Het Elektrisch dossier

advertisement
De elektrische installatie (EI ) van mijn school
Werkgroep Elektriciteit
DAVGOS- PABG
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 1 van 38
Voorwoord
Deze regelgeving is gebaseerd op de basisprincipes van de “ Wet Welzijn “ en het “ KB
van 2 juni 2008 betreffende de minimale voorschriften inzake veiligheid van bepaalde
OUDE elektrische installaties op arbeidsplaatsen ”.
In het Belgisch Staatsblad van 21 december 2012 werd het Koninklijk Besluit van 4
december 2012 betreffende de minimale voorschriften inzake veiligheid van
elektrische installaties op arbeidsplaatsen, gepubliceerd.
Dit KB vervangt het oorspronkelijke KB van 2 juni, dat wordt opgeheven
Het nieuwe koninklijk besluit steekt het KB van 2 juni 2008 inzake oude elektrische
installaties in een nieuw en ruimer kleedje.
De bepalingen van dat besluit blijven geldig en hebben betrekking op;



de werkzaamheden aan elektrische installaties,
de bekwaamheid en opleiding van en instructies voor de werknemers, om de
risico’s te vermijden tijdens de uitvoering van de opdrachten waarmee deze
werknemers belast zijn,
het technisch dossier dat de elektrische installatie beschrijft en dat door de
werkgever moet samengesteld en bewaard worden.
De verschillen:
Het nieuwe KB is van toepassing op alle elektrische installaties op arbeidsplaatsen en
niet enkel de oude elektrische installaties.
Elke elektrische installatie moe ten minste voldoen aan de bepalingen van het AREI. Er
is wel een afwijking toegestaan voor de oude elektrische installaties . Zij moeten in dat
geval te voldoen aan de voorwaarden van de Bijlage I : minimale voorschriften
betreffende de uitvoering van oude elektrische installaties.
Elke elektrische installatie dient onderworpen te worden aan een
gelijkvormigheidsonderzoek en een periodieke controle met de frequentie zoals bepaald
in het AREI. De oude elektrische installaties dienen onderworpen te worden aan een
eerste controle met betrekking tot de overeenstemming met de bepalingen van
Bijlage I. Deze dient ten laatste op 1 januari 2014 uitgevoerd te worden.
De oude elektrische installaties dienen uiterlijk op 31 december 2014 te voldoen aan de
bepalingen betreffende de risicoanalyse en de te nemen preventiemaatregelen.
Uiterlijk op 31 december 2016 dient te worden voldaan aan de bepalingen van de
artikelen 8 en 9 betreffende de conformiteit van de oude elektrische installaties aan de
minimum eisen van Bijlage I. Deze datum mag maximaal met 2 jaar overschreden
worden mits een gedetailleerd uitvoeringsplan op te stellen met advies van de
preventieadviseur en het Comité.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 2 van 38
De grondslag voor de risicoanalyse:
Het bepalen van risico’s van de elektrische installatie van een school is de opmaak van
een risicoanalyse gebaseerd op de kennis van de installatie.
Om deze kennis op te doen moet men de installatie volgen vanaf het begin tot het punt
waar de verbruiker aangesloten wordt.
Zoals voor elk andere arbeidsmiddel kan deze risicoanalyse ( Ra ) bestaan uit een
omvangrijk en gedetailleerd dossier of simpelweg uit een paar documenten.
Deze keuze wordt bepaald door de grootte en de omvang van de elektrische installatie.
Hoe omvangrijker, hoe meer kennis van zaken men ook moet hebben om zelf de
risicoanalyse uit te voeren.
De bedoeling van de Ra is te komen tot preventiemaatregelen die na de opmaak in het
JAP en GPP van de school moeten voorkomen. Afhankelijk van de weging van de
restrisico’s dient men de tijd van actie vast te leggen: groot risico = direct aanpakken!
Nieuw is wel dat het KB van 4 december 2012 een termijn oplegt voor de oude
elektrische installaties waarbinnen de risicoanalyse dient gebeurd te zijn en de
preventieve maatregelen dienen genomen te worden; namelijk 31/12/2014
Door deze regelgeving zullen dus op termijn de risico’s van de oude EI verdwijnen en
door onze aanpak zorgen wij voor de borging van de belangrijke elektrische informatie
voor de toekomst.
Zoals dit document samengesteld is door een groep personen die de nodige kennis en
deskundigheid inzake infrastructuur, elektriciteit en veiligheid hebben, dient de
opstelling van dit dossier ook best te gebeuren door een werkgroep met al dan niet
” interne “ en “ externe “ deskundigheid.
Naast de interne preventieadviseur is het evident dat in deze specifieke en moeilijke
materie de elektrotechnieker/elektricien ( al dan niet interne werknemer ) met zijn
ervaring en kennis een grote rol speelt. Verder zijn de installatieverantwoordelijke en
eventuele werkverantwoordelijke zeker betrokken inzake het operationeel gebruik en het
uitvoeren van werkzaamheden.
De Externe Dienst voor Technische Controle ( keuringsorganisme ) verricht een keuring
om de conformiteit met het AREI en de minimale voorschriften van Bijlage 1 aan het KB
van 4 december 2012 te onderzoeken. Verder kunnen zij als “deskundige “ helpen om
de risico’s in te schatten. Zij toetsen de bestaande situatie af aan de reglementen en
voorschriften en komen tot de vaststelling van conformiteit of van een inbreuk. Ook de
Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk kan hier de rol spelen als
extern adviesorgaan inzake de opmaak van de risicoanalyse.
