Thematische overeenkomsten van de Thora en de drie thorareeksen in Mattheus Thora van Mozes Ouverture in Mattheus 1-7 Boek 1, 2, 3, 4 en 5 (Mt 8-28) Boek 5 (tegengestelde volgorde) Genesisdelen Schepping (10x 'En God zei') Verwekking van een volk uit de onvruchtbare vrouw van Abraham Sectie 1. Mt 1-2:12 Verwekking van de Christus uit een maagd Boek 1. Mt 8-10 Verwekking van Gods volk. 12x 'En Jezus zei', 12 personen, 12 scheppingsdaden Toekomst: verwekking van Gods volk uit de volkerenwereld; alle volken mijn discipelen Verwekking Abraham zendt zijn zonen weg naar het Oosterland (Gen. 25:1-5) De Wijzen/Koningen uit het Oosten 'komen Diverse personen aanbidden Jezus (7x) Sectie 5. Mt 28:16-20 terug' en aanbidden de Koning. 5x aanbidden waaronder melaatse + een heidense vrouw De elf discipelen aanbidden Jezus Jacob zegent zijn 12 zonen met 12 zegens (Gen. 49) Jezus roept de twaalf samen: zendingsbevel voor Israël Jezus roept de elf samen: zendingsbevel voor de wereld Exodusdelen Uittocht van Israël uit Egypte, door Sectie 2. Mt 2:13-23 Uitleiding van de de zee Christus uit Egypte, door de dood (kindermoord in Bethlehem) Boek 2. Mt 11-13:53 Uitleiding van Gods volk. Uitdrijvingen. Parabels: een zaaier ging uit om mensen te zaaien Sectie 4. Mt 27:62 – 28:15 Opstanding uit de dood Uitleiding tot sabbat Verzet van de farao. Tien plagen. Verzet van Herodes, ontsteekt in hevige toorn Verzet onder de tijdgenoten, geen bekering Verzet bij overpriesters. Soldaten Leger moet de exodus verhinderen en stuurt leger soldaten naar Bethlehem in de steden. Weinig tekens 'beletten' dat Jezus opstaat. Zwijggeld. Uitleiding tot de sabbat en ingaan tot Gods rust Jezus gaat in het land Israël in, maar wijkt uit Discussies over de sabbat; het volk is naar Galilea afgemat; 'Ik zal u rust geven' Een nieuwe sabbat breekt aan. (opstanding op de achtste dag) Leviticus- Dienst van de Levieten in de tempel; offerdienst delen Sectie 3. Mt 3: Dienst van de Christus Jezus' opdracht: alle gerechtigheid vervullen Boek 3. Mt 13:54-19:1 Dienst van Gods volk. Discipelen als de gemeente/kerk; twee wonderbare spijzigingen; gemeenterede en parabel over vergeving (18) Sectie 3. Mt 27:37-61 Kruisiging: de grootste is de dienaar Priesterdienst Hart van de tempeldienst: Grote Verzoendag, taak van de hogepriester (Lev. 16 en 17) Hart van Jezus dienst: gehoorzaamheid aan de Vader; alle gerechtigheid vervullen; duif als teken van heiligheid Een leeg hart bij de Farizeeën en schriftgeleerden (15:1-9). Christus-geloof bij de discipelen. Kruisiging: het hart van de verzoening Dienst van de hogepriester op Grote Verzoendag Doop van Jezus: de hogepriester die eerst voor zichzelf een offer brengt. Stem uit de hemel: Dit is mijn Zoon... Begin van de weg naar het kruis. Verheerlijking op de berg, Stem uit de hemel. (17:1-13) Kruisiging: de hogepriester is zelf het offer (lam) voor zijn volk. Géén stem uit de hemel; stem van de aarde Sectie 4. Mt 4:1-11 Beproeving van de Christus. Jezus driemaal verzocht door de duivel na veertig dagen en nachten vasten Boek 4. Mt 19:2-26:2 Beproeving van Gods volk. Jezus driemaal verzocht door de Farizeeën en schriftgeleerden (19:2, 22:19 en 22:35). Vervloeking vijgeboom bij ingaan Jeruzalem door profeet Jezus. Sectie 2: Mt 26:36 – 27:36 Getsemane: 3x bidden 'Uw wil geschiedde'; 3x slapen de discipelen; 'waak en bid dat jullie niet in verzoeking komen'. 3x verloochent Petrus zijn Heer 40 dagen in de woestijn; toen liet de duivel Hem met rust en zie engelen kwamen en dienden Hem (4:11) Eschatologische eindrede Gericht van de Mensenzoon Parabels over ingaan Gevangenneming. Het gericht over Jezus 'de Christus' door de Raad, door stadhouder Pilatus. Bespotting. Sectie 5. Mt 4:11-7:28: Verbond van de Christus. Bergrede: verbondsvernieuwing in woorden; wetsuitlegging Boek 5. Mt 26:3-28:20 Verbond met Gods Sectie 1. Mt 26:3-35 volk. Verbondsvernieuwing en volbrengen Avondmaal, het verbond in Mijn bloed (oude) verbond Israël neemt het aan het eind van de woestijnperiode op tegen drie woestijnvolken (Num. 21: Arad, Beproeving Sichon, Og). 'Vervloeking' Israël en ingaan door profeet Bileam. Numeridelen 40 jaar in de woestijn, als gericht over wie het beloofde land (de rust) mogen ingaan Deuterono Mozesrede: verbondsvernieuwing en wetsuitlegging -miumdelen