Infobox RIZIV - Startende verpleegkundige - Fac

advertisement
Infobox RIZIV Wegwijzer voor de startende verpleegkundige in de thuiszorg
1e versie, juni 2010
Verantwoordelijke uitgever: J. De Cock, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel
Realisatie: Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle (DGEC), in samenwerking met de Dienst voor geneeskundige
verzorging en de Communicatiecel van het RIZIV, en de deelneming van de Federale overheidsdienst Volksgezondheid
Graphic Design: Communicatiecel RIZIV
Foto’s: Ab initio en Verypics
Wettelijk depot : D/2010/0401/2
Infobox RIZIV
Wegwijzer voor de startende verpleegkundige
in de thuiszorg
Inhoudstafel - Juni 2010
Inhoudstafel
Inleiding
1eDeel - Algemeen kader
I. Administratieve voorwaarden om de verpleegkunde te mogen uitoefenen
in de thuiszorg
1. Toelating tot het beroep
2. Het bekomen van een RIZIV-nummer
3. Het bekomen van bijzondere beroepstitels of beroepsbekwaamheden
4. Referentieverpleegkundigen
II. De verpleegkundige handelingen
1. Welke handelingen vallen onder de uitoefening “verpleegkunde”?
2. Welke zijn de technische verpleegkundige verstrekkingen?
3. Welke zijn de geneeskundige handelingen die een arts aan een
verpleegkundige kan toevertrouwen?
1
5
7
8
8
9
10
11
12
12
12
16
III. Maatschappelijke en financiële verantwoordelijkheid van de zorgverlener
1. Zijn er beperkingen aan de therapeutische vrijheid van artsen en tandartsen ?
2. Wat is mijn verantwoordelijkheid als verpleegkundige?
3. Financiële gevolgen voor mij en mijn patiënt wanneer verstrekkingen
ten onrechte door de ziekteverzekering werden vergoed
4. Op welke manier kan ik aansprakelijk gesteld worden voor mijn
verpleegkundig handelen?
5. Mag ik als verpleegkundige weigeren een handeling uit te voeren?
17
17
17
18
18
IV. De zorgverlener en het RIZIV
1. Het RIZIV
2. De Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle (DGEC)
18
18
20
V. De nationale overeenkomst tussen de verpleegkundigen en de verzekeringsinstellingen
1. Inhoud van de overeenkomst
2. Hoe wordt een overeenkomst afgesloten?
3. Hoe lang duurt een overeenkomst?
4. Maatregelen bij niet naleving
5. Moet ik mijn patiënten informeren over mijn al of niet toetreding tot het akkoord?
22
22
22
22
23
23
VI. Ondersteunende maatregelen
1. Tegemoetkoming in een softwarepakket
2. Forfaitaire tegemoetkoming voor de specifieke beheerskosten van de diensten
thuisverpleging
3. Pilootproject voor gegevensregistratie aan het bed van de patiënt (VINCA-project)
23
23
17
24
24
1
2
Inhoudstafel - Juni 2010
2eDeel - Aanrekenen van verpleegkundige
verstrekkingen
25
I. Inleiding tot de nomenclatuur van de verpleegkundige zorgen
1. Wat houdt de nomenclatuur in?
2. Wat is de wettelijke basis van de nomenclatuur?
3. Wie bepaalt de nomenclatuur?
4. Waar kan ik de nomenclatuur raadplegen?
26
26
27
27
28
II. De nomenclatuur van de verpleegkundige verzorging
1. Indeling van de verpleegkundige verstrekkingen
2. Toepassingsregels verplaatst
28
28
29
III. Algemeen beperkende bepalingen bij de toepassing van de nomenclatuur
1. Is een voorschrift noodzakelijk en aan welke vereisten moet het voldoen?
2. Mag ik prestaties aanrekenen voor verzorging verleend in een ziekenhuis?
3. Mag ik prestaties aanrekenen voor verzorging verleend in rust- en
verzorgingsinstellingen?
4. Mag ik prestaties aanrekenen voor verzorging verleend in serviceflats ?
5. Mag ik prestaties aanrekenen voor verzorging verleend tijdens een bezoek of
raadpleging of technische verstrekking van een arts ?
6. Mag ik verstrekkingen aanrekenen aan de ziekteverzekering die
gedekt zijn door een andere verzekering?
7. Mag ik verstrekkingen aanrekenen aan de ziekteverzekering die verricht
werden in het buitenland?
8. Mag ik verstrekkingen aanrekenen die geheel of gedeeltelijk zijn
verricht door niet bevoegde personen?
9. Mag ik in de thuiszorg taken delegeren aan zorgkundigen
30
30
31
32
33
IV. Het verpleegkundig dossier
1. Moet ik voor elke patiënt een verpleegkundig dossier opstellen?
2. Welke gegevens moet het verpleegkundig dossier bevatten?
3. Hoe lang moet ik het verpleegkundig dossier bewaren?
4. Wie is verantwoordelijk voor het verpleegkundig dossier
33
33
33
34
34
V. Toelichting bij de verpleegkundige verstrekkingen
1. Zijn er beperkingen aan het aantal zittingen die je per dag en per
patiënt mag aanrekenen?
2. Zijn er beperkingen aan het aantal verstrekkingen die je per zitting
mag aanrekenen?
3. Zijn er beperkingen aan het aantal verstrekkingen die je voor één
patiënt per dag mag aanrekenen?
4. Onder welke voorwaarden mag ik een basisverstrekking aanrekenen?
5. Onder welke voorwaarden mag ik een van de forfaits uit rubriek II (zwaar
zorgafhankelijke patiënten) of IV (palliatieve patiënten) aanrekenen?
6. Onder welke bijkomende voorwaarden mag ik de specifieke verstrekkingen
voor palliatieve patiënten uit rubriek IV en V aanrekenen?
7. Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke verstrekkingen voor de
diabetespatiënt uit rubriek VI aanrekenen?
34
31
32
32
32
32
34
34
35
36
36
37
38
Inhoudstafel - Juni 2010
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
Hoeveel en onder welke voorwaarden mag ik toiletten aanrekenen?
Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke verstrekkingen voor
wondzorg aanrekenen
Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke technische
verpleegkundige verstrekkingen aanrekenen
Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke verstrekkingen voor
weekend en feestdagen aanrekenen?
Het verpleegkundig consult
Aanvraag- en Kennisgevingprocedure
Mag ik supplementen aanrekenen?
Mag ik mijn verplaatsingskosten aanrekenen?
Hoe moet ik de evaluatieschaal (Katzschaal) invullen?
40
41
42
42
42
43
44
44
44
VI. Hoe moet ik attesteren?
1. Ik attesteer op individuele getuigschriften voor verstrekte hulp (GVVH)
of op verzamelgetuigschriften
2. Ik attesteer via een facturatiedienst
3. Ik attesteer met papieren GVVH of via MyCareNet
4. Ik attesteer via derdebetaler
5. Mag ik uitzonderlijk de getuigschriften van een collega gebruiken?
6. Hoe bekom ik mijn getuigschriften voor verstrekte hulp?
45
45
46
46
46
46
47
VII.Vragen omtrent de juiste interpretatie van de nomenclatuur
47
3eDeel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt
49
I. Verschillende soorten verzekeringen voor geneeskundige verzorging
1. De verplichte verzekering voor personen die van het Belgische sociale zekerheidssysteem genieten
2. De aanvullende verzekering
3. Andere verzekeringen
4. Private en individuele verzekeringen
5. Vlaamse zorgverzekering
6. Specifieke verzekeringen
50
50
50
50
51
51
51
II. De verzekerbaarheid “geneeskundige verzorging”
1. Voor personen die genieten van het Belgische sociale zekerheidssysteem
2. Voor personen die tijdelijk in België verblijven
3. Asielzoekers
51
51
52
52
III. Wat betaalt de patiënt voor zijn medische zorg?
1. Remgeld
2. Wat is de Maximumfactuur (MAF) en wie heeft er recht op?
3. Derdebetalersregeling
4. Hoeveel mag ik aanrekenen?
54
54
55
56
57
IV. Zorgen verleend door geïntegreerde diensten voor thuisverzorging
58
3
4
Inhoudstafel - Juni 2010
V. Zorgtrajecten
1. Wat zijn zorgtrajecten?
2. Rol van de verpleegkundige in het zorgtraject diabetes
58
58
58
VI. Rechten van de patiënt
1. Definities en toepassingsgebied
2. Welke rechten voorziet de wetgever voor de patiënt?
3. Wie vertegenwoordigt de patiënt in geval van minderjarigheid of bij het
onvermogen zelf zijn rechten uit te oefenen?
59
59
59
61
4eDeel - Communicatie met het RIZIV
63
I.Omzendbrieven
II.De website van het RIZIV www.riziv.be
III.Meer info nodig ?
64
64
65
5eDeel - Provinciale geneeskundige commissies
van de FOD Volksgezondheid
67
Lijst met adressen van de provinicale geneeskundige commissies
68
Index
70
Inleiding - Juni 2010
Inleiding
Deze brochure heeft als bedoeling een antwoord te bieden (direct of via verwijzing naar meer gespecialiseerde sites) op de meest courante vragen die je als beginnend verpleegkundige in de thuiszorg
kunt stellen. Ze heeft niet de bedoeling een antwoord te geven op alle mogelijke vragen of situaties
die zich in de praktijk kunnen voordoen.
Het is geen “cursus” die van A tot Z moet doorgenomen worden maar een naslagwerk waar je
concrete antwoorden kunt vinden. Om die reden hebben we geopteerd voor een gedetailleerde
inhoudstafel en index.
Omdat je als verpleegkundige binnen het gezondheidssysteem een belangrijke begeleidingsfunctie
vervult, hebben we ook informatie toegevoegd die niet direct voor jou van belang is maar wel voor
je patiënt zoals de wet op de patiëntenrechten...
We hebben ons uit praktische overwegingen beperkt tot informatie van algemeen belang.
}}
}}
}}
}}
}}
In het 1e deel, “Algemeen kader”, worden de meer administratieve aspecten van je beroep toegelicht (erkenning, bevoegdheid, responsabilisering, overeenkomst).
Het 2e deel, “de nomenclatuur” legt uit hoe je je prestaties moet aanrekenen.
In het 3e deel, “de verpleegkundige en zijn patiënt” wordt de verzekering voor geneeskundige
verzorging (vroeger ziekteverzekering) toegelicht vanuit het standpunt van de patiënt (verzekerbaarheid, prijsvorming, MAF, rechten van de patiënt).
In het 4e deel, “Communicatie” leggen we uit hoe U als zorgverlener met het RIZIV en met de
Dienst Geneeskundige Evaluatie en Controle (DGEC) in het bijzonder kunt communiceren.
Ter aanvulling van de lijst met nuttige contacten, geeft het 5e deel ook de gegevens van de Provinciale medische commissies van de FOD Volksgezondheid.
Deze brochure vervangt de wetgeving niet. Waar mogelijk wordt verwezen naar de officiële teksten.
Bij verwijzing naar de wet wordt steeds de datum van afkondiging vermeld. Citaten uit wetteksten
zijn in cursief gezet.
De bijgewerkte (geconsolideerde) versie van de wetgevingen in referentie is te raadplegen
op de websites van:
}} RIZIV: www.riziv.be > wilt U meer weten > reglementering > databank Docleg
}} FOD Justitie: www.just.fgov.be > Belgische staatsblad > Belgische wetgeving.
De infobox is, in een regelmatig bijgewerkte versie elektronisch beschikbaar. Om op de
hoogte te blijven van de laatste wijzigingen van de wetgeving en van de brochure raden we
je aan regelmatig de website van het RIZIV te raadplegen.
We wensen je veel leesplezier.
De Dienst geneeskundige Evaluatie en Controle van het RIZIV.
5
6
Inleiding - Juni 2010
Uw opmerkingen en suggesties zijn welkom op
}} het e-mailadres: i&[email protected]
}} per post: RIZIV, DGEC, i&C-team, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel.
Voor vragen kunt u ook telefonisch terecht bij het call center van de dienst Geneeskundige
Verzorging van het RIZIV
}} op het nummer 02/739.74.79 op maandag en donderdag tussen 13 en 16u, op dinsdag,
woensdag en vrijdag tussen 9 en 12 uur
}} in de kantoren van het RIZIV tussen 9 en 12u of na afspraak op het volgende adres:
Tervurenlaan 211, 1150 Brussel
Beding van afwijzing van aansprakelijkheid: aan de informatie die in het document is vermeld,
kunnen geen rechten of aanspraken worden ontleend. Bij twijfel of betwisting geldt enkel de
wetgeving.
1 Deel
Algemeen kader
e
8
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
Dit deel behandelt de meer administratieve aspecten van je beroep. Welke stappen moet je zetten
om te kunnen starten (erkenning, RIZIV- nummer)? Welke handelingen mag je verrichten? Wat is
je verantwoordelijkheid op sociaal, financieel en juridisch vlak ? Welke zijn de opdrachten van het
RIZIV? Wat betekent de nationale overeenkomst voor verpleegkundige?
I.Administratieve voorwaarden om de
verpleegkunde te mogen uitoefenen in de
thuiszorg
1.Toelating tot het beroep
Je moet houder zijn van een van de volgende diploma’s/brevetten beroepstitels1 :
}}
}}
}}
}}
}}
}}
diploma van gegradueerde in de verpleegkunde
revet van verpleger of verpleegster
b
brevet van verpleegassistent(e)
brevet van ziekenhuisassistent(e)
diploma in de verpleegkunde
diploma van bachelor in de verpleegkunde.
Meer informatie over de opleiding verpleegkunde kunt u vinden bij het ministerie van onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap www. vlaanderen.be
Je moet je diploma laten viseren door de provinciale geneeskundige commissie van de FOD-volksgezondheid in de provincie waar je je wenst te vestigen (zie 5e Deel voor adressen).
Voor bijkomende informatie en adressen van de provinciale geneeskundige commissie en
aanvraag van erkenningsformulieren: FOD volksgezondheid: www.health.fgov.be >
gezondheidszorg > gezondheidsberoepen > verpleegkunde > toegang tot het beroep
1.
K.B. nr. 78 van 10 november 1967, betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, art 21 quater § 1, 2 en 3, genaamd K.B. 78 .
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
2.Het verkrijgen van een RIZIV-nummer
Je hebt een RIZIV- nummer nodig indien je prestaties aanrekent via de nomenclatuur. Een RIZIVnummer is dus niet nodig indien je bijvoorbeeld alleen verzorging verleent in een ziekenhuis. Indien
je werkzaam bent in een rustoord is het hebben van dit nummer aan te raden om administratieve
reden. Dit nummer moet je op alle officiële stukken vermelden (getuigschriften, briefwisseling , evaluatieschalen, enz.).
Getuigschriften voor verstrekte hulp mogen slechts opgesteld worden vanaf het moment dat je over
dit nummer beschikt.
De aanvraag dient schriftelijk te gebeuren op het volgende adres: RIZIV (Dienst geneeskundige
verzorging), Afdeling Verpleegkundigen, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel. Bij uw aanvraag voegt u
een gelegaliseerd (voor eensluidend verklaard) afschrift van het diploma dat geviseerd werd door
de provinciale geneeskundige commissie.
Bijkomende informatie is te bekomen op hetzelfde adres of telefonisch op het nummer van
het call center van de Dienst voor geneeskundige verzorging: 02/739.74.79 op maandag en
donderdag tussen 13 en 16u, op dinsdag, woensdag en vrijdag tussen 9 en 12 uur.
Elk RIZIV-nummer is uniek en bestaat uit 11 cijfers. De laatste drie cijfers geven je bevoegdheidscode weer.
4 – 12345 – 67- 401
discipline
volgnummer
check-digit
qualificatie
De cijfers in je RIZIV- nummer (4/XXXXX/CD/OOO) staan voor:
}}
beroep
1e cijfer 4 = vroedvrouwen en verpleegkundigen
}}
volgnummer
2e t/m 6e cijfer
}}
}}
Voor de vroedvrouwen, gemachtigd tot het verlenen van verloskundige verstrekkingen : een
volgnummer tussen 00001 en 09999.
Voor de verpleegkundigen, ingeschreven op de lijst aangelegd door het Verzekeringscomité
van de Dienst voor geneeskundige verzorging : een volgnummer tussen 10001 en 99999.
}}
check-digit (voor de interne controle van het nummer)
7e en 8e cijfer
}}
bevoegdheid van de zorgverlener
9e, 10e et 11e cijfer
9
10
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
De belangrijkste bevoegdheidscodes voor de verpleegkundigen zijn:
Code
002
401
404
405
407
408
411
417
418
421
422
428
431
438
441
442
448
451
458
461
462
468
471
478
Bevoegdheid
Vroedvrouwen, gemachtigd tot het verlenen van verloskundige verstrekkingen
Gegradueerde verpleegsters en ermee gelijkgestelde
Verzorgsters, die zijn erkend vóór 1 januari 1964 en het behoud van die erkenning gevraagd
hebben
Medewerksters, die vóór 1 januari 1964 tijdelijk zijn erkend en het behoud van die erkenning
gevraagd hebben
Verpleegassistenten en ermee gelijkgestelden
Verpleegsters met brevet
Gegradueerde verpleegkundigen, erkend in het kader van de E.E.G.
Verpleegassistenten, erkend in het kader van de E.E.G.
Verpleegkundigen, erkend in het kader van de E.E.G.
Gegradueerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
wondzorg
Vroedvrouwen + referentieverpleegkundigen inzake wondzorg
Gebrevetteerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
wondzorg
Gegradueerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake wondzorg
Gebrevetteerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake wondzorg
Gegradueerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
diabetes
Vroedvrouwen + referentieverpleegkundigen inzake diabetes
Gebrevetteerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
diabetes
Gegradueerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake diabetes
Gebrevetteerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake diabetes
Gegradueerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
diabetes en wondzorg
Vroedvrouwen + referentieverpleegkundigen inzake diabetes en wondzorg
Gebrevetteerde verpleegkundigen en ermee gelijkgestelde + referentieverpleegkundigen inzake
diabetes en wondzorg
Gegradueerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake diabetes en wondzorg
Gebrevetteerde verpleegkundigen, erkend in ’t kader van E.E.G + referentieverpleegkundigen
inzake diabetes en wondzorg
3.Het verkrijgen van bijzondere beroepstitels of
beroepsbekwaamheden2
De bijzondere beroepstitels en beroepsbekwaamheden zijn opgesomd in het K.B. van 27 september 2006.
Op dit ogenblik voorziet de nomenclatuur geen verstrekkingen waarvoor het bezit van een bijzondere beroepstitel is vereist.
Meer info op de website van de FOD Volksgezondheid: www.health.fgov.be >
gezondheidszorg > gezondheidsberoepen > verpleegkundigen > toegang tot het beroep >
bijzondere beroepstitels.
2. K.B. 21 april 2007 vaststelling van de erkenningsprocedure waarbij beoefenaars van de verpleegkunde ertoe gemachtigd worden een bijzondere beroepstitel
te dragen of zich op een bijzondere beroepsbekwaamheid te beroepen.
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
4.Referentieverpleegkundigen
Sommige prestaties inzake wondzorg en diabetes zijn alleen vergoedbaar voor referentieverpleegkundigen.
Meer info op de website van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners > andere zorgverleners >
verpleegkundigen > Informatie per thema > referentieverpleegkundigen > richtlijnen.
De Provinciale Geneeskundige Commissie (PGC) is samengesteld uit vaste ambtenaren en
uit personen afkomstig uit het terrein, die telkens voor een periode van 6 jaar benoemd
worden. De Voorzitter en de Ondervoorzitter zijn beide artsen; daarnaast worden er per erkende en
betrokken beroepsgroep (artsen, apothekers, tandartsen, veeartsen, vroedvrouwen, verpleegkundigen; kinesitherapeuten) 2 leden en 2 vervangers benoemd.