Namens de werkgroep,
Pascal De Roissart
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 3 van 38
Inhoudstafel
Voorwoord
2
0. Checklist dossier ” De elektrische installatie van mijn school”
5
I. Algemene Documenten
8
I.1. Informatie Uitbater: Gegevens schoolbestuur/school/…
I.2. Informatie Infrastructuur: Ligging, campus(sen), situatieplan,…
I.3. Bouwkundige Informatie: Grondplannen en/of schetsen
I.3.1. Gebouwen ( lokalen ) met een gewone elektrische installatie(s)
I.3.2. Gebouwen ( lokalen ) met oefeninstallatie(s)
I.3.3. Gebouwen ( lokalen ) met bijzondere activiteiten
II. Bevoegdheden
II.1. AREI art. 47
II.1.2. Codificatie bevoegdheden
II.1.2. Bevoegde personen- bijzondere lokalen
II.2. Overzicht bevoegdheden
II.2.1. Doel en toepassingsgebied
II.2.2. Overzicht aanstelling bevoegdheden door schoolbestuur
II.2.3. Aanstellingsdocument Installatieverantwoordelijke
II.2.4. Aanstellingsdocument bevoegd persoon BA5
II.2.5. Aanstellingsdocument gewaarschuwd persoon BA4
II.2.6. Bewaarplaats dossier” elektrische installatie “
II.2.7. Werkwijze “ Uitvoering elektrische werken door bevoegde personen
II.3. Situering Elektrische Installatie(s)
II.4.Werken met derden
III. Technische elektrische informatie
III.1. Verplichtingen
III.2. Elektrisch dossier
III.2.1. Algemene gegevens
III.2.2. Hoogspanning
III.2.2.1. Schema / schets + foto’s
III.2.2.2. Indienststelling: eerste keuringsverslag
III.2.2.3. Laatste + voorlaatste keuringsverslag
III.2.3. Laagspanning
III.2.3.1. Schema / schets ALSB + foto’s
III.2.3.2.Schema’s ( installatie + ééndraads ) van de installatie
III.2.3.3.Boomstructuur verdeling vermogens
( vermogen van de hoofddifferentieels/automaten )
III.2.3.4.Kabelidentificatie ( welke doorsnede + ev. soort kabel )
III.2.3.5.Indienststelling: eerste keuringsverlag
III.2.3.6.Laatste + voorlaatste keuringsverslag
III.2.4 Uitwendige invloeden
III.2.4.1. Tabel met per lokaal de uitwendige invloeden
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
9
10
12
13
13
14
15
17
18
19
20
20
21
22
23
23
24
24
26
26
27
Pagina 4 van 38
III.2.4.2. Plan uitwendige invloeden
III.2.4.3. ATEX-dossier: explosieveiligheidsdossier en zonering
III.2.5. De risicoanalyse
29
III.2.5.1. Wettelijke bepalingen
III.2.5.2. Checklist risicoanalyse laagspanning– checklist eenvoudige installatie
29
III.2.5.3. Risicoanalyse laagspanning – nijverheidsschool
30
III.2.5.4. Risicoanalyse hoogspanning
31
III.2.5.5. Checklist risicoanalyse laagspanning – schakelkasten / spanningsblokken / labotafels /
Toestellen
31
III.2.5.6. Checklist risicoanalyse laagspanning –aansluiting machines
31
III.2.5.7. Procedure bij aanpassingen aan de elektrische installatie ( EI )
31
III.2.5.8. Resultaten Warmtebeeldcamera
31
IV. Preventiemaatregelen
31
IV.1. Algemene Preventiemaatregelen
IV.2. Minimale voorschriften
IV.2.1. Inventaris preventiemaatregelen
IV.3. Opleidingen
IV.3.1. Inventaris opleidingen
IV.3.2. Attesten opleidingen
IV.4. Instructies
IV.4.1. Algemeen
IV.4.2. Instructies
IV.4.3. EHBO instructies
31
32
32
33
34
34
34
34
34
V. Scholen met nijverheids-technische afdelingen.
( Opmaak in een latere fase )
V.1. De Oefeninstallatie
V.2. RA E werkplaats/oefeninstallatie
V.3. E Metingen
V.4. Controlelijst E machines
V.5. Werkfiche opdrachten E
VI. Scholen met nijverheids-technische afdeling specifiek Elektriciteit
( Opmaak in een latere fase )
VI.1. De Oefeninstallatie
VI.2. Integratie V-component + inventarisatie in de lessen ( VCA kan momenteel nog via RTC ,…)
VI.3. RA van elke oefening geïntegreerd in de lesvoorbereiding / cursus: eenvoudige analyse
VI.4. Opstellen van specifieke VIK’s met betrekking tot het gebruik van E
VI.5. Interne Opleidingen: vb. BA4, …
Nawoord
35
Verklarende lijst afkortingen
36
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 5 van 38
Checklist dossier:
"De elektrische installatie van mijn school"
Vink aan met welke zaken je in orde bent!
Dit geeft je een overzicht van de volledigheid van je dossier.
I. Algemene Documenten
☐ I.1. Informatie Uitbater: Gegevens schoolbestuur/school/…
☐ I.2. Informatie Infrastructuur: Ligging, campus(sen),situatieplan,…
☐ I.3. Bouwkundige Informatie: Grondplannen en/of schetsen
☐ I.3.1. Gebouwen ( lokalen ) met een gewone elektrische
installatie(s)
☐ I.3.2. Gebouwen ( lokalen ) met oefeninstallatie(s)
☐ I.3.3. Gebouwen ( lokalen ) met bijzondere activiteiten
II. Bevoegdheden
☐ II.1. AREI art. 47
☐ II.1.2. Codificatie bevoegdheden
☐ II.1.2. Bevoegde personen- bijzondere lokalen
☐ II.2. Overzicht bevoegdheden
☐ II.2.1. Doel en toepassingsgebied
☐ II.2.2. Overzicht aanstelling bevoegdheden door schoolbestuur
☐ II.2.3. Aanstellingsdocument Installatieverantwoordelijke
☐ II.2.4. Aanstellingsdocument bevoegd persoon BA5
☐ II.2.5. Aanstellingsdocument gewaarschuwd persoon BA4
☐ II.2.6. Bewaarplaats documenten formulieren, verwante
procedures, materiaal en hulpmiddelen
☐ II.2.7. Werkwijze “ Uitvoering elektrische werken door bevoegde
personen
☐ II.3. Situering Elektrische Installatie(s)
☐ II.4.Werken met derden
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 6 van 38
III. Technische elektrische informatie
☐ III.1. Verplichtingen
☐ III.2. Elektrisch dossier
☐ III.2.1. Algemene gegevens
☐ III.2.2. Hoogspanning
☐
III.2.2.1. Schema / schets + foto’s
☐
III.2.2.2. Indienststelling: eerste keuringsverslag
☐
III.2.2.3. Laatste + voorlaatste keuringsverslag
☐ III.2.3. Laagspanning
☐
III.2.3.1. Schema / schets ALSB + foto’s
☐
III.2.3.2.Schema’s ( installatie + ééndraads ) van
de installatie
☐
III.2.3.3.Boomstructuur verdeling vermogens
( vermogen van de hoofddifferentieels /automaten )
☐
III.2.3.4.Kabelidentificatie
( welke doorsnede + ev. soort kabel )
