MOLENDORP RUISELEDE Op pad met Molenmeisje Millie Ga op stap door Ruiselede en volg de nummers op de storymap die je hier kan vinden: www.ruiselede.be/molendorp. Heb je geen tablet of smartphone met internetverbinding, vraag dan de uitgeschreven versie bij de Dienst Toerisme in het gemeentehuis of download via www.ruiselede.be > cultuur > Molendorp Opgelet: op verschillende locaties die in de storymap voorkomen, is vandaag niet zoveel meer te zien. Enkel de Knokmolen, Hostens Molen, de miniatuurmolens en de romp van de Vlaagtmolen staan er nog. Enkele molens of vroegere molenlocaties liggen vrij ver van het dorpscentrum, maar zijn een ritje met de fiets of auto zeker waard. 'Molenmeisje Millie' loodst ook de allerjongsten door het Molendorp. Doorheen deze storymap vertelt Millie nu en dan een leuk verhaaltje of een wist-je-datje. In dit boekje vind je wat meer informatie over de molens en heel wat spelletjes en leuke opdrachten terug die je later nog kan uitwerken. Veel plezier! Hallo, ik ben Millie. Ik woon in het molenhuis aan de Knokmolen, een windmolen die je in de Knokstraat ziet. Onze molen werkt nog steeds. Mijn opa zorgt ervoor dat de windmolen piekfijn in orde is en laat de wieken nog heel vaak draaien zodat we graan kunnen malen. Ik neem je mee door Ruiselede en probeer je wat bij te leren over de molens in het centrum van de gemeente. WAAROM EEN MOLEN? Een molen werd vroeger gebruikt om graan te malen of lijnzaad te persen, hout te zagen, water op te pompen,… Het bekendst zijn de molens die graan malen of lijnzaad persen. Gemalen graan of meel wordt onder meer gebruikt om brood en gebak te maken. Uit geplette lijnzaadjes komt een olie die men vroeger gebruikte voor olielampen. In het verleden maalde de mens het graan zelf, met de hand en tussen twee stenen (de maalstenen). Dit nam heel wat tijd in beslag en was best vermoeiend. Bovendien had men ook steeds meer gemalen graan nodig om tot voedsel te verwerken. Daarom zocht de mens andere manieren en energiebronnen om het malen van graan gemakkelijker te maken. Hier zie je me met opa! We malen het graan met een handmolen. Door het gebruik van de kracht van de wind, van het water of van dieren werden de maalstenen steeds groter en werden gebouwen gebouwd waarin deze maalstenen konden draaien. Dit werden de molens. Molens maken dus gebruiken van de kracht van wind, water of dieren om te malen, te persen of te pletten. Hierdoor spreken we van windmolens, watermolens of ros(paarden)molens. HOE WERKT EEN WINDMOLEN? Binnenin de romp van een windmolen zijn er verschillende verdiepingen of zolders. Op elke zolder gebeurt een specifieke taak. Zo gebeurt het malen van het graan op de maalzolder en liggen de molenstenen op de steenzolder. Een windmolen heeft verschillende verdiepingen of zolders. Via steile trappen kan je van de ene zolder naar de andere. Hou je goed vast! Nadat zakken graan naar de molen worden gebracht, trekt de molenaar de zakken met behulp van een touw tot aan de zolder waar de ‘kaar’ staat. Dit is een grote bak waarin men het graan giet. Vanuit de kaar komt het graan tussen de molenstenen terecht. De bovenste steen is de loper, de onderste noemt men de ligger. Ondertussen zijn ook de wieken van de molen beginnen draaien. De wieken zitten vast aan de molenkap en vangen de wind op. De lengte van de twee wieken samen noemen we de ‘vlucht’. Bij Hostens Molen bedraagt de vlucht 24 meter. In sommige windmolens kan de molenkap door de molenaar gedraaid worden naar de windrichting die op die dag het sterkst is. Het draaien van de molenkap noemt men het kruien. Het kruien kan bij sommige molens gebeuren vanop de grond, maar bij molens die een stelling (gaanderij) rond de molenromp hebben, kan dit vanop de stelling. Hier zit ik op het houten omhulsel dat rond de bovenste molensteen of loper zit. Pfffff… molenaar zijn is zwaar werk! Hier zie je me vanop de stelling de molen kruien. Daarbij draai ik de molenkap naar de wind. Door de kracht van de wind, worden binnenin de molen grote tandwielen in werking gezet. Deze tandwielen zorgen ervoor dat de molenstenen beginnen te draaien. Tussen die grote stenen wordt graan gemalen. Het gemalen graan komt van tussen de molenstenen in de meelgoot terecht. SOORTEN MOLENS Er zijn wind-, water- en rosmolens, maar vooral bij de windmolens zijn er ontelbaar veel verschillende soorten te