Statuten GGZ Nederland

advertisement
STATUTEN
NAAM EN ZETEL
Artikel 1
1.
De vereniging draagt de naam: Vereniging Geestelijke Gezondheidszorg
Nederland.
2.
De vereniging heeft haar statutaire zetel in de gemeente Utrecht.
3.
Het verenigingsjaar loopt van één januari tot en met éénendertig december.
DOEL EN MIDDELEN
Artikel 2
1.
2.
Het doel van de vereniging is het (doen) behartigen van de gemeenschappelijke
belangen van haar leden op het gebied van zorgverlenerschap, werkgeverschap en
ondernemerschap alsmede individuele en collectieve dienstverlening ten behoeve van
haar leden en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband
houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin des woords.
De vereniging tracht haar doel onder meer te bereiken door:
a)
het positioneren en profileren van de branche alsmede het ontwikkelen en
uitvoeren van een door de leden gedragen branchebeleid;
b)
het bevorderen van een goede onderlinge verstandhouding en samenwerking
tussen haar leden;
c)
het bestuderen en behandelen van aangelegenheden, die de belangen van de
leden direct of indirect raken, alsmede het vormen en uitvoeren van beleid
daarover;
d)
het bevorderen van een door leden gedragen kwaliteitsbeleid;
e)
f)
het verstrekken van informatie en adviezen aan de leden;
het bevorderen van een goed sociaal beleid in de branche, waaronder het voeren
van overleg en onderhandelingen met organisaties van werknemers en het
treffen van regelingen inzake arbeidsvoorwaarden casu quo het aangaan,
wijzigen of opzeggen van collectieve arbeidsovereenkomsten in de zin van de
Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst alsmede het voeren van
uitvoeringsoverleg met organisaties van werknemers;
het vertegenwoordigen van de vereniging en haar leden in relevante gremia;
het samenwerken en het voeren van overleg alsmede het sluiten van
overeenkomsten en convenanten met voor de branche relevante
g)
h)
Brancheorganisatie voor de geestelijke gezondheids- en verslavingszorg
Piet Mondriaanplein 25 • 3812 GZ Amersfoort • Postbus 830 • 3800 AV Amersfoort • T 033 460 89 00 • KVK 40483580
[email protected] • www.ggznederland.nl • IBAN: NL56 INGB 0687 2118 08 BIC: INGBNL2A • IBAN: NL08 ABNA 0408 3901 07 BIC: ABNANL2A
overheidsinstanties en nationale en internationale organisaties en overige
stakeholders;
i)
het verwerven van materiële middelen in de vorm van contributies, subsidies,
legaten en dergelijke;
j)
3.
alle overige geoorloofde middelen die voor het doel van de vereniging
bevorderlijk kunnen zijn.
De vereniging kan, ter verwezenlijking van haar statutaire doelstellingen, mede
namens (een bepaalde groep van) haar leden overeenkomsten sluiten en in dat
verband ten behoeve van haar leden rechten bedingen en ten laste van haar leden
verplichtingen aangaan:
a.
in het kader van de Wet op de Naburige Rechten en de Auteurswet ter verkrijging
van collectieve kortingen;
b.
met betrekking tot het (doen) verstrekken, beheren en exploiteren van
operationele gegevens en informatie die haar leden over de instellingen en
voorzieningen die zij (doen) exploiteren, op vrijwillige basis of op grond van een
wettelijke respectievelijk contractuele verplichting, aan derden ter beschikking te
stellen.
Het Bestuur van de vereniging is, na verkregen goedkeuring van de Algemene
Ledenvergadering, bevoegd om te besluiten tot het aangaan van deze
overeenkomsten namens (een bepaalde groep van) de leden van de vereniging. Een
besluit tot goedkeuring als bedoeld in de vorige volzin van dit artikel kan slechts
genomen worden met een meerderheid van ten minste twee/derde van de rechtsgeldig
uitgebrachte stemmen.
LIDMAATSCHAP
Artikel 3
1.
Leden van de vereniging kunnen zijn rechtspersonen die een of meer zorginstellingen,
zijnde instellingen voor geestelijke gezondheidszorg inclusief verslavingszorg, kinderen jeugdpsychiatrie alsmede forensische psychiatrie (doen) exploiteren en zich
conformeren aan de doelstellingen en de lidmaatschapsverplichtingen van de
vereniging. In afwijking van deze bepaling is het Bestuur gerechtigd om soortgelijke
instellingen als lid toe te laten.
2.
