BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 1 VAN NAAST DE TOREN wordt VAN DE EERSTE VERDIEPING Verhuis en vaste waarden Vooreerst aan onze lezers de beste wensen voor een actief 2012 met nieuwe contactmogelijkheden. Begin dit jaar is de permanentie van de ACJCB verhuisd van Boechout naar het centrum van Antwerpen. Met de hulp van een aantal ijverige vrijwilligers (met grote dank nogmaals) is de bibliotheek en het archief nu ondergebracht op de eerste verdieping van ‘De Loodsen’ , Sint-Jacobsmarkt 43, 2000 Antwerpen. In dit centrum van solidariteit (gevestigd tussen de Bond Zonder Naam en het Medisch Centrum) zijn wij de rechtstreekse buren van het IK-KS, het Interdisciplinair Kenniscentrum Kerk en Samenleving en zien (en horen) wij iets van de taallessen Nederlands. Beneden zitten dan de verschillende diensten van ‘De Loodsen’ (zie www.deloodsen.be ). U vindt ons nog altijd op woensdagmiddag, nu vlakbij het Rooseveltplein en de Opera, niet ver van het Centraal Station. De pastorie van de VPKB-Boechout – waar we jaren aan een lage huur gehuisvest waren - wordt ondertussen klaar gemaakt voor een nieuwe predikant. Dit wordt dan onze derde stek in die 40 jaar. Waar is de tijd van de Brialmontlei … Wij schrijven dit precies 70 jaar na 20 januari 1942, de datum dat op de conferentie van Wannsee - of moeten we zeggen ‘Wahnsinn’? - beslist werd over de uitvoeringsmaatregelen van de ‘Endlosung’. In deze mooie villa – het gebouw herbergt vandaag een uitgebreide tentoonstelling over deze gebeurtenis en kan bezocht worden – werd toen door een 15-tal hoge ambtenaren beslist hoe deze uitroeiing van de Joden – die reeds begonnen was – verder moest georganiseerd worden. Wij gedenken. Ondertussen is de mondiale Dag van het Jodendom op 17 januari in katholieke middens ook in België gehouden. Het is de bedoeling om voor het begin van de christelijke Bidweek voor de Eenheid, eerst stil te staan bij de verworteling in het jodendom en de weg die elk sindsdien heeft afgelegd. Wij gedenken dat wij in verschillende christelijke en in verschillende joodse gezindten geroepen zijn iets waar te maken van waar de Eeuwige ons toe roept. Of zoals Paus Johannes-Paulus II zei: “Wij willen het jodendom binnen ons geloof naar waarde schatten en eren. Het is voor ons christenen niet iets extra”. ________________________________________________________________________________ Dit tijdschrift wordt normaal slechts toegestuurd aan de leden van de gespreksgroepen, de Vrienden van de Antwerpse Contactgroep voor Joods-Christelijke Betrekkingen ( zij die ons werk van onderling contact willen steunen met minstens 25 EUR per jaar ) en aan hen die 2,50 EUR per jaar betalen. Als U het Berichtenblad verder wenst te ontvangen, stort dan even 2,50 of 25 EUR. Aan dit nummer is weer een geheugensteun bijgevoegd om uw abonnementsgeld voor 2012 over te maken. Naast de Berichten van de Antwerpse Contactgroep - met meer inhoudelijke artikels - bestaat er ook de Mailkrant. Met die uitgave kunnen wij vlug op de bal spelen, en u verwittigen als er iets belangrijks gaat gebeuren, zoals een voordracht, een presentatie, een concert, enz. Achteraf kunnen nog altijd de vroegere Mailkranten teruggevonden worden op de site van de ACJCB. Indien U belangstelling hebt om de [email protected]. Vermeld wel in de e-mail uw reële naam. Het spreekt vanzelf dat U altijd de mogelijkheid hebt om een einde te stellen aan toezending. Van deze Berichten en van de Mailkranten bestaat ook een elektronische versie op onze site www.acjcb.be . BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 2 Zoals reeds doorgegeven in vorig Berichtenblad is er weer een tweedaagse conferentie van de ACJCB , samen met de Provinciale Werkgroep Kerk en Israël Noord-Brabant en Limburg (NL), deze keer in Westmalle. Het thema is “Het offer, noodzaak of struikelblok?”