Indeling oudste tijden

advertisement
Oudste Tijden
H1
Steentijd
Cadeau van de stuvers
2,5 miljoen jaar geleden – 3300 à 2300 v.C.
Paleolithicum
2,5 miljoen jaar geleden – 10 000 jaar geleden
Oud paleolithicum
2.5 miljoen jaar geleden – 300 000 jaar geleden
Midden paleolithicum 300 00 jaar geleden – 40 000 jaar geleden
Jong paleolithicum
40 000 jaar geleden – 10 000 jaar geleden
Mesolithicum
10 000 jaar geleden – 9700 jaar geleden
Neolithicum
9500 v.C. – 3300 à 2300 v.C.
Bronstijd
3300 à 2300 v.C. – 1200 à 800 à 600 v.C.
IJzertijd
1200 à 800 à 600 v.C. – Romeinse veroveringen
Vroege ijzertijd (Hallstattperiode)
1200 à 800 v.C. – 500 v.C.
Late ijzertijd (LaTèneperiode)
500 v.C. – Romeinse veroveringen
Oudste Tijden
H1
Cadeau van de stuvers
Oudste tijden of prehistorie is de van het menselijk verleden waar we geen geschreven
bronnen over hebben.
Periode voor het ontstaan van de mens valt buiten de oudste tijden.
Begin van de prehistorie valt samen met het verschijnen van de eerste mens.
Veel theorieën over verschijnen eerste mens: daardoor begin prehistorie rond 4milj.j.g. – 2,3
milj.j.g.. => ongelijktijdigheid.
Einde prehistorie valt samen met de kennis van het schrift rond 3500 v.C. =>
ongelijktijdigheid (door/in ruimte).
Protohistorie: naast archeologische ook beperkt geschreven bronnen meestal uit andere
gelijktijdige culturen.
19de E, de Deen Christian Thomsen 3 periodesysteem op basis van materiaal. Steen, brons,
ijzer. Later verfijnd.
Periodisering (op delen van de geschiedenis in periodes) fijner naar mate recenter. Logisch
want hoe recenter hoe meer archeologische en andere bronnen beschikbaar zijn.
Steentijd: weinig uitgebreide sociale organisatie en beperkt in ruimtelijke uitbreiding.
Metaaltijden: complexe gemeenschappen, sommige kenmerken van een staat.
Download