POH GGZ: immigranten, vluchtelingen en expats INHolland Academy

advertisement
POH GGZ:
IMMIGRANTEN,
VLUCHTELINGEN EN
EXPATS
INHOLLAND ACADEMY
DRS. JETTE VAN DEN BERG (SCHRIJVER EN ACTEUR)
DR. CARL H.D. STEINMETZ (PSYCHOLOOG EN
VICTIMOLOOG)
DEEL I: OVERDRACHT
KENNIS EN KUNDE
Doelgroep immigranten, expats en vluchtelingen
SUPER DIVERS
1. Etnisch
2. Goederen, diensten en mensen
3. Verschillende levensfasen
4. VU (Professor Dr. Crul): Turken
AMERICAN
PSYCHOLOGICAL
ASSOCIATION (APA)
Stukken over immigranten, vluchtelingen en expats (2012)
Immigranten zijn niet zielig, zij doen het veel beter dan de
mensen die in het moederland verblijven (in 1 generatie van
analfabete ouders naar het HBO/ Universiteit)
In Nederland/ Europa vinden we dat immigranten wel zielig
zijn. In vergelijking tot de autochtone bevolking doen zij het
slechter (zie monitor GGD)
ROUWEN OM VERLIES
MOEDERLAND
Mogelijke onderwerpen:
1. Verlies familie contacten (website)
2. Verlies platteland en/of bergen
3. Verlies klimaat, fauna en fora (incl. geuren en licht)
4. Verlies herkenbaarheid ‘gelijksoortige’ mensen
5. Verlies manier van kleding
6. Verlies manier van omgaan met elkaar (zakelijk en privé)
AANPASSEN AAN
VADERLAND
Stappen:
1. Voorbereiden in moederland (taal en gewoonten)
2. Thuisraken Vaderland: een programma van 3 maanden
3. Doorpakken met taal en gewoonten (neemt enkele jaren
in beslag)
4. Lid worden van een homoethnische organisatie
5. Kennismaken met de buren (hierbij is hulp nodig)
6. Werken en naar school gaan (w.o. diploma’s certificeren)
7. Om de 6 maanden evalueren: wat gaat goed en wat kan
beter?
ACCULTURATIE
Definitie (Berry, 2005): Acculturation is the dual process of
cultural and psychological change that takes place as a result of
contact between two or more cultural groups and their individual
member
Uitkomsten: harmonie en effectiviteit of (raciale) conflicten en
stress
GROEPEN OM OP TE
LETTEN
1. Kinderen onder de 12 jaar (Attachment nog niet afgerond)
2. Ouderen > 50 jaar (geworteld in het moederland)
3. Grote verschillen moeder- en vaderland
4. Grote verschillen in huidskleur
5. Van platteland, bergen naar grote stad
6. Verschillen in normen & waarden (bijvoorbeeld, ouderen
niet tegen spreken)
WAT ALS IMMIGRATIE/
EXPATRIATION MISLUKT
1.
Acculturatie stress
2.
Immigratie/ expatriation trauma
3.
Scheiding
4.
Ernstige opvoedproblemen (want ouders is opvoeden in drie
culturen niet geleerd)
Hoe komt dat?
1.
Niet cultuur sensitief
2.
Te laag opgeleid
3.
Partner geen baan
4.
Opvoeding kinderen loopt moeizaam
5.
Uitsluiting en discriminatie
6.
Blijven twijfelen tussen moeder –en vaderland
OPDRACHT IN GROEPEN
VAN DRIE PERSONEN
Benoem woordvoerder
Te beantwoorden vragen:
1. Wat valt je op?
2. Zijn er verschillen tussen immigranten, expats,
vluchtelingen en autochtone mensen? Zo nee, denk je
dat dat klopt? Zo ja, wat precies?
3. Wat voel je als je naar deze Youtube video’s kijkt?
Waarom?
DEEL II: TRANSCULTURELE
INTAKE
TRANSCULTURELE
INTAKE
TRANSCULTURELE
INTAKE
Figuur 2: Acculturation Strategies in Ethnocultural Groups and the Larger Society
Issue 1: Maintenance of heritage culture and identity
+
- +
+
Integration Assimilation
Multiculturalism Melting
Issue 2:
pot
Relationships Separation Marginalization Segregation
Exclusion
sought among Strategies
Strategies of Ethnocultural
groups
of larger
groups
society
Note: From Cross-cultural psychology: research and application (p. 354) by Berry, Poortinga,
Segal and Dasen, 2002, Cambridge UK: Cambridge University Press.