. Hiervoor moest worden ingeschreven. Bij de opzet daarvan is voorzien dat de avond openstaat voor iedereen. Op woensdagavond 15 februari 2012 om 20 uur bekijken ds. Nico Vlaming en pr. Ignace Thevelein de Nieuwe Zangbundels, en worden liederen uitgeprobeerd en gezongen rond het thema van de conferentie. Iedereen is hartelijk welkom. Routebeschrijving naar Huize Ter Dennen, Sint-Paulusslaan 8, 2390 Westmalle : Wagen: E 34 uitrit 20: Zoersel, via Zoerseldorp naar Westmalle tot Antwerpsesteenweg, (dit is een parallelweg met de autostrade) daar richting Antwerpen tot aanduiding "Ter Dennen" E 19 uitrit 4 St- Job-in-’t-Goor . Volg dan de secundaire wegen richting: St Antonius Zoersel- Westmalle naar de grote verbindingsbaan tussen Antwerpen en Turnhout: de Antwerpsesteenweg. Tussen het centrum van Westmalle en St Antonius Zoersel (dichtbij het AZ St Jozef en de trappistenabdij) ligt de Sint-Pauluslaan als een zijstraat (komende van Westmalle : rechts, vanuit St Antonius: links) van die Antwerpsesteenweg. Tussen een hele rits aanduidingen bij het begin van de St Pauluslaan staat ook TER DENNEN. Volg deze aanduiding: nog even rechts, dan de bocht links en achter de bomen ontdekt u Ter Dennen. ________________________ BIJ ONZE BUREN Instituut voor Joodse Studies Het vervolg van het seizoen met lezingen wordt nog doorgegeven via de mailkrant van de ACJCB, en kan straks gevonden worden op http://www.ua.ac.be/main.aspx?c=*IJS MATERIAAL Tenachon Bij de vroegere Folkertsma Stichting voor Talmudica, nu PaRDeS, verschenen al de vijf eerste deeltjes van een nieuwe reeks, met verwijzingen naar de westerse cultuur. Geen tijdschriftformaat meer op A4, maar kleurrijke brochures, op 32 en 52 bladzijden. Het eerste nummer gaat over ‘Schepping en menselijke identiteit’, het tweede over ‘Satan en het kwaad’, het derde over ‘Sabbat –een uitdaging voor de mens’, het vierde over ‘Goddelijke identiteit: Stem of Beeld?’, het vijfde over ‘Fanatisme: hart en verharding’ en het zesde nu over ‘Grenzeloos vertrouwen, in het voetspoor van Abraham’. Telkens wordt naast het hoofdstuk ook literatuur aangegeven om verder te lezen over het thema in de Tenach, de doorwerking in het tweede testament (=NT), doorwerking in kunst, cultuur en wetenschap, de filosofie, zingeving en actualiteit. De abonnementsprijs is nog altijd € 49,50 per jaar met 5 deeltjes per jaar. Verdere informatie (en een uitvoerige folder met cursuswijzer) op [email protected], Rapenburgstraat 45, NL-1011 TV Amsterdam. Site: www.stichtingpardes.nl . OP dezelfde site hebt u ook een overzicht van het nieuwe seizoen met voordrachten, cursussen en uitgaven. BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 3 Het tijdschrift Joods Actueel, ontstaan na het verdwijnen van Het Belgisch Israëlitisch Weekblad bestaat nu 5 jaar. Gefeliciteerd daarvoor. Bij die gelegenheid is het volledige bestand in een doorzoekbaar archief ondergebracht : http://joodsactueel.be/magazine-archief/ De vijf Joodse feestrollen: Hooglied, Ruth, Klaagliederen, Prediker, Esther Door Bart Luppes en Alejandra Theus, Jetty Mathurin, Lineke Rijxman, Jeroen Willems en Tamar van den Dop, ingeleid door rabbijn Menno ten Brink en dominee Carel ter Linden. De vijf Joodse ‘feestrollen’, die ook in het christendom bekend zijn, spelen een belangrijke rol in het Jodendom en horen bij specifieke Joodse feestdagen. Het Hooglied leest men tijdens Pesach (Pasen). Het verhaal over Ruth hoort bij Sjavoeot (het Wekenfeest) en Klaagliederen worden voorgelezen op de negende dag van de elfde maand. Dit is een tragische dag in de Joodse geschiedenis: zowel de eerste als de tweede Joodse tempel werden op deze dag verwoest. Prediker beluistert men op Soekot (het Loofhuttenfeest) en Esther wordt gelezen bij Poerim (het Lotenfeest). In samenwerking met de NCRV en het Nederlands Bijbelgenootschap worden deze teksten op meeslepende wijze voorgelezen door bekende acteurs. Rabbijn Menno ten Brink en dominee Carel ter Linden zorgen voor een inleiding bij elke feestrol. Zo luistert u niet alleen naar deze