zien. Er zijn houten en stenen molens, ronde, vierkante of meerkantige molens, molens die op stenen staan of gewoon op de grond, molens met een houten of metalen stelling errond, …. Via de molendeterminatiekaart kan je nagaan welke molens je overal ziet: www.moleneducatief/determinatie. In Ruiselede stonden in het verleden vooral windmolens. De molens die je nu nog in Ruiselede ziet zijn: - Knokmolen en Hostens molen: ronde, stenen stellingmolens - Vlaagtmolen: ronde, stenen bergmolen - Miniatuurmolens: houten, vierkanten standaardmolens De molen van mijn opa is de Knokmolen. De Knokmolen is een ronde, stenen stellingmolen. MOLENS VANDAAG? Vóór het ontstaan van de stoommachine en de dieselmotor, waren wind-, ros- en watermolens heel belangrijk. Door uitvindingen in vooral de 19e en 20e eeuw, was het malen van graan of persen van lijnzaad in een molen niet langer nodig. Een eerste stap was het gebruik van motoren aangedreven op stoom, diesel of elektriciteit om het radarwerk in de molen te laten draaien. De kracht van wind of water was niet langer nodig. Nog later ging men graan malen in fabrieken. De windmolen werd steeds minder gebruikt. In heel wat dorpen en steden werden de molens afgebroken. Slechts enkele wind-, water- of rosmolens zijn vandaag nog te zien en werden jarenlang door families of gemeentebesturen onderhouden. Sommige molens werden verkocht. Wil je de molens bezoeken? Hostens Molen is open elke 1e zondag van de maand. De Knokmolen van mijn opa kan je bezoeken op aanvraag: 0486 72 48 44. In de Knokmolen kan je ook ontbijten: www.tmolenerf.be KLEURPLAAT Hostens Molen in de Kruiswegestraat is een ronde, stenen stellingmolen zoals de molen in de kleurplaat. Kleur jij de plaat verder in? MAAK JE EIGEN WINDMOLEN IN 4 STAPPEN Wat heb je nodig: een vierkant stuk stevig papier, een schaar, een speld met een knop, een meetlat, een pen, een rietje Stap 1: Neem een stuk stevig papier en zorg ervoor dat het precies vierkant is. Meet even of alle zijkanten even lang zijn. Leg de lat schuin over het papier en trek streepjes van de ene hoek naar de andere. Maak gaatjes in de hoeken aan dezelfde kant van elke lijn. Stap 2: Knip de streepjes in met een schaar. Je knipt maar tot de helft. Stap 3: Vouw de vierhoeken met de gaatjes naar het midden. Stap 4: Duw de speld door de gaatjes en dor het midden van het vierkant. Duw de speld in de bovenkant van het rietje. Zo, je windmolen is klaar. Blaas er tegenaan of hou hem buiten in de wind. Het eindresultaat is nog mooier als je papier gebruikt met aan elke kant een ander kleurtje! STAND VAN DE MOLENWIEKEN Wist je dat de molenwieken kunnen ‘praten’. Niet echt natuurlijk, maar door de molenwieken in een bepaalde stand te zetten kon de molenaar wel een boodschap overbrengen. In verschillende regio’s binnen België gelden wel andere regels! Kijk naar de wieken van de Knokmolen en Hostens Molen en raad in welke stand de wieken staan. Rouwstand: Als er iemand uit de familie is overleden laat de molenaar de rouwstand zien. Iedereen weet dan dat er iemand uit de familie van de molenaar is overleden. De wieken staan niet helemaal in het midden, maar iets naar rechts. Korte rustperiode Vreugdestand: Als de molenaar blij is wil hij dit aan iedereen laten zien. De molenaar zet de wieken op een speciale manier neer. Bij de vreugdestand staan de wieken niet helemaal in het midden, maar iets naar links. Lange rustperiode WOORDPUZZEL 7 8 5 1 3 9 6 4 2 1. Houten windvangers of vleugel van een windmolen 2. Bovenste deel van de molen waar de wieken aan bevestigd zijn en kan draaien naar de wind 3. Gaanderij of platform die om de molen heen is gebouwd 4. Het naar de wind zetten of van stand veranderen van de molen(kap) 5. Afstand tussen de uiteinden van de wieken 6. Molensteen die wrijft over de onderste steen waarbij graan wordt gemalen 7. Huis van de molenaar, gelegen nabij de molen 8. Molen aangedreven met waterkracht 9. Molen aangedreven met windkracht WOORDZOEKER BRONNEN: - www.moleneducatief.nl - www.molenechos.org - ‘Ruisleeds Molenrepertorium’ van Geert Deguffroy in: Tijdschrift Oud Ruysselede, jg. 1997, nr. 2, pp.43-95. TER INFORMATIE: Ons molenmeisje is gebaseerd op Zara De Decker, kleindochter van molenaar Roland Wieme die eigenaar is van de Knokmolen. Zara woont met haar familie in het molenhuis. Mama Susy Wieme baat er 't Molenerf uit: www.tmolenerf.be