Pompei - College Essen 101

advertisement
Opdracht persoonlijk werk - Pompei
Door Emile Derache
1
Deel I: overblijfselen Pompei
1.
Ingang (1): hierlangs kwamen de gasten het huis binnen. Er waren vaak mooie
mozaïeken aangebracht. In het huis van de site is er een mozaïek gevonden met daarop
“cave canem” (= pas op voor de hond)
Het atrium (2): Dit is de ruimte waar je inkomt na de ingang. Dit is een vierkante
zuilengang met in het midden een gat in het dak om water en licht naar binnen te laten,
het compluvium. Het water wordt hieronder opgevangen in een waterbassin, het
impluvium.
Het Tablinum (3): Dit is de bureau tussen het atrium en het peristylium. Hier werd de
administratie van het huis bewaard. Het werd ook vaak gebruikt als studeervertrek.
Houten schuifdeuren zorgden ervoor dat je kon kiezen voor uitzicht op de tuin of
privacy.
Het peristylium(4): Dit was een mooie ommuurde tuin achteraan de domus. Deze had
een zuilengalerij errond en grensde meestal aan de triclinium.
Het triclinium(5): De eetkamer van de Romeinen, hier at de familie samen liggend het
eten dat door slaven gebracht werd. De kamer was vaak mooi versierd met mozaïeken
of schilderijen.
Het huistheater(6): De meester van dit huis had tegenover het triclinium een klein
theater laten aanleggen waar hij met zijn familie van toneel kon genieten.
Een cubiculum(7): Dit waren de slaapvertrekken die grensden aan het atrium. Ze
waren vaak maar klein en bevatten enkel een bed, een nachtkastje een stoel en een
klerenkastje. De Romeinse slaapkamer was een sobere kamer.
2
De verkoopskamertjes(8): Dit waren kleine kraampjes die aan de straat lagen aan de
zijkant van het huis. De meester van het huis verhuurde deze aan koopmannen. Hier
verkocht men kleine snacks of versnaperingen.
2. Villa van Menander: Het huis ligt in het zuidelijk deel van Pompeï niet ver van het
badhuis. Dit groot huis was mooi afgewerkt met mozaïeken en decoraties. Hieruit kan
je opmaken dat de eigenaar een rijke Romein was. Ook al kan je dit niet met zekerheid
zeggen omdat de naam van de eigenaar niet gekend is. Men vermoedt dat de eigenaar
een rijke koopman uit Rome was, die als toerist in Pompei zijn buitenverblijf had.
3. a.
De 1ste stijl: incrusatiestijl 200-90 v.C.
Deze wordt geschilderd van 200 tot 90 v.C. en is herkenbaar aan de schilderijen die
proberen marmer uit te beelden. De stijl komt niet enkel voor bij de Romeinen maar
ook bij de Grieken.
De 2de stijl: architectuurstijl 90 v.C.-15 n.C.
Deze stijl combineert het schilderen van marmer met schilderingen van zuilen. Zo lijkt
het alsof je naar een volgende ruimte kijkt, die zich verder dan de ruimte waar jij je in
bevindt ligt. Ook worden in het uitzicht naar een andere kamer beelden uitgebeeld van
bijvoorbeeld beelden en kunnen aan de rand van het fresco nog schilderingen van
luiken of ornamenten (kleine versieringen) voorkomen.
De 3de stijl: ornamentele stijl 15-45 n.C.
In deze stijl wordt de wand ingedeeld in vlakken door dunne zuilen. Dit kan ook door
kandelabers (versierde kaarsenstand) gedaan worden. De beschilderde muur wordt in 9
vakken verdeeld en in het centraal deel wordt de hoofdtekening geschilderd. Deze lijkt
vaak een alleenstaand schilderij. In de andere vakken worden vaak randschilderijtjes
van tuinen en andere weergegeven. Het onderwerp van de schildering is vaak de
mythologie.
De 4de stijl: fantastische of barokke stijl 45-100 n.C.
