het boek Hooglied - Teacher on the tower

advertisement
SYNTHESE HOOGLIED
INLEIDING
Hooglied wordt door sommigen beschouwd als een groot geschenk van God: “Geen
enkele tijd is gelijkwaardig aan de dag waarop aan Israël het Hooglied werd
geschonken; want al de (canonieke) geschriften zijn heilig, maar het Hooglied is het
heiligste van allemaal” (rabbi Akiba, 2e eeuw n.Chr.). Anderen houden het voor een
van de minst religieuze van alle Bijbelboeken, omdat het geen directe verwijzing naar
God bevat en geen direct inzicht in de goddelijke wet of heilige geschiedenis lijkt te
bieden. Weer anderen storen zich aan de sensuele en erotische beelden en de
onomwonden lichamelijkheid in de liederen. Ze doen Hooglied af als een ordinaire
tekst die bij vergissing in de Bijbel terecht is gekomen. De grote Joodse geleerde
Saadia (892–942) noemde het Hooglied een koffer waarvan de sleutel verloren is
gegaan.
In de Tenach behoort het Hooglied tot een afzonderlijke bundel van zogenaamde
{megillot} = ‘feestrollen’ (waarin ook Ruth, Prediker, Ester en Klaagliederen zijn
opgenomen). Op een bepaald feest werd één van deze rollen gelezen. Op de achtste
dag van het Joodse paasfeest (waarop de bevrijding uit Egypte gevierd werd) werd
Hooglied voorgedragen, omdat men er een afspiegeling van het verbond van God
met zijn volk in zag. Het is ingedeeld bij de derde sectie van de Tenach (Chetuvim =
Geschriften). Het telt 117 verzen.
TITEL
Het Hooglied draagt in de Hebreeuwse Bijbel de titel: {Sjir hasjirim} = lied der
liederen, het mooiste lied, het meest voortreffelijke lied.
AUTEUR
Het wordt toegeschreven aan koning Salomo (1:1), maar de tekst kan ook gelezen
worden als: voor Salomo, i.p.v. door/van Salomo. Het is echter niet alleen op basis
van de tekst, maar ook van de rabbijnse traditie, dat men meent dat hij de auteur is.
Verder is er het feit dat Salomo 1005 liederen heeft geschreven (1Kon 4:32), wat
wijst op zijn mogelijke kwaliteiten om zo’n poëtisch meesterwerk te kunnen schrijven.
Er wordt echter beweerd dat de taal van Hooglied niet uit de tijd van Salomo is (10e
eeuw v.Chr.), maar van latere datum (en dus door een ander moet zijn geschreven).
De tekst bevat weliswaar toespelingen op archaïsche perioden, maar ook woorden
die gevormd zijn onder invloed van het Aramees, Perzisch en Grieks. Volgens veel
Bijbelgeleerden gaat het Hooglied zoals wij dat kennen dan ook niet verder terug dan
de 3e tot 5e eeuw v. Chr.. Maar de tekst heeft ook oude elementen, zoals historische
plaatsen, en de historische en literaire bezwaren tegen zijn auteurschap zijn
onvoldoende bevestigd. Weer een ander probleem is zijn grote aantal vrouwen en
concubines. Dat past niet bij het monogame beeld van Hooglied. Daartegen wordt
het argument gebruikt dat hij het vroeg in zijn koningschap heeft geschreven, vóór hij
politieke huwelijken aanging.
Wellicht werd dit lied aan Salomo toegeschreven omdat deze bekend stond als een
beroemd auteur en als koning een harem had met zo’n duizend buitenlandse
vrouwen. Het kan ook zijn dat het Hooglied aan hem wordt toegeschreven om het te
laten aansluiten bij de kring van wijzen die verantwoordelijk geweest zou zijn voor het
behouden en doorgeven van het boek. En het kan zijn omdat de dichter/redacteur op
die manier aandacht voor zijn werk vroeg en er meteen meer gezag voor probeerde
te krijgen. Kortom: we weten het niet zeker.
Bijlage Preek Sexualiteit ~ www.teacheronthetower.com
1
DATUM
Volgens de Joodse traditie is het door Salomo geschreven, zo rond 965 v.Chr., vroeg
in zijn regeringstijd. Zie verder discussie hierboven.
KERNWOORDEN
 Liefde
 mijn liefste / geliefde
 Kom
Kernbeelden uit de natuur zijn:
 Hof / tuin, wijn, vruchten en fruit, geuren.
SLEUTELVERZEN
8:6b  “Want de liefde is sterk als de dood, de hartstocht onstuitbaar als het graf.
Haar vonken zijn vurige vonken, vlammen van de HEERE.”
Dit is de climax van het boek, waar de geweldig grote kracht van de liefde in enkele
woorden wordt beschreven.