prachtige, indrukwekkende eeuwenoude vertellingen, maar krijgt u ook uitleg over de achtergrond van deze teksten en de plek die zij in het Jodendom en het Christendom innemen. Met muziekfragmenten uit Ya Shemcha, gecomponeerd door Louis Lewandowski (1821-1894), uitgevoerd op piano en fluit. Reeds gedeeltelijk te beluisteren op http://www.filosofielab.nl/nl/de-vijf-joodse-feestrollen/ De vijf joodse feestrollen: Hooglied, Ruth, Esther, Klaagliederen en Prediker , € 24,95. Uitgave van ISVW-uitgevers in samenwerking met de NCRV en het Nederlands Bijbelgenootschap. ISBN: 978-94-91224-10-2. Inhoud: 3 cd’s met totale luisterduur van ca. 160 minuten. MEDEDELINGEN Het Drents Museum in Assen heeft in 2013 een grote tentoonstelling plaats met delen van de beroemde Dode Zeerollen. Volgens een woordvoerster gaat het om een voor Nederland unieke expositie. Ze kon vandaag nog niet vertellen welke fragmenten er te zien zullen zijn. De rollen werden tussen 1947 en 1956 ontdekt in grotten bij de Dode Zee en bevatten bij elkaar zo'n 900 documenten, waaronder fragmenten van handschriften van de Hebreeuwse Bijbel. De rollen dateren van 250 tot 50 voor Christus. Het museum is 3 jaar bezig geweest om de expositie naar Nederland te halen. (Bron: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2664/Nieuws/article/detail/3070322/2011/12/08/Drents-museumhaalt-Dode-Zeerollen-naar-Nederland.dhtml ) In Hannover, Duitsland werd pas een Europees centrum voor Joodse muziek geopend (Europäisches Zentrum für Jüdische Musik). In de villa Seligmann noemde de Duitse president Christian Wulff de oprichting een belangrijke gebeurtenis voor de stad, de deelstaat Nedersaksen, en de gehele Duitse Bondsrepubliek en een daad van actief berouw voor wat er in de sjoa gebeurde. BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - ZAKENDOEN EN HALACHA, de joodse wet dec.– jan.-februari 2012 - blad 4 (met dank overgenomen uit Joods Actueel van januari 2012) Rabbijn mr. drs. R. Evers Meestal heeft men hoge verwachtingen van een artikel of een sjioer (les) over zakendoen volgens de joodse wet. Als men mij `staand op een voet’ vraagt of ik de halacha van het zakendoen in een notendop kan samenvatten, dan antwoord ik steevast, dat men veel halachot (voorschriften) gewoon kan aanvoelen als men eerlijk is. Natuurlijk zijn er vele voorschriften, zoals ribit (het renteverbod) dat uitermate ingewikkeld is en zich niet voor gevoelsbeslissingen leent, maar veel andere zaken zijn voor een oprechte geest direct invoelbaar. Veel dank ben ik verschuldigd aan mijn leraren, grote en wijze rabbijnen, maar ook aan de befaamde Rav Wagschal, uit wiens werken ik hieronder put, voor zijn zeer heldere publicaties op het gebied van zakendoen op een joodse manier. CONCURRENTIE Mag je een ander beconcurreren? Dit is een uiterst gevoelig punt, waar vele dinee Tora (rechtszaken) over gevoerd zijn. Over het algemeen is het uitoefenen van hetzelfde beroep of het openen van eenzelfde soort winkel als andere mensen uit de straat of uit de stad, toegestaan. Het verbod van hasagat gvoel (het betreden van andermans werkterrein) is zeer beperkt. Niettemin zullen vrome mensen anderen in hun levensonderhoud (parnassa) niet willen storen en hun zaken elders doen of hun winkel op een andere plaats openen. De nieuwe winkelier mag volgens de joodse wet elke indirecte methode gebruiken om klanten aan te trekken. Speciale kortingen, cadeautjes, prijsverlaging, gratis bezorging en allerlei vormen van adverteren zijn zonder meer voor iedereen toegestaan. Een verkeerde indruk wekken Bij het aanprijzen van handelswaar of diensten is het nooit toegestaan om de spullen van anderen af te keuren of de concurrenten in een kwaad daglicht te stellen. Dit geldt zelfs als dat wat de verkoper beweert, waar is. Natuurlijk mag men de goede kwaliteiten van de eigen waren aanprijzen en de gunstige prijs benadrukken. Het is dus toegestaan om te zeggen: ”Mijn computer is beter dan die van de