsmatrix Dia 6 Geometrische Optica met Matrices • Applicatie T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 9 Dia 7 Nieuwe Applicatie Dia 8 Geometrische Optica met Matrices • spiegelmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 10 Dia 9 Spiegelmatrix Dia 10 Geometrische Optica met Matrices • Applicatie T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 11 Dia 11 Nieuwe Applicatie Dia 12 Geometrische Optica met Matrices • beeldmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 12 Dia 13 Beeldmatrix Dia 14 Resulterende Matrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 13 Dia 15 Resulterende matrix wordt in matrix A bewaard Dia 16 A[1,2]=0 spiegelformule A[1,1] lineaire vergroting T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 14 Voorbeeld 2 Een voorwerp wordt afgebeeld op een scherm, dat geplaatst is op een afstand D van het voorwerp. Men maakt gebruik van een lens met brandpuntsafstand f. De afstand tussen het voorwerp en de lens bedraagt x. De afstand tussen de lens en het scherm bedraagt D-x. Op welke afstand x moet het voorwerp geplaatst worden voor de lens om een beeld op het scherm te leveren? ⎛ 1 D − x ⎞ ⋅⎛ 1 0 ⎞ ⋅⎛ 1 x ⎞ ⎜ ⎜ ⎜ ⎝ 0 1 ⎠ ⎝ −f − 1 1 ⎠ ⎝ 0 1 ⎠ ⎡ 1 − D − x ⎛ 1 − D − x ⎞ ⋅ x + D − x⎤ ⎜ ⎢ ⎥ f f ⎠ ⎝ ⎢ ⎥ −1 ⎢ −1 ⎥ ⋅x + 1 f f ⎣ ⎦ ⎛ 1 − D − x ⎞ ⋅x + D − x 0 ⎜ f ⎠ ⎝ De twee mogelijke oplossingen worden hieronder gegeven. De oplossingen duiden ook aan dat de minimumafstand tussen het voorwerp en het scherm 4f moet zijn om een reële x te verkrijgen. ⎡ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎣ 1 1 2 ⋅D + 1 2 ( ) 2 2 ⋅ D − 4⋅ D⋅ f 1 1 2 ⋅D − 1 2 ( 2 ) ⋅ D − 4⋅ D⋅ f 2 ⎤ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎦ De afstand tussen de twee mogelijke posities van het voorwerp wordt gegeven door. d = D D−4f Deze methode kan ook gebruikt worden om de brandpuntsafstand f te bepalen. f = D² − d ² 4D T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 15 Voorbeeld 2 ⎛ 1 D − x ⎞ ⋅⎛ 1 0 ⎞ ⋅⎛ 1 x ⎞ ⎜ ⎜ ⎜ ⎝ 0 1 ⎠ ⎝ −f − 1 1 ⎠ ⎝ 0 1 ⎠ evaluate symbolically ⎡ 1 − D − x ⎛ 1 − D − x ⎞ ⋅ x + D − x⎤ ⎜ ⎢ ⎥ f f ⎠ ⎝ ⎢ ⎥ −1 ⎢ −1 ⎥ ⋅x + 1 f f ⎣ ⎦ ⎛ 1 − D − x ⎞ ⋅x + D − x 0 ⎜ f ⎠ ⎝ ⎡ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎢ ⎣ 1 1 2 ⋅D + 1 2 ( ) 2 2 ⋅ D − 4⋅ D⋅ f 1 1 2 ⋅D − 1 2 ( 2 )2 ⋅ D − 4⋅ D⋅ f ⎤ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎥ ⎦ T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 16 Voorbeeld 3 Een voorwerp wordt geplaatst op 10 cm voor een convergerende lens met brandpuntsafstand van 5 cm. Aan de andere kant van de lens staat een holle spiegel met brandpuntsafstand van 4 cm. De afstand tussen de lens en de spiegel bedraagt 18 cm. Vind de positie, aard en vergroting van het uiteindelijk beeld. Dia 1 Geometrische Optica Met Matrices Voorbeeld 3 Dia 2 Geometrische Optica Met Matrices • Voorwerpsmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 17 Dia 3 Voorwerpsmatrix Dia 4 Geometrische Optica Met Matrices • Lensmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 18 Dia 5 Lensmatrix Dia 6 Geometrische Optica Met Matrices • Afstandsmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 19 Dia 7 Afstandsmatrix Dia 8 Geometrische Optica Met Matrices • Beeldmatrix T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 20 Dia 9 Beeldmatrix Dia 10 Voorbeeld T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 21 Voorbeeld 4 Beschouw een bundelverbreder, een convergerende lens met brandpuntsafstand f1 gevolgd door een convergerende lens met brandpuntsafstand f2, geplaatst op f1 + f2 van elkaar. De resulterende matrix is opnieuw een product van drie matrices. Een invallende parallelle bundel met breedte W1 wordt omgezet in een parallelle bundel met breedte W2 : W2 = W1 f2/f1 A geeft de vergroting: A = - f2/f1 ⎛ 1 0 ⎞ 1 f1 + f2 ⎛ 1 0 ⎞ ⎛ ⎞ ⋅⎜ ⎜ −1 ⋅⎜ −1 1 ⎝0 1 ⎜ 1 ⎠⎜ ⎝ f2 ⎠ ⎝ f1 ⎠ symbolics evaluate symbolically f1 + f2 ⎡⎢ f1 + f2 1− ⎥⎤ f1 ⎢ ⎥ −1 ⎢ ⎥ ⎢ −1 f2 ⋅ ( f1 + f2) + 1 −1 ⎥ ⋅ ( f1 + f2) + 1⎥ ⎢ f2 − f2 f1 ⎣ ⎦ ⎛ −f2 f1 + f2 ⎞ ⎜ f1 ⎜ ⎟ ⎜ 0 −f1 f2 ⎠ ⎝ symbolics simplify T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 22 Voorbeeld 5 Beschouw een plaatje met dikte L en brekingsindex n. De matrix voor dit plaatje kan beschouwd worden als het product van 3 matrices. Twee matrices om de overgangen weer te geven en één om de dikte van het plaatje weer te geven. ⎛1 0 ⎞ ⎛ 1 0 ⎞ ⋅⎛ 1 L ⎞ ⋅⎜ 1 ⎜ ⎜ ⎝0 n⎠ ⎝0 1⎠ ⎜0 n ⎝ ⎠ ⎛1 L ⎞ ⎜ n ⎜ ⎝0 1 ⎠ Referentielijst Contemporary optical image processing with Matlab. Ting-Chung Poon & Partha P. Banerjee, Elsevier. Optique Matricielle. Edgard Elbaz & Françoise Roux, Ellipses. T³ Europe Symposium: Geometrische Optica met Matrices, J. Vanderhaeghen (KHBO) 23