Het lidmaatschap van de vereniging omvat alle zorginstellingen die direct of indirect
door de rechtspersoon en de daarmee (groeps)verbonden rechtspersonen
respectievelijk samenwerkingsverbanden in stand worden gehouden, tenzij het Bestuur
in een concreet geval beslist dat het lidmaatschap zich niet uitstrekt tot een of
meerdere zorginstellingen van de rechtspersoon of (een deel van de) specifieke
branche(s) waarin het desbetreffende lid werkzaam is. Wordt het lidmaatschap
aangevraagd door een of meerdere (groeps)verbonden rechtspersonen of
samenwerkingsverbanden die direct of indirect een of meerdere zorginstellingen in
stand houden, dan bepaalt het Bestuur na overleg met de betrokken rechtspersonen
aan wie het lidmaatschap formeel wordt toegekend en op welke wijze stemrecht in de
Algemene Ledenvergadering zal worden uitgeoefend en hoe de contributie zal worden
bepaald met betrekking tot de zorginstellingen waarover het lidmaatschap zich
uitstrekt.
3.
De rechtspersoon die lid wenst te worden van de vereniging richt daartoe een
schriftelijk verzoek aan het Bestuur met overlegging van de navolgende bescheiden:
a.
een exemplaar van zijn statuten;
b.
een exemplaar van de laatst vastgestelde jaarrekening;
c.
een opgave van alle zorginstellingen die direct of indirect door de rechtspersoon
en de daarmee (groeps)verbonden rechtspersonen respectievelijk
samenwerkingsverbanden in stand worden gehouden; en
d.
de overige bescheiden als verzocht door het Bestuur waaruit genoegzaam blijkt
dat aan de criteria voor het lidmaatschap en de daaraan verbonden
verplichtingen wordt voldaan.
4.
Het Bestuur beslist binnen vier maanden over het verzoek om toelating en geeft
daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de aanvrager. Een afwijzing moet voorzien
zijn van een schriftelijke motivering.
5.
Indien het Bestuur het verzoek afwijst, staat voor de aanvrager binnen twee maanden
na ontvangst van de afwijzende beslissing beroep open op de Algemene
Ledenvergadering.
6.
De Algemene Ledenvergadering kan bij huishoudelijk reglement nadere regels
vaststellen met betrekking tot het (verkrijgen van het) lidmaatschap van de vereniging.
ALGEMENE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN DE LEDEN
Artikel 4
1.
De leden hebben de rechten en de verplichtingen die voor hen voortvloeien uit de wet,
statuten, reglementen en de in overeenstemming daarmee genomen besluiten van de
organen van de vereniging.
2.
Leden zijn verplicht tot naleving van de Zorgbrede Governancecode volgens het “pas
toe of leg uit”-beginsel en tot medewerking aan de daarbij behorende
interpretatieregeling zoals goedgekeurd door de Algemene Ledenvergadering en
opgenomen in het Reglement van de Governancecommissie van de Stichting
Scheidsgerecht Gezondheidszorg op grond waarvan de Governancecommissie
Gezondheidszorg naar aanleiding van een verzoek van specifieke belanghebbende
organisaties een juridisch niet-bindend oordeel kan geven respectievelijk
aanbevelingen kan doen over de naleving door een lid van een of meer principes van
de Zorgbrede Governancecode in een concreet geval.
3.
Leden zijn verplicht tot toepassing van de Algemene leveringsvoorwaarden geestelijke
gezondheidszorg van de vereniging die in overleg met de patiënten- en
consumentenorganisaties zijn opgesteld, zoals die thans luiden of te eniger tijd
mochten luiden.
4.
De leden van de vereniging zijn verplicht op verzoek van het Bestuur alle gegevens
aan de vereniging te verstrekken die naar het oordeel van het Bestuur nodig zijn in
verband met de werkzaamheden van de vereniging en voor de toetsing van het
betrokken lid aan de lidmaatschapscriteria respectievelijk voor de beoordeling van de
nakoming van de lidmaatschapsverplichtingen.
5.
Een lid is verplicht terstond schriftelijk aan de vereniging mededeling te doen van de
inhoud van een belangrijke statutenwijziging, ontbinding, aanvraag van faillissement en
surséance van betaling of van wijzigingen in zijn organisatie door een (juridische of
bestuurlijke) fusie of van ingrijpende veranderingen in de aard en omvang van de zorginstellingen die direct of indirect door de rechtspersoon en de daarmee
(groeps)verbonden rechtspersonen respectievelijk samenwerkingsverbanden in stand
worden gehouden.
6.
De personen die krachtens de statuten of de wet dan wel krachtens schriftelijke
volmacht bevoegd zijn het desbetreffende lid te vertegenwoordigen, hebben toegang
tot de Algemene Vergadering en overige ledenbijeenkomsten die door of vanwege de
vereniging worden georganiseerd. Zij hebben het recht om in deze bijeenkomsten het
woord te voeren.
EINDE LIDMAATSCHAP
Artikel 5
1.
2.
Het lidmaatschap eindigt:
a.
doordat het lid als rechtspersoon ophoudt te bestaan;
b.
door schriftelijke opzegging bij aangetekende brief door het lid;
c.
door schriftelijke opzegging namens de vereniging;
d.
door ontzetting.
Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde
van een verenigingsjaar en met inachtneming van een opzegtermijn van twaalf
maanden.
3.
Opzegging namens de vereniging kan door het Bestuur geschieden indien:
a.
het lid heeft opgehouden te voldoen aan de krachtens de statuten geldende
lidmaatschapsvereisten;
b.
indien een lid zijn (financiële) verplichtingen voortvloeiende uit de statuten of
reglementen niet nakomt;
c.
een lid niet (meer) voldoet aan de Zorgbrede Governancecode volgens het “pas
toe of leg uit”-beginsel of aan het Reglement van de Governancecommissie
Gezondheidszorg en de belangen van de vereniging of haar leden daardoor
worden geschaad;
d.
een lid niet (meer) de Algemene leveringsvoorwaarden geestelijke
gezondheidszorg van de vereniging hanteert;
e.
een lid in staat van faillissement wordt verklaard of aan een lid definitief
surséance van betaling wordt verleend;
f.
redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te
laten voortduren.
4.
Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door de Algemene Ledenvergadering. Deze
kan worden uitgesproken wanneer een lid handelt in strijd met de statuten,
reglementen of besluiten van de vereniging of de vereniging op onredelijke wijze
benadeelt. Het lidmaatschap wordt door ontzetting met onmiddellijke ingang beëindigd.
5.
Opzegging namens de vereniging geschiedt tegen het einde van een verenigingsjaar
en met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken, tenzij door het
Bestuur een andere opzeggingstermijn en/of een ander tijdstip wordt bepaald waarop
het lidmaatschap wordt beëindigd.
6.
Het lidmaatschap kan onmiddellijk door opzegging worden beëindigd, indien van de
vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te
laten voortduren.
7.
Het Bestuur is bevoegd een lid dat niet (meer) voldoet aan de Zorgbrede
Governancecode volgens het “pas toe of leg uit”-beginsel of aan het daarbij behorende
Reglement van de Governancecommissie Gezondheidszorg waardoor de belangen
van de vereniging of haar leden worden geschaad dan wel de Algemene
leveringsvoorwaarden geestelijke gezondheidszorg van de vereniging niet (meer)
hanteert, met onmiddellijke ingang te schorsen totdat het desbetreffende lid
genoegzaam heeft aangetoond dat de Zorgbrede Governancecode en het
bijbehorende Reglement (weer) worden nageleefd respectievelijk de Algemene
leveringsvoorwaarden geestelijke gezondheidszorg van de vereniging (weer) worden
gehanteerd of het lidmaatschap definitief door opzegging is beëindigd. Gedurende de
schorsing kan het betrokken lid geen van de aan het lidmaatschap van de vereniging
verbonden rechten uitoefenen, maar blijft het lid gehouden zijn financiële en overige
verplichtingen na te komen.
8.
Tegen een besluit tot opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging of een
besluit tot schorsing staat het desbetreffende lid binnen een maand na de ontvangst
van een schriftelijke kennisgeving van het met redenen omklede besluit beroep open
op de Algemene Ledenvergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het
beroep is het lid geschorst. Het beroep op de Algemene Ledenvergadering dient
schriftelijk te worden ingediend bij het Bestuur. Het beroep wordt behandeld op de
eerstvolgende reguliere Algemene Ledenvergadering.
9.
Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft de jaarlijkse
contributie voor het gehele verenigingsjaar verschuldigd.
10.
Een opzegging in strijd met het bepaalde in dit artikel doet het lidmaatschap eindigen
aan het einde van het volgende verenigingsjaar.
11.
Een lid kan niet binnen een maand nadat hem een besluit bekend is geworden of
medegedeeld waarbij zijn verplichtingen in verband met de Zorgbrede Governancecode respectievelijk het daarbij behorende Reglement van de Governancecommissie
Gezondheidszorg dan wel de Algemene leveringsvoorwaarden geestelijke
gezondheidszorg van de vereniging of zijn geldelijke rechten en/of verplichtingen zijn
gewijzigd, zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen.
ORGANEN VAN DE VERENIGING
Artikel 6
De vereniging kent de volgende organen:
a.
de Algemene Ledenvergadering;
b.
het Bestuur.
ALGEMENE LEDENVERGADERING
Artikel 7
1.
Aan de Algemene Ledenvergadering komen alle bevoegdheden toe die niet door de
wet, de statuten of het huishoudelijk reglement aan het Bestuur of de directeur zijn
opgedragen.
2.
Het Bestuur roept de Algemene Ledenvergadering bijeen zo dikwijls het dit wenselijk
oordeelt of het daartoe volgens de wet of deze statuten verplicht is, doch ten minste
twee maal per jaar en wel éénmaal per jaar voor dertig juni (verder te noemen
voorjaarsvergadering) en éénmaal na één oktober (verder te noemen:
najaarsvergadering).