concurrenten”. Maar je mag nooit een ander in een kwaad daglicht stellen door bijvoorbeeld te zeggen dat “...de anderen slechte computers verkopen of te hoge prijzen vragen etcetera”. Bij het aanprijzen van de eigen goederen moeten de beweringen wel waar zijn. Men mag geen valse indruk wekken. Doordat de meeste klanten geen verstand hebben van de zaak die zij kopen, is het verboden om ze verkeerd te adviseren enkel en alleen om de verkoopcijfers te laten stijgen. Zo mag een kleermaker tegen zijn klanten niet zeggen, dat het kostuum dat hij nu koopt zeker jaren zal meegaan, als dit normaliter niet het geval is. Belangenconflicten Over het algemeen mag iedereen zijn eigen belang laten voorgaan, maar alles moet op een eerlijke manier gebeuren. Dit geldt ook voor eenmalige goederen zoals de aankoop van een huis of het solliciteren naar een baan. Om een baan te bemachtigen mag men zelfs gebruik maken van protectia (een ‘kruiwagen’ of relaties). Dit laatste geldt voor privéwerkgevers of privé-ondernemingen. Voor gemeenschapsinstellingen is het zeer twijfelachtig of men gebruik mag maken van kruiwagens. Bij gemeenschapsinstellingen mogen de personeelschefs zich echter niet laten leiden door persoonlijke voorkeur of antipathie, maar dient de beslissing enkel en alleen genomen te worden op basis van de kwaliteiten van de sollicitant. Anders dient men het gemeenschapsbelang niet. Een andere werknemer wegdrukken Het is niet toegestaan om jouw diensten aan te bieden en daarmee een andere, reeds werkende werknemer weg te drukken. Dit geldt zelfs als de werkgever niet tevreden is met de huidige werknemer, tenzij hij al actief bezig is om nieuwe werknemers te zoeken. Dit is een typisch voorbeeld van hasagat gvoel oftewel onrechtmatig andermans terrein (in dit geval een baan) betreden. BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 5 Maar wanneer er voor een job geadverteerd wordt, mag men proberen deze te krijgen zolang de onderhandelingen tussen een andere sollicitant en de werkgever nog niet gesloten zijn. Maar zodra de onderhandelingen afgesloten zijn (ook al is er nog geen contract getekend), mag men niet meer de baan van een ander proberen weg te kapen (zelfs niet wanneer de nieuwe werknemer bereid is harder en langer te werken voor een lager salaris). Als de werkgever zich echter bedacht heeft en alsnog nieuwe werknemers oproept, is het toegestaan daarop te solliciteren. Wanneer het echter een zeer zeldzame gelegenheid betreft, zoals een baan waarvan er maar een in de stad bestaat, heeft men het recht om zijn diensten aan te bieden zolang een andere sollicitant nog niet door de werkgever aangenomen is (Sjoelchan Aroech IV:337:1). Hetzelfde geldt voor handelsaanbiedingen of dienstverlening: zodra er een prijs overeengekomen is, mag geen andere winkelier of dienstverlener (zoals een loodgieter) de klant benaderen, zelfs als er een betere prijs geboden wordt. Echt vrome mensen vinden goed gedrag belangrijker dan financieel gewin en zullen andere mensen niet voor de voeten lopen. DE VERPLICHTINGEN VAN WERKGEVERS EN WERKNEMERS Er zijn altijd veel sjeiles (halachische vragen) over de onderlinge verplichtingen van werkgevers en werknemers. Vandaar dat ik dit onderwerp uitgebreid behandel. De belangrijkste verplichting van de werkgever is om zijn werknemers op tijd te betalen (Sjoelchan Aroech IV:339:1). Als de werkgever er niet zeker van is, dat hij zijn werknemers op tijd kan betalen, moet hij ze hiervan van te voren op de hoogte stellen. Wanneer er betaald moet worden, is afhankelijk van de afspraak tussen werkgever en werknemer. Wanneer er niets is afgesproken, moet men kijken naar de minhag hamakom (gewoonte van die plaats). Als het de gewoonte is om wekelijks of maandelijks te betalen, dient deze praktijk gevolgd te worden (IV:339:4,5,9). De werknemer moet betaald worden op de laatste werkdag van de overeengekomen periode. Hij mag niet later betaald worden. Ook bij giraal of bancair