Voornaamste taken van de PGC3:
}}
de overheid alle maatregelen voorstellen die bijdragen tot de Volksgezondheid (o.a. bij crisissen).
ervoor zorgen dat de beoefenaars meewerken aan de uitvoering van de door de overheid opgelegde maatregelen met het oog op het voorkomen of bestrijden van ziekten met verplichte
aangifte of van overdraagbare ziekten.
het visum verlenen (al of niet voorwaardelijk) of intrekken.
het opsporen en vaststellen van het onwettige uitoefenen van de geneeskunde.
het functioneren als deontologische kamer voor de beroepsgroepen zonder Orde
toezicht houden op de wachtdienstregeling van de geneeskundige beroepen (artsen, apothekers, tandartsen en vroedvrouwen) en in geval van een tekort eventueel zelf een wachtbeurtregeling opleggen.
procedures in gang zetten bij diefstal van voorschriften of stempel.
3.
K.B. nr. 78 van 10 november 1967.
}}
}}
}}
}}
}}
}}
11
12
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
II.De verpleegkundige handelingen
1.Welke handelingen vallen onder de uitoefening
“verpleegkunde”?
Onder uitoefening van de verpleegkunde wordt verstaan het vervullen van de volgende activiteiten4 :
“a) - het observeren, het herkennen en het vastleggen van de gezondheidsstatus zowel op psychisch,
fysisch als sociaal vlak;
- Het omschrijven van verpleegproblemen;
-Het bijdragen aan de medische diagnose door de arts en aan het uitvoeren van de voorgeschreven
behandeling;
- Het informeren en adviseren van de patiënt en zijn familie;
- Het voortdurend bijstaan, uitvoeren en helpen uitvoeren van handelingen, waardoor de verpleegkundige het behoud, de verbetering en het herstel van de gezondheid van gezonde en zieke personen en
groepen beoogt;
- Het verlenen van stervensbegeleiding en begeleiding bij de verwerking van het rouwproces;
b) de technisch- verpleegkundige verstrekkingen waarvoor geen medisch voorschrift nodig is, alsook
deze waarvoor wel een medisch voorschrift nodig is.
Die verstrekkingen kunnen verband houden met de diagnosestelling door de arts, de uitvoering van
een door de arts voorgeschreven behandeling of met het nemen van maatregelen inzake preventieve
geneeskunde.
c) de handelingen die door een arts kunnen worden toevertrouwd overeenkomstig artikel 5, § 1, tweede
en derde lid.”
2.Welke zijn de technische verpleegkundige
verstrekkingen?
Deze handelingen zijn opgesomd in de hierna volgende lijst5.
De lijst maakt onderscheid tussen verstrekkingen waarvoor geen voorschrift van een arts nodig is
(B1) en die waarvoor dit voorschrift wel nodig is (B2).
De hier vermelde voorwaarde van een voorschrift moet gezien worden vanuit het oogpunt van
de bevoegdheid om die handeling te mogen verrichten en niet vanuit het oogpunt van de
vergoedbaarheid van deze handeling volgens de nomenclatuur.
Een bijgewerkte versie van deze lijst is terug te vinden op : www.health.fgov.be >
gezondheidszorg > gezondheidsberoepen > verpleegkundige > wetgeving > technisch
verpleegkundige verstrekkingen en handelingen.
4.
5.
K.B. nr. 78 van 10 november 1967, art. 21 quinquies.
K.B. van 18 juni 1990, in toepassing van art. 21 quinquies, § 3 van het K.B. nr. 78 van 10 november 1967 bijlage I
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
B1 Verstrekkingen zonder voorschrift
B2 Verstrekkingen op voorschrift
1 Behandelingen
Ademhalingsstelsel
}} Luchtwegenaspiratie en -drainage.
}} Verpleegkundige verzorging aan en toezicht op patiënten met een kunstmatige luchtweg.
}} Gebruik van en toezicht op toestellen voor gecontroleerde beademing.
}} Cardiopulmonaire resuscitatie met niet-invasieve
hulpmiddelen
}} Zuurstoftoediening.
Bloedsomloopstelsel
Plaatsen van een intraveneuze katheter in een perifere vene, bloedafneming en intraveneuze perfusie
met een isotonische zoutoplossing, eventueel met
gebruik van een debietregelaar
}} Plaatsen van een intraveneuze perfusie met een isotonische zoutoplossing via een subcutaan poortsysteem dat verbonden is met een ader, bloedafneming
en gebruik van een debietregelaar.
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Spijsverteringsstelsel
}} Manuele verwijdering van fecalomen.
}}
}}
Urogenitaal stelsel en verloskunde
}} Vaginale spoeling
}} Aseptische vulvazorg
}}
}}
Huid en zintuigen
Voorbereiding, uitvoering van en toezicht op:
}} wondzorg
}} de verzorging van stomata, wonden met wieken
en drains
}} verwijderen van losse vreemde voorwerpen uit
de ogen
}}
}}
}}
}}
}}
ebruik en toezicht op thoraxdrainagesysteem.
G
Cardiopulmonaire resuscitatie met invasieve
hulpmiddelen.
Aanbrengen van verbanden en kousen ter
preventie en/of behandeling van veneuze aandoeningen.
Voorbereiding, toediening van en toezicht op
intraveneuze perfusies en transfusies eventueel
met technische hulpmiddelen.
Gebruik van en toezicht op toestellen voor extracorporele circulatie en contrapulsatie.
Verwijderen van arteriële en diepveneuze katheders
De afname en behandeling van transfusiebloed
en van bloedderivaten.
Het verrichten van de aderlating.
Voorbereiding, uitvoering en toezicht op:
}} maagspoeling
}} darmspoeling
}} lavement
}} gastro-intestinale tubage en drainage
Verwijdering, vervanging na fistelvorming (met
uitzondering van de eerste vervanging uit te
voeren door de arts) en toezicht op de percutane gastrostomiesonde met ballon
Voorbereiding, uitvoering en toezicht op:
}} blaassondage
}} blaasinstillatie
}} drainage van de urinaire tractus
Verwijdering, vervanging na fistelvorming (met
uitzondering van de eerste vervanging uit te
voeren door de arts) en toezicht op de suprapubische blaassonde met ballon
Voorbereiding, uitvoering van en toezicht op:
}} verwijderen van cutaan hechtingsmateriaal,
wieken, drains en cutane katheters
}} spoeling van neus, ogen en oren
}} warmte- en koudetherapie: therapeutische
baden
Verwijderen van een epidurale katheter
Toepassen van therapeutische lichtbronnen.
Het plaatsen van kopglazen, bloedzuigers en
larven.
13
14
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
B1 Verstrekkingen zonder voorschrift
B2 Verstrekkingen op voorschrift
Metabolisme
}}
}}
Voorbereiding, uitvoering van en toezicht op
technieken van:
}} hemodialyse
}} hemoperfusie
}} plasmaforese
}} peritoneale dialyse
In evenwicht houden van de vochtbalans
Medicamenteuze toedieningen
}}
}}
Voorbereiding en toediening van medicatie via
de volgende toegangswegen:
}} oraal (inbegrepen inhalatie)
}} rectaal
}} vaginaal
}} subcutaan
}} intramusculair
}} intraveneus
}} via luchtweg
}} hypodermoclyse
}} via gastro-intestinale katheter
}} via drain
}} oogindruppeling
}} oorindruppeling
}} percutane weg
Voorbereiding en toediening van een medicamenteuze onderhoudsdosis via een door de
arts geplaatste katheter: epiduraal, intrathecaal, intraventriculair, in de plexus, met als doel
een analgesie bij de patiënt te bekomen.
Bijzondere technieken
}}
}}
}}
Verpleegkundige zorg aan en toezicht op prematuren met gebruik van incubator.
Toezicht op de voorbereiding van te steriliseren materialen en op het sterilisatieproces.
Manipulatie van radioactieve producten.
2. Voedsel- en vochttoediening
}} Enterale vocht- en voedseltoediening
3. Mobiliteit
}} De patiënt in een functionele houding brengen met
technische hulpmiddelen en het toezicht hierop.
4. Hygiëne
}} Specifieke hygiënische zorgen als voorbereiding op
een onderzoek of behandeling.
}} Hygiënische zorg bij patiënten met ADL (activiteiten
dagelijkse leven)-dysfunctie.
}}
}}
}}
}}
Verwijderen van gipsverbanden
Drainage van intracerebraal vocht via een ventrikeldrain onder permanente controle van de
intracraniële druk
Toepassing van de behandelingen tot immobilisatie van alle letsels, na eventuele manipulatie
door de arts, zoals het aanbrengen van verbanden in gips en gipsvervangende producten
en het toepassen van andere technieken tot
immobilisatie
Parenterale voeding
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
B1 Verstrekkingen zonder voorschrift
B2 Verstrekkingen op voorschrift
5. Fysische beveiliging
}} Vervoer van patiënten die een bestendig toezicht
nodig hebben.
}} Maatregelen ter voorkoming van lichamelijke letsels:
fixatiemiddelen, isolatie, beveiliging, toezicht.
}} Maatregelen ter preventie van infecties.
}} Maatregelen ter preventie van decubitusletsels
6. Verpleegkundige activiteiten die verband houden met het stellen van de diagnose en de behandeling
}} Meting van de parameters behorende tot de ver- }} Voorbereiding van en assistentie bij invasieve
schillende biologische functiestelsels
ingrepen tot diagnosestelling.
}} Gebruik van apparaten voor observatie en behandeling van de verschillende functiestelsels.
}} Staalafneming en collectie van secreties en excreties.
}} Bloedafneming:
}} door veneuze en capillaire punctie
}} langs aanwezige arteriële katheter
}} Uitvoeren en aflezen van cutane en intradermotesten
7. Assistentie bij medische handelingen
}} Beheer van de chirurgische en anesthesiologische }} Deelneming aan de assistentie en aan het toeuitrusting.
zicht tijdens de anesthesie.
}} Voorbereiding van de patiënt op de anesthesie en op }} Voorbereiding, assistentie en instrumenteren bij
de chirurgische ingreep
medische en chirurgische ingrepen.
8. Verstrekkingen voorbehouden voor de verpleegkundigen gespecialiseerd in intensieve zorg en
spoedgevallen
}} Cardiopulmonaire resuscitatie met invasieve middelen,
}} Beoordeling van de parameters behorende,tot de
cardiovasculaire, respiratoire en neurologische functiestelsels,
}} Gebruik van toestellen voor het bewaken van de cardiovasculaire, respiratoire en neurologische functiestelsels,
}} Onthaal, evaluatie, triage en oriëntatie van de
patiënten.
15
16
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
3.Welke zijn de geneeskundige handelingen die een arts
aan een verpleegkundige kan toevertrouwen?
De medische handelingen die een arts aan een beoefenaar van de verpleegkunde kan toevertrouwen bevinden zich op de hieronder vermelde lijst (lijst C6). Deze handelingen moeten steeds worden
voorgeschreven en uitgevoerd onder welbepaalde voorwaarden.
1. Voorbereiding en toediening van chemotherapeutische middelen en isotopen.
2. Voorbereiding en toepassing van therapieën met radioactieve materialen en met stralings- apparatuur.
3. Beoordeling van de parameters behorende tot de verschillende biologische functiestelsels.
4. Bediening van toestellen voor medische beeldvorming.
5. Analysen, die tot de klinische biologie behoren, op lichaamsvochten, excreties, urine en
vol bloed door middel van eenvoudige technieken in de nabijheid van de patiënt uitgevoerd,
onder de verantwoordelijkheid van een erkend klinisch laboratorium.
6. Voorbereiding en toediening van vaccins, in aanwezigheid van een arts.
7. Vervanging van de externe tracheacanule.
8. Het debrideren van decubituswonden
9. Voorbereiding, assistentie, instrumenteren en post-operatieve zorg bij keizersnede.
10.Het uitvoeren van alle verpleegkundige handelingen (B1, B2 lijst) en toevertrouwde medische handelingen tijdens de zwangerschap, de bevalling en het postpartum, in zover deze
betrekking hebben op pathologie of afwijkingen al dan niet veroorzaakt door de zwangerschap en in het kader van de multidisciplinaire samenwerking binnen de voor de betrokken
pathologie gespecialiseerde diensten.
11.Bloedafneming door arteriële punctie.
12.Plaatsen van een intra-osseuse katheter (alleen wanneer gespecialiseerd in intensieve
zorgen en spoedgevallenzorg)
6.
K.B. van 18 juni 1990, in toepassing van het K.B. nr. 78 van 10 november 1967, art. 21 quinquies, § 3 van bijlage II.
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
III.Maatschappelijke en financiële
verantwoordelijkheid van de zorgverlener
1.Zijn er beperkingen aan de therapeutische vrijheid van
artsen en tandartsen ?
De “therapeutische vrijheid” waarover artsen en tandartsen beschikken is niet onbeperkt. Ze moeten zich onthouden van het voorschrijven, uitvoeren of laten uitvoeren van overbodige of onnodig
dure verstrekkingen ten laste van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen7.
Ook het aanzetten tot het uitvoeren of voorschrijven van overbodige verstrekkingen is niet
toegelaten.
2.Wat is mijn verantwoordelijkheid als verpleegkundige?
Andere zorgverleners dan artsen en tandartsen mogen geen onnodig dure of overbodige verstrekkingen ten laste van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging uitvoeren of laten
uitvoeren8.
Toch ben je als verpleegkundige verplicht het doktersvoorschrift strikt uit te voeren9.
Je kan evenwel weigeren om het uit te voeren (met in acht name van de continuïteit van de zorg).
Je kan ook, indien de prestaties niet vergoedbaar zijn, ze ten laste leggen van de patiënt.
3.Financiële gevolgen voor mij en mijn patiënt wanneer
verstrekkingen ten onrechte door de ziekteverzekering
werden vergoed
Voor verstrekkingen die ten onrechte werden vergoed omdat je niet over de vereiste bevoegdheid
beschikt of je niet aan de wets- of verordeningsbepalingen hebt gehouden voorziet de wet het volgende10 :
}}
}}
}}
}}
indien je het honorarium van deze verstrekkingen hebt geïnd ben je tot terugbetaling verplicht.
indien je het honorarium van deze verstrekkingen niet hebt ontvangen dan ben jij samen met
de patiënt hoofdelijk (dus niet voor een deel maar voor gans het bedrag) aansprakelijk voor de
terugbetaling.
indien deze verstrekkingen langs de derdebetalersregeling zijn betaald, ben jij verantwoordelijk
voor de terugbetaling.
indien een natuurlijke persoon of een rechtspersoon deze verstrekkingen voor eigen rekening
heeft geïnd, is deze samen met jou hoofdelijk aansprakelijk voor de terugbetaling.”
Zie ook 2e Deel, VI.
7.
8.
9.
10.
Wet betreffende de verplichte verzekeringen voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, GVU-wet art. 73, § 1.
GVU-wet, art.73 § 1.
K.B. 03-juli-1996, art .105.
GVU-wet, art 164.
17
18
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
4.Op welke manier kan ik aansprakelijk gesteld worden
voor mijn verpleegkundig handelen?
Algemeen wordt
gesteld dat de zorgverlener naar zijn patiënt
toe een middelenverbintenis heeft en geen
resultaatsverbintenis
(art.1137 van het
Burgerlijk wetboek).
Alle nodige middelen
dienen dus te worden
ingezet om een goed
resultaat te bekomen
zonder dat de garantie
op succes kan worden
gegeven.
Uw handelen kan beoordeeld worden volgens verschillende wetgevingen.
Administratief: volgens de GVU-wetgeving met als controlerend orgaan de DGEC
Meer informatie op de website van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Zorgverleners >
Algemene info > “DGEC opdrachten en procedures”.
Strafrechterlijk: volgens het strafrecht:bij inbreuken o.a. op het beroepsgeheim, bij fraude of valsheid in geschriften (correctionele rechtbank).
Burgerlijk: volgens het burgerlijk recht (bvb schade bij medische fouten of schade zonder medische
oorzaak)11. In geval van schade berust de bewijslast bij de patiënt.
5.Mag ik als verpleegkundige weigeren een handeling uit
te voeren?
Als verpleegkundige mag je weigeren handelingen uit te voeren waarvoor je bevoegd bent maar
onvoldoende bekwaam . “De voorgeschreven technische verstrekkingen en toevertrouwde handelingen moeten behoren tot de normale kennis en bekwaamheid van de verpleegkundige”12
Men mag echter van jou verwachten dat je de courante verstrekkingen en handelingen correct en
veilig kan uitvoeren.
Een verpleegkundige mag ook weigeren een handeling uit te voeren of er aan deel te nemen om
ethische redenen vb. in het kader van de euthanasie13.
IV.De zorgverlener en het RIZIV
1.Het RIZIV
a. Doelstellingen
Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) is een openbare instelling van
sociale zekerheid.
11. Wet van 31 maart 2010 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg.
12. K.B. 18 juni1990, art 7 ter § 1.
13. Euthanasiewet van 28 mei 2002, art. 14.
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
Het RIZIV wil de middelen die de maatschappij uittrekt voor de verzekering voor geneeskundige
verzorging en uitkeringen (verzekering GVU) zo goed mogelijk beheren. Het RIZIV werkt binnen het
wettelijk kader en in overleg met de betrokken actoren (de sociale partners, de ziekenfondsen, de
zorgverleners, enz.), zodat :
}}
}}
}}
}}
de bevolking toegang heeft tot de noodzakelijke geneeskundige verzorging, dat die verzorging
van goede kwaliteit en doeltreffend is en dat ze wordt verstrekt tegen de overeengekomen tarieven
de sociaal verzekerden - werknemers en zelfstandigen - een aangepast vervangingsinkomen
genieten in geval van arbeidsongeschiktheid of moederschapsverlof, met de mogelijkheid tot
re-integratie
er een adequate financiering is van de activiteiten van de zorgverleners en de ziekenfondsen
er een correct gebruik is van de middelen, bestemd voor de GVU-verzekering, en alle betrokkenen de wettelijke verplichtingen naleven.
b. Structuur
Het RIZIV telt 5 diensten:
}}
}}
}}
}}
}}
de Dienst voor geneeskundige verzorging, verantwoordelijk voor het beheer van de verzekering
voor geneeskundige verzorging
de Dienst voor uitkeringen, verantwoordelijk voor het beheer van de arbeidsongeschiktheid, de
moederschaps-, vaderschaps- en adoptieverzekering en de uitkeringen voor begrafeniskosten
de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle, die de toepassing van de RIZIV-wetgeving
bewaakt (op het niveau van de praktijkvoering)
de Dienst voor administratieve controle, die een administratieve controle uitoefent op onder
andere de ziekenfondsen. Samen met de ziekenfondsen beheert en controleert de Dienst onder
andere de goede werking van de maximumfactuur (MAF), het stelsel van de verhoogde tegemoetkoming en het Omnio-statuut.
de Algemeen ondersteunende diensten.
Algemeen beheerscomité
Administrateur generaal & adjunct-administrateur-generaal
Algemene
raad
verzekeringscomité
Beheerscomité
Comité
Comité
Dienst voor
geneeskundige evaluatie
en controle
Dienst voor
administratieve controle
Algemene
regeling
Regeling voor
zelfstandigen
Mijnwerkers
Dienst voor
geneeskundige
verzorging
Dienst voor
uitkeringen
Algemeen
ondersteunende
diensten
19
20
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
2.De Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle
(DGEC)
Het einddoel van de DGEC is bijdragen tot een optimale aanwending van de middelen van de
verzekering GVU.
Om dat doel te bereiken, volgt de dienst 3 strategieën:
a. Informatie
Door de zorgverleners beter te informeren, moeten inbreuken tegen de wetgeving door onwetendheid worden voorkomen.
De DGEC realiseert die informatieopdracht in samenwerking met de andere diensten van het RIZIV.