3.
In de voorjaarsvergadering wordt het jaarverslag uitgebracht en de jaarrekening van
het afgelopen verenigingsjaar ter goedkeuring voorgelegd; in de najaarsvergadering
wordt de begroting voor het volgende verenigingsjaar aan de Algemene
Ledenvergadering ter goedkeuring voorgelegd.
4.
Op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden dat bevoegd is tot het
uitbrengen van een tiende gedeelte der stemmen in de Algemene Ledenvergadering is
het Bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een Algemene Ledenvergadering op een
termijn van niet langer dan vier weken. Blijft het Bestuur in gebreke binnen twee weken
na het indienen van een dergelijk verzoek een Algemene Ledenvergadering bijeen te
roepen, dan kunnen de verzoekende leden zelf een Algemene Ledenvergadering
bijeenroepen op de wijze waarop het Bestuur de Algemene Ledenvergadering
bijeenroept.
5.
De oproeping tot bijwoning van een Algemene Ledenvergadering door of vanwege het
Bestuur dient schriftelijk of via enig elektronisch communicatiemiddel te geschieden
aan de adressen van de leden met inachtneming van een termijn van ten minste
veertien dagen. De oproepingsbrieven vermelden plaats, datum, tijdstip en agenda van
de betrokken vergadering.
6.
In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van het Bestuur, kan van de
voorgeschreven wijze van bijeenroepen en/of de termijn van oproeping en/of de wijze
van agendering worden afgeweken.
7.
Teneinde de communicatie tussen Bestuur en leden ter zake van actuele
beleidsontwikkelingen te bevorderen, kent de vereniging de mogelijkheid van
ledenraadplegingen buiten vergadering. Deze ledenraadplegingen worden gehouden
zo vaak het Bestuur dan wel de Algemene Ledenvergadering dit wenselijk of nodig
achten en kunnen nader worden uitgewerkt in het huishoudelijk reglement.
BESLUITVORMING
Artikel 8
1.
De Algemene Ledenvergaderingen worden geleid door de voorzitter van het Bestuur of
bij diens afwezigheid door de vice-voorzitter. Indien de voorzitter en de vice-voorzitter
niet ter vergadering aanwezig zijn, benoemen de overige ter vergadering aanwezige
bestuurders een hunner tot voorzitter.
2.
Het stemrecht in de Algemene Ledenvergadering wordt uitgeoefend door één of meer
personen die krachtens de wet of de statuten bevoegd zijn het desbetreffende lid te
vertegenwoordigen, dan wel door een andere persoon bij schriftelijke volmacht die voor
de aanvang van de vergadering aan de voorzitter wordt overhandigd.
3.
Elk lid met een totaalbedrag aan personeelskosten van:
a.
minder dan twintig miljoen euro (€ 20.000.000,00) heeft één stem;
b.
c.
d.
twintig (€ 20.000.000,00) tot veertig miljoen euro (€ 40.000.000,00) heeft drie
stemmen;
veertig (€ 40.000.000,00) tot tachtig miljoen euro (€ 80.000.000,00) heeft vijf
stemmen;
meer dan tachtig miljoen euro (€ 80.000.000,00) heeft zeven stemmen.
Voor de vaststelling van de hoogte van het totaalbedrag aan personeelskosten wordt
als peildatum één januari van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de stemming
plaatsvindt gehanteerd.
4.
Een stemming, mondeling of schriftelijk, vindt plaats als de statuten of het huishoudelijk
reglement dit voorschrijven en voorts als een of meer leden dit wensen.
5.
Een stemming over zaken geschiedt mondeling. Een stemming over personen
geschiedt schriftelijk.
6.
Vraagt niemand een stemming, dan wordt een voorstel over zaken en personen geacht
te zijn aangenomen met algemene stemmen.
7.
Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, is een voorstel over zaken en
personen voorts aangenomen als meer dan de helft van het aantal uitgebrachte
stemmen ten gunste van het voorstel is uitgebracht. Staken de stemmen dan is het
voorstel verworpen.
8.
Indien bij stemming over de benoeming van personen niemand de volstrekte
meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de twee
personen die tezamen het hoogst aantal stemmen hebben behaald. Ingeval bij
stemming over twee personen de stemmen staken, dan is het voorstel verworpen.
9.
Bij elke stemming is het lid verplicht al zijn stemmen “voor” dan wel “tegen” uit te
brengen ofwel zich met al zijn stemmen te onthouden van stemming. Blanco stemmen
worden geacht niet te zijn uitgebracht.
10.
Het ter Algemene Ledenvergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de
uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
11.
Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het vorige lid bedoelde oordeel
de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, indien de
meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of
schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe
stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
12.