2:7, 3:5, 8:4  “Ik bezweer u, dochters van Jeruzalem, dat u de liefde niet opwekt of
aanwakkert, voordat het haar behaagt.”
Een terugkerend refrein dat tijdens het verhaal al waarschuwt voor de grote kracht
van de liefde.
GENRE
Er zijn verschillende manieren om dit boek te interpreteren.
1] Lezen als een Drama
Er zijn daarin twee hoofdvisies:
 Twee hoofdkarakters  Salomo en de Sulammitische.
Salomo is hier de herder waar de Sulammitische vol van liefde voor is.
 Drie hoofdkarakters  Salomo, de Sulammitische en de herder.
Zij is de verloofde van de herder, maar wordt tegen haar zijn opgenomen in
de harem van Salomo. Hij is zeer onder de indruk van haar schoonheid en
probeert haar hart te winnen, maar die is al vergeven aan de herder. Zij blijft
trouw aan hem en blijft naar hem verlangen. In deze liefdesdriehoek is
koning Salomo de polygame ‘bad guy’, niet de geliefde van het meisje. Aan
het einde van het verhaal laat hij haar echter toch gaan, onder de indruk
gekomen van haar trouw aan de herder.
Het probleem hierbij is dat dit chronologische verhaal slechts met veel moeite te
ontsluieren valt. Het mist verder diverse aspecten van een (Bijbels) narratief.
2]
Allegorisch lezen
De rabbijnen en Origenes (circa 185–253) lazen het Hooglied allegorisch, om zo
dit boek als een godsdienstige of religieuze tekst te kunnen verstaan. Het gaat
niet om de liefde van een man en een vrouw, maar om de liefde van God voor
Israël en/of die van Christus voor de gemeente. Elk detail wordt symbolisch
geïnterpreteerd. Hierbij wordt het letterlijke element van de tekst dus losgelaten.
De rabbijnen aanvaarden het in de canon (in Jamnia, 100 n.Chr.), omdat het een
5-delige allegorische samenvatting zou zijn van wat lezing van de overige
boeken had opgeleverd: de geschiedenis van Israël, vanaf de uittocht uit Egypte
tot de volle verlossing door de Messias.
Bijlage Preek Sexualiteit ~ www.teacheronthetower.com
2
3]
Typologisch lezen
Op deze manier gelezen beschrijft het in de eerste plaats de liefdesrelatie tussen
Salomo en de Sulammitische, maar schijnt daar doorheen ‘het monogame,
ideale, heilige huwelijk’ waarin de heerlijkheid der liefde van Christus tot zijn
bruid, en als vrucht van zijn liefde, de liefde van de bruid tot Christus, tot uiting
komt. De vrienden van de bruidegom die in de liederen aan het woord komen, zo
meent men binnen de reformatorische traditie, verwijzen naar de oprechte,
vrome profeten en apostelen en naar alle getrouwe predikanten of voorstanders
van de kerk. De historische wortels worden dus niet losgelaten en het verwijst
slechts in algemene vormen naar de relatie tussen Christus en Zijn bruid (zie Ef
5:22–33), niet in alle details.
4]
Letterlijk (lyrisch) lezen
Het zijn een serie Liefdesgedichten die gebruikt worden tijdens een Oosterse
bruiloft, een bundel erotische gedichten die de vrije liefde verkennen tussen een
man en zijn vrouw. De dichter bezingt de liefde tussen man en vrouw als de
grote kunst van het menselijk samenzijn, en maakt zo Gods liefde aan de hand
van de menselijke liefde aanschouwelijk. Het heeft dus geen overkoepelende
narratieve structuur en de verschillende gedichten zijn niet noodzakelijk met
elkaar verbonden.
De ontdekking van een groot aantal liefdesgedichten in Mesopotamië en Egypte,
die sterk lijken op het Hooglied, heeft veel bijgedragen aan een verschuiving
naar deze wijze van lezen.
5]
Wijsheidsliteratuur
Het lied is een type van de Semitische wijsheidsliteratuur, en heeft diverse
parallellen met Spreuken (1:1-7, 5:15-20, 6:24-29, 7:6-23) en Job (28). Vooral de
beschrijving van liefde in 8:6-7 leidt tot de overtuiging dat het tot dit genre
behoort, en dat het Wijsheid is die haar verhaal over de liefde heeft doen horen.
Het beschouwt Hooglied als een serie met elkaar verbonden gedichten, die een
beeld geven van liefde in al haar spontaniteit, schoonheid, kracht en exclusiviteit,
zoals ervaren in momenten van intimiteit en afstand, van verlangen en vreugde,
van spanning en blijdschap. Het maakt gebruik van de liefdespoëzie van die tijd
en culturen, dat veel gebruik maakten van sensuele en suggestieve beelden
vanuit de natuur. Zo biedt het Goddelijke inzichten en instructies over een zeer
belangrijk onderdeel van het menselijke leven: seksualiteit. Zowel Wijsheid als
(seksuele) Liefde zijn geschenken van God die met dankbaarheid en vreugde
ontvangen mogen worden.