Deze stijl is een evolutie van de vorige stijl. Enkel wordt er nu meer legere
doorkijkvlakken toegevoegd vanboven en aan de zijkant. Het figuurstuk is vrijwel
vierkant en biedt een uitzicht op een fictief theater of zuilengang. De legere vlakken
worden weergegeven als wandtapijten en het geheel is versierd met figuren, maskers
en landschappen.
3
b.
Fresco uit de tempel van Isis in Pompei. Je vindt
hierin duidelijke kenmerken terug van de 4de stijl
namelijk de barokke stijl. Vanboven is er duidelijk
doorkijk in de vorm van de versieringen en ook de
lege vlakken aan de zijkant getuigen van de
fantastische stijl. Je kunt ook duidelijk zien dat het al
bijna vierkant is en de vlakken worden van elkaar
gescheiden door dunne zuilen.
c.
Dit fresco gevonden in Pompei,
werd gemaakt in de eerste
eeuw na Christus beeld een
vrouw uit die lier speelt voor
haar man en een vrouw die erbij
staat en ook luistert. Ik vermoed
dat dit haar moeder is omdat ze
er ouder uitziet dan het jonge
koppel.
4. 1) Amfitheater
Dit is het voetbalstation van de Romeinen, van doel en van uitzicht lijkt het ook heel sterk op
ons hedendaags voetbalstadion. Hierin werden gladiatorengevechten georganiseerd. Het
diende voor de Romeinen om zich te ontspannen.
2) Stabiaanse Thermen
Deze Badplaats lag dicht bij de Stabiaanse poort, vandaar de naam. Het wassen gebeurde bij
de Romeinen buitenshuis in de Thermen. Hier konden mannen en vrouwen zich apart
wassen in verschillende baden en zich ook vakkundig door slaven laten masseren of
afschrapen met zand en olie.
3) Tempel van Isis
Deze tempel ligt naast het forum in Pompei. Romeinen brachten offers aan de goden om hen
goed gezind te houden, enkel dan zouden ze niet gestraft worden dachten ze. Isis is
oorspronkelijk de Egyptische godin van de vruchtbaarheid maar werd ook populair bij de
Romeinen ten tijde van Caesar.
4
5. Dit zijn de instrumenten gevonden in
Pompei die ooit toebehoorden aan
een dokter. Ze zijn vervaardigd uit
brons. Het bovenste instrument
diende om de andere vijf bij elkaar te
houden, en zo vormde dit eigenlijk al
een soort dokterskit. Deze bevatte 2
naalden, een meetstaaf en een
oorstokje. Deze instrumenten
behoorden duidelijk toe aan een
dokter die ze waarschijnlijk gebruikte
om mensen te onderzoeken op
verplaatsing.
6.
Beeld van Apollo: Apollo is een oorspronkelijk
Griekse god die weerom door de Romeinen is
overgenomen. De Romeinen zagen hem als
de God van de redding. Als ze gered moesten
worden van om het even wat (een vijand, een
epidemie, …) dan baden ze tot Apollo. Hij gaf
ook orakels en vreugd, maar kon ook streng
en straffend zijn waardoor men zich met hem
moest verzoenen. Het beeld volledig in brons
is teruggevonden onder de as in Pompei.
5
Deel II: vulkanisme vandaag
Vesuvius(groen aangeduid op de foto en kaartje): Dit is een vulkaan gelegen in de baai van
Napels. De krater heeft een doorsnede van 8 kilometer en de gehele vulkaan is 1281m hoog.
De vulkaan behoort tot de
groep van de pyroclastische
vulkanen. Dit betekent dat
een uitbarsting eerst
gepaard gaat met het
opspuiten van as en stenen
waarna er golven van heet
magma en gesteente van de
vulkaan naar beneden
vloeien. De vulkaan is in de
laatste 2 eeuwen
uitgebarsten in 1906, 1913,
1926, 1929 en 1944. Men
verwacht een zeer sterke
uitbarsting omdat het al zo
lang geleden is dat de
vulkaan nog eens stoom
heeft kunnen aflaten.