Indien het Bestuur daartoe besluit is ieder lid bevoegd om door middel van een
elektronisch communicatiemiddel aan een Algemene Ledenvergadering deel te
nemen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen. Voor de
toepassing van het hiervoor bepaalde is vereist dat de persoon via het elektronisch
communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van
de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. Het Bestuur kan
daarbij bepalen dat stemmen die via een elektronisch communicatiemiddel worden
uitgebracht, doch niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering,
gelijk worden gesteld met stemmen die ten tijde van de vergadering worden
uitgebracht. Het Bestuur kan nadere voorwaarden stellen aan het gebruik van het
elektronisch communicatiemiddel. Deze voorwaarden worden dan bij de oproeping tot
de Algemene Ledenvergadering bekend gemaakt, dan wel wordt in de oproeping
gesteld op welke wijze, bijvoorbeeld via elektronische weg, men van die voorwaarden
kan kennisnemen.
13.
Van elke Algemene Ledenvergadering worden door of onder verantwoordelijkheid van
de voorzitter van de vergadering notulen gemaakt. De notulen worden in de
eerstvolgende Algemene Ledenvergadering vastgesteld en ten bewijze van de
vaststelling ondertekend door de voorzitter.
BESTUUR: SAMENSTELLING, BENOEMING EN ONTSLAG
Artikel 9
1.
Het Bestuur bestaat uit ten minste drie en ten hoogste elf natuurlijke personen. Het
aantal leden van het Bestuur wordt door de Algemene Ledenvergadering vastgesteld.
2.
De leden van het Bestuur worden door de Algemene Ledenvergadering benoemd.
3.
Met uitzondering van de voorzitter van het Bestuur, komen uitsluitend natuurlijke
personen die deel uitmaken van het bestuur, niet zijnde het toezichthoudende orgaan,
van de leden van de vereniging in aanmerking voor benoeming tot bestuurslid.
4.
Het Bestuur deelt de leden van de vereniging tijdig mee, wanneer en ten gevolge
waarvan in zijn midden een plaats moet worden vervuld en welke aandachtsgebieden
het Bestuur van belang acht bij de vervulling van de desbetreffende vacature.
Voor de benoeming van een lid van het Bestuur kan een niet-bindende voordracht van
één of meerdere personen worden opgemaakt:
5.
a.
b.
6.
door het Bestuur en
door een gezamenlijk aantal leden dat bevoegd is tot het uitbrengen van ten
minste tien procent (10%) van het totale aantal stemmen dat door alle
stemgerechtigde leden van de vereniging kan worden uitgebracht.
Een voordracht als hiervoor bedoeld in lid 5 sub b dient, behoudens door de
voordragende leden, mede ondertekend te zijn door de daarin voorgedragen kandidaat
ten blijke van diens bereidheid een eventuele benoeming als bestuurslid te
aanvaarden. Een lid is niet gerechtigd aan meer dan een voordracht per vacature mee
te werken. Een zodanige voordracht dient uiterlijk twee weken voor de desbetreffende
7.
8.
Algemene Ledenvergadering door het Bestuur te zijn ontvangen en wordt door het
Bestuur onverwijld aan de leden medegedeeld.
De procedure met betrekking tot de voordracht van het Bestuur als bedoeld in lid 5
onder a van dit artikel wordt nader geregeld in het huishoudelijk reglement.
De voorzitter van het Bestuur wordt als zodanig in functie benoemd door een met ten
minste twee/derde van het aantal rechtsgeldig uitgebrachte stemmen genomen besluit
van de Algemene Ledenvergadering op voordracht van het Bestuur. Indien de door het
Bestuur voorgedragen persoon niet wordt benoemd, zal het Bestuur een nieuwe
voordracht opmaken. Voor benoeming tot voorzitter komen uitsluitend natuurlijke
personen in aanmerking die niet in dienst zijn bij een van de leden noch deel uitmaken
van het bestuur of van het toezichthoudend orgaan van de leden van de vereniging.
9.
Het Bestuur wijst uit zijn midden een vice-voorzitter, een secretaris en een
penningmeester aan, waarbij de functie van secretaris en penningmeester door één
persoon kunnen worden vervuld.
10.
De leden van het Bestuur worden benoemd voor een periode van vier jaar. De
bestuursleden treden periodiek af volgens een door het Bestuur op te maken rooster
van aftreden. De bestuursleden van de vereniging zijn in beginsel slechts éénmaal
terstond herbenoembaar, met dien verstande dat de Algemene Ledenvergadering bij
wijze van uitzondering bestuursleden nog voor een tweede maal terstond kan
herbenoemen.
11.
Een lid van het Bestuur kan te allen tijde door de Algemene Ledenvergadering worden
ontslagen of geschorst. Een besluit tot schorsing of ontslag vereist de meerderheid van
ten minste twee/derde van het aantal rechtsgeldig uitgebrachte stemmen van de
Algemene Ledenvergadering. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd
wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
12.
