Leerlijn toneel In de eerste drie jaren volgt elke leerling het vak toneel. Onze toneellessen hebben werkplaatskarakter. Leerlingen werken in groepjes met elkaar samen. In de lessen komen de leerlingen tot spel dat aan elkaar wordt getoond en met elkaar besproken. Vanaf de 10e klas kunnen leerlingen het kunstvak Drama kiezen, al dan niet als examenvak. De leerling wordt uitgenodigd om toneel te spelen. Er wordt zoveel mogelijk werk aan elkaar gepresenteerd; het leren observeren is een essentieel onderdeel van de lessen. Leerlingen bezoeken voorstellingen buiten school en maken daar verslagen van. Spelenderwijs wordt de theatergeschiedenis ontdekt en verwerkt. e e 11 - en 12 -klassers die het kunstvak Drama als examenvak volgen, krijgen bovendien het kunstvak Algemeen. In dit theorievak wordt de geschiedenis van beeldende kunst, dans, drama, muziek, film en fotografie behandeld. Dit wordt getoetst in een centraal schriftelijk examen. 7e leerjaar Toneelspelen is jezelf ontdekken en de ander. Plezier in het leren kennen van de eigen mogelijkheden en die van de ander staat centraal. De leerlingen gaan de theatrale werkelijkheid verkennen aan de hand van bestaande verhalen of ‘de verteller’. De rol ontstaat spelenderwijs door improvisaties, vrij en stil spel, eigen fantasie. 8e leerjaar Door contrasten kunnen de leerlingen de eigen persoonlijkheid leren kennen. Ze gaan de lege ruimte verkennen en deze modelleren door spel. Hoe speel je – zonder decors te gebruiken - een lift, een woestijn, een bos? Al doende ontwikkelen ze begrip van de ‘grammatica’ van het toneelspel: actie-reactie, kijkrichting van het publiek, gebruik maken van de ruimte, accepteren-blokkeren, spelcontrast, houding, gebaar, mimiek. e 9 leerjaar Het typetjestoneel met zijn uitvergroting van eenzijdigheden komt volledig tot zijn recht in de 9e klas. Contrasten zowel innerlijk als uiterlijk vormen de basis van het spel. Als uitgangspunt kunnen de personages uit de commedia dell’arte dienen. Ook worden de zeven hoofdzonden, de schaduwzijden van de ziel, wel als uitgangspunt genomen. Er wordt gewerkt aan een voorstelling die wordt opgevoerd in de theaterzaal. De basisvaardigheden die de leerlingen zich eigen hebben gemaakt, worden nu toegepast om via improvisaties tot een voorstelling te komen. Eindproductie Na het centraal schriftelijk centraal examen e staat het leven van de 12 -klassers drie weken lang in het teken van een eindproductie waarin verschillende kunstdisciplines zijn verwerkt. De eindproductie biedt ze de mogelijkheid hun beeldende en ambachtelijke vermogens in te zetten bij het ontwerpen van kleding en decors, Hun dramatische en andere kunstzinnige verworvenheden en talenten kunnen ze laten schitteren op het toneel. Kunstvak Drama, 10e leerjaar In het eerste jaar gaan de leerlingen op zoek naar hun innerlijke clown. In het hier en nu wordt ieders onhandigheid aangegrepen en tot spel gemaakt. De maskers van de commedia dell’ arte zorgen ervoor dat de leerling fysiek groot leert spelen. Met groepsimprovisaties wordt gewerkt aan een presentatie voor een publiek. Daarna wordt er gewerkt aan tekstfragmenten uit een Griekse tragedie. Dit spelend onderzoeken resulteert in een voorstelling voor een publiek. e Kunstvak Drama, 11 leerjaar In het tweede jaar wordt een solopresentatie verzorgd, gebaseerd op de verhalen uit de Griekse oudheid. De techniek van de verteller komt aan de orde. Op welke manieren kun je een verhaal tot leven wekken? De leerlingen maken kennis met wat er organisatorisch nodig is om een voorstelling op de planken te brengen. De dramagroep organiseert de Vondelrevue, een schoolbreed open podium, en is verantwoordelijk voor audities, productie, techniek, presentatie, communicatie en promotie. Ze regelen alles zelf met het buitenschoolse theater. Aan het einde van dit schooljaar brengt de dramagroep een bestaande klassieker voor het voetlicht. Kunstvak Drama, 12e leerjaar In het 3e jaar onderzoeken de leerlingen of verschillende kunstdisciplines gecombineerd kunnen worden. Er wordt een productie gemaakt op basis van een thema. Dit stuk wordt tijdens het scholieren-eenakterfestival buiten de school opgevoerd.. Nu wordt van de leerlingen verwacht dat ze – naast hun eigen spelmogelijkheden - ook het regisseren ontwikkelen.