☐
☐
☐
III.2.3.5.Indienststelling: eerste keuringsverlag
☐
III.2.3.6.Laatste + voorlaatste keuringsverslag
III.2.4 Uitwendige invloeden
☐
III.2.4.1. Tabel met per lokaal de uitwendige
invloeden
☐
III.2.4.2. Plan uitwendige invloeden
☐
III.2.4.3. ATEX-lokalen: Explosieveiligheidsdossier en zonering
III.2.5. De risicoanalyse
☐
III.2.5.1. Wettelijke bepalingen
☐
III.2.5.2. Checklist risicoanalyse laagspanning–
eenvoudige installatie
☐
III.2.5.3. Risicoanalyse laagspanning –
nijverheidsschool
☐
III.2.5.4. Risicoanalyse hoogspanning
☐
III.2.5.5. Checklist risicoanalyse laagspanning –
schakelkasten / spanningsblokken /
labotafels / Toestellen
☐
III.2.5.6. Checklist risicoanalyse laagspanning –
machines
☐
III.2.5.7. Procedure bij aanpassingen aan de
elektrische installatie
☐
III.2.5.8. Resultaten Warmtebeeldcamera
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 7 van 38
IV. Preventiemaatregelen
☐ IV.1. Algemene Preventiemaatregelen
☐ IV.2. Minimale vereisten
☐ IV.2.1. Inventaris preventiemaatregelen
☐ IV.3. Opleidingen
☐ IV.3.1. Inventaris opleidingen
☐ IV.3.2. Attesten opleidingen
☐ IV.4. Instructies
☐ IV.4.1. Algemeen
☐ IV.4.2. Instructies
☐ IV.4.3. EHBO instructies
V. Scholen met oefeninstallaties.
☐V.1. De Oefeninstallatie
☐V.2 . RA E werkplaats/oefeninstallatie
☐V.3. E Metingen
☐V.4. Controlelijst E machines
☐V.5. Werkfiche opdrachten E
VI. Scholen met oefeninstallaties Elektriciteit
☐VI.1. De Oefeninstallatie
☐VI.2. Integratie V-component + inventarisatie in de lessen
( VCA kan momenteel nog via RTC ,…)
☐VI.3. RA van elke oefening geïntegreerd in de lesvoorbereiding /
cursus: eenvoudige analyse
☐VI.4. Opstellen van specifieke VIK’s met betrekking tot het gebruik
van E
☐VI.5. Interne Opleidingen: vb. BA4, …
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 8 van 38
I.
Algemene Documenten
In dit deel worden:
a. De gegevens van wie eigenaar / gebruiker / huurder is omschreven m.a.w. de
spelers en hun relatie onderling
b. De gebouwen en hun onderlinge relatie geïdentificeerd en omschreven.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 9 van 38
I.1. Informatie Uitbater
[ Datum]:
[ Schoolbestuur ]
[ School ]
[ School ]:
[ Adres ]:
[ Telefoonnr. ]:
[ Email ]:
[ Website ]:
[ Schoolnr. VSKO/VVKBaO ]:
[ KBO nr ]:
[ Naam directie ]:
[ Telefoonnr. ]:
[ Email ]:
[ Naam schoolbestuur]:
[ Adres ]:
[ Telefoonnr. ]:
[ Email ]:
[ Website ]:
[ Verantwoordelijke schoolbestuur ]:
[ Telefoonnr. ]:
[ Email ]:
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 10 van 38
I.2. Informatie Infrastructuur
Datum:
[ Naam School ]:
[ Adres ]:
[ Gebouw 1 ]
[ Gebouw 2 ]
[Naam schoolbestuur]
Liggingsplan ( google maps )
-
Niveau stad
[ Invoegen plan en/of schets ]
-
Niveau straat
[ Invoegen plan en/of schets ]
-
…
[ Invoegen bijkomende plannen en/of schetsen ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 11 van 38
Foto’s Ligging ( google maps )
-
Niveau stad
[ Foto’s ]
-
Niveau straat
[ Foto’s ]
-
Niveau gebouwen
[ Foto’s ]
-
…
[ Foto’s ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 12 van 38
I.3. Bouwkundige informatie.
Deze plannen omvatten bouwkundige,architecturale,… informatie over de
gebouwen en hun lokalen:
We onderscheiden:
-
Gebouwen ( lokalen ) met een gewone elektrische installatie(s)
-
Gebouwen ( lokalen ) met oefeninstallatie(s)
Een oefeninstallatie is een installatie waar in het kader van een technische opleiding het
vak elektriciteit/elektronica/elektromechanica aangeleerd wordt aan de hand van
proefopstellingen, meetborden,…
Vb. Vaklokaal elektriciteit
-
Gebouwen ( lokalen ) met bijzondere activiteiten
Vb. Computerlokalen, Explosieveilige lokalen ( Ex-omgeving ),
Gezoneerde lokalen,…
Het is belangrijk om dit te weten bij het bepalen van, wie mag werken aan
de elektrische installatie van deze lokalen.
Vb. Het risico van een elektrische installatie in een explosieve ruimte
( vb. stofafzuiging, middendruk gascabine ) is merkelijk groter dan
werken aan de gewone elektrische installatie, de deskundigheid van
de elektricien zal in dit geval dus ook hoger moeten zijn
I.3.1. Gebouwen ( lokalen ) met gewone elektrische
installatie(s)
[ invoegen Tekeningen en/of schetsen ]
I.3.2. Gebouwen ( lokalen ) met oefeninstallatie(s)
[ invoegen Tekeningen en/of schetsen ]
I.3.3. Gebouwen ( lokalen ) met bijzondere activiteiten
[ invoegen Tekeningen en/of schetsen ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 13 van 38
II. Bevoegdheden
II.1. AREI art. 47
De werkgever verzekert de nodige opleiding en verstrekt de nodige instructies.
Hij zorgt er ook voor dat de werknemers de nodige bekwaamheid hebben. Die
bekwaamheid (BA4 / BA5) wordt door hem toegekend overeenkomstig AREI – artikel 47.
II.1.1. Codificatie bevoegde personen –
Codificatietabel.
Om de bekwaamheid van personen te bepalen wordt een code gebruikt die
samengesteld is uit de letters “BA” gevolgd door een cijfer van 1 tot 5, zoals in de
volgende tabel is aangegeven:
Code
Omschrijving
Voorwaarden
Voorbeelden
BA1
Gewone
Niet hieronder geclassificeerde
personen.
Lokalen voor
huishoudelijk of
analoog gebruik,
lokalen gewoonlijk
toegankelijk voor het
publiek.
BA2
Kinderen
Kinderen die zich bevinden in de
voor hen bestemde lokalen.
Kinderbewaarplaatsen,
kinderkribben, …
Gehandicapten
Personen die niet over al hun
fysische of geestelijke
vermogens beschikken.
Rusthuizen voor
invaliden, ouderlingen of mentaal
gehandicapten.
BA3
Personen die:
BA4
- ofwel voldoende onderricht
werden aangaande de elektrische
risico’s verbonden aan de hen
toevertrouwde werkzaamheden;
Gewaarschuwden - ofwel permanent worden bewaakt
door een vakbekwaam persoon
tijdens de hen toevertrouwde
werkzaamheden teneinde de aan
elektriciteit verbonden risico’s tot
een minimum te herleiden.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Uitbating- of
onderhoudspersoneel
van elektrische
installaties.
Pagina 14 van 38
BA5
Vakbekwamen
Personen die via kennis,
verkregen door opleiding of
ervaring, de gevaren verbonden
aan de uit te voeren
werkzaamheden zelf kunnen
inschatten en de maatregelen
kunnen bepalen om de daaruit
voortvloeiende specifieke risico’s
te elimineren of tot een
minimum te beperken.
Ingenieurs en technici
belast met de
uitbating van de
installaties, …
Installatieverantwoordelijke.
