Economische Kracht van Utrecht

advertisement
Economische Kracht van Utrecht
Vertrouwde en nieuwe zienswijzen
op regionaal en lokaal economisch beleid
EBU college
12 maart 2014
Oedzge Atzema
Daniel Speldekamp
1
Opzet
Vertrouwde zienswijzen op regionale economie:
- Economische Groei
- Sectorstructuur
- Regionale omgeving, lokale groeiverschillen
Nieuwe zienswijzen op regionale economie
- Concurrentiekracht
- Agglomeratievoordelen
- Gerelateerde variëteit
Nieuwe zienswijze op lokaal economisch beleid
- Leervermogen
2
de vertrouwde zienswijze op regionale economie
economische groei
sectorstructuur
ruimtelijke omgeving
3
Economische Groei
(gemiddeld jaarlijkse %groei van BRP)
Regio als teleenheid (tijdreeks CBS):
één provincie (coropregio), twee stadsgewesten
Nederland
Provincie Utrecht
Stadsgewest Utrecht
Stadsgewest Amersfoort
1998-2007
2008-2013
4,98
4,99
4,97
6,00
0,22
0,52
1,19
0,95
Hausse: geringe verschillen, Amersfoort aan kop
Baisse: grotere verschillen, Utrecht aan kop
4
Economische Groei
(volumemutatie per jaar)
10
8
6
4
NL
Provincie U
2
Stadsgew. U
Stadsgew. A
11
10
09
08
20
12
-2
07
06
05
04
03
02
01
00
99
19
98
0
-4
-6
%
l  Voor eeuwwisseling: Utrecht hoger dan NL
l  Begin 21ste eeuw: Utrecht lager dan NL
l  Na 2005: convergentie (voorspong kwijt?)
5
Economische Groei
(productiviteit & werkfunctie)
Productiviteit = BRP/arbeidsvolume
Werkfunctie = arbeidsvolume/beroepsbevolking
Nederland
Provincie Utrecht
Stadsgewest Utrecht
Stadsgewest Amersfoort
Productiviteit
2001
2010
Werkfunctie
2001
2010
67.5
70.8
74.8
69.0
92,3
104,3
118,3
102,4
87.6
91.2
97.1
87.9
85,9
94,7
104,0
93,9
l  Verschil naar productiviteit wordt groter, vooral van
SG Utrecht i.v.m. NL
l  Overschot aan werk neemt af, vooral in SG Utrecht
6
Sectorstructuur
% aandeel toegevoegde waarde per 2 digit bedrijfsklassen
in de provincie Utrecht, 1998
7
Sectorstructuur
toename toegevoegde waarde per 2 digit bedrijfsklasse
% toename 1998-2012
Recente
achterblijvers
Structurele
koplopers
%
toename
2008-2012
Structurele
Achterblijvers
Recente
koplopers
Excl.: extraterritoriale organisaties (99), vervoer door de lucht (51) vanwege extreme groei
8
Economische Structuur
% aandeel werkgelegenheid per 2 digit bedrijfsklassen
in de provincie Utrecht, 1998
9
Sectorstructuur
toename werkgelegenheid per 2 digit bedrijfsklasse
% toename 1998-2012
Recente
achterblijvers
Structurele
koplopers
%
toename
2008-2012
Structurele
Achterblijvers
Recente
koplopers
Excl.: extraterritoriale organisaties, vervoer door de lucht en reparatie machines vanwege
extreme groei
10
Sectorstructuur
% aandeel N bedrijven per 2 digit bedrijfsklassen
in de provincie Utrecht, 1998
11
Sectorstructuur
toename N bedrijven per 2 digit bedrijfsklasse
% toename 1998-2012
Recente
achterblijvers
Structurele
koplopers
%
toename
2008-2012
Structurele
Achterblijvers
Recente
koplopers
Excl.: extraterritoriale organisaties en reparatie van machines vanwege extreme groei
12
Regionale omgeving
Monitor Economie Provincie Utrecht (KvK, 2013):
-  Centrale ligging
-  Goede bereikbaarheid
-  Aantrekkelijke woonklimaat
-  Omvangrijk onderwijscentrum
Maar hoe centraal is
Utrecht eigenlijk in de
toekomst nog gelegen?
13
Lokale groeiverschillen
1998-2012
2008-2012 (zelfde schaal)
14
Lokale groeiverschillen
1998-2012
2008-2012 (andere schaal)
15
nieuwe zienswijzen op regionale economie
concurrentiekracht
agglomeratievoordelen
gerelateerde variëteit
16
Concurrentiekracht van regio’s:
de herontdekking door Porter
17
Concurrentiekracht van regio’s:
het piramide model
Bron: Gardiner et al., 2004
18
Indicatoren voor concurrentiekracht
regio’s t.b.v. Europese Commissie
19
Landen in Europa gerangschikt naar
concurrentiekracht van regio’s
20
Provincie Utrecht uitgeroepen tot meest
concurrerende regio van Europa
21
Provincie Utrecht uitgeroepen tot meest
concurrerende regio van Europa
Sterke punten
Zwakke punten
Basisfactoren:
- Gezondheid
- Onderwijs
- Infrastructuur
- Instituties
Innovatiefactoren:
- R&D uitgaven
- Patenten
- Techniek
Efficiëntie factoren:
- Marktbereik
- Arbeidsmarkt
- Human capital
Massa (niet in deze benchmark
betrokken)
Utrecht scoort op alle indicatoren goed, maar staat nergens op plaats 1
Utrecht blijft achter op gebied van technologische innovatie en op massa
22
Recente studie van van Oort (2013)
Arbeidsmobiliteit in de regionale kenniseconomie
van Utrecht
23
Studie van Van Oort (2013)
Utrechtse concurrentie op afzetmarkt
24
Studie van van Oort (2013)
Utrechtse concurrentie op kennismarkt
25
Studie van van Oort (2013)
Utrechtse concurrentie op investeringsmarkt
26
Agglomeratievoordelen
Agglomeratievoordelen ontstaan als concentratie van
bedrijvigheid en kennis leidt tot lagere transactiekosten
en hogere (leer)opbrengsten.