Enkele voorbeelden :
informeren over veranderingen in de wetgeving (via internet en omzendbrieven)
ter beschikking stellen van pertinente informatie via het internet (wetgeving, nomenclatuur,
farmaceutische producten, enz.)
praktische brochures maken in een toegankelijke taal voor de startende zorgverlener
feedback geven in verband met de resultaten van de evaluatie- en controleactiviteiten, met
de bedoeling de zorgverlener te wijzen op (mogelijke) inbreuken op de wetgeving.
Meer info op de site van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners > Algemene info >
Rechtspraak Comité van DGEC.
b. Évaluation
Bij evaluatie neemt men niet de praktijkvoering van de individuele zorgverlener onder de loep, maar
wel van een groep zorgverleners, geselecteerd op basis van criteria zoals discipline, voorschrijfgedrag, medische consumptie.
Het doel van de evaluatie is hoofdzakelijk preventief: de zorgverleners informeren over de bij hen
vastgestelde afwijkingen.
c. Controle
De dienst heeft de taak na te gaan of de verstrekkingen uit de ziekteverzekering en de uitkeringsverzekering, verricht door de individuele zorgverlener/instelling, uitgevoerd zijn volgens de wettelijke
bepalingen.
De controle gebeurt volgens door de wet bepaalde procedures14.
Bij het vaststellen van overtredingen kunnen maatregelen volgen.
14. GVU-wet, art. 141.
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
De inbreuken worden onderverdeeld in 8 categorieën15, elk met een eigen sanctiemaat16.
1. Aanrekenen van niet verrichte verstrekkingen (realiteit).
2. Aanrekenen van verstrekkingen zonder rekening te houden met de geldende nomenclatuurregels (conformiteit) of andere voorwaarden (onder andere het nationaal akkoord,
conventies, enz.).
3. Aanrekenen van verstrekkingen die noch curatief noch preventief zijn m.a.w. niet in de
nomenclatuur voorziene verstrekkingen (art 34 GVU-wet) bvb. esthetische ingrepen.
4. Aanrekenen van overbodige of onnodig dure verstrekkingen (overconsumptie).
5. Voorschrijven van onnodig dure of overbodige verstrekkingen (overvoorschrijven).
6. Voorschrijven van onnodig dure of overbodige geneesmiddelen (geneesmiddelen hoofdstuk II, zonder voorafgaande toelating adviserend geneesheer).
7. Administratieve inbreuken.
8. Aanzetten tot het uitvoeren of voorschrijven van overbodige of onnodig dure verstrekkingen.
Als verpleegkundige zijn voor jou vooral de overtredingen 1, 2 en 7 van belang.
De hierboven opgenoemde overtredingen zijn ook van toepassing op natuurlijke of rechtspersonen
die
}}
}}
}}
zorgverleners te werk stellen
de verlening van verzorging organiseren
de inning van vergoedingen van de ziekteverzekering organiseren17.
Meer info op de site van het RIZIV: www.riziv.be
}} over de werking v/d DGEC > Zorgverleners > Algemene informatie > “DGEC:
Opdrachten en procedures”
}} over de structuur van de DGEC: RIZIV > Administratieve structuur > Dienst geneeskundige
evaluatie en controle.
15. GVU-wet, art 73 bis.
16. GVU-wet, art 142 § 1.
17. GVU-wet, art 2, n).
21
22
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
V.De
nationale overeenkomst
tussen de verpleegkundigen en de
verzekeringsinstellingen18
1.Inhoud van de overeenkomst
Normaal worden de financiële en administratieve betrekkingen tussen patiënten en verzekeringsinstellingen enerzijds en de verpleegkundigen anderzijds bij overeenkomst geregeld19. Onder andere
de volgende elementen worden erin vastgelegd.
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Prijzen en honoraria (art. 3). Voor bepaalde categorieën van patiënten kan in een verhoogde
tegemoetkoming worden voorzien.
De vergoeding voor sommige verplaatsingkosten (art. 4).
Modaliteiten voor het aanrekenen van de verstrekkingen, het toepassen van de
derdebetalersregeling(art. 6-7). en het innen van het remgeld (art. 8)
Mogelijke gevolgen bij het niet naleven van de overeenkomst (zie verder)
De overeenkomst is budgettair geconditioneerd. Ze voorziet dan ook in correctiemaatregelen bij
overschrijding van de begrotingsdoelstellingen (art. 10).
De thuisverpleegkundige en het zorgtraject diabetes (art. 10 bis)
2.Hoe wordt een overeenkomst afgesloten?
De overeenkomst kan op nationaal en/of regionaal niveau worden afgesloten20. De toetreding gebeurt individueel21.
3.Hoe lang duurt een overeenkomst?
Normaal wordt ze afgesloten voor ten minste 2 jaar maar in uitzonderlijke omstandigheden kan die
periode korter zijn.
De overeenkomst wordt stilzwijgend verlengd van jaar tot jaar behalve indien ze wordt opgezegd22.
Indien je tot een overeenkomst bent toegetreden wordt je ook geacht toe te treden tot de overeenkomst wanneer die stilzwijgend wordt verlengd of tot de nieuwe overeenkomst die in de plaats
komt, tenzij je natuurlijk de overeenkomst opzegt met een aangetekend schrijven uiterlijk drie maanden voor de datum van verstrijken23.
18.
19.
20.
21.
22.
23.
Overeenkomst tussen de verpleegkundigen en de verzekeringsinstellingen, aangepast op 01 januari 2009, genaamd overeenkomst.
GVU-wet art. 42.
GVU-wet art. 43.
GVU-wet art. 45.
GVU-wet art. 49 § 4.
GVU-wet art. 49 § 3, 1e lid.
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
4.Maatregelen bij niet naleving
In geval van niet naleving van de overeengekomen tarieven kan de overeenkomstencommissie
boetes opleggen (een boete van driemaal het bedrag van de overschrijding). Ze kan in bepaalde
omstandigheden:
}}
}}
de overeenkomst eenzijdig voor bepaalde of onbepaalde duur opzeggen24
ook het uitsluiten uit de derdebetalersregeling behoort tot de mogelijkheden (zie 3e Deel, III, 3
Derdebetalersregeling).
5.Moet ik mijn patiënten informeren over mijn al of niet
toetreding tot het akkoord?
Je bent verplicht om in je praktijk op een voor de patiënt zichtbare plaats de nodige informatie
aan te brengen met betrekking tot de tarifering en het al of niet toetreden tot de nationale overeenkomst. Indien je met meerdere personen op de zelfde plaats werkt mag je deze mededeling
gemeenschappelijk of gecentraliseerd organiseren25.
Indien je niet toetreedt tot de overeenkomst vermindert de tegemoetkoming van de verplichte
verzekering met 25 % wat leidt tot een verhoging van het remgeld.
Meer info op de website van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Zorgverleners > Andere
zorgverleners > Verpleegkundigen > Algemene informatie > Overeenkomst gecoördineerde
tekst.
VI.Ondersteunende maatregelen
1.Tegemoetkoming in een softwarepakket
Er is een tegemoetkoming voorzien voor het aanschaffen van een door de Fod Volksgezondheid
gehomologeerde softwarepakket (800 EUR voor 2009).
Je moet hiervoor :
}}
}}
}}
tot de overeenkomst zijn toegetreden voor het volledige jaar waarop deze tegemoetkoming betrekking heeft;
de verpleegkunde uitoefenen in hoofdberoep
in de loop van het jaar waarvoor je de tegemoetkoming vraagt een minimale activiteit hebben
gehad (≥ 33.000 EUR aan tegemoetkomingen in het kader van artikel 8 van de nomenclatuur).
Voor meer informatie en het aanvraagformulier: www.riziv.be > Zorgverleners > Andere
zorgverleners > Verpleegkundigen > informatie per thema > RIZIV, tegemoetkoming in de
kosten van het softwarepakket.
24. Overeenkomst art. 9.
25. GVU-wet, 73, §1.
23
24
1e Deel - Algemeen kader - Juni 2010
2.Forfaitaire tegemoetkoming voor de specifieke
beheerskosten van de diensten thuisverpleging26
Een dienst thuisverpleging kan een forfaitaire tegemoetkoming bekomen voor de kosten verbonden
aan de opgelegde beheersverplichtingen.
Deze tegemoetkoming bedraagt voor 2009 13.064 EUR per trimester, berekend op basis van 14
VolTijdsEquivalent verpleegkundigen (VTE).
Om aanspraak te hebben op deze tegemoetkoming moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
de dienst wordt geleid door verpleegkundigen die verantwoordelijk zijn voor de organisatie van
de dienst thuisverpleging, voor de coördinatie, de programmering, de continuïteit, de kwaliteit
en de evaluatie van de verzorging en die gezag en toezicht uitoefenen
het personeelsbestand bestaat uit minimum 7 VTE verpleegkundigen (de verantwoordelijke verpleegkundigen niet meegerekend)
er is een permanente opleiding voor de verpleegkundigen van ten minste 20 uur per jaar en per
VTE
de dienst voorziet voor de opvolging van de patiënten per VTE en per jaar in 25 uur overlegvergadering en peer review
de dienst moet beschikken over een uniek derdebetalersnummer
een verantwoordelijke verpleegkundige mag per kwartaal slechts het aantal verstrekkingen verrichten dat overeenstemt met een totaal aan honoraria dat gelijk is aan 2 000 maal de waarde
van de sleutelletter W
per kwartaal moet de gemiddelde dagelijkse activiteit per VTE verpleegkundige, zonder rekening te houden met de verantwoordelijke verpleegkundige, tussen 13 en 23 basisverstrekkingen
liggen.
Meer informatie op de website van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners > Andere
zorgverleners > Verpleegkundigen > informatie per thema > Forfaitaire tegemoetkoming
diensten thuisverpleging.
3.Pilootproject voor gegevensregistratie aan het bed van
de patiënt (VINCA-project)
Dit pilootproject heeft als doel de ambulante verpleegkundige administratief te ondersteunen.
Door het gebruik van een draagbare computer kan hij gegevens invoeren thuis bij de patiënt.
Een eenmalig financiële tussenkomst van het RIZIV is voorzien.
Meer informatie op de website van de FOD Volksgezondheid: www.health.fgov.be >
Gezondheidzorg > Telematica.
26. K.B. van 16 april 2002, houdende vaststelling van de forfaitaire tegemoetkoming.
2 Deel
Aanrekenen van
verpleegkundige
verstrekkingen
e
26
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
In dit deel vind je informatie over de nomenclatuur van de verpleegkundige verstrekkingen in de
thuiszorg : welke zijn deze verstrekkingen, onder welke voorwaarden mag ik ze aanrekenen; hoe stel
ik mijn getuigschriften op? enz.
I.Inleiding tot de nomenclatuur van de
verpleegkundige verstrekkingen
Voor zover wordt
voldaan aan (o.a.)de
voorschrijfverplichting
mag de verpleegkundige verstrekkingen,
die niet vergoed
worden door de
ziekteverzekering,
uitvoeren ten laste van
de patiënt.
Alleen de verpleegkundige verstrekkingen opgenomen in artikel 8 van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen (NGV) en uitgevoerd in overeenstemming met de erin vermelde voorwaarden, komen in aanmerking voor vergoeding door de ziekteverzekering.
Meer info over de nomenclatuur op de website van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners >
Nomenclatuur.
De in dit deel vermelde juridische referenties hebben betrekking op art 8 van de NGV tenzij
anders vermeld.
1.Wat houdt de nomenclatuur in?
De nomenclatuur somt de verstrekkingen op die vergoedbaar zijn door de ziekteverzekering.
Voor elke verstrekking geeft de nomenclatuur de volgende informatie:
}}
}}
}}
}}
de bevoegdheid vereist om de verstrekking te mogen aanrekenen aan de ziekteverzekering (zie
ook 2e Deel, titel II, 2)
een nummer dat de verstrekking identificeert
een omschrijving: een beschrijving van de verstrekking zelf, al dan niet aangevuld met kwantitatieve of kwalitatieve voorwaarden met betrekking tot de vergoedbaarheid
een betrekkelijke waarde, die de hoegrootheid van het honorarium bepaalt die je mag vragen in
het kader van de overeenkomst. Ze bestaat uit een sleutelletter en een coëfficiëntgetal:
}} de sleutelletter is W voor de verpleegkundige verstrekkingen. De waarde van de sleutelletter is het onderwerp van overleg tussen verpleegkundigen en ziekenfondsen (zie overeenkomst)
}} het coëfficiëntgetal is een vermenigvuldigingsfactor.
De nomenclatuur voorziet verder nog in toepassingsregels die de vergoedbaarheid van één bepaalde of meerdere verstrekkingen verder toelichten (§ 2 t/m 11).
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
Voorbeeld :
Voor de hygiënische verzorging verleend in de woon- of verblijfplaats van de rechthebbende:
Nummer
425110
Omschrijving
Hygiënische verzorging (toiletten)
Sleutelletter
W
Coëfficiënt-getal
1,167 "
De toepassingsregels voor deze verstrekking zijn beschreven in § 6.
Meer informatie over de tarieven van de verstrekkingen op de site van het RIZIV: www.riziv.be >
Verzekeringsinstellingen > Honoraria, prijzen en vergoedingen.
Je kan de interpretatieregels raadplegen op de website van het RIZIV : www.riziv.be >
Zorgverleners > Nomenclatuur (beschikbaar in PDF en gerangschikt per artikel) of direct via
de openingspagina: “nomenclatuur geneeskundige verstrekkingen”.
2.Wat is de wettelijke basis van de nomenclatuur?
Artikel 34 van de gecoördineerde wet van 14-07-1994 (ook wel GVU-wet genoemd) somt de verstrekkingen van preventieve en curatieve aard op die voor vergoeding in aanmerking komen.
Interpretatieregels
kunnen de nomenclatuur verduidelijken.
Ze worden vastgelegd
door het Verzekeringscomité op basis van
voorstellen gedaan
door de bevoegde
overeenkomstencommissie en gepubliceerd
in het Staatsblad.
De huidige nomenclatuur is als bijlage gevoegd bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot
vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen.
De aanpassingen worden eveneens in de vorm van een koninklijke besluit bekendgemaakt; daarbij
wordt verwezen naar het eerder genoemde koninklijk besluit.
3.Wie bepaalt de nomenclatuur?
De overeenkomstencommissie verpleegkunde doet voorstellen of geeft een advies over wijzigingen
in de Nomenclatuur (wijzigingen in de omschrijving van prestaties, toevoegen of verwijderen van
prestaties, enz.).
Op basis van die voorstellen of adviezen beslist het Verzekeringscomité over wijzigingen en aanpassingen van de nomenclatuur.
De Minister van Sociale zaken, die zelf wijzigingen kan voorstellen of weigeren, formaliseert deze
wijzigingen in een koninklijk besluit dat in werking treedt na publicatie in het Belgisch Staatsblad.
Het Verzekeringscomité is samengesteld uit vertegenwoordigers van:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
de verzekeringsinstellingen ; elke verzekeringsinstelling heeft recht op ten minste één vertegenwoordiger
de representatieve organisaties van de geneesheren en van de tandheelkundigen ;
de officina- apothekers, de ziekenhuisapothekers en de apothekers- biologen
de beheerders van onder andere de verplegingsinrichtingen, verzorgingsinstellingen, rustoorden, inrichtingen voor revalidatie en herscholing
kinesitherapeuten, verpleegkundigen en paramedische medewerkers
de representatieve werkgeversorganisaties, van de representatieve werknemersorganisaties en
van de representatieve organisaties van de zelfstandigen (alleen raadgevende stem).
De overeenkomstencommissie verpleegkunde is samengesteld
uit 8 leden voorgedragen door de representatieve beroepsorganisaties van
verpleegkundigen en
8 leden voorgedragen
door de ziekenfondsen
(K.B. van 3 juli 1996,
art. 117).
27
28
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
4.Waar kan ik de Nomenclatuur raadplegen?
De Nomenclatuur is onder andere te raadplegen op de website van het RIZIV via een zoekfunctie
(Nomensoft) op basis van een codenummer, een artikel, een omschrijving of via navigatie in de
boomstructuur; ook een combinatie van deze zoekmethodes is mogelijk.
Nomensoft geeft voor elke codenummer ondermeer: de omschrijving van de prestatie, de erelonen
en vergoedingen (met historiek), de datum van inwerkingtreding, de sleutelletterwaarden .
Informatie over de nomenclatuur (Nomensoft of in tekstvorm), interpretatieregels en tarieven
kun je vinden op de site van het RIZIV: www.riziv.be > Nomenclatuur Geneeskundige Verstrekkingen.
II.De Nomenclatuur van de
verpleegkundige verstrekkingen
1.Indeling van de verpleegkundige verstrekkingen
§ 1 van artikel 8 geeft een opsomming van de verpleegkundige verstrekkingen. De verstrekkingen
worden door de volgende parameters bepaald:
a. De plaats / moment waarop deze verstrekkingen worden verricht
4 groepen aangeduid als categorie 1° tot 4°.
}}
}}
}}
}}
Categorie 1°: verstrekkingen verleend in de woon- of verblijfplaats van de rechthebbende op
gewone werkdagen
Categorie 2°: verstrekkingen verleend in de woon- of verblijfplaats van de rechthebbende tijdens het weekend of op een feestdag.
Categorie 3°: verstrekkingen verleend hetzij in de praktijkkamer van de verpleegkundige, hetzij
in een tijdelijke of definitieve gemeenschappelijke woon- of verblijfplaats van mindervaliden,
hetzij in een hersteloord.
Categorie 4°: Verstrekkingen verleend in een dagverzorgingscentrum voor bejaarden.
Als woon- of verblijfplaats van de rechthebbende wordt beschouwd de eigen woonplaats,
maar ook thuis bij familie of kennissen of op een openbare plaats.
b. De aard van de verstrekking
7 rubrieken aangeduid door de Romeinse cijfers I-VII.
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Rubriek I: Verpleegkundige verzorgingszitting: onderverdeeld in A) Basisverstrekking en B) technische verpleegkundige verstrekkingen (categorie 1° tot 4°)
Rubriek II: Forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor zwaar zorgafhankelijke patiënten (cat.1°
tot 3°)
Rubriek III : Specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen (cat.1° tot 3°).
Rubriek IV : Forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor palliatieve patiënten (cat.1° en 2°).
Rubriek V : Supplementair honorarium per verzorgingsdag voor palliatieve patiënten (cat.1° en 2°)
Rubriek VI : Forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten (cat. 1° en 2°).
Rubriek VII: Verpleegkundig consult
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
Aanrekenbaarheid van de verstrekkingen in functie van de categorieën en rubrieken
I.
II.
III.
IV.
V.
VI.
VII.
Basis + techn.
Forfaits
Spec. techn.
Palliatief
Supp. palliatief.
Diabetes
Verpl. consult
1° thuis
weekdagen
2° thuis
WE + feestdagen
3° dispensarium /
mindervaliden /
hersteloord
4° dagcentra
bejaarden
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
ja
nee
ja
ja
ja
nee
nee
nee
nee
ja
nee
nee
nee
nee
nee
nee
2.Toepassingsregels
Rubriek
I.
Aard verstrekking
Verpleegkundige verzorgingszitting
II.
Forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor zwaar
zorgafhankelijke patiënten
Specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen
Forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor palliatieve
patiënten
Supplementair honorarium per verzorgingsdag voor palliatieve
patiënten
Forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten
Verpleegkundig consult
III.
IV.
V.
VI.
VII.
Toepassings-regels (art. 8)
§ 4, § 6 (toiletten),
§ 8 (wondzorg)
§5
§9
§5
§ 5 bis
§ 5 ter
§ 4 bis
De §§ 2 tot 11 geven toepassingsregels waarvan sommigen betrekking hebben op alle prestaties,
sommigen op bepaalde rubrieken, anderen slechts op enkele prestaties.
a. Toepassingsregels voor alle verstrekkingen
}}
}}
}}
}}
§ 2 geeft nadere bepalingen betreffende het voorschrift.
§ 3 somt de omstandigheden op waarin geen honoraria verschuldigd zijn.
§ 7 behandelt de aanvraag- en kennisgevingsprocedure.