Persoon aangeduid om de verantwoordelijkheid voor de exploitatie van de elektrische
installatie op zich te nemen.
Aanbevolen:
Indien nodig kan die verantwoordelijkheid gedeeltelijk op andere personen worden
overgedragen.
Taken en opdrachten die de installatieverantwoordelijke o.a. dient uit te voeren:
- informatie geven aan uitvoerders over de mogelijke risico’s van de uit
te voeren werkzaamheden;
- aanvraag voor keuring elektrische installatie organiseren en opvolging
geven aan de resultaten van het keuringsverslag;
- schema’s elektrische installaties in orde houden;
- nieuwe elektrische installaties of installaties waaraan (ingrijpende)
wijzigingen of aanpassingen zijn uitgevoerd in dienst nemen.
- dit dossier “up to date “ houden.
Werkverantwoordelijke.
Persoon aangeduid om de verantwoordelijkheid van de uitvoering van de
werkzaamheden op zich te nemen.
II.1.2. Bevoegde personen – Bijzondere lokalen
Verantwoordelijke oefeninstallaties
( enkel van toepassing voor Nijverheidstechnische scholen)
Persoon aangeduid om de verantwoordelijkheid voor de exploitatie van de elektrische
oefeninstallatie ( vb. vaklokaal elektriciteit,…) op zich te nemen.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 15 van 38
Verantwoordelijke computerlokalen
Persoon aangeduid om de verantwoordelijkheid voor de exploitatie van de elektrische
installaties van de informaticalokalen ( vb. computerklassen,…) op zich te nemen.
II.2. Overzicht Bevoegdheden
[ Datum ]:
[ Naam
Schoolbestuur ]
[ Naam School ]
II.2.1. Doel en toepassingsgebied
Deze procedure is bedoeld om de afspraken vast te leggen bij het
‘veilig’ werken aan en in de nabijheid van de elektrische installaties.
Deze procedure is van toepassing:
- op de exploitatie van alle elektrische installaties zoals bijv.
ziekenhuis, beschut wonen, scholen, kinderdagverblijven,…
- op alle werken die op, met of in de omgeving van elektrische
installaties worden uitgevoerd (voor eigen personeel als voor
derden);
- van zeer lage spanning tot en met hoogspanning;
- alle oefeninstallaties
II.2.2. Overzicht bevoegden:
Installatieverantwoordelijke(n)
[ Infrastructuur ] + [ Wie ]
Onbepaalde duur
Vb.
Gewone elektrische installatie:
1. Directieteam
2. TAC / TAE
Vb. Document:
“ Aanstelling installatieverantwoordelijke ”
Gewaarschuwde personen – BA4
[ Infrastructuur ] + [ Wie ]
Leerkrachten:
Vb.
[ Van ……… tot
Vb. Document:
“ Aanstelling BA4 ”
……… ]
1. Werkman zonder vooropleiding
elektriciteit
2. ICT-coördinator
3. LKR Techniek – 1° graad
4. Onderwijzer 6° leerjaar (Techniek )
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 16 van 38
Vakbekwame personen – BA5
[ Infrastructuur ] + [ Wie ]
[ Van ……… tot
Vb.
……… ]
Vb. Document:
“ Aanstelling BA5 ”
1.
2.
3.
4.
Werkverantwoordelijke
Alle LKR Elektriciteit / Elektronica
die met de oefeninstallatie werken.
TAC / TAE met vooropleiding
elektriciteit
Werkman met vooropleiding
elektriciteit
Extern elektricien ( BaO / ASO /…)
[ Werkopdracht ] + [ Wie ]
Vb.
1. Werkman zonder vooropleiding
elektriciteit
2. Werkman met vooropleiding
elektriciteit
Verantwoordelijke oefeninstallaties.
[ Infrastructuur ] + [ Wie ]
( Enkel voor nijverheidstechnische scholen )
Vb.
1. Alle LKR Elektriciteit / Elektronica
die met de oefeninstallatie werken.
Verantwoordelijke elektrische
installatie computerlokalen.
Vb. Document:
“ Aanstelling verantwoordelijke
Elektrische installatie computerlokalen ”
[ Infrastructuur ] + [ Wie ]
Vb.
1. ICT coördinator
2. Onderwijzer
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 17 van 38
II.2.3. Aanstellingsdocument
“Installatieverantwoordelijke ”
[ Naam ]
[ Functie ]
Vb. Directieteam / TAC / TAE
[School ] + [ Adres school ]
wordt aangesteld als installatieverantwoordelijke voor de elektrische installatie van
[School ] [- tot 400V in niet EX-omgevingen] .
Deze bevoegdheid wordt toegekend voor onbeperkte duur, zolang hij/zij in dienst is van
het schoolbestuur.
Aanstelling toegekend op [ Datum ] door onderstaande vertegenwoordigers van de
werkgever
[ Naam verantwoordelijke schoolbestuur ]
[ Functie verantwoordelijke schoolbestuur ]
[ Handtekening ]
………………………………
[ Naam betrokken personeelslid ]
[ Handtekening ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 18 van 38
II.2.4. Aanstellingsdocument
“Bevoegd persoon BA5”
[ Naam ]
[ Functie ]
Vb. leraar elektriciteit 3° graad
[School ] + [ Adres school ]
heeft de bevoegdheid om als BA5 ( volgens AREI) te werken aan [niet EX- elektrische
installaties tot een spanning van 400V- AC] op het gehele grondgebied van [ Naam
school ]. Deze bevoegdheid wordt toegekend voor de periode van 5 jaar vanaf de
datum van ondertekening. Een gedetailleerde weergave van de toegelaten
werkzaamheden zijn te vinden in het document ”Toegelaten werkzaamheden bevoegde
personen “. Dit document ter inzage bij het directieteam en bij de
installatieverantwoordelijke.
Bovenstaande verbindt er zich toe onder alle omstandigheden volgens zijn bevoegdheid
risicobewust en veilig te werken. Bij twijfel moet de installatieverantwoordelijke
geraadpleegd worden.
Deze bevoegdheidsverklaring is gebaseerd op kennis, ervaring en opleiding.
Bovenstaande heeft volgende opleidingsprogramma gevolgd vanaf [ Datum].
Vb. * BA5 door CNO-COPRANT op 10/05/06 te Antwerpen
Aanstelling toegekend op [ Datum ] door onderstaande vertegenwoordigers van de
werkgever
[ Naam + verantwoordelijke school ]
[ Handtekening ]
………………………………
[ Naam betrokken personeelslid ]
[ Handtekening ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 19 van 38
II.2.5. Aanstellingsdocument
“ Gewaarschuwd persoon BA4 ”
[ Naam ]
[ Functie ]
Vb. leraar techniek elektriciteit 1° graad
[School ] + [ Adres school ]
heeft de bevoegdheid om als BA4 ( volgens AREI) te werken aan [niet EX- elektrische
installaties tot een spanning van 400V- AC ] op het gehele grondgebied van
[ Naam school ]. Deze bevoegdheid wordt toegekend voor de periode van 5 jaar vanaf
de datum van ondertekening. Een gedetailleerde weergave van de toegelaten
werkzaamheden zijn te vinden in het document ”Toegelaten werkzaamheden bevoegde
personen “. Dit document ter inzage bij het directieteam en bij de
installatieverantwoordelijke. Bovenstaande verbindt er zich toe onder alle
omstandigheden volgens zijn bevoegdheid risicobewust en veilig te werken. Bij twijfel
moet de installatieverantwoordelijke geraadpleegd worden. Deze bevoegdheidsverklaring
is gebaseerd op kennis, ervaring en opleiding.