betalingsverkeer moet de werkgever ervoor zorgen, dat de werknemer zijn salaris op de juiste datum ontvangt. Wanneer er op onregelmatige tijden wordt gewerkt, ontvangt een werknemer, die af en toe meewerkt, zijn salaris op de dag van de normale salarisbetaling van dat bedrijf. De Thora stelt: “Op de dag moet je hem betalen, het salaris mag niet overnachten”. Voor werk dat overdag eindigt, moet betaald worden voor zonsondergang. Als het werk gedurende de nacht eindigt, moet betaald worden voor zonsopgang (IV:339:3). Op tijd betalen is alleen maar verplicht als de werknemer daarom vraagt. Het is een haalplicht en geen brengplicht. De werknemer moet het geld ophalen. Het is niet de verplichting van de werkgever om het naar de werknemer te brengen. Wanneer de werkgever door overmacht niet in staat was het salaris op tijd uit te betalen, is hij toch niet verplicht om de loonzakjes naar de huizen van zijn werknemers te brengen. Niettemin is dit wel een mitsva, wel netjes tegenover zijn werknemers (ibid. :10). Wanneer de firma geen geld meer heeft, is de werkgever niet verplicht om geld te lenen om zijn werknemers op tijd te betalen, maar hij doet een grote mitsva om dat niettemin te proberen. Wanneer de werkgever betaalt met een cheque moet die inbaar zijn op de dag van uitbetaling. Betalingen per post of per bank moeten uiteraard op tijd aankomen. Respect Ook een werknemer heeft recht op respect. Maimonides beschrijft ons hoe een slaaf behandeld moet worden: “Men mag een slaaf niet beledigen door op een vernederende wijze met zijn hand te wuiven. Men mag niet tegen een slaaf schreeuwen of in woede spreken maar moet hem vriendelijk bejegenen. Werknemers zijn niet minder dan slaven” (Maimonides, hilchot avadim 1:6). BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 6 Tijdig betalen De mitsva om op tijd te betalen geldt voor alle soorten werk, ook voor eenmalige dienstverlening. In geval van reparatie (bijvoorbeeld een horloge) moet pas betaald worden op het moment dat het horloge teruggegeven wordt aan de klant (en niet op het moment dat de reparatie klaar is). De reparateur moet zijn geld komen innen. Normaliter sturen werklieden een rekening, meestal een week of een maand nadat het werk uitgevoerd is. Zodra de dag waarop het werk klaar is, voorbij is, hoeft men echter niet meer direct te betalen. Om problemen met tijdig betalen te voorkomen, moet men van tevoren afspreken met zijn werknemer, reparateur of dienstverlener dat men niet verplicht is op tijd te betalen. Het voorgaande geldt voor alle soorten werknemers, zoals babysitters, privé-leraren, muziekdocenten, hulpen in de huishouding etc. etc. De verplichtingen van de werknemer De werknemer moet ervoor zorgen, dat de tijd van de baas niet verkwist wordt. Hij moet voldoende energie hebben om te werken. Dit veronderstelt dat hij voldoende slaapt en eet en ervoor zorgt dat hij gezond is. Hij moet op tijd beginnen en niet zomaar vrij nemen middenin het werk zonder toestemming van de werkgever, zich uitsluitend bezighouden met zijn werk en niet eerder weggaan dan toegestaan is. Dit geldt zelfs voor het doen van mitsvot. Eerder weggaan van het werk om een minjan (minimum aantal mensen bij het gebed of een dienst nvdr) bij te wonen of kaddisj (gebed voor de doden nvdr)te zeggen op een jaartijd is niet toegestaan. LENEN Lenen komt in het zakenleven veel voor. Lenen kent erg veel aspecten. Een eerlijke levenswandel veronderstelt ook, dat men goed weet te onderscheiden tussen mijn en dijn. Lenen lijkt soms een schemergebied. Maar lenen zonder toestemming staat gelijk aan stelen. Ook als men een auto ‘leent’ om er even een paar rondjes mee te rijden, heet dit al diefstal, alsof het voorwerp gestolen is, ook al had de gebruiker niet de bedoeling zich de auto toe te eigenen. ZONDER TOESTEMMING Indien de eigenaar in de buurt is, moet men altijd toestemming voor gebruik vragen. De aanname dat “als ik het gevraagd had, zou ik zeker