§ 11 behandelt de vergoedbaarheid van verstrekkingen die niet of slechts gedeeltelijk zijn uitgevoerd door een bevoegde persoon.
b. Toepassingsregels per rubriek of per categorie
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
§ 4 geeft nadere bepalingen met betrekking tot rubriek I (de verpleegkundige verzorgingszitting
+ verpleegkundig dossier).
§ 4bis geeft nadere bepalingen betreffende rubriek VII (verpleegkundig consult).
§ 5 geeft nadere bepalingen met betrekking tot rubriek II (forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor zwaar zorgafhankelijke zieken) en rubriek IV.
§ 5bis geeft nadere bepalingen met betrekking tot rubriek IV en V (forfaitaire honoraria per verzorgingsdag voor palliatieve patiënten).
§ 5ter geeft nadere bepalingen met betrekking tot rubriek VI (forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten).
§ 9 geeft nadere bepalingen met betrekking tot rubriek III (Specifieke technische verstrekkingen).
§ 10 geeft nadere bepalingen met betrekking tot de verstrekkingen die uitgevoerd worden tijdens het weekend of op een feestdag in de woon- of verblijfplaats van de rechthebbende (categorie 2°).
29
30
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
c. Toepassingsregels voor één welbepaalde verstrekking
}}
}}
}}
§ 6 geeft nadere bepalingen betreffende toiletten.
§ 8 geeft nadere bepalingen betreffende wondzorg.
§ 8 bis bepaalt in welke omstandigheden je het voorbereiden en toedienen van medicatie aan
chronisch psychiatrische patiënten mag aanrekenen.
III.Algemeen beperkende bepalingen bij de
toepassing van de Nomenclatuur
1.Is een voorschrift noodzakelijk en aan welke vereisten
moet het voldoen?
a. Noodzaak van het voorschrift27
Voor alle verpleegkundige verstrekkingen uitgevoerd in het kader van de nomenclatuur is een voorschrift nodig behalve voor de volgende verstrekkingen:
}}
}}
}}
}}
het toilet (ook in het kader van de forfaitaire honoraria),
het bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg,
het toezicht op een wonde met bioactief verband gedurende de periode waarvoor het verzorgen
van een wonde is voorgeschreven.
Het verpleegkundig consult.
b. Vereisten waaraan het voorschrift moet voldoen
VEREISTEN VERMELD IN DE NOMENCLATUUR (§ 2)
}}
}}
}}
}}
}}
“Het voorschrift vermeldt de aard, het aantal en de frequentie van de te verlenen verstrekkingen.
Het moet de nodige gegevens bevatten om de aangerekende verzorging te kunnen identificeren
(dus alleen de vermelding van het nomenclatuurnummer is niet voldoende).
Voorschriften voor het toedienen van geneesmiddelen en medicamenteuze oplossingen moeten
bovendien de aard en de dosis van de toe te dienen producten vermelden.
Voor de bereiding en toediening van medicatie aan chronische psychiatrische patiënten (425736,
425751) dient niet het aantal verstrekkingen maar de periode van toediening worden vermeld
(maximaal één jaar per voorschrift)
Voorschriften voor het toedienen van enterale en parenterale voeding of van perfusies moeten
bovendien het debiet en de hoeveelheid per 24 uur vermelden.
Voorschriften voor wondzorg vermelden volgende bijkomende informatie:
}} Een omschrijving van de wonde
}} De maximale frequentie van de verzorging
}} De posologie van de toe te dienen geneesmiddelen
}} De periode waarover de wonde moet verzorgd worden.
27. Zie 1e Deel voor de noodzaak voorschrift buiten kader nomenclatuur.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
ANDERE VEREISTEN28
Het voorschrift moet de volgende gegevens bevatten:
}}
}}
}}
}}
Identificatie van de patiënt: naam, voornaam, adres, hoedanigheid, inschrijvingsnummer
Identificatie van de voorschrijver (naam , adres, RIZIV- nummer,)
Het moet ondertekend worden door de voorschrijver (manueel).
Het moet gedateerd zijn.
De verpleegkundige mag nooit zelf wijzigingen aanbrengen aan het voorschrift!
c. Gevolgen van een ongeldig voorschrift
Voor de verpleegkundige: een geldig voorschrift is een vergoedingsvoorwaarde. Hij is dan ook
verplicht het onvolledige voorschrift voor verbetering aan te bieden aan de voorschrijver.
Voor de voorschrijver: wanneer de zorgverlener, herhaaldelijk, en na verwittiging, de administratieve of medische documenten niet heeft opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen
voorziet de wet een geldboete (50 EUR tot 500 EUR)29.
d. Geldigheidsduur van een voorschrift verpleegkundige zorg
De geldigheidsduur van een voorschrift verpleegkundige zorg is niet bepaald.
2.Mag ik prestaties aanrekenen voor zorg verleend in een
ziekenhuis?
Zorgen verleend aan een gehospitaliseerde patiënt mag je niet aanrekenen; verpleegkundige handelingen worden forfaitair vergoed.
3.Mag ik prestaties aanrekenen voor zorg verleend in rusten verzorgingsinstellingen?
Zorgen verleend aan patiënten die verblijven in de hieronder vermelde instellingen mag je niet aanrekenen:
}}
}}
rust- en verzorgingstehuizen (RVT), psychiatrische verzorgingstehuizen (PVT) en centra voor
dagverzorging (CDV) die door de bevoegde overheid erkend zijn30
rustoorden voor bejaarden (ROB) die door de bevoegde overheid erkend zijn.
Zorgen verleend in instellingen die, zonder als rustoord te zijn erkend, een gemeenschappelijke
woonplaats of verblijfplaats van bejaarden uitmaken31 mag je ook niet aanrekenen (forfaitaire vergoeding).
28.
29.
30.
31.
Verordening van 28 juli 2003 bijlage 32.
GVU-wet, art. 142 § 1, 7°.
De instellingen vernoemd in de GVU-wet art. 34, 11°.
K.B. van 19 december 1997 en GVU-wet art. 34, 12.
31
32
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
4.Mag ik prestaties aanrekenen voor zorg verleend in
serviceflats ?
De verstrekkingen die je verleent aan bejaarden die zich bevinden in een woningcomplex met
dienstverlening (serviceflats) mag je slechts aanrekenen indien het complex is erkend.
5.Mag ik prestaties aanrekenen voor zorg verleend tijdens
een bezoek of raadpleging of technische verstrekking van
een arts ?
Neen. Deze zorg maakt integraal deel uit van de raadpleging, het bezoek of de technische verstrekking.
6.Mag ik verstrekkingen aanrekenen aan de
ziekteverzekering die gedekt zijn door een andere
verzekering?
Verstrekkingen die vergoedbaar zijn volgens een andere Belgische wetgeving, een vreemde wetgeving of het gemeen recht, vergoedt de ziekteverzekering in principe niet32.
In sommige omstandigheden kan de ziekteverzekering de terugbetaling van verstrekkingen voorschieten. Bijv. wanneer het nog niet vaststaat of het om een erkend arbeidsongeval gaat of wanneer
de verantwoordelijkheid nog moet bepaald worden. De ziekteverzekering kan de bedragen nadien
terugvorderen bij de desbetreffende verzekering als een andere wettelijke regeling van toepassing is.
Zijn de vergoedingen volgens die wetgeving of het gemeen recht echter lager dan de vergoedingen
van de ziekteverzekering, dan is het verschil ten laste van de ziekteverzekering33.
7.Mag ik verstrekkingen aanrekenen aan de
ziekteverzekering die verricht werden in het buitenland?
Verstrekkingen uitgevoerd bij een rechthebbende die zich niet werkelijk op Belgisch grondgebied
bevindt of verricht buiten het Belgische grondgebied zijn niet vergoedbaar tenzij anders bepaald . In
grensgemeenten kan echter een bijzondere regeling van toepassing zijn.
8.Mag ik verstrekkingen aanrekenen die geheel of
gedeeltelijk zijn verricht door niet bevoegde personen?
Verstrekkingen die geheel of gedeeltelijk werden verricht door een niet bevoegd persoon mag je
niet aanrekenen zelfs niet indien ze werden uitgevoerd in je aanwezigheid. Bijstand van derden mag
je slechts inroepen indien de toestand van de patiënt deze hulp noodzakelijk maakt (§ 11).
32. GVU-wet Art. 136 § 2.
33. GVU-wet Art. 136 § 1.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
9.Mag ik in de thuiszorg taken delegeren aan
zorgkundigen?
Alleen in het kader van een pilootproject en onder strikte voorwaarden kunnen verpleegkundigen
aan zorgkundigen sommige technische verpleegkundige verstrekkingen uit de thuiszorg delegeren34.
Meer info over dit pilootproject op de site van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners >
Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Informatie per thema > Overeenkomst inzake
de activiteit van de zorgkundige binnen een dienst voor thuisverpleging.
IV.Het verpleegkundig dossier
1.Moet ik voor elke patiënt een verpleegkundig dossier
opstellen?
Je moet een verpleegkundig dossier per patiënt opmaken35.
Het bijhouden van een volledig verpleegkundig dossier per patiënt is een voorwaarde voor verzekeringstegemoetkoming. (§ 3, 5°).
Er is geen honorarium verschuldigd voor de verstrekkingen verleend aan patiënten van wie
het dossier onvolledig is bijgehouden.
2.Welke gegevens moet het verpleegkundig dossier
bevatten?
Uit het verpleegkundig dossier moet blijken dat de zorg die de verpleegkundige verstrekt de volgende taken omvat: de planning, de uitvoering en de evaluatie, met inbegrip van de gezondheidsbegeleiding van de patiënt en zijn omgeving36.
Voor het verpleegkundig dossier zijn geen vormvereisten bepaald (mag eventueel een geautomatiseerd bestand zijn). Het moet echter de volgende elementen bevatten:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
de identificatiegegevens van de patiënt
de evaluatieschaal van afhankelijkheidsgraad indien vereist (forfaitaire vergoeding, toiletten)
de inhoud van het voorschrift of een kopie
de identificatiegegevens van de voorschrijver
de planning en evaluatie van de zorg
de identificatie van de verpleegkundigen die deze zorg hebben verleend
alle verpleegkundige zorg die over elke verzorgingsdag verleend werden. Bij forfaits moeten alle
gegevens over de toegediende zorg die nodig zijn om de pseudocodenummers in te vullen op
de GVVH (getuigschrift voor verstrekte hulp) in het zorgdossier worden vermeld
34. K.B. van 12 januari 2006 en bijlage voor meer info over de toegestane handelingen en het toezicht.
35. NGV, art. 8, § 4, 2°.
36. K.B. 18 juni 1990, art. 3.
33
34
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
}}
}}
bij de palliatieve patiënt (Rubriek IV en V) moet het dossier aangevuld worden met de volgende
gegevens: symptoomregistratie, pijnschaal, contacten met de familie van de patiënt, resultaat
van de coördinatievergaderingen (§ 5bis 5° c)
desgevallend wordt het (algemeen) verpleegkundig dossier aangevuld met het specifieke verpleegkundig dossier voor de patiënt met diabetes (zie § 5ter, 4° en 5°) of met een specifiek
wondzorgdossier (§ 8, 5°).
3.Hoe lang moet ik het verpleegkundig dossier bewaren?
Je moet het verpleegkundig dossier gedurende tenminste 5 jaar bewaren.
4.Wie is verantwoordelijk voor het verpleegkundig dossier
De verpleegkundige die de zorg verleend is verantwoordelijk voor het verpleegkundig dossier.
Indien verschillende verpleegkundigen het verpleegkundig dossier van eenzelfde patiënt beheren,
is ieder verantwoordelijk voor het bijhouden van de elementen uit het dossier die verband houden
met de door hem/haar verleende zorg.
V.Toelichting bij de verpleegkundige
verstrekkingen
1.Zijn er beperkingen aan het aantal zittingen die je per
dag en per patiënt mag aanrekenen?
Je mag normaal maar één zitting per dag aanrekenen. Alleen wanneer de verzorging over verschillende verzorgingszittingen gespreid moet worden om medische redenen, vermeld op het voorschrift, mag je van deze regel afwijken.
2.Zijn er beperkingen aan het aantal verstrekkingen die je
per zitting mag aanrekenen?
De volgende beperkingen zijn voorzien
}}
}}
}}
}}
de verstrekkingen vermeld in § 4, 4° mogen maar eenmaal per verzorgingzitting worden aangerekend
de technische verpleegkundige verstrekkingen (rubriek I, B van 1° tot 4°) mogen slechts één
maal per verzorgingszitting worden aangerekend (§ 4, 4°)
indien je tijdens een zitting meerdere verstrekkingen “wondzorg” verricht mag je alleen die met
het hoogste tarief aanrekenen (§ 8, 8°)
de verstrekkingen “eenvoudige en complexe wondzorg” mogen tijdens dezelfde zitting niet gecumuleerd worden met het bezoek van een referentieverpleegkundige specifieke wondzorg
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
}}
}}
de verstrekkingen “toezicht op wonde met bioactief verband”, “aanbrengen van zalf of van
een geneeskrachtig product”, “aanbrengen van oogdruppels en/of oogzalf” en “aanbrengen
van bandages, voorbereiding en toediening van medicatie bij chronische psychiatrische
patiënten …” mag je tijdens een zelfde zitting niet cumuleren met enige andere verstrekking,
behoudens een basisverstrekking (§ 8, 8°)
de verstrekkingen 425375, 425773, 426171 mag je enkel cumuleren tijdens eenzelfde zitting
met de verstrekkingen 423113, 423312, 423415 indien de injectieplaats verschillend is (interpretatieregel 1).
Meer info over de interpretatieregels op de site van het RIZIV: www.riziv.be > nomenclatuur
geneeskundige verstrekkingen > nomenclatuur: per hoofdstuk en artikel + interpretatieregels.
3.Zijn er beperkingen aan het aantal verstrekkingen die je
voor één patiënt per dag mag aanrekenen?
De volgende beperkingen zijn voorzien.
}}
Voor de forfaitaire vergoedingen voor zwaar zorgafhankelijke patiënten -al dan niet palliatief- uit
rubriek II en IV (= forfait A, B,C, PA, PB, PC):
}} Deze forfaits kunnen slechts eenmaal per dag aangerekend worden en moeten minstens
één toilet omvatten.
}} Deze forfaits kunnen slechts gecumuleerd worden met de volgende verstrekkingen:
}} de specifieke technische verstrekkingen (rubriek III)
}} het verpleegkundig consult (rubriek VII)
}} het bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg;
}} alle forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten (rubriek VI) bij de niet
palliatieve patiënt;
}} alleen de forfaitaire honoraria voor opvolging van de diabetes patiënt (423216,
423231,423334) bij de palliatieve patiënt.
}}
Voor niet zwaar zorgafhankelijke patiënten:
}} Voor de som van de honoraria voor de verschillende verstrekkingen uit rubriek I A +B van
1° tot 4°, ongeacht of ze tijdens meerdere verzorgingszittingen of door verschillende verpleegkundigen werden verleend, bestaat er een maximaal bedrag (dagplafond) dat voor een
patiënt per dag niet mag worden overschreden. Hierbij wordt geen rekening gehouden met
het bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg (§ 4 6°).
}} De verpleegkundige verzorgingszitting (of het dagplafond) mag gecumuleerd worden met
}} de specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen (rubriek III)
}} het bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg met uitzondering
van de verstrekkingen “eenvoudige en complexe wondzorg” die niet gecumuleerd mogen worden tijdens dezelfde zitting met het bezoek van de referentieverpleegkundige.
}} Het verpleegkundig consult (rubriek VII)
}} alle forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten (rubriek VI) bij de niet
palliatieve patiënt;
}} de forfaitaire honoraria voor opvolging van de diabetes patiënt (423216, 423231, 423334)
bij de palliatieve patiënt.
}} het supplementaire honorarium PN dat bij de palliatieve patiënt eenmaal per verzorgingsdag mag aangerekend worden (forfaitaire vergoeding voor de technische verstrekkingen
die niet zijn opgenomen in rubriek I B en III). Wanneer het hierboven vermelde dagplafond
bij de palliatieve patiënt wordt bereikt, wordt het dagplafond en het PN forfait vervangen
door het forfaitaire honorarium PP.
35
36
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
}}
De vergoeding voor de specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen (rubriek III) is forfaitair en mag dus maar één maal per dag aangerekend worden. Deze vergoeding mag wel gecumuleerd worden met de andere verstrekkingen uit art 8 van de NGV met uitzondering van die
verstrekkingen die alleen maar met een basisverstrekking mogen gecumuleerd worden tijdens
een en de zelfde zitting (zie beperkingen v/h aantal verstrekkingen per zitting: paragraaf 4.2).
}}
et bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg mag met alle verstrekH
kingen gecumuleerd worden uitgezonderd de verstrekkingen “eenvoudige wondzorg” en “complexe wondzorg”.
}}
et verpleegkundig consult (rubriek VII) mag met alle verstrekkingen worden gecumuleerd. Deze
H
verstrekking komt niet in aanmerking voor het aanrekenen van een basisverstrekking.
4.Onder welke voorwaarden mag ik een basisverstrekking
aanrekenen?
Je mag de basisverstrekking slechts aanrekenen als:
}}
}}
Je een volledig verpleegkundig dossier opmaakt en bijhoudt,
je minstens één technische verpleegkundige verstrekking verricht uit rubriek I B (bezoek van een
referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg niet mee gerekend) of je hebt minstens een
specifiek verpleegkundige verstrekking uit rubriek III verricht.
5.Onder welke voorwaarden mag ik een van de forfaits uit
rubriek II (zwaar zorgafhankelijke patiënten) of IV (palliatieve
patiënten) aanrekenen?
Onder de volgende voorwaarden:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Op basis van de evaluatieschaal van de fysische afhankelijkheid (§ 5) bepaal je welke forfait je
mag aanrekenen (zie 2e Deel, V, 16).
Uitgezonderd voor het forfait PP moet je minstens één toilet per verzorgingdag uitvoeren;
Je moet een verpleegkundig dossier bijhouden
Je moet naast het nomenclatuurnummer van het forfait ook de pseudocodenummers vermelden die overeenstemmen met de uitgevoerde verstrekkingen (§ 5, 3°) evenals het RIZIV-nummer
van de uitvoerder.
Het forfait C en PC mag je slechts aanrekenen indien je tenminste twee bezoeken per verzorgingsdag uitvoert , waarvan minstens 1 met toilet.
Je moet een aanvraag indienen bij de adviserend geneesheer (zie aanvraag- en kennisgevingsprocedure, § 7).
Voor de forfaits aan de palliatieve patiënt zijn bijkomende voorwaarden gesteld (zie 2e Deel, V, 6).
Het forfait wordt aangerekend door de verpleegkundige die de eerste verstrekking van de dag verleent.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
6.Onder welke bijkomende voorwaarden mag ik de
specifieke verstrekkingen voor palliatieve patiënten uit
rubriek IV en V aanrekenen?
Je mag deze specifieke verstrekkingen alleen aanrekenen bij de palliatieve thuispatiënt. Opdat je
patiënt als palliatieve thuispatiënt kan worden erkend moet de arts het formulier “medische kennisgeving” invullen ter attentie van de adviserend geneesheer van het ziekenfonds.
Je moet aan volgende voorwaarden voldoen:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
je moet binnen de 10 kalenderdagen na de aanvang van de behandeling een kennisgeving sturen aan de adviserende geneesheer door middel van een daartoe speciaal voorzien formulier
je dient een permanente opvang van de patiënt te garanderen (24 uur op 24, 7 dagen op 7)
je moet steeds een beroep kunnen doen op een referentieverpleegkundige die kennis heeft inzake palliatieve zorg
je moet gegradueerd of gebrevetteerd zijn, geen verpleegassistent(e)
je dient het verpleegkundig dossier aan te vullen met de volgende informatie:
}} registratie van de symptomen
}} pijnschaal
}} contacten met de familie van de patiënt
}} resultaten van de coördinatievergaderingen
voor elk forfait moet je de pseudocodenummers vermelden die overeenstemmen met de verstrekkingen die je tijdens de verzorgingsdag hebt verleend.