TRANSCULTURELE
INTAKE
Ziekteverhaal:
1. Voorstellen
2. Ziekteverhaal
3. DSMIV TR: ASI, ASII en ASIII
4. Hulpvraag en verwachting
Biografie en immigratiegeschiedenis grootfamilie
1. De biografie
2. Immigratiegeschiedenis cliënt en grootfamilie
Maatschappelijke positie
KLACHTEN,
STOORNISSEN EN
BEHANDELING
Verschillen tussen immigranten, expats en vluchtelingen en Hollanders:
1.
Uitgaan van veerkracht en krachtbronnen
2.
Bejegening (niet afstandelijk, autoritatief, en vriend familie)
3.
Stresstaal (westers tegenover niet-westers)
4.
Koppeling met familie (genogram en collectivisme) en context (=
homoethnische organisatie)
5.
Vertalen DSM in arbeid, onderwijs en inbedding in maatschappij
6.
Psychische klachten worden uitgelegd als lichamelijke klachten
7.
Alert op uitsluiting en discriminatie
8.
Minder praten en meer doen (voorbeeld Bijlmer Vliegramp, spin
Anansi)
OEFENEN MET
TRANSCULTURELE
INTAKE: REGIE MODEL
Regie model:
1. Jette voert de intake uit bij Cemil
2. Jette is als het ware het stuur.
3. Je mag tips aan Jette geven.
4. Jette voert die uit
OEFENEN
TRANSCULTURELE
INTAKE MET JETTE
Oefenen:
1. Iedereen komt aan de beurt
2. Jette is zichzelf. Zij is de cliënt
3. Voer de intake uit zoals die is voorgeschreven
4. Per persoon stellen we vast wat goed ging en wat beter
kan
5. We voeren de hele intake uit tot aan het einde
DEEL III: DE
GROOTFAMILIE AAN ZET
DE GROOTFAMILIE
Kenmerken:
1. Definitie 4 generatie familie verspreid over de wereld
2. Onderlinge afhankelijkheid en verbondenheid
3. Vrouwen verantwoordelijk voor het ‘sociale weefsel’
4. Vrouwen en ondersteuningsnetwerk bij belangrijke
gebeurtenissen, zoals huwelijk, geboorte enz.
5. Mannen zijn ‘broeders’ die zorgen voor brood op de plank
6. Grootfamilie en sociale controle (naam van de familie)
7. Positie van de vrouw
8. Positie oudere vrouwen
OEFENEN MET
GROOTFAMILIE
Gebruik uit het boek het verhaal van Sahar:
1. Korte uitleg
2. Rollen verdelen: Sahar, leerkracht Mevrouw van Beek,
moeder en vader Ibrahimi (Parwin en Ashraf), broer
Samin, tante in Duitsland Palwasha, haar dochter
Talmana, en oma Bibijan
3. Oefenen met plannen en gesprekken
DEEL IV: DISCRIMINATIE
EN UITSLUITING
RACISME DIALOGEN
Waarom is racisme bespreken zo ingewikkeld?
1.
Beschaafdheidsprotocol (niet praten over onaangename
zaken)
2.
Academisch protocol (onderbouwen met cijfers)
3.
Kleurenblind (ras doet er niet aan toe)
Witte mensen negeren en ontkennen de realiteit van ras en de
nadelige consequenties daarvan voor gemarginaliseerde
groepen.
Witte mensen beseffen niet hoeveel macht zij hebben en dat wit
vanzelfsprekend is (Ferguson)
Gekleurde mensen worden bij gesprekken over ras en de
microagressie zeer emotioneel omdat zij zich dan al hun
ervaringen realiseren
HET GROTE RACISME
EXPERIMENT
http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1377899
NABESPREKEN
Mogelijke vragen?:
1. Wat ging er door je heen terwijl je aan het kijken was?
2. Wat vond je opvallend?
3. Kijk je nu anders naar discriminatie en uitsluiting?
EVALUEREN
EVALUEREN
Enkele vragen:
1. Wat ging goed?
2. Wat kon beter?
3. Tips
Download