Bovenstaande heeft volgende opleidingsprogramma gevolgd vanaf [ Datum].
Vb. * BA4 door CNO-COPRANT op 10/05/06 te Antwerpen
Aanstelling toegekend op [ Datum ] door onderstaande vertegenwoordigers van de
werkgever
[ Naam + functie verantwoordelijke school ]
[ Handtekening ]
………………………………
[ Naam betrokken personeelslid ]
[ Handtekening ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 20 van 38
II.2.6. Bewaarplaats dossier “ elektrische installatie “:
[Lokaal Installatieverantwoordelijke]
II.2.7. Werkwijze “ Uitvoering elektrische werken door
bevoegde personen “
Praktische opvolging van een uit te voeren werk aan de elektrische installatie:
A. Planning
1. Aanvraag van het werk aan de installatieverantwoordelijke
2. De installatieverantwoordelijke bespreekt de werkopdracht samen met
interne en/of externe deskundigen.
( Vb. intern = BA5/LKR E/Onderhoudselektrieker )
( Vb. extern: BaO / ASO : huiselektricien van de school )
3. De werkopdracht wordt omschreven.
4. Planningsvergadering beleggen met de werkverantwoordelijke
Vb. dienst onderhoud / onderhoudsman / BA5
5. Afspraken maken door de installatieverantwoordelijke met de
werkverantwoordelijke :
Vb. Installatie spanningsloos maken door werkverantwoordelijke en
Installatieverantwoordelijke
B. Uitvoering
1. De werkverantwoordelijke vraagt toestemming om de werken uit te
voeren
2. Installatieverantwoordelijke geeft toestemming
3. Werkverantwoordelijke voert de opdracht uit (veilige 7 toepassen)
Let op ! Schakelen door BA5
4. Uitvoeren van de werken
5. Controle van de veiligheid (Omgekeerde veilige 7)
6. De installatieverantwoordelijke verwittigen na de uitvoering en
controle van de werkzaamheden door de werkverantwoordelijke
7. De werkverantwoordelijke vraagt toestemming aan
installatieverantwoordelijke voor vrijgave
8. Installatieverantwoordelijke geeft toestemming aan
werkverantwoordelijke
9. De installatieverantwoordelijke doet de nodige aanpassingen aan de
elektrische schema’s
10. Einde van het werk
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 21 van 38
II.3. Situering Elektrische Installatie(s)
Op deze bouwkundige plannen geven we aan met kleur welke lokalen behoren tot:
1. Gewone elektrische installatie ( na 1983 ) = Onderhevig aan AREI :
Vb. geen kleur
2. Gewone elektrische installatie ( vóór 1983 ) = Onderhevig aan KB Oude EI :
Vb. grijs
3. Oefeninstallaties = alle lokalen waar zich oefeninstallaties bevinden
( enkel van toepassing voor scholen voor Wetenschap en Techniek ):
Vb: Geel
4. Bijzondere lokalen
-
Computerlokalen: Vb. oranje
Explosieve ruimten: Vb. rood
II.3.1. Van vóór 1983
Bouwkundig(e) plan(nen): Gewone elektrische installatie vanaf 1983
[ Plan(nen) invoegen ]
II.3.2. Vanaf 1983
Bouwkundig(e) plan(nen): Gewone elektrische installatie vanaf 1983
[ Plan(nen) invoegen ]
II.3.3. Oefeninstallaties
Bouwkundig(e) plan(nen) lokalen met oefeninstallaties
[ Plan(nen) invoegen ]
II.3.4. Bijzondere lokalen
II.3.4.1. Computerlokalen
[ Plan(nen) invoegen ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 22 van 38
II.3.4.2. Explosieve omgevingen ( Ex-omgeving )
Bouwkundig(e) plan(nen) lokalen met risico op explosie
( vb. stofafzuiging ruimtes, middendruk gascabines in gebouw,…) +
zonering
[ Plan(nen) invoegen ]
II.4. Werken met derde(n)
Gezien het KB “ Werken met derden”:
Wanneer derden elektrische werken uitvoeren aan de infrastructuur van de school
dan moet er overleg zijn tussen de installatieverantwoordelijke van de school en
de verantwoordelijke derde.
Dit elektrisch dossier wordt ter inzage aan de contractant (derde) bezorgd en
verder is de procedure “ Werken met derden “ van toepassing.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 23 van 38
III.Technische Elektrische informatie
III.1. Verplichtingen
De eigenaar, de beheerder of de huurder van een elektrische installatie
moet zorgen :
1 . voor het onderhoud ervan of het laten uitvoeren van dit onderhoud .
2 . de geschikte maatregelen worden genomen dat op ieder ogenblik
het AREI wordt nageleefd .
3 . dat het Ministerie van Economische Zaken onmiddellijk
gewaarschuwd wordt bij ongelukken waarvan personen het
slachtoffer zijn ten gevolge van de elektrische installatie .
4 . voor een goede werking van de differentieelschakelaars door
regelmatig de testknop in te drukken.
5. voor het bijhouden van het elektrisch dossier:
De werkgever stelt een dossier samen met ten minste :
• de schema’s en de plannen van de leidingen en installaties
Bij een een nieuwe installatie, een belangrijke wijziging of uitbreiding
dient er zowel een situatieschema als een ééndraadschema aanwezig te
zijn . Deze schema's worden opgesteld door de persoon die de installatie
uitgevoerd heeft. Op de schema's worden duidelijk de naam, adres van
de installatie, de datum en een handtekening van zowel de uitvoerder,
de eigenaar als het erkend organisme vermeld .De schema's moeten in
3-voud aanwezig zijn op het moment van de keuring.
• de risicobeoordeling (waaronder de ev. berekeningsnota’s) en
de preventiemaatregelen
• de verslagen van de controlebezoeken (van het eerste,
het voorlaatste en laatste controlebezoek)
• de instructies
• de lijst van werknemers met kwalificatie BA4 en BA5,
voor welk werk deze gelden en de evaluatie die geleid heeft tot
het toekennen ervan.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 24 van 38
III.2. Elektrisch Dossier
Dit dossier moet ter beschikking gesteld worden van de personen voor
wie deze documenten dienstig zijn bij het uitvoeren van hun werk (denk
aan interne / externe medewerkers van de technische dienst).