THEMA
Het beschrijft de liefde van een bruidspaar voor elkaar met erotische symboliek. Het
viert de instelling van het huwelijk als een goddelijke instelling tussen man en vrouw.
INDELING
1:1
1:2 – 2:7
2:8 – 3:5
3:6 – 5:1
5:2 – 6:3
6:4 – 8:4
8:5 - 7
8:8 - 14
: Titel / opschrift
: 1e ontmoeting
: 2e ontmoeting
: 3e ontmoeting
: 4e ontmoeting
: 5e ontmoeting
: literaire climax
: afsluiting / conclusie
Bijlage Preek Sexualiteit ~ www.teacheronthetower.com
3
THEOLOGISCHE DOEL EN BOODSCHAP
Het Hooglied is een correctie van de perversie die sex was geworden in de culturen
van die tijd. Het huwelijk werd in het oude Oosten immers sterk godsdienstig beleefd.
Zo waren er bijvoorbeeld Kanaänitische inwijdingsrituelen om de vruchtbaarheid van
de vrouw onder de hoede van Baal te plaatsen, de God van de vruchtbaarheid. Het
Hooglied verheerlijkt echter de ideale liefde tussen de man en de vrouw, in de
overtuiging dat echte liefde en trouw van mensen onder elkaar, een deelnemen is
aan de vruchtbare liefde en scheppende trouw van de Heer, de God van Israël.
Het Hooglied brengt ons terug naar het ideaal zoals God het bedoeld had. Met zijn
vele verwijzingen naar een hof, tuin en wijngaard, doet het ons herinneren aan de tijd
van het paradijselijke hof, de tuin van eden, waar de sexualiteit nog compleet vrij en
open was, zonder schaamte of bedekking (Gen 2:25).
Het gedicht laat zo zien dat de meest intieme vorm van liefde in overeenstemming is
met Gods bedoelingen en dat het als zodanig gegeven is door God aan de mens.
Deze rijkdom van sexuele liefde en intimiteit is daarbij slechts een voorproefje van de
nog veel grotere liefde van God voor ons, zoals wij die in de eeuwigheid zullen gaan
ervaren. Het is door het zien en ervaren van deze pure, heilige, aardse liefde dat de
mens een beetje een beeld kan krijgen van de eeuwige, onmeetbare, hemelse liefde
van Christus voor Zijn Gemeente.
Het huwelijksverbond is zo echter ook een illustratie van het Verbond dat God met
Israël en de Gemeente heeft gemaakt, een verbond dat vraagt om trouw, toewijding
en een exclusieve verbondenheid met deze God. In Hooglied gaat om een
monogame, altijd durende, zelf-gevende relatie, waarin wederzijdse bevrediging het
doel is en zij samen één zijn. Net zo is dat ook van toepassing op de relatie tussen
God en Israël  de Gemeente  de gelovige. De sexuele intimiteit leidt tot een tijd
van eenheid, vreugde en wederzijds genieten, waarin men elkaar zegent met
complimenten over het uiterlijk en innerlijk. Net zo wil God ons doen beseffen dat dit
ook van toepassing is op een intieme relatie met Hem. Zoals de dichter van Hooglied
de natuur gebruikt om een beeld te geven van de heerlijkheid van de sexuele relatie,
zo gebruikt God dit beeld van de sexuele relatie om de heerlijkheid van Zijn diepe
liefde en genegenheid voor ons te tonen.
Het ‘hoogste lied’ dient de gelovigen van alle tijden met een verhaal over een heilige
liefde, en daagt hen zo uit een leven te leiden vanuit zo’n volheid van liefde en trouw,
voor het aangezicht van God. Hooglied is een uitnodiging om het Sulammitische
meisje te volgen in haar verlangen naar haar en onze Herder, Jezus.
VERBINDING MET HET NT
Het Hooglied kent zijn Nieuwe Testamentische wederhelft in 1Kor 13, waarin de ware
en waarachtige liefde wordt beschreven door Paulus. Het is natuurlijk anders van
aard, maar gaat net zo diep. In Ef 5:25-33 wordt de liefde beschreven die mannen
moeten betonen naar hun vrouwen, dezelfde gevende, offerende liefde die Christus
heeft voor Zijn Gemeente. Zo zijn de parallellen te zien tussen de liefde van de
herder voor zijn bruid en de Herder voor Zijn ‘bruidsgemeente’ (Openb 21).
Bijlage Preek Sexualiteit ~ www.teacheronthetower.com
4
Download