toestemming hebben gekregen” is onvoldoende. Maar als de eigenaar regelmatig toestemming heeft gegeven voor soortgelijk gebruik, mag men aannemen dat de eigenaar ook in dit geval toestemming zou hebben gegeven. Gebruik is alleen maar toegestaan in het huis van de eigenaar; men mag het niet daaruit verwijderen. Uiteraard mag het voorwerp alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor het geleend is. Een geleend voorwerp mag ook niet langer dan de afgesproken tijd gebruikt worden. Zonder nadere afspraak is de leentermijn dertig dagen. Dit betekent in de praktijk dat jassen, hoeden en paraplu’s, die achtergebleven zijn in sjoel, niet zomaar gebruikt mogen worden door iemand anders, dat studenten die samen een kamer of een flat delen, niet zomaar andermans spullen mogen gebruiken en ‘eventjes lenen’ niet zomaar toegestaan is. Een lener mag ook niet zomaar het geleende uitlenen aan derden. Een caissière mag ook niet even geld uit de kassa lenen. Maar onder omstandigheden mag bijvoorbeeld een zakenman, die geld in bewaring heeft gekregen, dit voor zijn eigen doelen aanwenden. De reden hiervan is, dat iedereen die een zakenman geld in bewaring geeft, weet dat hij af en toe cash nodig heeft (ibid. IV:292:7). Maar zodra de zakenman dit geld gebruikt, is hij verantwoordelijk voor de totale som. Wanneer het geld door overmacht verloren gaat, moet hij het geheel terugbetalen aan de eigenaar ondanks het feit dat de zakenman maar een deel van het geld gebruikt heeft. LENEN VAN GOEDEREN BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 7 Bij het lenen van goederen heeft de lener de verplichting om deze goed te bewaren. Hij mag niemand anders, behalve zijn vrouw of volwassen familieleden, de zaak laten bewaken. Hij mag het zeker niet door een ander laten gebruiken of het geleende te zwaar belasten (met een geleende fiets over te zwaar terrein gaan of met een auto een zware bergtocht maken). Per ongeluk lenen Dit gebeurt vaker dan we denken. We nemen onze jas mee uit sjoel en merken pas onderweg dat we per ongeluk de jas of paraplu van iemand anders meegenomen hebben, die erg op de onze lijkt. De halacha is dan dat men, zodra men zich bewust wordt van z’n fout, geen recht heeft om de jas of paraplu te gebruiken. Dit is zo omdat er geen duidelijke aanwijzing is dat de eigenaar voor dit gebruik toestemming heeft gegeven. Het kan zelfs zijn dat de eigenaar nog niet eens weet dat de jas of paraplu verwisseld is. Niettemin moet de ‘verwisselaar’ er zorg voor dragen dat het verwisselde goed zo snel mogelijk bij de rechtmatige eigenaar terugkomt. LENEN EN BETALEN Wanneer je weet dat je een lening niet terug kan betalen en toch leent, ben je een rasja (een slecht mens). Elke lening moet vastgelegd worden, zelfs als de lener eerlijk is. Tenslotte kan ook hij de lening vergeten. Zodra de lening afgelost is, moet de crediteur de akte van lening vernietigen. Tussentijdse aflossingen moeten exact beschreven worden. Natuurlijk moet de lener het geleende bedrag terugbetalen, maar hij hoeft hiertoe geen lening aan te gaan bij een derde of extra te gaan werken om de lening terug te betalen (tenzij anders is overeengekomen). Als hij zaken bezit, zoals aandelen of juwelen en de crediteur het geld nodig heeft, moet hij deze bezittingen verkopen om zo aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen. De crediteur heeft het recht om zijn geld terug te vragen. Dit mag echter alleen als hij zeker weet dat de lener geld of goederen heeft om hem terug te betalen. Als de uitlener weet dat de lener geen geld heeft, mag hij hem niet om terugbetaling vragen (IV:7:2). Wanneer de crediteur twijfelt of de lener geld heeft om terug te betalen, mag hij hem hieraan herinneren door te zeggen: “Ik wil niet perse nu terugbetaald worden, maar houdt het in gedachten zodra je hiertoe een mogelijkheid ziet”. De hoofdregel hierbij is, dat de crediteur moet voorkomen dat de debiteur in verlegenheid wordt gebracht. SJABBAT