Bij elke wijziging of uitbreiding dient er zowel een situatieschema als een
ééndraadschema aanwezig te zijn . Deze schema's worden opgesteld
door de persoon die de installatie uitgevoerd heeft . De As-Built
schema’s worden door de uitvoerder bezorgd aan de
installatieverantwoordelijke.Op de schema's worden duidelijk de naam,
adres van de installatie, de datum en een handtekening van zowel de
uitvoerder, de eigenaar vermeld. Iedere belangrijke wijziging ( vb kring
toevoegen ) dient gekeurd te worden door een erkend organisme .De
actuele schema's moeten aanwezig zijn op het moment van de keuring.
III.2.1. Algemene gegevens
[ Datum: ]
[ Naam schoolbestuur ]
Verantwoordelijke voor de
installatie: :
[ Naam ]
Installatieverantwoordelijke
( intern / extern) (1):
[ Naam ]
Indien extern:
[
[
[
[
BA5 ( intern / extern )(1):
Indien extern:
Gegevens school:
[ Naam school ]
Naam ]
Adres ]
Tel. Nr. + Fax nr. ]
email ]
[ Naam ]
[
[
[
[
Naam ]
Adres ]
Tel. Nr. + Fax nr. ]
email ]
[ Adres ]
[ Tel. Nr. + Fax nr. ]
[ email ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 25 van 38
HS cabine onder toezicht van
de school of het
schoolbestuur:
( Ja / neen):
Indien Ja:
[ nr. van de cabine ]
Indien neen
Eigenaar Cabine ( Privé /
Elektriciteitsmaatschappij ):
[
[
[
[
Controle HS-cabine door
EDTC( keuring):
Indien eigen cabine:
Eigenschappen
trafo / soort net
Naam ]
Adres ]
Tel. Nr. + Fax nr. ]
email ]
[ Naam EDTC + Datum eerste controle ]
[ Naam EDTC + Datum voorlaatste
controle ]
[ Naam EDTC + Datum laatste controle ]
[
[
[
[
[
[
[
[
[
Merk + model ]
Bouwjaar ]
Normen ]
Primaire spanning ]
Secundaire spanning(en)
Vermogen in kVA ]
Soort net: IT, TN, TT ]
Indienststelling: Installatiejaar ]
Datum Risicoanalyse ]
Algemeen LS bord
[ Merk + model ]
[ Indienststelling: Installatiejaar ]
[ Datum Risicoanalyse ]
LS Elektrische Installatie
[ Indienststelling: Installatiejaar ]
[ Datum Risicoanalyse ]
Controle LS-cabine door EDTC
( keuring ):
[ Naam EDTC + Datum eerste controle ]
[ Naam EDTC + Datum voorlaatste
controle ]
[ Naam EDTC + Datum laatste controle ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 26 van 38
III.2.2. Hoogspanning ( indien eigen HS-kabine ):
Bevoegde personen ( Intern / Extern ):
- 3-maandelijkse inspectie:
[ Namen]
- Jaarlijkse keuring:
[ Namen]
- Onderhoud:
[ Namen]
- Schakelbevoegdheid:
[ Namen ]
Nooit zelf betreden indien je hiertoe niet bevoegd bent
en de nodige kennis hebt!
III.2.2.1. Schema / schets + foto’s
[ Schema ‘s /schetsen / foto’s invoegen ]
III.2.2.2. Indienststelling:
eerste keuringsverslag / conformiteitsverslag
[ Invoegen keuringsverslag ]
III.2.2.3. Laatste + voorlaatste keuringsverslag
[ Invoegen keuringsverslag ]
III.2.3. Laagspanning:
III.2.3.1. Schema / schets ALSB + foto’s
[ Invoegen schem’s / schetsen ]
III.2.3.2.Schema’s ( installatie + ééndraads ) van de installatie
[ Invoegen schema’s / schetsen ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 27 van 38
III.2.3.3.Boomstructuur verdeling vermogens
( vermogen van de hoofddifferentieels/automaten )
[ Invoegen blokschema/boomstructuur ]
III.2.3.4.Kabelidentificatie ( welke doorsnede + ev. soort kabel )
[ Invoegen tabel ]
III.2.3.5.Indienststelling: eerste keuringsverlag / conformiteitsverslag
[ Invoegen keuringsverslag ]
III.2.3.6.Laatste + voorlaatste keuringsverslag
[ Invoegen keuringsverslag ]
III.2.4. Uitwendige invloeden
KB 7 mei 2000 (B.S. 24 juni 2000)
Art. 19 : Installatievoorwaarden van elektrisch materieel in functie
van zijn omgeving. De keuze en het gebruik van elektrisch materieel
geschieden in functie van de aanwezige uitwendige invloeden in
overeenstemming met de door de Ministers, die respectievelijk Energie
en Arbeidsveiligheid onder hun bevoegdheid hebben en dit ieder wat
hem betreft, getroffen besluiten of bij ontstentenis daarvan, in akkoord
met de vertegenwoordiger van het in artikel 275 bedoeld erkend
keuringsorganisme.
Wanneer verschillende uitwendige invloeden zich gelijktijdig kunnen
voordoen, kunnen hun gevolgen onafhankelijk zijn of elkaar onderling
beïnvloeden en, in dit geval, de keuze van de beschermingsgraad
wijzigen.
Wanneer nochtans het elektrisch materieel door constructie de
vereiste eigenschappen niet bezit, mag het toch worden
gebruikt op voorwaarde dat het bij het installeren wordt
voorzien van een bijkomende bescherming waardoor
gelijkwaardige eigenschappen worden verzekerd. Deze
bijkomende bescherming mag de werking van het aldus beschermd
elektrisch materieel niet schaden.
De uitwendige invloeden alsmede de zones waarin deze van
toepassing zijn, worden bepaald op basis van gegevens
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 28 van 38
verstrekt door de uitbater van de installatie. Deze gegevens
zijn aangebracht op een of meerdere plannen van de inrichting
of de installatie. Deze plannen dienen te worden goedgekeurd
en geparafeerd door de exploitant of zijn vertegenwoordiger en
de vertegenwoordiger van het erkend organisme bedoeld in
artikel 275.
De bepalingen van de twee voorgaande leden zijn niet van toepassing
op elektrische installaties in huishoudelijke lokalen of plaatsen.
Praktisch
Voor elke (industriële) installatie dient een lijst (tabel )
opgesteld te worden, per lokaal, met de uitwendige invloeden.
Naast de tabel is het interessant om op een bouwkundig plan
aan te geven welke uitwendige invloeden waar van toepassing
zijn: veel overzichtelijker dan een tabel. De bepalingen van de
uitwendige invloeden vinden we terug in een hele hoop andere
artikels van het AREI.
