DE TOEKOMSTIGE WAARDE VAN ONZE BEZITTINGEN Eerste druk Boek: DE TOEKOMSTIGE WAARDE VAN ONZE BEZITTINGEN Schrijver: Ir. Bernard J. Verdoes Bernard Verdoes studeerde aan de TU in Delft werktuigbouwkunde en toegepaste wiskunde. Daarna volgde hij postdoctoraal onderwijs in de organisatiekunde en maakte in zijn werkzame leven de ontwikkeling mee van de informatietechnologie in theorie en praktijk. Hij publiceerde over toepassingen van informatietechnologie in de luchtvaart en schreef samen met collegae een boek getiteld ‘Principes van Onderhouds management’. Vervolgens schreef hij het boek ‘Roots’, een filosofisch getint boek over de noodzaak van herijking van (lees: onderhoud aan) religie. Religie zou begrepen moeten worden vanuit de wetmatigheid van de natuur. De meest recente financiële crisis en de daaruit voortvloeiende economische stagnatie waren de aanleiding voor dit boek. Nog steeds is niet geheel duidelijk hoe dit allemaal heeft kunnen gebeuren en wat ons nog te wachten staat. Duidelijk is dat de besturing van de economie en de financiële systemen aan een onderhoudsbeurt toe is. Getracht is om een beschrijving van de economie te maken. Het doel is om een breed publiek meer inzicht te verschaffen over hoe de economie in grote lijnen werkt en wat de belangrijkste vraagstukken zijn. Het onderwerp dat ons nog het meeste zorgen baart is de toekomst van onze kinderen. Vandaar de titel van dit boek. Hebben onze bezittingen in de toekomst een waarde en hoeveel? Heeft het zin om te sparen? Kunnen we de onzekerheden in beeld brengen en daar ons handelen op baseren? Waarnemingen Egoïsme, narcisme en zelfoverschatting staan een rechtvaardige verdeling van werk en inkomen in de weg. De markteconomie faciliteert deze eigenschappen, maar lijkt desondanks vooralsnog de beste optie. Markten blijken een chaotisch karakter te kunnen hebben, ondanks de stabiliserende onzichtbare invloed van vraag en aanbod. Markten moeten beheerd en beheerst worden. Hoe internationaler de markt is, des te groter is de kans op marktverstoring. De mondiale geldmarkt is de belangrijkste bron van instabiliteit. Er is geen uniform mondiaal beheer. Instabiliteit wordt voornamelijk veroorzaakt manipulatie en machtsmisbruik. door corruptie, Instabiliteit ondermijnt het vertrouwen in de besturing van het economische en financiële systeem. Gebrek aan vertrouwen versterkt de instabiliteit.’ There is a hole in the bucket’. De toekomstige waarde van onze bezittingen is onder andere sterk afhankelijk van het vertrouwen in de continuïteit en stabiliteit van het economische en financiële systeem. De relatie tussen de waarde van onze bezittingen op dit moment en de toekomstige waarde wordt gekenmerkt door grote onzekerheid. De veronderstelde mate van onzekerheid is een belangrijke parameter in de financiering van bedrijvigheid. Helaas is de waarde van deze parameter afhankelijk van de waan van de dag. Europa kan alleen voortbestaan als er op alle fronten solidariteit wordt getoond. Eerste uitgave DE TOEKOMSTIGE WAARDE VAN ONZE BEZITTINGEN / Bernard J. Verdoes Noordwijk ZH: Wortel Publishing 1e druk Met lit. opgave (beperkt) ISBN/EAN: 978-90-817999-2-8 NUR: 100 Uitgever: Wortel Publishing Copyright © 2015: Ir. B.J. Verdoes Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, elektronisch of op welke andere wijze dan ook en evenmin in een (retrieval) systeem worden opgeslagen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. TEN GELEIDE De veronderstelde toekomstige waarde van onze bezittingen is in recordtijd wereldwijd met duizenden miljarden euro’s gedaald. Ons land heeft daar ook