EN JOM TOV Geen zaken doen op Sjabbat Zodra de Sjabbat begint is het de bedoeling dat men het beschouwt alsof 'al het werk gedaan is'. Sjabbat moet een absolute rustdag zijn waarop geen werk gedaan mag worden (ook niet in opdracht van een Jood uitgevoerd door een niet-Jood). Het is daarom ook verboden op Sjabbat over zaken te spreken, of over aan- of verkoop. Zelfs zaken, die men van plan is om na Sjabbat te doen, mag men niet bespreken, indien dit verboden activiteiten betreft, zoals schrijven, telefoneren, kopen of verkopen. Daarom is ook het lezen van financiële dagbladen, advertenties of duidelijk zakelijke onderwerpen in de krant verboden. Hoewel het denken over zaken toegestaan is, is elke vorm van zakelijke activiteit verboden. Men mag niet naar een plantage gaan om te kijken of alles goed groeit, iets gerepareerd moet worden of naar een bouwplaats gaan uit interesse voor een eventuele koop of etalages bekijken uit interesse voor mogelijke aankopen. Verdiensten op Sjabbat Ook voor toegestaan werk op Sjabbat, zoals babysitten of bedienen in een restaurant, mag men geen betaling vragen. Wanneer men echter een week- of maandsalaris ontvangt en ook op Sjabbat werkt, is het toegestaan om extra betaling voor de werkzaamheden op Sjabbat te ontvangen wanneer niet duidelijk is, dat men voor werk op Sjabbat BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 8 extra betaald krijgt. Wanneer echter uit de afrekening blijkt, dat men speciaal betaald wordt voor de uren, dat men op Sjabbat werkt, mag men dit geld niet aannemen. Betalen of geld in ontvangst nemen op Sjabbat is niet toegestaan. Wanneer een niet-Joodse huurder of klant geld komt afleveren, mag men dit niet accepteren. Als hij het geld in de brievenbus gooit of het bij de voordeur deponeert, is dat zijn eigen verantwoordelijkheid. Men moet duidelijk maken dat een orthodoxe Jood op Sjabbat geen zaken of zakelijke handelingen doet. Bij rente, huur of salaris en dergelijke moet men opletten de betaling voor de Sjabbat te doen opgaan en te laten verdwijnen in het totale bedrag en niet duidelijk te maken dat men een bepaald bedrag voor Sjabbat wil ontvangen. Compagnonschap Wanneer een Jood en een niet-Jood een compagnonschap willen aangaan, moet van tevoren worden afgesproken dat de Joodse partner niet verplicht zal zijn werk te doen op Sjabbat of Jom tov (feestdag). Over de werkverdeling gedurende de rest van de week moeten afspraken worden gemaakt alsook over de winstverdeling. Een competente rabbijn moet adviseren bij het opstellen van het contract, waarbij met name aandacht besteed moet worden aan de halachisch juiste winstverdeling. Alle zaken die gebruikt kunnen worden voor werk op Sjabbat mogen op vrijdag niet verhuurd worden aan een nietJood (zoals een auto, machines of gereedschap). Eerder mag het wel worden verhuurd, ook al zal men deze wel op Sjabbat gebruiken. Werk door een niet-Jood op Sjabbat en Jom tov Wanneer een niet-Jood voor zichzelf werkt is het toegestaan hem zijn gang te laten gaan. Dit is echter alleen toegestaan wanneer men niet direct voordeel ontleent aan de verrichte werkzaamheden. Als er sprake is van voordeel van het verrichte werk op Sjabbat, moet dit onmiddellijk gestopt worden. Voorbeelden van indirect voordeel zijn het openen van brieven, het uitschakelen van elektrische apparatuur of het lager zetten van gas. Als men dus vergeten was het alarmsysteem op de zaak op vrijdagmiddag aan te zetten, mag men de conciërge het alarmsysteem aan laten zetten. Men hoeft hem ook niet voor de toekomst te vertellen dat hij dat niet mag doen. Wanneer de conciërge op Sjabbat zou vragen of hij het alarm aan moet zetten, mag je niet bevestigend antwoorden, maar moet duidelijk maken dat je het aan hemzelf overlaat. In een dergelijk geval is ook een indirecte hint toegestaan zoals: “Vandaag is het Sjabbat en mogen wij het licht niet uitdoen” of “...hebben wij het licht niet meer nodig” of “...wat zonde van de