La Solfatara(oranje op kaart): Deze vulkaan dicht bij de Vesuvius is een zogenoemde
“fumarole”. Dit is een opening in de aardkorst vaak dicht bij een vulkaan waar gassen uit
ontsnappen uit een gat in de aardkorst. In het geval van La Solfatare is dit Zwavel. Naast de
gasontsnappingen zijn er ook modderpoelen. Dit hele geheel is een toeristische attractie
sinds de 19de eeuw.
6
Vulkanische meren: Dit zijn meren die zich bevinden op een vulkaan. Slechts 12 procent van
alle vulkanen in de wereld heeft een vulkanisch meer op haar flank gelegen. Het speciale een
vulkanisch meer is dat het onderhevig is aan de warmte van de vulkaan, tegelijk aan de
koude van de lucht en tegelijk aan verdamping. Je kan dit heel duidelijk zien op het
tekeningetje hieronder.
7
Aardbevingen: Dit is een schokken van de aarde of aardkorst. Dit wordt veroorzaakt doordat
aardplaten verschuiven en tegen elkaar aanbotsen. De energie die hierbij vrijkomt zorgt voor
een golven van de grond. De plaats waar de beving ontstaat heet het hypocentrum, het punt
in de aardkorst daarboven gelegen heet het episch centrum. De laatste jaren heeft de wereld
nog enkele sterke aardbevingen gekend in Haïti en Japan.
Pozzuoli(geel op kaartje): Dit is een dorpje in de baai van Napels, dichtbij la Solfatare. Door
beweging van aardplaten en de nog steeds actieve vulkaan ernaast is het dorpje zeer
onderhevig aan dalingen en stijgingen van de bodem. Zo is de oude Romeinse markt er
helemaal in zee gezakt, om dan weer deels naar boven te komen, en nu terug weg te zakken.
De bewoners van het dorpje zijn ondertussen gewoon hieraan en bouwen nieuwe huizen om
de zoveel tijd als de aarde weer teveel gezakt of gestegen is.
8
De Merapi: Dit is een vulkaan op het Indonesische eiland Java. Ze is 2968 meter hoog en is
een pyroclastische vulkaan. Op 26 oktober 2010 kwam deze vulkaan tot uitbarsten en
lanceerde vulkanisch as tot 1,5 km hoog. Er kwamen 260 mensen om het leven door de
pyroclastische golf die volgde. Deze vulkaan wordt tot de 16 gevaarlijkste vulkanen van de
wereld gerekend net als de Vesuvius omdat op haar flank en in binnen het bereik van haar
pyroclastische golven heel veel mensen wonen.
Deel III: “Last days of Pompei”
-
-
-
Leerlooier: Het bewerken van dierenhuiden
met urine om ze dan als kleding te kunnen
gebruiken. Het beroep bestaat vandaag de
dag nog steeds maar wordt nu vooral door
machines uitgevoerd en niet meer met urine
zoals bij de Romeinen. Een schoenmaker die
nog zelf zijn leer soepel maakt of een
kleermaker die nog zijn eigen kleding stikt
zijn hedendaagse beroepen die hier dichtbij
liggen. Dit omdat deze ook nog zelf met hun handen het leer bewerken.
Politicus: De man die zijn huis aan het renoveren is tijdens de uitbarsting is een politicus
die carrière probeert te maken. Vandaag de dag wordt ons land nog steeds bestuurd
door politici. Dit beroep bestaat vandaag de dag dus nog steeds en hun taak is sinds de
Romeinen nog maar weinig verandert namelijk regeren.
Schrijver/geschiedschrijver: Plinius Minor en Maior zijn beiden schrijver van beroep. Ook
dit beroep bestaat vandaag de dag nog steeds enkel in een andere vorm dan toen.
Tegenwoordig is een schrijver vaak iemand die verhalen schrijft met als enig doel de lezer
te amuseren, terwijl het toen veelal een serieuze zaak van de adel was.
9
Download