Vergewis je ervan dat de adviserend geneesheer de medische kennisgeving goed heeft
ontvangen.
De palliatieve thuispatiënt is een patiënt37:
1. die lijdt aan één of meerdere irreversibele aandoeningen
2. die ongunstig evolueert, met een ernstige algemene verslechtering van zijn fysieke/psychische toestand
3. bij wie therapeutische ingrepen en revaliderende therapie geen invloed meer hebben op
die evolutie
4. bij wie het overlijden op relatief korte termijn verwacht wordt ( > 24 uur en < dan 3 maand)
5. met ernstige noden die een belangrijke tijdsintensieve en volgehouden inzet vergen, al of
niet met aangepast personeel en technische middelen
6. met de intentie om thuis te sterven
7. en die voldoet aan de voorwaarden opgenomen in het formulier “medische kennisgeving”.
Meer informatie over de palliatieve patiënt en het specifieke kennisgevingsformulier op de
site van het RIZIV: www.riziv.be > Zorgverleners > Palliatieve zorg >Tegemoetkoming van de
verzekering > Formulier.
37. K.B. van 2 december 1999, art. 3.
37
38
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
7.Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke
verstrekkingen voor de diabetespatiënt uit rubriek VI
aanrekenen?
Je mag deze prestaties aanrekenen onder de volgende voorwaarden.
a. Opvolgingshonorarium voor de begeleiding van een diabetespatiënt die
niet overschakelt op zelfzorg (423231; 423334)
}}
}}
je mag dit honorarium eenmaal daags aanrekenen voor die dagen dat je de patiënt een insuline
inspuiting toedient.
je moet je verpleegkundige opvolging uitvoeren volgens een door de behandelende arts goedgekeurd verpleegplan in overeenstemming met de vastgelegde richtlijnen.
b. Het forfaitaire honorarium voor de opmaak van het specifiek diabetes
dossier (423135)
}}
}}
}}
}}
}}
enkel aanrekenbaar indien je de vaste verpleegkundige bent (= indien je doorgaans de patiënt
verzorgt en inspuit)
slechts eenmalig aan te rekenen
je mag dit honorarium niet aanrekenen bij patiënten bij wie een palliatief forfait of supplement
wordt aangerekend
je dient voorafgaandelijk overleg te plegen met de behandelende arts over de doelstellingen van
de verpleegkundige zorg meer in het bijzonder over de indicatie tot diabeteseducatie.
Het diabetes dossier moet minstens de volgende elementen bevatten:
}} gestandaardiseerde verpleegkundige anamnese
}} verpleegproblemen en verpleegkundige diagnoses
}} de concrete verpleegplanning, inclusief het educatieprogramma en opvolging van de patiënt
}} de doelstellingen inzake diabeteseducatie en opvolging die je met de behandelende arts
hebt vastgelegd
c. Het forfaitair honorarium voor individuele educatie tot zelfzorg door een
referentieverpleegkundige (423150)
}}
}}
}}
}}
}}
je mag deze verstrekking éénmalig aanrekenen en alleen indien je erkend ben als referentieverpleegkundige inzake diabetes
de educatie moet minstens 5 uur duren (minimum 30 minuten per zitting ) en moet beantwoorden aan de vastgestelde richtlijnen
er moet zowel in het dossier van de referentieverpleegkundige als van de vaste verpleegkundige
een verslag met evaluatie van elke educatiezitting worden bewaard.
je moet de resultaten van het educatieprogramma aan de behandelende arts overmaken.
je mag deze verstrekking niet aanrekenen bij patiënten bij wie een palliatief forfait of supplement
wordt aangerekend of bij wie ooit de verstrekking 423231/423334 werd aangerekend
d. Het forfaitair honorarium voor de aanwezigheid van de vast
verpleegkundige bij individuele educatie tot zelfzorg (423172)
}}
}}
Je mag deze verstrekking éénmalig aanrekenen en alleen indien je minstens twee educatiezittingen hebt bijgewoond waaronder de laatste zitting.
Je mag deze verstrekking niet aanrekenen bij patiënten bij wie een palliatief forfait of supplement wordt aangerekend.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
e. Het forfaitair honorarium voor individuele educatie tot inzicht door de
vaste of een referentie- verpleegkundige (423194)
}}
}}
}}
}}
Je mag deze verstrekking éénmalig aanrekenen, als vaste verpleegkundige of als referentieverpleegkundige
De educatie moet minstens 2 uur duren (minimum 30 minuten per zitting) en moet beantwoorden aan de vastgestelde richtlijnen (zie ook IV, 7).
Je moet van elke zitting een verslag met evaluatie bewaren in het verpleegkundig dossier.
Je mag deze verstrekking niet aanrekenen bij patiënten bij wie een palliatief forfait of supplement wordt aangerekend.
f. Het forfait voor de opvolging van een diabetespatiënt na de educatie tot
zelfzorg (423216)
}}
}}
}}
}}
}}
Je mag deze verstrekking slechts aanrekenen nadat de individuele educatie tot zelfzorg door
een referentieverpleegkundige heeft plaatsgevonden (aanrekening van het nomenclatuurnummer 423150)
Je moet voorafgaandelijk de verpleegkundige opvolging bespreken met de behandelende arts
Je moet de verpleegplanning opnemen in het specifiek diabetesdossier
Je mag deze verstrekking slechts tweemaal per kalenderjaar aanrekenen
Je mag deze verstrekking niet aanrekenen bij patiënten bij wie ooit de verstrekking
423231/423334 werd aangerekend.
De verstrekkingen in verband met diabeteseducatie (423150, 423172, 423194 en 423216)
mogen niet aangerekend worden bij de patiënt die ingeschreven is in een programma voor
zelfregulatie van diabetes behalve indien hij/zij tegelijkertijd beantwoordt aan de voorwaarden vermeld in § 5ter, 3°.
Overzichtstabel:
Nomenclatuurnummer
Vaste
VPK
423135 opmaak dossier in ja
overleg met arts
(1x per patiënt)
Referentie
VPK
neen
Conventie
Palliatief Bijkomende vereisten
zelfregularisatie
Ja
neen
Specifiek dossier
Anamnese/diagnose
Planning
Overleg arts
423150 educatie tot
zelfzorg (1x per patiënt)
neen
ja
neen
neen
Referentie VPK
423172 aanwezigheid
vaste VPK bij educatie tot
zelfzorg
ja
neen
neen
neen
Vaste VPK minstens 2x
aanwezig waaronder laatste
sessie
423194 educatie tot
inzicht 1x per patiënt
ja
ja
neen
neen
Referentie VPK
423216 opvolging na
educatie tot zelfzorg max.
2x/jaar
ja
ja
neen
ja
Afspraken met arts
Planning in specifiek
verpleegkundig dossier
423150 werd aangerekend
423231 (423334 tijdens
WE) opvolging niet in het
kader van zelfzorg
ja
ja
ja
ja
Door arts goedgekeurd en
geactualiseerd
verpleegplan
Geen 423150 of 423216
meer aanrekenen
39
40
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
Meer informatie over de erkenning van de referentieverpleegkundige en de richtlijnen m.b.t.
het specifiek diabetesdossier en de diabeteseducatie: www.riziv.be, > Zorgverleners >
Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Informatie per thema > Referentieverpleegkundige >
Forfaitaire honoraria voor verstrekkingen aan diabetespatiënten.
8.Hoeveel en onder welke voorwaarden mag ik toiletten
aanrekenen?
a. Algemene bepalingen
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Toiletten zijn verplicht in de forfaits A, B, C, PA, PB, PC, (§ 5, 3°, a).
Je moet steeds de adviserend geneesheer in kennis stellen indien je bij je patiënt toiletten aanrekent (zie kennisgevingprocedure)
Toiletten zijn alleen vergoedbaar indien je patiënt tenminste een score van 2 haalt op het criterium “zich wassen”
Je mag nooit meer dan 1 toilet per dag aanrekenen.
Het toilet omvat alle verpleegkundige zorg met betrekking tot het geheel van de hygiëne, preventie inbegrepen; het wordt desgevallend vervolledigd door mobilisatie van de patiënt.
Voor de vaststelling van de wekelijkse frequentie van de toiletten strekt een week zich uit van
maandag 0 tot zondag 24 u.
b. Maximum aantal vergoedbare toiletten
Het aantal vergoedbare toiletten wordt uitsluitend bepaald op basis van de evaluatieschaal van
de“fysische afhankelijkheidstoestand” (Katzschaal) vermeld in § 5 en dus niet op basis van bvb. het
voorschrift van een arts of de wens van de patiënt of zijn omgeving (§ 6, 5°).
Indien u meer toiletten uitvoert dan toegelaten door de evaluatieschaal, zijn de overblijvende
toiletten ten laste van de patiënt.
Indien de toestand van de patiënt wijzigt en daarbij ook het aantal vergoedbare toiletten, moet de wijziging in het aantal toiletten toegepast worden vanaf de week die volgt op de toestandswijziging.
}}
Maximum 2 toiletten per week (niet op zaterdag, zondag en feestdagen!):
minstens een score 2 op het criterium “zich wassen”.
}}
Maximum 1 toilet per dag
}}
}}
}}
minimum score 2 op “zich wassen” en “zich kleden” en voor het criterium “continentie” een
score van 3 of meer of een score van 2 als gevolg van de combinatie van nachtelijke urineincontinentie en occasionele urine-incontinentie overdag
minimum score 2 op “zich wassen” en “zich kleden” en desoriëntatie in tijd en ruimte (gestaafd door een medisch attest opgesteld volgens het voorziene model)38
score 4 voor criteria “zich wassen” en “zich kleden”.
Minimale score Katzschaal in functie van het aantal vergoedbare toiletten per week
Aantal toiletten
Zich
Zich
Transfer en
Toiletbezoek Continentie
per week
wassen
kleden
verplaatsing
2
7
2
2
2
7
7
7
2
2
4
2
2
4
38. Verordening van 28 juli 2003, bijlage 2.
Eten
2 voor
nachtelijk +
occasioneel
3 of 4
+ getuigschrift gedesoriënteerd in tijd en ruimte
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
9.Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke
verstrekkingen voor wondzorg aanrekenen
De voorwaarden zijn de volgende:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
De natuur van de wonde bepaalt welke verstrekking je mag aanrekenen; de definitie van de verschillende soorten wonden staat vermeld in § 8 1°
De verstrekking “toezicht op bioactief verband”: dekt de raadpleging van de verpleegkundige
en de evaluatie van het verband. Mag maximaal 15 maal per maand worden aangerekend. Voor
het vervangen van een bioactief verband mag je naargelang de aard van de wonde een van de
verstrekkingen voor wondzorg aanrekenen (eenvoudig, complex of specifiek). Zie ook 2e Deel,
IV, 2.
De verstrekking “het aanbrengen van zalf of een geneeskrachtig product” mag je slechts aanrekenen voor zona, eczema, psoriasis, wratten, dermatomycoses of voor een andere huidletsel
waarvoor deze behandeling is geïndiceerd volgens de behandelende arts. Deze verstrekking
mag je niet aanrekenen voor het aanbrengen van hydraterende zalf ter preventie van doorligwonden
De verstrekking “aanbrengen van oogdruppels en/of oogzalf in de postoperatieve fase” mag
slechts worden aangerekend in de periode van 30 dagen te beginnen met de dag waarop de
oogheelkunde heeft plaats gehad.
De verstrekking “complexe wondzorg”: mag slechts aangerekend worden op voorwaarde dat
een specifiek wondzorgdossier wordt opgemaakt en bijgehouden (zie @ hieronder)
De verstrekking “specifieke wondzorg” mag je slechts aanrekenen op voorwaarde dat je een
specifiek wondzorgdossier opmaakt en bijhoudt (zie @ hieronder) en dat de behandeling minstens 30 minuten duurt. Indien de behandeling minder dan 30 min bedraagt mag je de verstrekking “complexe wondzorg” aanrekenen.
De verstrekking “bezoek van een referentieverpleegkundige bij specifieke wondzorg” dekt alle
componenten van de basisverstrekking (zie § 4 1°, 2°). Ze mag slechts 1 maal per maand en
maximum 3 maal per jaar worden aangerekend bij eenzelfde patiënt. Is slechts vergoedbaar
wanneer de verpleegkundige die het bezoek heeft aangevraagd aanwezig is en de referentieverpleegkundige een schriftelijk verslag opstelt ter attentie van de behandelende arts. Dit verslag
dient toegevoegd aan het specifiek wondzorgdossier.
Deze verstrekking mag niet gecumuleerd worden tijdens dezelfde zitting met de verstrekkingen
“eenvoudige wondzorg” en “complexe wondzorg” .
Indien je tijdens dezelfde zitting meer dan één van de verstrekkingen “eenvoudige wond zorg”, “complexe wondzorg” en “specifieke wondzorg” gecombineerd verleent mag je
alleen maar de verstrekking met het hoogste tarief aanrekenen.
Wondzorg die kan worden uitgevoerd of aangeleerd aan de patiënt of zijn omgeving mag je
niet aanrekenen!
Meer informatie over de erkenning van de referentieverpleegkundige wondzorg en de richt lijnen m.b.t. het specifiek wondzorgdossier op de website van het RIZIV: www.riziv.be,
rubriek Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Informatie per thema > Referentieverpleegkundige > Richtlijnen inzake wondzorg.
41
42
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
10.Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke
technische verpleegkundige verstrekkingen aanrekenen
De voorwaarden zijn de volgende:
}}
�
}}
}}
}}
De specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen mag je alleen aanrekenen indien je
gegradueerde verpleegkundige bent of gelijkgestelde, vroedvrouw of verpleegkundige met brevet.
Ieder van deze verstrekkingen mag je slechts eenmaal per verzorgingsdag aanrekenen.
Het voorziene honorarium dekt de verpleegkundige akte inclusief het materiaal.
Om een van de verstrekkingen 425375, 425773, 426171, te mogen aanrekenen heb je de toestemming van de adviserend geneesheer nodig (zie aanvraag- en kennisgevingsprocedure).
Deze verstrekkingen mogen met alle verstrekkingen worden gecumuleerd rekeninghoudend
evenwel met de volgende beperkingen: wanneer tijdens een zitting één specifiek technische
verstrekking wordt aangerekend mogen de volgende technische verstrekkingen niet meer worden aangerekend:
}} aanbrengen van oogzalf
}} toezicht op wonde met bioactief verband
}} aanbrengen van zalf…
}} “aanleggen van compressieverbanden
}} voorbereiding en toediening van medicatie bij chronische psychiatrische patiënten.
Tijdens eenzelfde verzorgingszitting kunnen de specifieke technische verpleegkundige ver strekkingen 425375, 425773 en 426171 enkel gecumuleerd worden met de plaatsing van
een verblijfscatheter wanneer de injectieplaats voor beide verstrekkingen verschillend is.39
Je mag de vervanging van een gastrostomiesonde of suprapubische blaassonde met ballon
slechts aanrekenen indien de eerste vervanging werd gedaan door een arts.
11.Onder welke voorwaarden mag ik de specifieke verstrekkingen voor weekend en feestdagen aanrekenen?
Wanneer je deze
verstrekkingen in
deze periode verricht
wegens persoonlijke
redenen moet je de
overeenkomstige
verstrekkingen uit
§ 1, 1°, 3° of 4° aanrekenen.
De voorwaarden zijn de volgende:
}}
}}
Alleen indien de toestand van de patiënt de bewuste verstrekkingen noodzakelijk maakt tijdens
deze periode.
Deze verstrekkingen mag je alleen aanrekenen indien je ze verricht bij de patiënt thuis (situatie
voorzien onder § 1, 1°).
12.Het verpleegkundig consult
Het verpleegkundig consult:
}}
}}
}}
omvat de identificatie van de verpleegkundige gezondheidsproblemen en het formuleren van
de zorgdoelen in overleg met de patiënt of zijn onmiddellijke omgeving. Deze gegevens moet je
opnemen in een verslag dat je bij het verpleegkundige dossier voegt. Indien de behandelende
arts erom vraagt bezorg je hem een kopie van dit verslag.
mag je aanrekenen voor iedere patiënt bij wie je op zijn minst tweemaal per week hygiënische
zorg hebt verleend over een ononderbroken periode van minstens 28 dagen. Bij de palliatieve
patiënt mag je het consult reeds aanrekenen van bij de aanvang van de zorg.
mag je slechts één maal per patiënt en per kalenderjaar aanrekenen. Je mag het tijdens eenzelfde zitting cumuleren met alle verstrekkingen van artikel 8.
39. Interpretatieregel nr 1 van de verpleegkunde.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
13.Aanvraag- en Kennisgevingprocedure
a. Voor welke verstrekkingen bestaat er een aanvraag- en
kennisgevingsprocedure?
Je moet de adviserende geneesheer in kennis stellen van je intentie om de volgende verstrekkingen
aan te rekenen:
}}
}}
}}
forfaitaire honoraria per verzorgingsdag (forfait A, B, C, PA, PB, PC, PP, PN)
het uitvoeren van toiletten.
het uitvoeren van de specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen 425375, 425773 en
426171.
b. Hoe moet ik te werk gaan?
}}
Binnen de 10 kalenderdagen na het begin van de behandeling stuur je een brief persoonlijk geadresseerd aan de adviserend geneesheer vergezeld van de nodige formulieren. Bij niet respecteren van deze termijn worden de zorg slechts vergoed vanaf de datum van verzending (poststempel geldt als bewijs van datum).
}}
De nodige formulieren en attesten zijn:
}} aanvraag van het forfaitaire honorarium en toiletten40 (met evaluatieschaal). Voor de aanvraag van toiletten bij personen die gedesoriënteerd zijn in tijd en ruimte moet bovendien het
bijhorende attest41 worden bijgevoegd.
}} aanvraag palliatieve zorg: je dient tevens de “kennisgeving van verpleegkundige zorg voor
een palliatieve patiënt” bij te voegen42.
}} aanvraag specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen.
Meer informatie over een verzorgingsplan op de website van het RIZIV: www.riziv.be >
Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Formulieren > voorbeeld van
verzorgingsplan inzake specifiek technische verpleegkundige verstrekkingen.
}}
Je dient de periode waarvoor je de zorg aanvraagt te vermelden. Deze periode mag nooit meer
dan 1 jaar bedragen voor forfaits en toiletten en nooit meer dan 3 maand voor de specifieke
technische verpleegkundige verstrekkingen.
}}
Bij het aflopen van de aangevraagde periode of wanneer de fysieke afhankelijkheidsgraad van
de patiënt verandert moet je een nieuwe aanvraag indienen.
c. Moet het akkoord van de adviserend geneesheer worden verkregen
vooraleer de behandeling te starten?
Neen. De adviserend geneesheer kan evenwel verzet aantekenen, wat impliceert dat de verzekeringstegemoetkoming wordt stopgezet vanaf de datum van betekening van dit verzet aan de patiënt tot er eventueel een andere beslissing wordt genomen.
Zo is het mogelijk dat de adviserend geneesheer het forfait verlaagt (C-> B of A; van B->A) of
vervangt door een vergoeding per verzorgingszitting. Deze wijziging geldt voor minstens 6 maand
tenzij er zich een nieuwe medische indicatie stelt (gestaafd door een medisch getuigschrift) waarbij
een nieuwe aanvraag kan worden ingediend.
40. Verordening van 28 juli 2003 bijlage 3.
41. Verordening van 28 juli 2003 bijlage 2.
42. Verordening van 28 juli 2003 bijlage 6.
43
44
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
De hoger vermelde bijlagen, voorbeelden en formulieren zijn te vinden op de site van het
RIZIV: www.riziv.be, rubriek Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen >
Formulieren.
Vermits de adviserend geneesheer meestal uw aanvraag beoordeelt op basis van stukken
betekent de goedkeuring van uw aanvraag geenszins de goedkeuring van de door u opgegeven scores van de Katzschaal.