De uitwendige invloeden: Aangeven op plan en/of tabel:
Afspraken kleuren:
Droge gewone lokalen: vb. vergaderzalen, klassen AV,…: Groen
Vochtige lokalen/ruimtes: vb. Speelplaats, douches,…: Rood
ATEX-lokalen: vb. gascabines, stofafzuiging hout,…: Geel
Stookruimtes: Blauw
Lokalen met hogere stofconcentratie: vb. onderhoudswerkplaats:
Bruin
 Technische Ruimten: Geel
 Andere: zelf te definiëren.
Afwijkingen: gekleurd bolletje ( kleur zie hierboven)





III.2.4.1. Tabel met per lokaal de uitwendige invloeden
[ Invoegen tabel ]
III.2.4.2. Plan uitwendige invloeden
[ Invoegen schets / plan ]
III.2.4.3. ATEX-lokalen: Explosieveiligheidsdossier
[ Invoegen dossier of verwijzing naar dossier ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 29 van 38
III.2.5. De risicoanalyse
III.2.5.1. Wettelijke bepalingen
De werkgever voert een risicoanalyse uit van elke elektrische installatie waarvan hij de
houder is. Ten
minste volgende risico’s moeten geanalyseerd en geëvalueerd worden :
• risico’s voor elektrische schokken door rechtstreekse en onrechtstreekse aanraking
• risico’s te wijten aan ontladingen en lichtbogen
• risico’s te wijten aan potentiaalspreiding
• risico’s te wijten aan ophoping van energie (zoals in condensatoren)
• risico’s te wijten aan overspanningen en overstromen
• risico’s voor oververhitting, brandwonden, brand en ontploffing veroorzaakt door de
elektrische uitrusting
• risico’s te wijten aan een spanningsdaling en het weder opkomen van de spanning
• risico’s inherent aan het gebruik van elektrische energie en de werkzaamheden aan de
elektrische installaties
• de niet elektrische risico’s die te wijten kunnen zijn aan een fout of een slecht
functioneren van een elektrische uitrustingscomponent, zoals stuurorganen of
stuurstroombanen.
Bij de evaluatie van de risico’s dient er rekening gehouden te worden met o.m. :
• de spanningsgebieden (zeer lage spanning, laagspanning, hoogspanning)
• de aardverbindingen (TT -, TN -, IT – net)
• de aanwezige uitwendige invloedsfactoren (vochtigheid, temperatuur, trillingen, stof,
ontploffingsgevaar,..).
Opmerkingen:
De RA wordt het best opgemaakt door een groepje deskundigen ( intern en/of
extern, vb. IV + BA5 + EDTC ).Bij eenvoudige installaties kan dit d.m.v.
checklist’s, voor scholen met nijverheidstechnische afdelingen komt daar de
elektrische component in de RA van de machines, oefeninstallaties en van de
praktijk-en labo oefeningen bij!
Bij grotere installaties kunnen metingen ( kortsluitbeveiliging, … ) nodig zijn
om de nodige info op een correcte wijze te bekomen.
Bij elke ingrijpende wijziging van de EI dient een bijkomende RA opgemaakt te
worden.
III.2.5.2. Risicoanalyse laagspanning - eenvoudige installatie
Deze risicoanalyse is bedoeld voor scholen met een beperkte elektrische
installatie vergelijkbaar met een “huishoudelijke installatie “.
Een van de basistaken van een PA is meewerken aan het opmaken van risicoanalyses.
De hierarchische lijn doet dit samen met interne en/of externe deskundigen.
Werkwijze:
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 30 van 38
Voor de ganse installatie wordt langs laagspanningszijde een risicoanalyse uitgevoerd.
We vertrekken bij het algemeen laagspanningsbord en eindigen bij de eindcomponenten
zoals stopcontacten, verlichting,… in de lokalen.
Volgende risico’s dienen als evaluatie voor te komen op de risicoanalyse :
Rood = Normaal voorkomende risico’s in dit type installatie!
A. risico’s voor elektrische schokken door rechtstreekse en onrechtstreekse
aanraking
B. risico’s te wijten aan ontladingen en lichtbogen
C. risico’s te wijten aan potentiaalspreiding
D. risico’s te wijten aan ophoping van energie (zoals in condensatoren)
E. risico’s te wijten aan overspanningen en overstromen
F. risico’s voor oververhitting, brandwonden, brand en ontploffing
veroorzaakt door de elektrische uitrusting
G. risico’s te wijten aan een spanningsdaling en het weder opkomen van de spanning
H. risico’s inherent aan het gebruik van elektrische energie en de werkzaamheden
aan de elektrische installaties
I. de niet elektrische risico’s die te wijten kunnen zijn aan een fout of een
slecht functioneren van een elektrische uitrustingscomponent, zoals
stuurorganen of stuurstroombanen.
[ Invoegen risicoanalyse ]
III.2.5.3. Checklist risicoanalyse laagspanning - uitgebreide installatie
Deze risicoanalyse is bedoeld voor scholen met een uitgebreide elektrische
installatie vergelijkbaar met een “industriële installatie “. Een industriële
installatie kenmerkt zich door de grootte van de aansluiting op het net
( maximum stroomsterkte en spanning )en/of de aanwezigheid van machines.
Volgende risico’s dienen als evaluatie voor te komen op de risicoanalyse :
Rood = Normaal voorkomende risico’s in dit type installatie!
A. risico’s voor elektrische schokken door rechtstreekse en onrechtstreekse
aanraking
B. risico’s te wijten aan ontladingen en lichtbogen
C. risico’s te wijten aan potentiaalspreiding
D. risico’s te wijten aan ophoping van energie (zoals in condensatoren)
E. risico’s te wijten aan overspanningen en overstromen
F. risico’s voor oververhitting, brandwonden, brand en ontploffing
veroorzaakt door de elektrische uitrusting
G. risico’s te wijten aan een spanningsdaling en het weder opkomen van de
spanning risico’s inherent aan het gebruik van elektrische energie en de
werkzaamheden aan de elektrische installaties
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 31 van 38
H. de niet elektrische risico’s die te wijten kunnen zijn aan een fout of een
slecht functioneren van een elektrische uitrustingscomponent, zoals
stuurorganen of stuurstroombanen.
[ Invoegen risicoanalyse ]
III.2.5.4. Risicoanalyse hoogspanning
Enkel van toepassing wanneer men in eigen beheer een HS – Cabine
heeft.
Deze risicoanalyse voer je best samen uit met een of meerdere externe
deskundigen met de nodige kwow-how.
Vb. Elektricien met kennis van HS ( opleiding ), keuringsorganisme,…
[ Invoegen risicoanalyse ]
III.2.5.5. Risicoanalyse laagspanning – schakelkasten /
spanningsblokken / labotafels / toestellen
[ Invoegen risicoanalyse ]
III.2.5.6. Checklist risicoanalyse laagspanning – machines
[ Invoegen risicoanalyse ]
III.2.5.7. Procedure aanpassingen aan de elektrische installatie(s)
[ Invoegen procedure(s) ]
III.2.5.8. Resultaten warmtebeeldcamera
[ Invoegen resultaten ]
Een warmtebeeldcamera geeft aan waar in de elektrische installatie ( vb.
elektrische schakelkast ,…) verhoogde temperaturen aanwezig zijn en
kan aldus gebruikt worden om slechte verbindingen, te hoog vermogen,
…. te ontdekken.