behoorlijk last van. We hebben het over de waarde van huizen, ander onroerend goed, aandelen, vorderingen op andere landen, et cetera. Wat bepaalt eigenlijk de waarde van bezit, bijvoorbeeld van een huis? Kosten van de grond en bouwkosten minus de waardevermindering door veroudering geven een indicatie. De echte waarde wordt echter bepaald door de markt. Het bestaan van markten wordt veroorzaakt door vraag en aanbod. Er zijn markten voor bezittingen (zoals voor grondstoffen en onroerend goed), voor arbeid (arbeidsmarkten), enzovoort. De ‘invisible hand’ van Adam Smith moet er voor zorgen dat vraag en aanbod in een markt in evenwicht blijven. Als er véél vraag is stimuleert dat de omvang van het aanbod. Véél aanbod stimuleert de vraag. Volgens de theorie van Adam Smith ontstaat er vanzelf een evenwicht alsof er een onzichtbaar mechanisme is dat dit evenwicht tot stand brengt. Ons kapitalistische systeem blijkt echter de mogelijkheid van grote verstoringen in zich te hebben. De ‘invisible hand’ blijkt ook een psychologische dimensie te hebben en wordt af en toe op een niet bedoelde manier een handje geholpen. De recente crisis is het gevolg van zo’n verstoring. De oorzaken kunnen velerlei zijn. Het is daarom nodig dat bijvoorbeeld marktmanipulatie zoals die zich onder andere in de Amerikaanse huizenmarkt heeft voorgedaan en nog in de financiële markten voortwoekert, door regelgeving aan banden wordt gelegd. Markten hebben een boven- en ondergrens nodig en markten moeten beheerd kunnen worden. De belangrijkste markt, de financiële markt, blijkt moeilijk te beheren en moeilijk van grenzen voorzien te zijn, omdat dit een mondiale markt is. Nederland en zelfs Europa hebben die markt niet in de hand. Meedoen heeft risico’s. Het gedrag van de burgers als producent en als consument bepaalt voor een belangrijk deel onze welvaart. In feite is de hoeveelheid werk die burgers willen verrichten en de toegevoegde waarde ervan, één op één te vertalen in welvaart. Het grootste deel van het resultaat van de arbeid wordt in de meeste gevallen direct geconsumeerd. Wat er over blijft wordt gespaard en is later voor uitgestelde consumptie beschikbaar. Bij voorbeeld: de belegging in een pensioenfonds wordt na de pensioendatum geconsumeerd. Hoeveel er in de toekomst geconsumeerd kan worden hangt indirect af van de toekomstige waarde van onze bezittingen. De inschatting van deze toekomstige waarde kan enorm fluctueren zoals we dat nu zien in de onroerendgoedmarkt. Vertrouwen in de toekomstige waarde is bepalend. Vertrouwen is gebaseerd op continuïteit. Als bijvoorbeeld de consument minder koopt zakken de prijzen. Als iedereen hetzelfde wil hebben gaan de prijzen omhoog. De waarde in het verleden is geen garantie voor de waarde in de toekomst. Wat bepaalt eigenlijk het vertrouwen van de consument? Wanneer ontstaat er discontinuïteit? Is een te hoge schatting van toekomstige waarde het gevolg van een overschatting van de eigen mogelijkheden? Komt hoogmoed voor de val? Bestaat een juiste schatting wel? Of is er per definitie sprake van fluctuatie? Sparen voor toekomstige consumptie heeft alleen zin als er een grote kans is dat de waarde van datgene wat gespaard wordt minimaal intact blijft. Bijvoorbeeld als er economische groei door wordt gestimuleerd, zoals in innovatieve sectoren. Sparen voor een huis heeft natuurlijk altijd zin omdat het prettig is om op die manier bezit te kweken en in je eigen bezit te wonen. Bovendien is het voordelig als de hypotheekrente hoog is in vergelijking met de spaarrente en er niet te veel waardeverlies van het bezit optreedt. Waardedaling