Discussie: gevolg van specialisatie of diversiteit, of beide?
Antwoord afhankelijk
van:
Schaal
Groei-indicator
Detail sectorindeling
Levensfase bedrijven
Periode
Specialisatie
nationaal
productiviteit
grof
volwassen
baisse
Diversiteit
lokaal
werkgelegenheid
fijn
jong
hausse
27
Gerelateerde Variëteit
Recent alternatief: gerelateerde variëteit
Variatie is goed, maar moet niet te heterogeen zijn
‘Economy of scope’: voordeel halen uit voldoende
overlap en verschil in kennis, in de vorm van
(vernieuwende) combinatie van kennis en kunde.
Indicatoren van gerelateerde varieteit:
-  Ondernemerschap: spin offs & spin outs
-  Flexibele arbeidsmarkt: arbeidsmobiliteit
-  Kennisintensiteit: uitwisseling & leerprocessen
28
Smart Specialisation (EU):
inzetten op gerelateerde variëteit
l 
Slimme groei (veerkracht) > economische groei (volume)
Het vermogen van het bedrijfsleven in de regio om zich efficiënt en effectief
aan te passen aan veranderende marktcondities door gebruik te maken van
elkaars complementaire kennisvelden
l 
Belang regionale context: complementaire kennisvelden
voldoende via kennisvelden samenhangende variëteit aan bedrijven om via
mobiliteit van vaardigheden (‘learning by doing’) en uitwisseling van kennis
(‘learning by knowledge’) de innovatieve vitaliteit van de regionale
economie te stimuleren
l 
Redeneerlijn:
Gerelateerde bedrijvigheid -> bronnen van buikbare kennis -> uitwisseling
van vaardigheden en kennis -> slimme groei
29
Gerelateerde Variëteit:
spin offs & spin outs
(voorbeeld MNO-KIBS in Noordvleugel)
Arbeidsverleden bij een MNO van succesvolle oprichters van KIBS starters
N
%
Niet bij een MNO
79
37.0
Wel, korter dan 5 jaar
46
21.2
Wel, langer dan 5 jaar
90
41.8
Totaal
215
100.0
Arbeidsverleden bij een MNO van succesvolle oprichters van KIBS starters en
gerichtheid op internationale klanten
Ja
Nee
Aard van de klanten:
Internationaal
14.2 %
7.7 %
Nationaal, buiten Noordvleugel
41.9 %
37.4 %
Regionaal, binnen Noordvleugel
43.9 %
54.6 %
(Het verband is significant op 95% waarschijnlijkheidsniveau (t-test))
30
Gerelateerde variëteit:
skill relatedness
industriele ruimte en werkgelegenheidgroei in de
provincie Utrecht, 2002-2010
31
Gerelateerde Variëteit
beleidsimplicaties: crossovers
32
Lokale concentraties alle clusters
33
Lokale concentratie per cluster
Reclame
Media
34
Lokale concentratie per cluster
ICT
Life & Health
35
Lokale concentratie per cluster
Logistiek
Ingenieursbureaus
36
Lokale concentratie per cluster
Financiële diensten
Economisch advies
37
Lokale concentratie per cluster
Onderwijs
38
nieuwe zienswijze op lokale economie:
leervermogen
39
Overheid en Economie
verschuivende panelen
Legitimering
van beleid
Focus van
beleid
Economisch
doel
Beleidsmiddel
Falen van
marktwerking
Stimuleren
Effectiviteit
Subsidies
Falen van
bureaucratie
Reguleren
Falen van
collectief
Agenderen
(volledige werkgelegenheid,
sociale rechtvaardigheid)
Productiviteit
Projecten
(internationale concurrentiekracht,
economische doelmatigheid)
Innovatie
Netwerken
(versterking kennis: ‘human capital’,
duurzame ontwikkeling)
40
De economie zelf verandert ook …
41
Rollen van lokale overheid in de
creatieve kenniseconomie
1.  Verbanden zoeken:
agenderen van lokale relaties tussen kennisintensieve
bedrijven en instellingen (gerelateerde variëteit)
2.  Verbanden hechten:
benutten van lokale menselijke en fysiek hulpbronnen
(productiefactoren: geld, arbeid en grond)
3.  Verbanden leggen:
bevorderen van samenwerking tussen bedrijven en
instellingen gericht op open innovatie (nieuwe combinaties)
4. Verbanden oprekken:
verankeren van lokale identiteit en dynamiek buitenwereld
(local buzz & global pipelines)
42
Faciliteren van leervermogen
op lokaal en regionaal niveau
l  Stel als gemeente een eigen kennisstrategie op
(wat wil je/wat kan je als gemeente in de kenniseconomie?)
l  Zie innovatie als sociaal proces door vanuit economische
zaken verbindingen te leggen met beleidsterreinen onderwijs
en cultuur
l  Schakel private en publieke experts in bij het zoeken, leggen,
hechten en oprekken van verbanden
l  Bespreek in regionaal verband activiteiten en ambities en ga
die vervolgens ‘fine-tunen’ via regionale samenwerking
43
Download