Het lidmaatschap van het Bestuur eindigt voorts:
13.
a.
door overlijden van het bestuurslid;
b.
door schriftelijke ontslagneming door het bestuurslid;
c.
zodra de rechtspersoon waar het desbetreffende bestuurslid deel uitmaakt van
het bestuur, geen lid meer is van de vereniging;
d.
zodra het desbetreffende bestuurslid, met uitzondering van de voorzitter, geen
deel meer uitmaakt van het bestuur van een lid van de vereniging;
e.
door verlies van het vrije beheer over zijn vermogen.
Een niet voltallig Bestuur behoudt zijn bevoegdheden, doch is verplicht zo spoedig
mogelijk een Algemene Ledenvergadering bijeen te roepen, waarin de voorziening in
de open plaats(en) aan de orde komt, met inachtneming van het bepaalde in dit artikel.
TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET BESTUUR
Artikel 10
1.
Het Bestuur is belast met het besturen van de vereniging. De taken en bevoegdheden
van het Bestuur kunnen nader worden geregeld in het huishoudelijk reglement.
2.
Het Bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot
verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van
overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar
verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld
van een ander verbindt.
VERTEGENWOORDIGING
Artikel 11
1.
De vereniging wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door het Bestuur in zijn
geheel. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt bovendien toe aan de voorzitter en
een ander bestuurslid tezamen. Bij belet of ontstentenis van de voorzitter kan de
vereniging door de vice-voorzitter en een ander bestuurslid tezamen worden
vertegenwoordigd.
2.
In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met één of meer
bestuursleden kan de Algemene Ledenvergadering één of meer personen aanwijzen
om de vereniging te vertegenwoordigen.
3.
Het Bestuur kan door middel van een schriftelijke volmacht aan de directeur en aan
anderen dan bestuursleden vertegenwoordigingsbevoegdheid toekennen.
BESTUURSVERGADERINGEN
Artikel 12
1.
Het Bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee andere bestuursleden dit
wenselijk achten.
2.
De wijze van oproepen en vergaderen van het Bestuur worden nader geregeld in het
huishoudelijk reglement.
3.
Besluiten van het Bestuur kunnen alleen rechtsgeldig door stemming worden genomen
in vergaderingen waarin meer dan de helft van het totale aantal in functie zijnde
bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien in een bestuursvergadering
over de geagendeerde onderwerpen geen besluit kan worden genomen, omdat het
vereiste quorum niet aanwezig of vertegenwoordigd is, kan in de eerstvolgende
bestuursvergadering over deze onderwerpen besluitvorming plaatsvinden met een
volstrekte meerderheid van de dan aanwezig bestuursleden.
4.
Over onderwerpen die niet zijn geagendeerd kunnen slechts besluiten worden
genomen, indien alle bestuursleden op de desbetreffende vergadering aanwezig zijn.
5.
Een stemming, mondeling of schriftelijk, vindt plaats als de statuten of het huishoudelijk
reglement dit voorschrijven en voorts als één of meer leden van het Bestuur dit
wensen.
6.
Stemming over personen en zaken heeft mondeling plaats, tenzij een van de
bestuursleden om schriftelijke stemming verzoekt.
7.
Een voorstel over zaken en personen is aangenomen als meer dan de helft van de ter
vergadering aanwezige bestuursleden zijn stem ten gunste van het voorstel heeft
uitgebracht. Staken de stemmen bij een voorstel over zaken of personen, dan wordt
het voorstel in de eerstvolgende vergadering in al dan niet gewijzigde vorm opnieuw in
stemming gebracht. Staken de stemmen dan opnieuw, dan is het voorstel verworpen.
8.
Ieder bestuurslid heeft het recht op het uitbrengen van één stem. Blanco of ongeldige
stemmen worden als niet uitgebracht aangemerkt.
9.
Het verslag van de vergadering wordt door het Bestuur tijdens de eerstvolgende
vergadering goedgekeurd en ter vaststelling door de voorzitter ondertekend.
COMMISSIES
Artikel 13
1.
Het Bestuur kan ter ondersteuning in zijn uitvoering van de branchetaken Commissies
instellen.
2.
Een Commissie informeert en adviseert het Bestuur gevraagd en ongevraagd bij de
beleidsvoorbereiding van aangelegenheden liggend op haar werkterrein.
3.
Het Bestuur geeft de Commissie ruime vrijheid haar taak in te vullen en kan binnen
bepaalde kaders taken en bevoegdheden aan de Commissie mandateren.
4.
Indien noodzakelijk voor de uitoefening van de werkzaamheden kan een Commissie in
verband met de meningsvorming een werkgroep voor bepaalde tijd in het leven
roepen.
5.
Een Commissie bestaat uit ten hoogste twaalf personen, zijnde leden van de raad van
bestuur dan wel directieleden van een aangesloten lid of functionerend op vergelijkbaar
niveau.
6.
De leden van de Commissie worden benoemd door het Bestuur.