14.Mag ik supplementen aanrekenen?
Verpleegkundigen die de Nationale overeenkomst (zie 1e Deel, V) hebben ondertekend mogen geen
supplementen aanrekenen aan de patiënt.
15.Mag ik mijn verplaatsingskosten aanrekenen?
Uw verplaatsingkosten zijn inbegrepen in de vergoeding van de basisverstrekking.
Bijkomende verplaatsingkosten zijn alleen voorzien in de gemeenten die vermeld staan in art. 4 van
de Overeenkomst.
Op het getuigschrift wordt de volgende zin vermeld:43 “Ik verklaar mijn verzorgingen bij de rechthebbende thuis te hebben verstrekt. Deze heeft mij verklaard zich wegens zijn gezondheidstoestand
niet te kunnen verplaatsen.”
16.Hoe moet ik de evaluatieschaal (Katzschaal) invullen?
Je moet de invulling zo objectief mogelijk verrichten daarbij alleen rekening houdend met de afhankelijkheidstoestand van je patiënt (zie onderstaande tabel). U gebruikt daarvoor best de richtlijnen
die u kunt vinden op de site van het RIZIV.
Meer informatie op de site van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Zorgverleners > Andere zorg verleners > Verpleegkundigen > Informatie per thema > Evaluatieschaal
Minimale score Katzschaal voor het toekennen van de verschillende forfaits
Forfaits
Zich
Zich
Transfer en
Toiletbezoeken Continentie Eten
wassen
kleden
verplaatsingen
A
3 of 4
3 of 4
3 of 4
en/of 3 of 4
B
3 of 4
3 of 4
3 of 4
3 of 4
3 of 4
en/of 3 of 4
C
4
4
4
4
4
3
C
4
4
4
4
3
4
PC
4
4
4
4
4
3
PC
4
4
4
4
3
4
PB
3 of 4
3 of 4
3 of 4
3 of 4
3 of 4
en/of 3 of 4
PA
3 of 4
3 of 4
3 of 4
en/of 3 of 4
Voor de interpretatie van de Katzschaal bij toiletten zie punt V, 8, b.
43. Verordening van 28 juli 2003, art.6 §1, 1°, bijlage 1.
Paliatieve
Patiënt
+
+
+
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
VI.Hoe moet ik attesteren?
Attesteren kan volgens de volgende modaliteiten.
1.Ik attesteer op individuele getuigschriften voor verstrekte
hulp of op verzamelgetuigschriften
a. Individuele getuigschriften
}}
}}
}}
}}
}}
}}
�
}}
}}
Als zorgverlener ben je verplicht de rechthebbende een getuigschrift voor verstrekte hulp (GVVH)
af te leveren binnen de gestelde termijn44 : binnen de maand volgend op het einde van de maand
waarin de verstrekkingen werden verleend.
De verzekeringsinstellingen mogen geen vergoeding toekennen indien het getuigschrift voor
verstrekte hulp (of het als zodanig geldend document) hun niet wordt afgegeven.
Er bestaat een type GVVH voor eigen rekening en één voor rekening van derden45.
Het GVVH moet steeds het RIZIV- nummer en de identificatiegegevens van de voorschrijver
vermelden.
Het GVVH moet steeds vergezeld zijn van het voorschrift of moet de datum vermelden van het
GVVH waar het voorschrift werd bijgevoegd (indien een voorschrift aanleiding zou geven tot
meerdere GVVH)46. Dit geldt echter niet voor de forfaitaire honoraria per verzorgingsdag bij de
zwaar zorgafhankelijke patiënt; in dat geval moet het voorschrift gedurende een periode van ten
minste vijf jaar bewaard worden in het verpleegkundig dossier.
In een groepspraktijk moet iedere zorgverlener de door hem verleende verstrekkingen attesteren.
Voor tijdelijke vervangingen wordt aanvaard dat de werkelijke zorgverlener zijn stempel, RIZIVnummer en handtekening plaatst op de getuigschriften van diegene die hij vervangt.
De wet verbiedt het afscheuren van het fiscaal strookje47.
Voor verstrekkingen waarvoor de vermelding van pseudo- codes is vereist (bvb bij forfaits) moet
je bij directe betaling deze codes vermelden op het formulier conform aan het model bijlage 448.
Dit formulier moet het getuigschrift voor verstrekte hulp vergezellen.
Bij derdebetalersregeling moeten deze pseudocodes worden vermeld op de magnetische of elektronische dragers die naar de verzekeringsinstellingen worden gestuurd.
b. Bijzonderheden voor het verzamelgetuigschrift
Verzamelgetuigschriften worden gebruikt om de verstrekkingen van meerdere zorgverleners verleend aan een zelfde verzekerde gezamenlijk aan te rekenen. Bij het gebruik van verzamelgetuigschriften moet, buiten de voorwaarden voor individuele voorschrift, ook aan de volgende voorwaarden worden voldaan.
}}
}}
}}
44.
45.
46.
47.
48.
De aanwezigheid van interne documenten: als intern document geldt ieder document waarin
de verrichte verstrekking (= nomenclatuurnummer) en diegene die ze werkelijk verricht staat
vermeld en dat door deze laatste is ondertekend. Dit kan een tarificatieformulier zijn, een dossier, een register. Interne documenten moeten 3 jaar worden bewaard.
Een schriftelijke lastgeving waarbij de verstrekker toestemming geeft om zijn prestaties te laten
aanrekenen door de ondertekenaar van het verzamelgetuigschrift.
De ondertekenaar van het verzamelgetuigschrift moet iemand van hetzelfde beroep zijn ofwel
geneesheer.
GVU- wet art 53.
Verordening van 28 juli 2003 respectievelijk bijlage 1 en 7.
Verordening van 28 juli 2003 art 6 §2.
Wet van 9 december 1997.
Verordening van 28 juli 2003 bijlage 4; te vinden op www.riziv.be > Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > formulieren.
45
46
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
Zelfs in geval van schriftelijke lastgeving en de aanwezigheid van interne documenten blijft
de verstrekker zelf verantwoordelijk voor de juistheid (realiteit en conformiteit) van de geattesteerde verstrekkingen.
Meer info over pseudocodes op de website van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek > Zorg verleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Formulieren > Formulieren voor
pseudocodenummers.
2.Ik attesteer via een facturatiedienst
Je kan het factureren overlaten aan een facturatiedienst. Op basis van uw gegevens stelt deze
dienst de nodige GVVH op die je dan na ondertekening kan indienen. Je blijft wel verantwoordelijk
voor de juistheid van de aanrekening.
3.Ik attesteer met papieren GVVH of via MyCareNet
Je kan direct en online factureren via MyCareNet
MyCareNet laat op dit moment de volgende activiteiten online toe:
}}
}}
}}
}}
het raadplegen van de verzekerbaarheidsgegevens van uw patiënten
het verzenden van uw facturatiebestanden.
het indienen van de kennisgeving voor uw palliatieve patiënten, voor uw speciale technische
verstrekkingen, de forfaits en de toiletten
de “brievenbus” die je kan openen, om er al de nodige informatie te verkrijgen, die de verzekeringsinstellingen er ter beschikking stellen.
Meer info op de site www.carenet.be > Sectoren > Thuisverpleging
4.Ik attesteer via derdebetaler
Zie 3e deel.
5.Mag ik uitzonderlijk de getuigschriften van een collega
gebruiken?
In hoogdringende gevallen mogen de ziekenfondsen - uitzonderlijk - getuigschriften voor verstrekte
hulp aanvaarden en boeken die door een zorgverlener (B) zijn aangerekend op blanco getuigschriften van een collega (zorgverlener A), op voorwaarde dat49 :
}}
}}
}}
}}
de gegevens van zorgverlener A zijn doorgehaald
de stempel met het RIZIV- nummer van zorgverlener B duidelijk erop is aangebracht
zorgverlener B aan zorgverlener A een attest aflevert waarop het aantal ontvangen voorschriftenboekjes en de nummers zijn vermeld
zorgverlener A in zijn dagboek vermeldt dat hij de boekjes met die nummers aan zorgverlener B
heeft gegeven.
49. Verordeningen 28 juli 2003, art. 6.
2e Deel - Aanrekenen van verpleegkundige verstrekkingen - Juni 2010
6.Hoe bekom ik mijn getuigschriften voor verstrekte hulp?
Hoe bestellen?
}} Via internet op www.medattest.be, nadat je per brief een gebruikersnaam en een activatiecode
hebt gekregen.
}} Per briefwisseling: via een voorgedrukt bestelformulier, dat je vindt op de site van het RIZIV:
www.riziv.be, rubriek Zorgverleners > Algemene info.
Je moet dat bestelformulier onder gefrankeerde omslag opsturen naar RIZIV – getuigschriften.
Postbus 10011, 1740 Ternat.
}} Via fax: je kunt het voorgedrukte bestelformulier ook faxen naar 02/568.18.81
Contactcenter
Tel: 02/274.09.34, elke werkdag van 8 tot 19 u en zaterdag van 8.30 tot 12.00 u.
Levering
Je bestelling wordt geleverd, binnen de 9 werkdagen na ontvangst van je betaling.
Betaling
Vooraf betalen is verplicht. Het kan via online banking, kredietkaart of overschrijving.
Korting
Een korting wordt toegepast bij bestellingen van meer dan 1 doos.
Mandataris
Je kunt een mandataris aanduiden voor online bestellingen.
Meer informatie op de website van het RIZIV: www.riziv.be, > Zorgverleners> Andere zorg verleners> Verpleegkundigen> Algemene informatie> Bestellen van getuigschriften voor verstrekte hulp.
VII.Vragen omtrent de juiste interpretatie
van de nomenclatuur
Indien je vragen hebt over de juiste interpretatie van de nomenclatuur, kan je het volgende doen:
1) Consulteer eerst de site van het RIZIV. Je vindt er de gecoördineerde versie van de nomenclatuur,
richtlijnen, FAQ.
Andere instellingen zoals ziekenfondsen, beroeps- en wetenschappelijke verenigingen geven ook
informatie over dit onderwerp.
2) Indien je geen antwoord vindt kan je je vraag richten aan de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV
}}
}}
}}
telefonisch op het nummer van het call center 02 739 74 79 op maandag en donderdag tussen
13u en 16u, op dinsdag, woensdag en vrijdag tussen 9u en 12u
in de kantoren van het RIZIV tussen 9u en 12u of na afspraak op het volgende adres:
Tervurenlaan 211, 1150 Brussel
schriftelijk (zelfde adres)
Je vraag zal door deze Dienst worden beantwoord of, indien nodig, voorgelegd aan de Overeenkomstencommissie Verpleegkunde die uw vraag ten gronde zal behandelen.
47
3 Deel
De verpleegkundige en
zijn/haar patiënt
e
50
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
Dit 3e Deel gaat over de gezondheidzorg bekeken vanuit het standpunt van je patiënt: de verzekerbaarheid, de verhoogde tegemoetkoming, het remgeld, de maximumfactuur, zorgtrajecten, de
rechten van de patiënt, enz.
I.Verschillende soorten verzekeringen voor
geneeskundige verzorging
1.De verplichte verzekering voor personen die van het
Belgische sociale zekerheidssysteem genieten
Hier zijn aansluiting en betaling van bijdragen wettelijk verplicht. Sommige personen met een laag
inkomen betalen geen bijdragen.
Deze verzekering dekt alle verzorging die opgenomen zijn in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen50.
2.De aanvullende verzekering
Verzorging die niet gedekt is door de verplichte verzekering, kan door een ziekenfonds, mits betaling van een beperkte aanvullende bijdrage, toch vergoed worden. Deze zorg kan verschillen van
ziekenfonds tot ziekenfonds.
Voorbeelden:
contactlenzen bij jongeren, vaccinaties bij verre reizen, vergoeding voor oppas
van zieke kinderen, lidgelden voor sportclubs, enz.
3.Andere verzekeringen
Medische zorg is in bepaalde omstandigheden geheel of gedeeltelijk gedekt door verzekeringen uit
andere stelsels
}}
}}
}}
}}
}}
medische kosten van arbeidsongevallen (door de ondernemingsverzekering)
medische kosten bij ongevallen met burgerlijke aansprakelijkheid (bv. verkeersongevallen)
medische kosten bij beroepsziekten (door het Fonds voor beroepsziekten)
medische kosten bij school- of sportongevallen
medische kosten bij reizen (reisbijstandsverzekering).
Wanneer een van deze verzekeringen tussenkomt, is de medische zorg niet of slechts gedeeltelijk
aanrekenbaar aan de ziekteverzekering. Zo betaalt bij arbeidsongevallen de verzekering alle kosten
terwijl privé- verzekeringen vaak alleen de remgelden voor hun rekening nemen.
Indien de verantwoordelijkheid nog niet is toegewezen, zal het ziekenfonds echter de kosten vergoeden om ze na de juridische uitspraak te verhalen op de verantwoordelijke verzekering.
50. GVU-wet, art 34.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
4.Private en individuele verzekeringen
Er bestaat op de markt een aanbod aan verzekeringen die medische kosten vergoeden, niet gedekt
door de verplichte verzekering. Meest gekend is de hospitalisatieverzekering. Afhankelijk van de
polis worden de supplementen bij opname in een éénpersoonskamer al dan niet vergoed.
5.Vlaamse zorgverzekering
De Vlaamse zorgverzekering dekt niet-medische verzorging bij gedaalde zelfredzaamheid thuis of
opname in het rusthuis. De uitkering bestaat uit een forfaitair maandelijks bedrag.
De aansluiting is verplicht voor alle inwoners van Vlaanderen ouder dan 25 jaar en vrij voor alle inwoners van het Brussels hoofdstedelijk gewest.
Meer info op www.vlaamsezorgverzekering.be
6.Specifieke verzekeringen
Er bestaan specifieke verzekeringen met eigen regels; bijv. de verzekering voor het personeel van
de Europese Unie.
II.De verzekerbaarheid “geneeskundige
verzorging”
1.Voor personen die genieten van het Belgische sociale
zekerheidssysteem
Er kan een wachttijd opgelegd worden wanneer gedurende lange tijd geen bijdragen betaald worden (bijv. bij zelfstandigen)51.
De sociale identiteitskaart of SIS-kaart laat toe de verzekerbaarheid na te gaan en vervangt het
vroegere ziekenboekje en voor een deel de kleefbriefjes. Het lezen ervan vraagt een specifieke infrastructuur waarover de apotheken, ziekenhuizen en ziekenfondsen beschikken.
Belgische inwoners die op reis gaan binnen Europa hebben er belang bij een Europese Ziekteverzekeringskaart (EZVK ) mee te nemen als bewijs van hun verzekerbaarheid (te verkrijgen op eenvoudige aanvraag bij hun ziekenfonds).
51. K.B. van 3 juli 1996, vooral art 129 en 253: voorwaarden voor vergoedbaarheid.
51
52
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
2.Voor personen die tijdelijk in België verblijven
a. Inwoners van de Europese economische ruimte52
Wanneer zij in het bezit zijn van een Europese ziekteverzekeringskaart (EZVK ) of een voorlopig bewijs ter vervanging hebben deze personen recht op de noodzakelijke geneeskundige verzorging om
het verblijf in ons land te kunnen voortzetten in medisch veilige omstandigheden. De EZVK dekt in
geen geval geplande medische verzorging.
Bij afwezigheid van
de EZVK, het voorlopig
bewijs of het bilaterale
formulier : het bewijs
van verzekerbaarheid kan worden
opgevraagd in het
thuisland door gelijk
welk ziekenfonds
in België of door de
sociale dienst van het
ziekenhuis.
De zorgverlener moet dezelfde regels toepassen als bij een Belgische rechthebbende.
Bij derdebetalersregeling moet een kopie van de EZVK of het voorlopig bewijs worden genomen.
b. Inwoners van een land waarmee België een bilaterale overeenkomst
betreffende de sociale zekerheid (met inbegrip van de ziekteverzekering)
heeft afgesloten53
Indien zij in het bezit zijn van het betreffende bilaterale formulier: een inwoner van deze landen heeft
recht op dringende medische zorgen gedurende de geldigheidsduur van het formulier en onder de
zelfde voorwaarden als de bezitters van een Europese ziekteverzekeringskaart (zie inwoners Europese unie).
Steeds de geldigheid controleren van de voorgelegde documenten (geldigheidsduur hangt
af van het land van herkomst).
c. Inwoners van andere landen
Zij betalen zelf hun medische kosten.
Meer informatie op de sites:
}} www.riziv.be, rubriek Zorgverlener > Algemene info > Europese ziekteverzekeringskaart
(EZVK).
}} www.belgium.be > Gezondheid > Op reis
}} www.medimmigrant.be > Gezondheidszorg per verblijfsstatuut > EU-burgers.
3.Asielzoekers
a. In de loop van de procedure.
Een onderscheid dient gemaakt tussen personen die hun aanvraag indienden voor en na 1 juni
2007.54
}}
Asielzoekers die voor 1 juni 2007 asiel aanvroegen
Bij ontvankelijke aanvraag blijven zij verzekerd via een ziekenfonds.
Bij niet-ontvankelijke aanvraag geldt de procedure zoals hieronder uitgelegd.
52. België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Frankrijk, Finland, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië, Letland, Liechtenstein, Litouwen,
Luxemburg, Malta, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowaakse Republiek, Spanje, Tsjechische Republiek, Verenigd
Koninkrijk, Zweden en Zwitserland.
53. Algerije, Tunesië Turkije, Kroatië, Bosnioë-Herzegovina, Servië, Montenegro, Macédonië en Kosovo.
54. Wet van 12 januari 2007, betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen, in voege sinds 1 juni 2007.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
}}
Asielzoekers die na 1 juni 2007 asiel aanvroegen
}} De asielzoekers die in een collectief centrum voor asielzoekers verblijven (bvb van het Rode
Kruis), kunnen beroep doen op de medische dienst die daar aanwezig is, of de arts/instelling
waarmee het Federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers (Fedasil) een samenwerkingsakkoord heeft afgesloten.
}} Bij verblijf in een Lokaal Opvanginitiatief55 (LOI) moeten de aanvragen tot tussenkomst in de
geneeskundige verzorging en de facturen naar het LOI gericht worden ter attentie van het
Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW).
}} Bij verblijf elders is de Cel Centralisatie Medische kosten van Fedasil bevoegd voor de informatie en de betaling van de zorgverleners. De zorgverlener of de asielzoeker moet voorafgaandelijk een aanvraag tot tussenkomst (een betalingsverbintenis) in de medische kosten
indienen bij deze Cel tenzij bij dringende verzorging. Het volstaat dan dat de arts dan een
attest bijvoegt waaruit blijkt dat het dringende verzorging betrof. Contactgegevens Fedasil :
Kartuizerstraat 21, 1000 Brussel . Tel. 02/2134300 . Fax. 02/2134412.
De RIZIV-nomenclatuur is van toepassing met een aantal wijzigingen56.
b. Na de erkenning als vluchteling
Zij worden in het ziekenfonds ingeschreven.
c. Uitgeprocedeerde asielzoekers of “mensen zonder wettig verblijf”
Ze zijn niet verzekerbaar via het ziekenfonds. Ze hebben nochtans recht op ‘dringende medische
hulp’ in het kader van de OCMW-wetgeving. Deze regelgeving is ruimer dan de wet op de dringende medische hulpverlening. Het gaat hier in feite over alle medisch noodzakelijke zorg, zowel van
preventieve, als van curatieve aard57.
Een asielzoeker, die bij een ziekenfonds was ingeschreven (zie hoger: aanvraag ten laatste op 31
mei 2007) blijft verzekerd tot 31 december van het jaar volgend op de datum van afwijzing van het
statuut van vluchteling.
Voor meer info zich wenden:
}} tot het plaatselijke OCMW
}} op de website www.fedasil.be
}} op de website www.medimmigrant.be.