van onze bezittingen en de onzekerheid die dat met zich meebrengt kan tot gevolg hebben dat het nationale inkomen lager wordt. Er wordt dan minder besteed waardoor ook de productie afneemt. Gemiddeld genomen zou dit betekenen dat we allemaal een beetje minder zouden moeten hoeven te werken en ook minder verdienen. Wellicht hebben we aan iets minder ook genoeg. Zo simpel is het echter niet. Er zijn werkenden en nietwerkenden. Er zijn rijke en arme mensen. Er is werk dat méér nodig is dan ander werk. Er zijn mensen die willen blijven werken ten koste van anderen. Er zijn internationale en nationale arbeidsmarkten. Er is nu eenmaal een machtsverdeling in de polder die in het voordeel werkt van de machtige groeperingen. Werkgelegenheid van groepen met macht wordt soms in stand gehouden ten koste van banen die nuttiger en gewenster zijn. Verdelen van armoede is moeilijker dan verdelen van welvaart. Het verschil tussen rijk en arm dreigt groter te worden. Wij verwachten van onze beleidsmakers dat ze stabiliteit tot stand brengen in de verschillende markten. Er moet een boven- en ondergrens zijn. Verder verwachten wij dat zij er voor zorgen dat zoveel mogelijk burgers deelnemen aan het arbeidsproces en dat de beloning als eerlijk en reëel wordt ervaren. Dit laatste kon wel eens de sleutel blijken te zijn voor het terugkeren van het vertrouwen en het doen groeien van de economie. Vertrouwen creëert welvaart. Links en Rechts zijn beide nodig. Dat wat er is, moet eerlijk worden verdeeld. Tegelijkertijd moet onderkend worden dat er stimuli nodig zijn om de talenten onder ons kansen te geven. Talenten zijn nodig voor innovatie en economische groei waar we allemaal van kunnen profiteren. De verschillen in beloning dienen echter in balans te zijn met de verschillen in kennen en kunnen. Er zijn zeepbellen ontstaan in een aantal arbeidsmarkten, zoals in de markt van de hogere managementfuncties en in de markt van bestuurders. Regulering zou op internationaal niveau nodig zijn. Het streven naar een bestaansminimum in de wereld voor iedereen zou de Westerse wereld niet misstaan. Regulering van de bovengrens van de arbeidsmarkt zou kunnen helpen. Dit boek is bedoeld om meer inzicht te verschaffen in de huidige economische problematiek. Het begint met een aantal verklarende hoofdstukken die als doel hebben om meer te kunnen begrijpen van de actuele problemen die aan de orde zijn. Uiteindelijk gaat het om een rechtvaardige verdeling van werk en inkomen en om een verantwoorde prognose van de toekomstige waarde van onze bezittingen. Door het wegvallen van grenzen -voornamelijk in Europaen de grenzeloze verspreiding van kennis met het Internet is er een ontwikkeling in gang gezet die uitdagend, maar niet zonder risico’s is. Er zijn steeds méér honden die om hetzelfde been strijden. De vraag is of we het been zodanig kunnen laten groeien dat alle honden aan hun trekken komen. INHOUDSOPGAVE TEN GELEIDE INLEIDING BALANS, STAAT EN GROEI WELVAART EN VERDELING HET ECONOMISCH PROCES MARKTEN EN BESTURING GELD SAMENVATTING OVERWEGINGEN EN STELLINGEN Appendix A: Nooit meer onder water Appendix B: Hoe komt het geld in de wereld Appendix C: Schuldbewust HOOFDSTUK BALANS, STAAT EN GROEI Balans als momentopname Waarom zijn Nederlanders rijk? Hoe is de rijkdom verdeeld? Begroting en balans van de Staat WELVAART EN VERDELING Arbeid en welvaart Welvaart en toekomst HET ECONOMISCH PROCES Privépersonen en/of gezinnen en groepen Bedrijven MARKTEN EN BESTURING De crisis vanaf 2007 GELD De rol van geld Risico en speculatie Geldcreatie Welvaart, geld en crisis (samenvatting) Meerdere