7.
Het Bestuur stelt een reglement vast, onder meer inhoudende regels omtrent de
benoeming en herbenoembaarheid van de leden van de Commissies.
BUREAU EN DIRECTIE
Artikel 14
1.
Het bureau is belast met de voorbereiding en de uitvoering van de werkzaamheden
van de vereniging.
2.
Het bureau van de vereniging staat onder leiding van een directeur die in dienst is van
de vereniging. De benoeming, schorsing en ontslag en de vaststelling van de
arbeidsvoorwaarden van de directeur geschieden door het Bestuur.
3.
De directeur legt verantwoording af aan het Bestuur.
4.
De directeur is als ambtelijk secretaris aanwezig bij de vergaderingen van het Bestuur
en heeft daar een adviserende stem, tenzij het Bestuur anders bepaalt.
5.
De directeur is bestuurder in de zin van de Wet op de Ondernemingsraden.
6.
De medewerkers van het bureau zijn in dienst van de vereniging. De benoeming,
schorsing en ontslag van de medewerkers van het bureau en al hetgeen verder hun
rechtspositie aangaat, worden bepaald door de directeur, daarbij handelend binnen de
door het Bestuur gegeven bevoegdheden.
7.
De taken en bevoegdheden van de directeur worden nader geregeld in een door het
Bestuur vast te stellen directiestatuut.
FINANCIËLE VERPLICHTINGEN
Artikel 15
1.
Ieder lid is voor alle zorginstellingen die direct of indirect door het lid en de daarmee
(groeps)verbonden rechtspersonen respectievelijk samenwerkingsverbanden in stand
worden gehouden een jaarlijkse contributie verschuldigd aan de vereniging.
Vaststelling van de contributie geschiedt bij in het huishoudelijk reglement gestelde
normen. De contributie wordt berekend aan de hand van de voor het desbetreffende
verenigingsjaar door het Bestuur vast te stellen en door de Algemene
Ledenvergadering goed te keuren begroting.
2.
De leden zijn gehouden om jaarlijks aan het Bestuur alle (financiële) gegevens te
verschaffen die nodig zijn voor de vaststelling van de hoogte van de contributie, bij
gebreke waarvan het Bestuur zelfstandig de hoogte van de contributie van het
desbetreffende lid zal vaststellen. Bij huishoudelijk reglement kunnen nadere regels
worden gesteld over de inhoud, het tijdstip en de wijze waarop deze gegevens moeten
worden aangeleverd.
3.
De leden zijn contributie verschuldigd voor elk verenigingsjaar waarin het lidmaatschap
voorduurt, met inbegrip van de opzegtermijn.
4.
Ieder lid is naar rato van de door hem in het afgelopen verenigingsjaar verschuldigde
contributie aansprakelijk voor de betaling van de financiële verplichtingen op grond van
de Rechtspositieregeling voor werknemers in dienst van de vereniging. De in de vorige
zin bedoelde aansprakelijkheid duurt na het eind van het lidmaatschap dertig maanden
voort, waarbij voor de vaststelling van het bedrag waarvoor het lid aansprakelijk is, het
bedrag van de door hem laatst verschuldigde jaarlijkse contributie maatstaf is.
5.
Indien de vereniging aansprakelijk is voor schade of veroordeeld wordt tot betaling van
een geldboete, is ieder lid verplicht om naar rato van de door hem in het afgelopen
verenigingsjaar verschuldigde contributie op eerste verzoek van het Bestuur van de
vereniging en enkel indien en voor zover de continuïteit van de vereniging in gevaar
zou komen, dit ter beoordeling van het Bestuur, aan de vereniging te voldoen hetgeen
de vereniging te kort komt voor de voldoening van haar financiële verplichtingen.
6.
Indien de vereniging wordt aangesproken tot betaling op grond van artikel 23 lid 4 van
de statuten van de Nederlandse Zorgfederatie in liquidatie te Utrecht zijn de leden
verplicht een door het Bestuur te bepalen financiële bijdrage daartoe aan de vereniging
te voldoen. De bijdrage van ieder lid zal door het Bestuur worden vastgesteld naar rato
van de door hem in het afgelopen verenigingsjaar verschuldigde contributie. De
verplichting tot voldoening van de in de voorlaatste zin bedoelde bijdrage duurt na het
einde van het lidmaatschap dertig maanden voort, waarbij voor de bepaling van de
bijdrage van het lid als in de vorige zin bedoeld de laatst verschuldigde jaarlijkse
contributie in aanmerking wordt genomen.
ADMINISTRATIE, JAARSTUKKEN EN BEGROTING
Artikel 16
1.
2.
3.
Het Bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging en van alles
betreffende de werkzaamheden van de vereniging, naar de eisen die voortvloeien uit
deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe
behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te
bewaren, dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de vereniging
kunnen worden gekend.
Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van een verenigingsjaar behoudens verlenging
van deze termijn door de Algemene Ledenvergadering, brengt het Bestuur op de
voorjaarsvergadering een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en
het gevoerde beleid. Het Bestuur legt voorts de jaarrekening ter goedkeuring voor aan
de Algemene Ledenvergadering. Deze stukken gaan vergezeld van een verklaring
afkomstig van een accountant als bedoeld in artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek.
De jaarrekening wordt ondertekend door alle bestuursleden; ontbreekt de
ondertekening van één of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van
redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke
bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichting nakomen.
4.
Het Bestuur verleent aan de in lid 2 bedoelde accountant de opdracht om de door het
Bestuur opgestelde jaarrekening te onderzoeken, omtrent zijn onderzoek verslag uit te
brengen aan de directeur en de uitslag van dat onderzoek in een verklaring aan het
Bestuur en de Algemene Ledenvergadering weer te geven.
5.
Goedkeuring van de jaarrekening door de Algemene Ledenvergadering strekt het
Bestuur als zodanig niet tot décharge. Het Bestuur legt jaarlijks verantwoording af voor
het in het afgelopen verenigingsjaar gevoerde bestuur, waarna de Algemene
Ledenvergadering kan besluiten kwijting te verlenen aan de leden van het Bestuur van
de vereniging.
6.
In de najaarsvergadering legt het Bestuur een begroting voor het komende
verenigingsjaar aan de Algemene Ledenvergadering ter goedkeuring voor. Voorts
wordt in die vergadering de door de leden in het komende verenigingsjaar te betalen
contributie met inachtneming van het bepaalde in artikel 15 van deze statuten
vastgesteld.
7.
Het Bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde boeken, bescheiden en andere
gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren. De op een gegevensdrager
aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde jaarstukken kunnen op
een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging
geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens
gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar
kunnen worden gemaakt.
HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 17
1.
De Algemene Ledenvergadering stelt een huishoudelijk reglement vast, waarin de
onderwerpen worden geregeld waaromtrent een (nadere) regeling bij deze statuten of
anderszins wordt gevergd.
2.
Het huishoudelijk reglement mag geen bepalingen bevatten die in strijd zijn met de wet
of met deze statuten.
STATUTENWIJZIGING
Artikel 18
1.
De statuten van de vereniging kunnen worden gewijzigd door een besluit van de
Algemene Ledenvergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar
wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn van oproeping tot een
zodanig vergadering bedraagt ten minste drie weken.
2.
Een exemplaar van het voorstel tot statutenwijziging wordt bij de oproeping tot de
desbetreffende Algemene Ledenvergadering aan alle leden toegezonden en ten minste
twee weken voor de vergadering op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter
inzage gelegd tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden.
3.
Een besluit tot statutenwijziging kan slechts worden genomen met een meerderheid
van ten minste twee/derde van de rechtsgeldig uitgebrachte stemmen in een
vergadering waarin ten minste twee/derde van het aantal stemmen dat zou kunnen
worden uitgebracht indien alle stemgerechtigde leden van de vereniging aanwezig of
vertegenwoordigd zouden zijn, kan worden uitgebracht. Indien in de Algemene
Ledenvergadering waarin het voorstel tot statutenwijziging zou worden behandeld het
vereiste aantal stemmen niet aanwezig of vertegenwoordigd is, kan na zeven dagen
maar uiterlijk binnen drie weken na de eerste vergadering een tweede vergadering
worden gehouden waarin het besluit tot statutenwijziging kan worden genomen met
een meerderheid van ten minste twee/derde van de rechtsgeldig uitgebrachte
stemmen, ongeacht het aantal stemmen dat aanwezig of vertegenwoordigd is.
4.
Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is
opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.
ONTBINDING EN VEREFFENING
Artikel 19
1.
De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de Algemene
Ledenvergadering. Het bepaalde in artikel 18 lid 1 tot en met lid 3 is van
overeenkomstige toepassing op het besluit tot ontbinding van de vereniging.
2.
De vereniging blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit voor vereffening van
haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze
statuten zoveel mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de
vereniging uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd: in liquidatie.
3.
De vereffening van het vermogen van de ontbonden vereniging geschiedt door het
Bestuur, tenzij de Algemene Ledenvergadering anders bepaalt.
4.
Een eventueel batig saldo van de vereffening zal worden besteed overeenkomstig het
doel van de vereniging of ten behoeve van een of meer andere algemeen nut
beogende instellingen.
5.
Na afloop van de vereffening blijven de boeken en de bescheiden van de vereniging
gedurende zeven jaar berusten onder de persoon daartoe aangewezen door de
Algemene Ledenvergadering.
SLOTBEPALING
Artikel 20
In alle gevallen waarin niet door de statuten, de wet of het huishoudelijk reglement is
voorzien, beslist de Algemene Ledenvergadering.
Download