55. Opvang door het OCMW in privé huizen.
56. K.B. van 9 april 2007, bepaling van de medische hulp en de medische zorgen die niet verzekerd worden aan de begunstigde van de opvang omdat zij
manifest niet noodzakelijk blijken te zijn en tot bepaling van de medische hulp en de medische zorgen die tot het dagelijks leven behoren en verzekerd worden
aan de begunstigde van de opvang.
57. K.B.van 12 december 1996, betreffende de dringende medische hulp die door de OCMW wordt verstrekt aan de vreemdelingen die onwettig in het rijk
verblijven en OCMW- wet van 08 juli 1976 art 57 § 2.
53
54
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
III.Wat betaalt de patiënt voor zijn
medische zorg?
1.Remgeld
a. Wat is het remgeld ?
Om de medische consumptie te beheersen en de ziekteverzekering betaalbaar te houden, moet de
patiënt een deel van de kosten dragen. Dit deel noemt het remgeld.
b. Is het remgeld voor iedereen en in alle omstandigheden hetzelfde?58
Het remgeld hangt niet alleen af van de aard van de prestatie maar ook van het statuut van patiënt
(bvb Omnio-statuut) en zorgverlener (geconventionneerd of niet) en van de omstandigheden waarin
de prestatie werden verleend.
Patiënten met verhoogde tegemoetkoming59
Het remgeld is verlaagd voor een aantal categorieën van patiënten waarvan men weet of vermoedt
dat hun financiële draagkracht beperkt is. De meeste gekende zijn de Rechthebbenden op Verhoogde Verzekeringstegemoetkoming (RVV), de vroegere WIGW (wezen, invaliden, gepensioneerden en weduwen).
Een verhoogde terugbetaling geldt ook voor de volgende verzekerden (en hun partner en personen
ten laste)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
rechthebbenden op het bestaansminimum (“leefloon”)
OCMW steuntrekkers in het kader van de wet van 02 april 1965
langdurig volledig werklozen van 50 jaar en ouder
gerechtigden die van de Inkomen Garantie voor Ouderen (IGO) genieten
personen met een handicap volgens de wet van 27 februari 1987
rechthebbenden op verhoogde kinderbijslag (wegens lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid
van > 66 % of minstens 4 punten in de eerste pijler van de evaluatie)
niet begeleide minderjarige vreemdelingen.
Zie ook de website van de sociale zekerheid: www.socialezekerheid.be > Burger > Gezond heid > Terugbetaling van medische kosten.
Personen die zich niet bevinden in een van de hoger vermelde situaties maar waarvan het inkomen
toch onder een bepaalde drempel ligt, kunnen bij hun ziekenfonds het Omnio-statuut aanvragen
dat ook recht geeft op verhoogde tegemoetkoming voor henzelf, hun partner en hun personen ten
laste.60
Het Omnio-statuut wordt niet automatisch toegekend maar moet worden aangevraagd
door de patiënt.
Meer info op de site van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Burger > Medische kosten >
Omnio.
58. GVU-wet , art. 34 en 37.
59. K.B. van 23 maart 1982 voor de verstrekkingen waarop de verhoogde tegemoetkoming betrekking heeft.
60. K.B. van 1 april 2007 tot invoering van het Omnio-statuut.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
Statuut van de zorgverlener
De verzekeringstegemoetkoming kan lager zijn bij zorgverleners die niet toegetreden zijn tot de zogenaamde nationale overeenkomsten.
Omstandigheden
De verzekeringstegemoetkoming hangt ook af van de omstandigheden waarin de zorgverlener de
verstrekking verricht:
}}
}}
}}
gehospitaliseerden betalen slechts een minimaal forfait per ligdag voor alle vergoedbare geneesmiddelen
het remgeld kan ook verlaagd worden om de kwaliteit van de zorg te bevorderen (bv. verlaging
van het remgeld bij de huisarts wanneer deze een Globaal Medisch Dossier bijhoudt)
er is geen remgeld voor de verzorging verleend aan de palliatieve patiënt.
Meer info over maximumbedrag op de site van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Geneesmid delen en andere > Geneesmiddelen > Algemene informatie > Terugbetaling.
c. Hoeveel bedraagt het remgeld voor verpleegkundige verzorging?
Het remgeld bedraagt normaal 25 % van de honoraria maar is verder afhankelijk van de volgende
factoren:
}}
}}
}}
het statuut van de verzekerde: met of zonder verhoogde tegemoetkoming
de aard van de prestaties: bvb. geen persoonlijke bijdrage voor de palliatieve forfaits
het al of niet geconventioneerd zijn van de zorgverlener: voor de verpleegkundige die niet is toegetreden tot de overeenkomst wordt de terugbetaling met ± 25 % verminderd behalve voor de
patiënten met verhoogde tegemoetkoming die genieten van hetzelfde terugbetalingstarief61.
Het remgeld voor de verplaatsingskosten is 25 % ongeacht het statuut van de patiënt (art. 8
overeenkomst).
d. Ben ik verplicht remgeld te vragen?
Er is geen verplichting om het remgeld te vragen voor verpleegkundige verstrekkingen.
2.Wat is de maximumfactuur (MAF) en wie heeft er recht
op?
a. Algemeen principe
Er wordt een grens gesteld aan het totaal aan remgelden dat een patiënt of een gezin op één kalenderjaar moet betalen. Boven dat bedrag worden de geneeskundige verstrekkingen aan 100%
vergoed voor de rest van dat kalenderjaar.
b. Waarom een MAF ?
De bedoeling van de MAF is de toegankelijkheid van de gezondheidszorg op financieel vlak te vrijwaren voor iedereen.
61. GVU-wet, art. 49, § 5.
55
56
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
c. Met welke remgelden wordt rekening gehouden om de MAF te bepalen?
Kosten die niet
meetellen voor de
MAF: supplementen
gevraagd door artsen,
verblijfskosten in
rustoorden, beschut
wonen, ... , veiligheidsmarge van sommige
prothesen, sommige
kosten in het buitenland
De belangrijkste remgelden die meetellen voor de MAF zijn:
}}
voor ambulante zorg:
erelonen van de zorgverleners (o.a. verpleegkundigen)
}} technische verstrekkingen (labo, radiografie)
}} geneesmiddelen (categorie A en B en C, magistrale bereidingen).
}}
}}
voor de gehospitaliseerde:
}} het persoonlijke aandeel van de verpleegdagprijs
}} het forfait voor de medicatie.
d. Hoe de MAF berekenen?
Berekening per gezin
}}
Sociale maximumfactuur
2 cumulatieve voorwaarden:
}}
}}
het gezin dient effectief 450 EUR aan remgeld te hebben gedragen in de loop van 1 kalenderjaar
minimum 1 lid van het gezin moet recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming (zie remgeld ).
Als dit bedrag bereikt is, betaalt het ziekenfonds al het remgeld terug tot aan het einde van het
jaar (direct opvolging door het ziekenfonds) aan alle leden van het gezin.
}}
Maximumfactuur inkomen
In functie van het gezinsinkomen (van het 3e voorafgaande jaar) wordt er een plafond vastgesteld waarboven het ziekenfonds de remgelden terugbetaalt.
Individuele berekening
Wanneer in een kalenderjaar voor een kind (<19 jaar) de remgelden het plafond van 650 EUR overstijgen, dan betaalt het ziekenfonds al de remgelden uitgegeven voor dit kind terug, voor de rest van
het kalenderjaar.
Meer info op de site van het RIZIV: www.riziv.be, rubriek Burger > Medische kosten >
Maximumfactuur.
3.Derdebetalersregeling62
De derderbetalersregeling is een betalingswijze waarbij de zorgverlener de betaling van
de verschuldigde tegemoetkoming rechtstreeks ontvangt van het ziekenfonds van de patiënt. De eventuele remgelden int de zorgverlener rechtstreeks bij de patiënt.
62. K.B. van 10 oktober 1986, tot uitvoering van artikel 53 , §1, 9e lid, van GVU-wet.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
a. Hoe moet ik het toepassen?
Om het systeem van derde betaler te mogen toepassen moet je aan de volgende voorwaarden
voldoen63.
}}
}}
}}
}}
}}
Je moet de dienst Geneeskundige verzorging ervan op de hoogte brengen per aangetekende
brief (of op moment van toetreding tot de overeenkomst).
Je moet de derdebetalersregeling toepassen voor alle rechthebbenden en voor alle verstrekkingen.
Je dient te factureren via magnetische drager of elektronisch netwerk vóór het einde van de
maand volgend op de maand waarin de verstrekking werd verricht.
Je moet de honoraria van de overeenkomst respecteren.
Bij een groepering moeten alle leden het derdebetalersysteem toepassen en moet een voor de
groep specifiek “derdebetalersregeling”-nummer worden aangevraagd.
Meer info over factureren via magnetische drager op de site van het RIZIV: www.riziv.be,
rubriek Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen > Algemene informatie >
Instructie facturatie via magnetische drager.
b. Wat indien ik me niet aan de voorwaarden houd?64
Indien je je niet aan de bovenvermelde voorwaarden houdt kan je financieel bestraft worden.
De Overeenkomstencommissie kan je ook uitsluiten van de derdebetalersregeling gedurende een
periode van 1 maand tot 1 jaar. In geval van herhaling binnen een termijn van 5 jaar kan die uitsluiting definitief zijn.
Wanneer er een vermoeden bestaat van onregelmatigheden in je praktijk of van misbruik bij de
toepassing van de derdebetalersregeling kunnen de ziekenfondsen conservatoir elke betaling gedurende een periode van maximum drie maanden schorsen, op voorwaarde dat ze tegelijkertijd jou
en de Overeenkomstencommissie daarover inlichten.
De Overeenkomstencommissie vergadert binnen 30 dagen na ontvangst van dit bericht en spreekt
zich uit over de handhaving of de opheffing van de schorsing van de betalingen.
4.Hoeveel mag ik aanrekenen?
Indien ik toegetreden ben tot de Nationale Overeenkomst: je dient je te houden aan de maximumbedragen zoals bepaald in de Nationale Overeenkomst. Het is niet toegelaten verplaatsingskosten
aan te rekenen tenzij in de omstandigheden vermeld in art 4 § 2 van de Nationale Overeenkomst.
Indien ik niet toegetreden ben tot de Nationale Overeenkomst: ik bepaal vrij mijn honoraria met
uitzondering voor de patiënten met verhoogde tegemoetkoming, de palliatieve patiënten en diabetici bij wie ik me moet houden aan de maximumbedragen65.
De tarieven kan je vinden op www.riziv.be, rubriek Verzekeringsinstellingen > Honoraria,
prijzen en vergoedingen > Verpleegkundigen.
63. Overeenkomst , art 6, 7 en 7bis.
64. Overeenkomst art 9.
65. K.B. van 1 april 2007 tot invoering van het Omnio-statuut, Hfdst V.
57
58
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
IV. Zorgen verleend door geïntegreerde
diensten voor thuisverzorging
Geïntegreerde diensten voor thuisverzorging verlenen het geheel van de patiëntenzorg onder meer
via praktische organisatie en ondersteuning. De tussenkomst van beroepsbeoefenaars van verschillende disciplines is hierbij vereist (gezondheidwerkers en psychologen). Deze diensten zijn georganiseerd per zorgzone.66 De opdrachten van deze diensten zijn onder andere:
}}
}}
}}
}}
de evaluatie van de zelfredzaamheid van de patiënt
de uitwerking en de opvolging van een zorgplan
de taakafspraken tussen zorgverstrekkers
het multidisciplinair overleg.
Er is een vergoeding voorzien voor het multidisciplinair overleg en de registratie verleend in het
kader van de thuiszorg aan patiënten die zich in een van de volgende toestanden bevinden: verminderde zelfredzaamheid, persisterende neurovegetatieve” of een “minimaal responsieve” status,
chronische en complexe psychiatrische problematiek.
Voor voorwaarden en modaliteiten van aanrekenen zie K.B. van 18 november 2005 (vaststelling van
de tegemoetkoming voor geneesmiddelen, verzorgingsmiddelen en hulpmiddelen voor patiënten in
een persisterende vegetatieve status) en van 15 december 2009 (vaststelling van de voorwaarden
voor financiering van de geïntegreerde diensten voor thuisverzorging).
Meer info over geïntegreerde diensten voor thuiszorg op de site van het RIZIV: www.riziv.be,
rubriek Zorgverleners > Andere zorgverleners > Geïntegreerde diensten voor thuiszorg.
V.Zorgtrajecten67
1.Wat zijn zorgtrajecten?
Een zorgtraject organiseert en coördineert de aanpak, de behandeling en de opvolging van
een patiënt met een chronische ziekte. Bij de uitwerking van dit project zijn 3 partijen betrokken: de patiënt, de huisarts en de specialist. Het traject begint na ondertekening door de betrokken
partijen van een “zorgtraject contract” dat een looptijd heeft van 4 jaar.
Op dit ogenblik zijn er 2 zorgtrajecten operationeel: voor chronische nierinsufficiëntie en diabetes
type 2.
2.Rol van de verpleegkundige in het zorgtraject diabetes
Als thuisverpleegkundige kan je een tegemoetkoming verkrijgen voor de specifieke verstrekkingen
inzake educatie tot zelfzorg van de diabetespatiënt die je verleent in het kader van het zorgtraject
diabetes.
66. K.B. van 8 juli 2002, vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van geïntegreerde diensten voor thuisverzorging.
67. Nationale overeenkomst 2009, art 10 bis.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
Je moet daarvoor:
}}
}}
}}
beschikken over de bekwaming van gegradueerde verpleegkundige of met deze gelijkgestelde,
vroedvrouw of verpleegkundige met brevet
een aanvullende opleiding van 150 uur hebben gevolgd (voor de refentieverpleegkundige diabetes die minstens 60 uur vorming heeft gehad bestaat er een overgangsmaatregel)
een specifiek registratienummer als diabetesopleider aanvragen bij het RIZIV (aanvraag vergezeld van de nodige opleidingsattesten).
Meer info over informatie en aanvraagformulier op de site www.zorgtraject.be > Professio nelen > Verpleegkundigen.
VI.Rechten
van de patiënt
De wet van 22 augustus 2002 heeft een aantal rechten voor de patiënt vastgelegd. Hierna volgt een
overzicht van de belangrijkste bepalingen.
1.Definities en toepassingsgebied
}}
}}
}}
Patiënt: natuurlijke persoon aan wie gezondheidzorg wordt verstrekt al dan niet op eigen verzoek
Beroepsbeoefenaar (BB): zowel conventionele68 als niet-conventionele69 (homeopathie, chiropraxie, osteopathie)
Voorwaarden: in de mate dat de patiënt hieraan meewerkt, leeft de beroepsbeoefenaar deze
wet na (desgevallend pleegt hij daarvoor multidisciplinair overleg).
2.Welke rechten voorziet de wetgever voor de patiënt?
a. Algemene rechten
}}
}}
Menselijke waardigheid en zelfbeschikkingsrecht.
Zorg van kwaliteit beantwoordend aan zijn behoefte.
b. Recht op vrije keuze van de beroepsbeoefenaar en op wijziging van deze
keuze
c. Recht op informatie over zijn gezondheidstoestand
}}
Recht op informatie nodig voor het inzicht in de eigen gezondheidstoestand en evolutie (dus
ook over een eventuele funeste prognose!) :
}} mondeling in duidelijke taal
}} schriftelijk: op verzoek van de patiënt
}} via vertrouwenspersoon door middel van een schriftelijk verzoek van de patiënt.
68. K.B. nr 78 van10 november 1967.
69. Wet van 29 april 1999, betreffende de niet-conventionele praktijken inzake de geneeskunde, de artsenijbereidkunde, de kinesitherapie, de verpleegkunde
en de paramedische beroepen.
59
60
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
Uitzondering
Bij mogelijk nadeel voor de gezondheid van de patiënt en na overleg met een andere beroepsbeoefenaar. De reden om de informatie te weigeren, moet je motiveren in het dossier.
}}
Recht om niet geïnformeerd te worden: via een schriftelijk verzoek van de patiënt.
Uitzondering
Bij gevaar voor de gezondheid van de patiënt of van derden en na overleg met een andere
beroepsbeoefenaar.
d. Recht om geïnformeerd en vrij in te stemmen met elke interventie van de
beroepsbeoefenaar
}}
Informatie over de interventie
}} Welke: doel, modaliteiten, tegenaanwijzingen, neveneffecten, mogelijke alternatieven en financiële implicaties, eventuele gevolgen van weigering
}} Wanneer: tijdig en voorafgaand
}}
Toestemming tot de interventie
}} Wordt uitdrukkelijk gegeven behalve wanneer je uit de houding van patiënt redelijkerwijze
zijn toestemming kan afleiden.
}} Op verzoek van één van beide partijen en met instemming van de andere wordt de toestemming schriftelijk vastgelegd.
}} Recht op weigering of intrekking toestemming: op verzoek van één van beide partijen wordt
de weigering schriftelijk vastgelegd.
}} Weigering doet geen afbreuk aan het recht van de patiënt op kwaliteitsvolle zorg.
}} Weigering blijft van kracht als patiënt (nadien) de capaciteit tot uitoefening van zijn rechten
zou verliezen.
}} Bij spoedgeval zonder wilsuitdrukking van de patiënt of zijn vertegenwoordiger gebeurt iedere noodzakelijke tussenkomst van de beroepsbeoefenaar in het belang van de patiënt.
e. Recht op een patiëntendossier en inzage erin
Maximumprijs bij
afschrift dossier:
0,10 EUR per gekopieerde pagina met een
maximum van 25 EUR
voor gans het dossier.
Voor informatie die
digitaal wordt opgeslagen mag maximaal
10 EUR gevraagd
worden
De patiënt heeft recht op:
}}
}}
}}
}}
een zorgvuldig bijgehouden en veilig bewaard dossier waar hij zelf documenten kan aan toevoegen
inzage in zijn dossier:
}} moet gebeuren binnen de 15 dagen na de aanvraag
}} uitgesloten v/h recht op inzage zijn de persoonlijke notities en informatie over derden
inzage in zijn dossier door een vertrouwenspersoon (indien deze een beroepsbeoefenaar is,
heeft deze ook recht op inzage van de persoonlijke notities)
afschrift van zijn dossier: je kan dit weigeren indien duidelijk is dat patiënt onder druk staat om
dit aan derden mee te delen.
Indien de beroepsbeoefenaar inzage in het dossier weigert om medische redenen, kan de patiënt
zijn rechten uitoefenen via een door hem gekozen beroepsbeoefenaar.
Bij overlijden oefent de familie het recht op inzage uit via een door hen gekozen beroepsbeoefenaar
die ook toegang heeft tot de persoonlijke notities (indien vraag voldoende gemotiveerd en niet tegen de wens van de patiënt). Een kopie nemen van het dossier na overlijden is verboden.
3e Deel - De verpleegkundige en zijn/haar patiënt - Juni 2010
f. Recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer
}}
}}
Betreft de informatie over zijn gezondheid
Betreft zijn intimiteit: de aanwezigheid van personen is beperkt tot het strikt nodige voor het
onderzoek/behandeling.
Uitzondering
In het belang van de volksgezondheid of bij belangen/rechten van derden.
g. Recht op het neerleggen van een klacht bij de bevoegde ombudsfunctie
Meer info op de sites:
}} www.health.fgov.be > Mijn gezondheid> Patiëntenrechten
}} www.patientrights.be
De taak van de ombudsfunctie is de volgende:
}}
}}
}}
}}
}}
bevorderen communicatie beroepsbeoefenaar - patiënt
bemiddelen
oriënteren van de patiënt in geval van mislukte bemiddeling
informeren over de werking van de ombudsfunctie
formuleren van aanbevelingen ter preventie.