elektriciteit” of “jammer, dat het licht nog aan is”. Wanneer een niet-Joodse dienstverlener of werknemer zelf verkiest om op Sjabbat te werken mag men dit toestaan zolang hij dit voor zichzelf doet en begrijpt dat hij hiervoor betaling ontvangt. Zo mag men vlak voor Sjabbat schoenen naar de schoenmaker brengen maar mag niet zeggen dat deze zaterdagavond, direct na Sjabbat, klaar moeten zijn. Een schoonmaakbedrijf mag niet op Sjabbat schoonmaken maar een niet-Joodse verkoper die op commissiebasis werkt, mag goederen van een Joodse firma zelfs op Sjabbat verkopen (hij mag ze echter niet op Sjabbat uit het magazijn van de Joodse eigenaar halen) zolang hij dit op eigen initiatief doet, zonder opdracht van zijn Joodse baas. Hoe het ook zij, er mag onder geen beding werk gedaan worden in een Joodse ruimte, gebouw, kantoor of fabriek. Vandaar ook dat de 'Reichman brothers' uit Amerika, toen ze nieuwe panden lieten bouwen in de docks van Londen, het hele werk een uur voor Sjabbat hebben stilgelegd. Een aannemer mag dus niet bouwen op Joodse terrein op Sjabbat, een vervoersmaatschappij mag geen goederen ophalen of afleveren en allerlei reparaties in en aan het huis mogen niet uitgevoerd worden. WERK EN ZAKENDOEN OP CHOL HAMO’ED BERICHTEN van de ANTWERPSE CONTACTGROEP - dec.– jan.-februari 2012 - blad 9 Op chol hamo’ed (de tussendagen van Pesach en Soekkot) mag men – ook door niet-Joodse werknemers – alleen werk laten doen als men anders goederen in voorraad zou verliezen of er zich een zakelijk zeldzaam gunstige gelegenheid voordoet, zoals speciale veilingen naar aanleiding van een faillissement. Wanneer aandelen zakken, mag men ze op chol hamo’ed verkopen. Wanneer men zijn baan dreigt te verliezen als men niet komt werken op chol hamo’ed is het toegestaan gewoon te gaan werken. Het is in zulke gevallen goed om de vakantie te plannen gedurende chol hamo’ed. Als de werkgever wel bereid is onbetaald verlof te verlenen, hangt dit van de persoonlijke financiële omstandigheden af, of men hier op in moet gaan. Men mag doorwerken gedurende chol hamo’ed als men risico loopt om klanten te verliezen, wanneer men het personeel hoe dan ook moet doorbetalen of als de zaak ernstig verlies zou lijden bij sluiting. Mag men dan doorwerken, maar zo beperkt mogelijk. In ieder voorkomend geval moet men overleggen met een competente rabbijn omdat alle voorgaande halachot behoorlijk complex zijn en mijn artikel niet bedoeld is als basis van een halachische beslissing. _______________________ Nagekomen bericht : Op 11 november 2010 was er in Brussel een Franstalig colloquium over "Juifs et chrétiens engageons- nous". Hier waren ook heel wat Nederlandstalige deelnemers aanwezig. Men nodigt uit voor een vervolg. Schrijver Frank Lalou en Dominique Cerbelaud, op. spreken over “Lectures des Evangiles: perspectives juive et chrétienne” op zondag 25 maart 2012, 9 tot 17 uur. De moderator is ds. Marc Lenders. Met de conferenties en werkshops gaan we aan de slag in Notre Dame du Chant d’Oiseau, av. des Franciscains 3a, 1150 Brussel (te bereiken met bus 36). Deelname in de onkosten € 20 (documentatie en vegetarische maaltijd inbegrepen). Verplichte inschrijving voor 10 maart a.s. op rekening BE17 0000 9722 5221 van M. Debrouwer nds. , Brussel. De voertaal is Frans. Meer info op [email protected], of Soeurs de Notre Dame de Sion, Av. Jupiter 183/802, 1190 Brussel. Bedoeling is om na te denken over punt 2 van de Verklaring van de “12 Punten van Berlijn” en om de dialoog tussen christenen en joden verder uit te bouwen. Inschrijvingsstrook in te sturen voor 10 maart (voor adres, zie hoger) Dhr-Mevr.-Mej.-Eerw. ………………………………………… Adres: ………………………………………………………………… Postnummer: ………., Plaats: ……………………………….. Tel. …………………….. GSM: ………………………………….… Beroep: …………………………………; Geboortejaar:…… schrijft zich in voor het 2de Colloquium van 25 maart 2012 en heeft de som van € 20 voldaan op de aangeduide rekening. Datum: …………………; Handtekening: …………………