soorten geld Onderwerpen Onderwerpen in groen kader Hoe ziet een balans er uit? Baten en lasten Overheidsschuld Activiteiten van de Nederlandse Staat Zijn we arm als er veel overheidsschuld is? Schulden in Europa Balans en winst- en verliesrekening Stille reserve Onrechtvaardige verschillen Begrotingstekort Ombuigingen Bezuinigingen Korte termijn Waarom zorgen over de dag van morgen? Waarom is economische groei nodig? Productie en productiviteit Welvaartverschillen Zekerheden en onzekerheden Communicerende vaten Egalisatie van welvaart Productieverschillen Effect van krimp op welvaart Wisselkoersen Prestaties binnen de groep Ruilen of zelf doen Vrije keuzen van ruilen Ruilen en vermogen Wankel evenwicht Teren en neren Binnen en buitenland Schaal en bezetting Wachttijden Met de Euro is niets mis Geld uitlenen is nog geen Marshall hulp. Werkloosheid Kennis Spiraal en vertrouwen Waarom na 65 jaar nog werken? Moet ik investeren in een eigen woning? Bevoordeling Werkgelegenheid Korte termijn en bonus Verandering van de economie Markten Arbeidsmarkt Hoe werkt de arbeidsmarkt? Financiële markten Evenwicht Consumptiegedrag Oorzaken Aanleiding Bandbreedte Waarom is de verwachting voor de toekomstige opbrengst van bezittingen naar beneden bijgesteld? Instabiliteit Waarom valt de inflatie mee? Wantrouwen Huidige systeem Money is debt Bezwaren Crisis Grondmarkt Risico Solvabiliteit en hypotheken Voorstellen Prijsopdrijving I. INLEIDING Na een periode van ongekende groei, zit de wereldeconomie nu al een paar jaar in de problemen. Wereldleiders komen periodiek bijeen om na te denken over mogelijkheden om de stagnerende economische groei weer op gang te brengen. Ook worden er honderden miljarden te voorschijn getoverd om te voorkomen dat landen failliet gaan. Dit verhindert niet dat de moeilijkheden groter worden. Er gaan dagelijks bedrijven over de kop. Het aantal werklozen is onrustbarend groot en de bezuinigingsronden volgen elkaar in een steeds sneller wordend tempo op. Het lijkt erop dat de stoelpoten onder de economie worden weggezaagd en dat heeft tot gevolg dat velen zich onzeker voelen over de toekomst. Wat hangt ons nog meer boven het hoofd nu zelfs onze goudgerande pensioenen lijken te verwateren? Dit boek heeft als doelstelling om een breed publiek te informeren over hoe ons economisch systeem in grote lijnen werkt. Er zijn geen formules gebruikt. Getracht is om de diverse onderwerpen op een toegankelijke manier te beschrijven. Regelmatig is ingegaan op actuele problemen. Er is niet ingezoomd op specifieke groepen. Als het gaat over burgers wordt de gemiddelde burger bedoeld, tenzij anders is vermeld. Een aantal hoofdstukken heeft betrekking op het functioneren van de financiële huishouding van individuen, bedrijven en overheid en het onderlinge verband. Andere delen gaan over welvaart en de verdeling ervan. Tevens komen de economie, en het financiële systeem dat als smeermiddel fungeert aan de orde. In de gedachten van de schrijver heeft geld de functie van smeermiddel voor de economie. Geld heeft echter ook een internationaal gokcircuit doen ontstaan en de vraag is of we daar blij mee moeten zijn. Het totaal vormt een kader waarin de problemen en vraagstukken over financiën en economie, waarover dagelijks in de kranten wordt geschreven, te plaatsen zijn. Aandacht wordt besteed aan onzekerheid die er over de toekomst bestaat. De vraag is of wij deze onzekerheid kunnen inperken en hoe wij ons dan behoren te gedragen. Vertrouwen blijkt een belangrijk gegeven te zijn in onze economie van alledag. Wat is nodig om dat te herwinnen en in stand te houden?