3.Wie vertegenwoordigt de patiënt in geval van
minderjarigheid of bij het onvermogen zelf zijn rechten uit te
oefenen?
a. Minderjarigen en gelijkgestelde personen
}}
}}
ouder of voogd
patiënt wordt betrokken bij de uitoefening van zijn rechten in functie van leeftijd en begripsvermogen (een rijpe minderjarige kan dus volledig zijn rechten uitoefenen !)
b. Patiënt in onvermogen zelf zijn rechten uit te oefenen
De rechten worden in dalende volgorde uitgeoefend door:
}}
}}
}}
een vertegenwoordiger aangesteld via een door beiden gehandtekend mandaat
de familie indien geen mandaat: (in volgorde van prioriteit) echtgenoot(e) of partner > meerderjarig kind > ouder > meerderjarige broer/zus
de beroepsbeoefenaar (ook in geval van onenigheid tussen vertegenwoordigers).
Voor het recht op het neerleggen van een klacht bestaat deze volgorde niet.
Uitzonderingen
}}
}}
Voor de bescherming van de levenssfeer kan de beroepsbeoefenaar eisen dat de vertegenwoordiger zijn recht op inzage in het dossier uitoefent via een door deze laatste verkozen beroepsbeoefenaar
Voor de bescherming van het leven en de gezondheid van de patiënt kan de beroepsbeoefenaar
afwijken van de beslissing van de vertegenwoordiger en dit in multidisciplinair overleg, tenzij de
vertegenwoordiger een schriftelijk mandaat heeft en in het bezit is van een uitdrukkelijke wilsbeschikking van de patiënt.
Ieder ziekenhuis is
verplicht een ombudsfunctie op te richten
die onafhankelijk
dient te zijn van de
zorgverleners en waar
de patiënt terecht kan
bij klachten over de er
toegediende zorgen.
Bij klacht over zorgen
verleend buiten het
ziekenhuis kan de
patiënt zich richten tot
de Federale Ombudsdienst van de FOD
Volksgezondheid,
Directoraat Generaal
van de Gezondheidsvoorzieningen, Nederlandstalige federale
ombudspersoon
Victor. Hortaplein 40,
bus 10, 1060 Brussel
Tel. 02/5248520 Fax
02/5248538
61
4 Deel
Communicatie met
het RIZIV
e
64
4e Deel - Communicatie met het RIZIV - Juni 2010
I.Omzendbrieven
De zorgverlener heeft de verplichting om zich te informeren over de reglementering. Onwe tendheid kan nooit worden ingeroepen als rechtvaardiging in een gerechtelijke procedure.
Bekendmaking in het Belgisch Staatsblad is de officiële manier70 om wetten, besluiten aan te kondigen en in werking te laten treden vanaf een bepaalde datum.
Omzendbrieven hebben tot doel de zorgverleners te informeren over belangrijke onderwerpen zoals
de reglementering, de erelonen, aanrekeningsmodaliteiten, de overeenkomsten.
Soms bevatten ze bijkomende uitleg over problemen die zijn vastgesteld bij de toepassing van de
reglementering.
De wettelijke basis blijft echter steeds de afkondiging in het Belgisch Staatsblad en niet de
omzendbrief als dusdanig. Ook voor de datum van uitvoering is niet het opsturen van de
omzendbrief bepalend, maar wel de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad en de datum van
inwerkingtreding die daarin is bepaald.
II.De
website van het RIZIV: www.riziv.be
Je kunt heel wat informatie rechtstreeks op de website van het RIZIV vinden.
Via de onthaalpagina kun je verschillende rubrieken raadplegen. Een korte beschrijving van de inhoud:
}}
Rubriek Zorgverleners > Andere zorgverleners > Verpleegkundigen:
}}
}}
}}
}}
}}
onder “Algemene informatie”: o.a. de omzendbrieven(vanaf 2003), de nomenclatuur, de
Overeenkomst, prijzen en vergoedingen , instructies ivm. de facturatie, andere wettelijke bepalingen enz.
onder “Informatie per thema”: o.a. pilootproject zorgkundigen in de thuisverpleging, forfaitaire tegemoetkomingen, evaluatieschaal, de palliatieve patiënt, referentieverpleegkundigen,
pseudocodenummers; softwarepakket, VINCA-project, enz.
onder “formulieren”: de verschillende formulieren voor aanvraag, kennisgeving, toetreding,
enz.
onder “Educatief project zorgverleners”: de meeste recente versie van deze brochure
onder “Contact”: de coördinaten van de contactpunten bij het RIZIV (adres, telefoon,
e-mail), enz.
}}
Rubriek “Burger” vind je, naast informatie over de ziekenfondsen, informatie die direct van belang is voor je patiënt (medische kosten; arbeidsongeschiktheidsuitkeringen)
}}
Rubriek “Andere domeinen” vind je informatie voor de werkgevers, over de onderwijsinstellingen van het 3e niveau, enz.
}}
Rubriek “Voorstelling van het RIZIV” vind je informatie over de sociale zekerheid in België en
over het RIZIV (structuur, opdrachten, enz.).
}}
Rubriek “Wilt u meer weten?” vind je informatie over de evolutie in de ziekte- en invaliditeitsverzekering, de belangrijkste reglementering, de Europese strijd tegen de fraude (EHFCN), links
naar andere sites mbt de sociale zekerheid, enz.
70. Wet van 31 mei 1961 Bekendmaken en afkondigen van wetten en verordeningen.
4e Deel - Communicatie met het RIZIV - Juni 2010
III.Meer info nodig?
Vragen waarop je geen antwoord vindt in deze brochure, kun je stellen aan het RIZIV. Maak hiervoor
gebruik van:
}}
}}
}}
de contactgegevens (e-mailadressen, telefoonnummers, faxnummers, adressen voor briefwisseling), die je in de brochure terugvindt (zie telkens “meer informatie”)
de algemene mailbox [email protected]; de communicatiecel van het RIZIV stuurt de
mails door naar de bevoegde dienst(en).
de website van het RIZIV: www.riziv.be > Wilt u meer weten? > Reglementering > Docleg
Indien je bij je beroepsvereniging of op het web geen antwoord vindt kan je je vraag richten aan de
Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV:
}}
}}
}}
telefonisch op het nummer 02/739.74.79 op maandag en donderdag tussen 13 en 16u, op dinsdag, woensdag en vrijdag tussen 9 en 12 uur
in de kantoren van het RIZIV tussen 9-12 of na afspraak op het volgende adres: Tervurenlaan
211 lokaal T486 (4e verdieping) 1150 - Brussel
schriftelijk (zelfde adres).
Andere websites die in de brochure voorkomen:
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Zorgtrajecten: www.zorgtraject.be
Medattest (website van het RIZIV en De Post om documenten voor zorgverleners online te bestellen : www.medattest.be)
Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid (“zorgverzekering” in Vlaanderen) :
www.vlaamsezorgverzekering.be)
Vzw Medimmigrant : www.medimmigrant.be
Federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers : www.fedasil.be
Rechten van de patiënt: www.patientrights.be
Federale overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid: www.health.fgov.be
Federale overheidsdienst (FOD) Justitie: www.just.fgov.be
65
5 Deel
Provinciale
geneeskundige
commissies van de FOD
Volksgezondheid
e
68
5e Deel - Provinciale geneeskundige commissies van de FOD Volksgezondheid - Juni 2010
Call center nummer van de FOD Volkgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu:
02 524 97 97
Algemeen e-mail adres: [email protected]
Provinciale Geneeskundige Commissie Antwerpen (PGC Antwerpen)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adres: Pelikaanstraat, 4, 2e verdieping, 2018 Antwerpen
Tel.: 02 524 78 50, fax: 02 524 78 58
Voorzitter: Dr. D. Duyck
Secretaris: Dr. W. Haenen, Gezondheidsinspecteur
E-mail: [email protected]
Openingsuren: dinsdag en donderdag van 9u30 tot 12u en van 14u tot 16u
Provinciale Geneeskundige Commissie Limburg (PGC Hasselt)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adres: St-Jozefsstraat 10 bus 5.2, 3500 Hasselt
Tel.: 02 524 78 02, fax: 02 524 78 21
Voorzitter: Dr. Rega R.
Secretaris: Dr. K. Machiels, Gezondheidsinspecteur
E-mail: [email protected]
Openingsuren: dinsdag en donderdag van 9u30 tot 13u30 en van 14u tot 16u en na afspraak
Provinciale Geneeskundige Commissie West-Vlaanderen (PGC Brugge)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adres: Hoogstraat 9, 8000 Brugge
Tel.: 02 524 79 30, fax: 02 524 79 33
Voorzitter: Dr. Lieven Wostyn
Secretaris: Dr. Z. Vermeulen, Gezondheidsinspecteur
E-mail: [email protected]
Openingsuren: maandag en dinsdag: van 9u tot 11u30 en van 13u30 tot 15u30
Nederlandstalige Geneeskundige Commissie van Brabant (PGC Leuven)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adres: Philipssite 3 B bus 1, 3001 Leuven
Tel.: 016 31 89 22, fax: 016 31 89 17
Voorzitter: Dr. Lucas Kayaert
Secretaris: Dr. M. Coppens, Gezondheidsinspecteur
E-mail: [email protected]
Secretariaat: M. Roelandts
E-mail: [email protected]
Openingsuren: dinsdag en donderdag van 9u tot 11u en van 14u tot 15u30
Provinciale Geneeskundige Commissie Gent Oost-Vlaanderen (PGC Gent)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adres: Kouterpoort - Ketelvest 26 bus 201, 9000 Gent
Tel.: 02 524 99 73 of 02 524 99 72, fax: 02 524 99 78
Voorzitter: Prof. Dr. L. de Thibault de Boesinghe
Secretaris: Dr. H. Nimmegeers, Gezondheidsinspecteur
E-mail: [email protected]
Openingsuren: maandagmorgen en vrijdagmorgen van 9u tot 11u30 en woensdagnamiddag
van 14u tot 15u30
5e Deel - Provinciale geneeskundige commissies van de FOD Volksgezondheid - Juni 2010
Commission médicale du Brabant d’expression française
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adresse: Place Victor Horta 40, 1060 Bruxelles
Tél.: 02 524 97 72, fax : 02 524 98 20
Président: Prof. Monique De Rood
Secrétaire: Dr M. Luyckx, Inspecteur d’hygiène provincial
E-mail: [email protected]
Heures d’ouverture: mardi et jeudi de 14h à 16h
Commission médicale de la province du Hainaut (CMP Hainaut)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adresse: Grand’rue 67-69, 4e étage, 7000 Mons
Tél.: 065 39 48 80, fax: 065 39 48 83
Président: Dr Basselier
Secrétaire: Dr D. Taminiau, Inspecteur d’hygiène provincial
E-mail: [email protected]
Heures d’ouverture: lundi de 14h à 16h, mardi de 9h30 à 11h30, jeudi de 14h à 16h et vendredi
de 9h30 à 11h30
Commission médicale de la province de Namur (CMP Namur)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adresse: Résidence Les Célestins Place des Célestins 25, 5000 Jambes
Tél.: 081 65 44 73, fax: 081 30 76 26
Président : Dr Fery
Secrétaire : Dr J. Renard, Inspecteur d’hygiène provincial
E-mail: [email protected]
Heures d’ouverture: tous les jours de 9h à 12h et de 14h à 16h
Commission médicale de la province de Luxembourg (CMP Luxembourg)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adresse: Rue Dr. Lomry 3, 6800 Libramont
Tél.: 061 23 00 73, fax: 061 23 43 79
Président: Dr J-J. Slegten
Secrétaire: Dr C. Laboulle, Inspecteur d’hygiène provincial
E-mail : [email protected]
Heures d’ouverture: mardi de 10h à 12h et de 14h à 16h
Commission médicale provinciale de la province de Liège (CMP Liège)
}}
}}
}}
}}
}}
}}
Adresse: Bld Frère Orban 25, 2e étage, 4000 Liège
Tél.: 02 524 79 01, fax: 04 254 15 68
Président: Dr Georges Henrard
Secrétaire: Dr I. Renard, Inspecteur d’hygiène provincial
E-mail: [email protected]
Heures d’ouverture: tous les jours de 9h à 12h et de 14h à 16h. Pour inscription visa (diplômes):
le mardi de 9h à 11h et de 14h à 16h ou sur rendez-vous.
69
70
Index - Juni 2010
Index
A
aanrekenen ................................................................................................................................ 31–46
beperkingen ......................................................................................................................... 34–35
hulp bij prestaties verricht door een arts . .................................................................................. 32
in rust en verzorgingstehuizen ................................................................................................... 31
in ziekenhuisverband ................................................................................................................. 31
welk bedrag? ............................................................................................................................. 57
aanvraag- en kennisgevingprocedure ............................................................................................. 43
adviserend geneesheer ......................................................................................21, 37, 38, 41, 43, 45
aanvraag en kennisgeving ......................................................................................................... 43
asielzoekers . ................................................................................................................................... 52
attesteren
via facturatiedienst . ................................................................................................................... 46
via Mycarenet ............................................................................................................................ 46
B
basisverstrekking . ........................................................................................................................... 29
beheerskosten ................................................................................................................................. 24
Belgisch Staatsblad . ....................................................................................................................... 64
betrekkelijke waarde . ...................................................................................................................... 26
bevoegdheid . .............................................................................................................................. 9-10
codes ......................................................................................................................................... 9
verpleegkundige handelingen .................................................................................................... 12
bijzondere beroepsbekwaamheid ................................................................................................... 10
bijzondere beroepstitel .................................................................................................................... 10
bioactief verband . ..................................................................................................................... 30, 42
buitenland . ...................................................................................................................................... 33
C
coëfficiëntgetal ................................................................................................................................ 26
controle praktijkvoering ................................................................................................................... 20
D
delegeren van taken ........................................................................................................................ 33
derdebetalersregeling . ...............................................................................................................56-57
DGEC .............................................................................................................................................. 20
diabetespatiënt . ........................................................................................................................ 38-40
diefstal voorschriften /stempel ........................................................................................................ 11
E
Europese ziekteverzekeringskaart . ................................................................................................. 52
evaluatie praktijkvoering .................................................................................................................. 20
evaluatieschaal .................................................................................................................... 40, 44, 46
zie katzschaal ............................................................................................................................ 44
F
facturatiedienst . .............................................................................................................................. 46
Federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers . ................................................................ 53
forfait ............................................................................................................................. 29, 32, 36, 37
palliatieve en zwaarzorgafhankelijke patiënten ............................................................................... 36
G
gegevensregistratie aan bed ........................................................................................................... 24
geïntegreerde diensten voor thuisverzorging .................................................................................. 58
Index - Juni 2010
getuigschriften
aanvragen .................................................................................................................................. 46
Hoe bekomen ............................................................................................................................ 46
Individueel . ................................................................................................................................ 45
verzamel- ................................................................................................................................... 45
I
inbreuken tegen de RIZIV-wetgeving .............................................................................................. 21
interne documenten ........................................................................................................................ 45
interpretatieregels . .......................................................................................................................... 27
K
Katzschaal ....................................................................................................................................... 46
L
Lokaal Opvanginitiatief (LOI) . .......................................................................................................... 44
M
maximumfactuur ............................................................................................................................. 53
inkomen ..................................................................................................................................... 55
sociaal . ...................................................................................................................................... 56
MyCareNet ...................................................................................................................................... 46
N
Nationale Overeenkomst ................................................................................................................. 22
nomenclatuur ............................................................................................................. 9, 12, 20, 26-31
asielzoekers ............................................................................................................................... 53
inhoud ........................................................................................................................................ 26
juridische basis .......................................................................................................................... 27
raadpleging ................................................................................................................................ 28
totstandkoming . ........................................................................................................................ 27
vragen omtrent . ......................................................................................................................... 47
nomenclatuur verpleegkunde
algemene beperkingen ........................................................................................................ 30–33
structuur .............................................................................................................................. 28–30
O
Omnio-statuut ................................................................................................................................. 54
omzendbrieven ................................................................................................................................ 64
oogdruppels .................................................................................................................................... 35
oogzalf ............................................................................................................................................. 35
overeenkomstencommissie verpleegkunde .................................................................................... 27
P
palliatieve thuispatiënt ..................................................................................................................... 37
definitie ...................................................................................................................................... 37
Provinciale Geneeskundige Commissie .......................................................................................... 11
pseudocodenummers ......................................................................................................... 34, 37, 46
R
rechten van de patiënt ................................................................................................................59-61
referentieverpleegkundigen ............................................................................................................. 11
remgeld ..................................................................................................................................... 23, 53
RIZIV .......................................................................................................................................... 18–19
RIZIV-nummer ....................................................................................................................... 9, 31, 46
noodzaak ..................................................................................................................................... 9
rust- en verzorgingstehuizen ........................................................................................................... 32
71
72
Index - Juni 2010
S
schriftelijke lastgeving ..................................................................................................................... 45
serviceflats ...................................................................................................................................... 32
sleutelletter ...................................................................................................................................... 26
softwarepakket ................................................................................................................................ 23
soorten verzekeringen ..................................................................................................................... 50
specifieke technische verpleegkundige verstrekkingen aanrekenen . ............................................. 42
supplementen . ................................................................................................................................ 44
T
tarieven ............................................................................................................................................ 27
tegemoetkoming
beheerskosten thuisverpleging .................................................................................................. 23
softwarepakket .......................................................................................................................... 23
therapeutische vrijheid .................................................................................................................... 17
toepassingsregels ........................................................................................................................... 26
toiletten . .............................................................................................................29, 30, 35, 40, 43, 44
V
verantwoordelijkheid
financieel . .................................................................................................................................. 17
juridisch ..................................................................................................................................... 17
verpleegdossier ......................................................................................................................... 34
verblijfscatheter ............................................................................................................................... 43
vergoedbaarheid ............................................................................................................................. 12
verhoogde tegemoetkoming ........................................................................................................... 54
verplaatsingkosten .................................................................................................................... 44, 57
verpleegkundig consult ............................................................................................................. 35, 42
verpleegkundig dossier ................................................................................................................... 33
palliatieve patiënt ....................................................................................................................... 37
rechten v/d patiënt ivm .............................................................................................................. 60
wondzorg ................................................................................................................................... 41
verpleegkundige verstrekkingen . ...............................................................................................10-16
technische ............................................................................................................................12-16
toevertrouwde geneeskundige handelingen .............................................................................. 16
verstrekkingen
gedekt door andere verzekering ................................................................................................ 32
onterechte vergoeding ............................................................................................................... 17
uitgevoerd in het buitenland ...................................................................................................... 32
vertegenwoordiging van de patiënt ................................................................................................. 61
verzekerbaarheid ............................................................................................................................. 52
verzekeringscomité ..................................................................................................................... 9, 27
VINCA-project ................................................................................................................................. 24
visum ............................................................................................................................................... 11
Vlaamse zorgverzekering . ............................................................................................................... 51
voorschrift .................................................................................................... 12, 17, 30-31, 34, 41, 47
geldigheidsduur ......................................................................................................................... 31
noodzaak ................................................................................................................................... 30
ongeldig ..................................................................................................................................... 31
vereisten .................................................................................................................................... 31
W
website van het RIZIV ...................................................................................................................... 64
weekend en feestdagen .................................................................................................................. 43
wondzorg . .......................................................................................................... 10, 13, 30, 35-37, 42
Z
ziekenhuis . ...................................................................................................................... 9, 31, 55, 52
zorgkundigen . ................................................................................................................................. 33
pilootproject . ............................................................................................................................. 33
zorgtrajecten . .................................................................................................................................. 58
Infobox RIZIV Wegwijzer voor de startende verpleegkundige in de thuiszorg
1e versie, juni 2010
Verantwoordelijke uitgever: J. De Cock, Tervurenlaan 211, 1150 Brussel
Realisatie: Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle (DGEC), in samenwerking met de Dienst voor geneeskundige
verzorging en de Communicatiecel van het RIZIV, en de deelneming van de Federale overheidsdienst Volksgezondheid
Graphic Design: Communicatiecel RIZIV
Foto’s: Ab initio en Verypics
Wettelijk depot : D/2010/0401/2
Infobox RIZIV
Wegwijzer voor de startende verpleegkundige
in de thuiszorg
Download