Meisje met ‘growth mindset’ kiest vaker bèta/technische opleiding Bespreking van: Nix, S., Perez-Felkner, L. & Thomas, K. (2015) Perceived mathematical ability under challenge: a longitudinal perspective on sex segregation among STEM degree fields. Frontiers in Psychology 6:530. Goed in wiskunde, of niet Tegenwoordig zijn meisjes bij levenswetenschappen en aanverwante studierichtingen (biologie, biomedische technologie) goed vertegenwoordigd. Bij farmaceutische wetenschappen zijn ze zelfs in de meerderheid. Bij de bètarichtingen waarin wiskunde een belangrijkere rol speelt en bij technische studies, zoals natuurkunde en elektrotechniek zijn vrouwen echter nog steeds sterk ondervertegenwoordigd. Volgens een recente studie van Florida State University is de ondervertegenwoordiging van meisjes in de bèta/technische hoek voor een belangrijk deel te wijten aan een misvatting. Namelijk het idee dat je óf goed bent in wiskunde, óf niet. Uit het onderzoek van Nix, Perez-Felkner en Thomas (2015) blijkt dat een meisjes vaker voor een wiskunde-intensieve bèta/technische studierichting kiezen als je deze misvatting doorbreekt. Deze conclusie is gebaseerd op de resultaten van longitudinaal onderzoek waarbij een groep van 4.450 leerlingen van 750 middelbare scholen in de VS tien jaar (20022012) lang gevolgd werd. De onderzoekers vonden dat het vertrouwen dat leerlingen hebben in hun vaardigheden bij wiskunde, met name bij moeilijke en uitdagende taken, veel invloed heeft op de keuze voor een vervolgopleiding. We wisten al uit andere studies dat jongens in het algemeen de neiging hebben hun wiskundeprestaties te overschatten, terwijl meisjes die prestaties juist onderschatten. Echter, meisjes die er in de vijfde of zesde klas van het voortgezet onderwijs van overtuigd zijn dat ze de moeilijkste en meest uitdagende wiskundige problemen kunnen oplossen, kiezen gemiddeld 3,5 maal vaker voor een zogenaamde wiskundeintensieve opleiding als informatica of natuurkunde of een technische opleiding. 'Fixed' versus 'growth mindset' Uit het onderzoek blijkt ook dat het vertrouwen van meisjes in hun wiskundevaardigheden beïnvloedbaar is. Wanneer wiskundevaardigheden op een andere manier worden ingekaderd, namelijk als een vaardigheid die je kunt ontwikkelen (‘growth mindset’) in plaats van als vaststaande eigenschap (‘fixed mindset’). Meisjes die in de vierde klas een ‘growth mindset’ hebben, kiezen al ongeveer 2,5 keer vaker voor een wiskunde-intensieve of technische vervolgopleiding dan meisjes met een ‘fixed mindset’. Door te focussen op de inschatting van de eigen wiskundevaardigheden bij het oplossen van een uitdagende wiskundige taak, konden de onderzoekers invloed uitoefenen op het fenomeen ‘wiskunde-angst’ (math anxiety) dat bij een aantal meisjes die voor de keuze voor een vervolgopleiding staan, echt een probleem vormt. Die wiskunde-angst heeft vaak niets te maken met hun prestaties. Deze meisjes presteren vaak bovengemiddeld goed. Ze weten dan ook wel dat ze enige kennis van wiskunde hebben, maar er zijn er maar weinig die denken dat ze ook echt ingewikkelde wiskundige problemen kunnen oplossen. In dit onderzoek komt naar voren dat deze overtuiging de keuze voor een wiskunde-intensieve vervolgopleiding in sterke mate kan beïnvloeden. Ook bij jongens, maar jongens hebben in het algemeen minder last van wiskunde-angst dan meisjes. De bevindingen in dit onderzoek suggereren 1 Meisje met ‘growth mindset’ kiest vaker bèta/technische opleiding dat je wanneer je het aantal vrouwen in bèta/technische opleidingen wil verhogen, ook interventies moet plegen die een ‘growth mindset’ voor wiskunde-vaardigheden bevorderen. Verbeeldingkracht VHTO heeft om een ‘growth mindset’ bij leerlingen in de eerste en tweede klas van het voortgezet onderwijs te bevorderen de lessenserie ‘Verbeeldingskracht’ ontwikkeld. Leerlingen leren hiermee dat je je vaardigheden in exacte vakken kunt ontwikkelen door te oefenen en dat het normaal is dat het af en toe behoorlijk ingewikkeld is om bijvoorbeeld een wiskundig probleem op te lossen. Voor sommige leerlingen is dat niet vanzelfsprekend. Zij denken dat ze dat gewoon moeten kunnen en als het niet lukt, dan kunnen ze het niet. Docenten worden er op gewezen dat ze zich kunnen afvragen of ze meisjes dezelfde feedback geven als jongens die succesvol met een moeilijk wiskundig probleem omgaan. De VHTO-lessenserie ‘Verbeeldingskracht’ kan besteld worden op de website. 2