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 32 van 38
IV.Preventiemaatregelen
De reglementering betreft de specifieke preventie betreffende elektrische
gevaren is uitgewerkt in het ‘Algemeen Reglement op de Elektrische
Installaties (AREI: KB 10.3.81 – BS 23.4.81 en KB 2.9.81 – BS 30.9.81 en KB
2 juni 2008 - BS 19 juni 2008) en situeert zich op drie domeinen:
- technische maatregelen;
- organisatorische maatregelen;
- mensgerichte maatregelen.
Voor elektrische installaties die gebouwd werden, gewijzigd of uitgebreid voor
1983, of voor wijzigingen en aanpassingen na deze datum waarop het AREI
niet van toepassing is, gelden de bepalingen van het KB van 2juni 2008.
IV.1. Algemene preventiemaatregelen
Op basis van de resultaten van de risicoanalyse moet de werkgever de nodige
preventiemaatregelen nemen.
Hij moet kunnen aantonen dat de elektrische installatie zodanig is uitgevoerd, en
zodanig wordt uitgebaat en in stand gehouden, dat de werknemers doeltreffend
beschermd zijn tegen de risico’s verbonden aan elektriciteit.
Dat betekent ook dat de elektrische installatie aan bepaalde minimumvoorschriften
voldoet
IV.2. Minimale voorschriften
De elektrische installatie dient zodanig uitgevoerd dat de werknemers beschermd zijn
tegen o.m. :
• de risico’s van rechtstreekse en onrechtstreekse aanraking
• de gevolgen van overspanningen te wijten aan isolatiefouten,
schakelingen en atmosferische invloeden
• brandwonden en andere gezondheidsrisico’s
Indien deze risico’s niet (volledig) kunnen uitgeschakeld worden door het ontwerp of
door collectieve beschermingsmaatregelen, dan moet de toegang tot de installaties
uitsluitend voorbehouden worden aan de werknemers met bekwaamheid BA4
(gewaarschuwd) of BA5 (vakbekwaam).
Bovendien moet de elektrische installatie zodanig uitgevoerd worden dat :
• gevaarlijke lichtbogen en oppervlaktetemperaturen worden vermeden
• oververhitting, brand en ontploffing worden vermeden.
Andere voorschriften zijn :
• veilige scheiding is mogelijk
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 33 van 38
• veilig en aangepast elektrisch materieel (overeenkomstig de
uitwendige invloedsfactoren, Ex – atmosfeer,..) is gebruikt
• correct geïnstalleerd elektrisch materieel (volgens de voorschriften
van de fabrikant)
• correct onderhouden elektrisch materieel (volgens de voorschriften
van de fabrikant)
IV.3. Inventaris preventiemaatregelen
Deze maatregelen worden opgenomen in het lopende GPP en de bijhorende JAP’s
Doelstelling, middelen ,……
In de tabel dient minstens voor te komen:
1. Volgnummer
2. Omschrijving maatregel
3. Welzijnsveld maatregel: Arbeidshygiëne ( AH), Arbeidsveiligheid ( AV ),
Ergonomie (ER) , Gezondheidsbescherming (G), Intern leefmilieu ( IL ),
Psychosociale belasting ( PB ) en Verfraaing V ).
4. Verantwoordelijke voor de uitvoering van de maatregel
5. Planning uitvoering
6. Ev. Kostprijs
Nr.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
…
Maatregel
Welzijnsveld Verantwoordelijke Planning
Kostprijs
IV.3. Opleidingen
De wettelijke verplichtingen in verband met opleiding en vorming zijn terug te
vinden in de Welzijnswet 4 augustus 1998 en zijn uitvoeringsbesluiten en in
het AREI artikel 47 en AREI artikel 266.
Hier volgt een inventaris van de gevolgde opleidingen zowel intern als extern.
Interne opleidingen zijn opleidingen georganiseerd door de school of het schoolbestuur
in verband met de elektrische installatie van de school.
Vb. BA4
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 34 van 38
Externe opleidingen zijn opleidingen georganiseerd door externe opleidingscentra in
verband met de elektrische installatie van de school.
Vb. BA5
Een kopie van de attesten van deelname wordt bijgevoegd.
IV.3.1. Inventaris Opleidingen
Volgnr. Datum
Naam persoon
Bevoegdheid: Omschrijving opleiding:
LKR/OND/
BA4/BA5/
IV/WV/
EHBO,…
Inter Extern
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
IV.3.2. Attesten Opleidingen
[ Invoegen attesten ]
IV.4. Instructies
IV.4.1. Algemeen
Hier komen de uitgeschreven veiligheidsinstructies en -procedures die moeten
gehanteerd worden bij de uitvoering van werken aan de elektriciteit van de school.
Vb. Veiligheidsinstructiekaart “ Vervangen van een automaat ”
IV.4.2. Instructies
[ Invoegen veiligheids instructies ]
IV.4.3. EHBO instructies
EHBO-instructies specifiek op vlak van elektrocutie: Deze instructies
moeten gekend zijn en toegepast worden. Zij moeten aanwezig zijn in of
in de omgeving elk elektrisch bord:
[ Invoegen EHBO instructies ]
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 35 van 38
Nawoord
Met het KB “ Oude Elektrische Installaties “van 02 juni 2008 en de opleiding door FODWASO “ Veiligheid van werken in de nabijheid van en aan de elektrische installatie”
ontstond in vele scholen de nood aan een voorbeeld van een dossier.
Aangezien bij de opmaak van dit dossier zowel de werkgever ( hiërarchische lijn ) en de
preventieadviseur betrokken zijn werd een werkgroep samengesteld uit verschillende
partners:
Diocesane Pedagogische Begeleiding – Bisdom Gent
Johan Lambrecht – Br. Van Liefde
Technisch Adviseurs – Elektriciteit – Bisdom Gent
Marc Duym – VTI Dendermonde
Johan De Donder – OLV PIUS X – Zele
Pascal De Roissart – KSO Glorieux
Technisch Adviseurs – Elektriciteit – Bisdom Brugge
Filiep Cottem – VTI Kortrijk
Preventieadviseurs – DAVGOS - PABG
Inge Van Durme – VTI Lokeren
Dirk Goorix – VTI Dendermonde
Luc Van der Sijpt – OLV Pius X – Zele
Franky Wauters – Br. Van Liefde
Pascal De Roissart – Vrij Onderwijs Ronse
Netwerk Preventieadviseurs: PABG– Welzijn op School
vzw COPRANT
Pascal De Roissart
Dit dossier omvat praktische documenten en voorbeelden ervan. Dit dossier is
gebaseerd op de wetgeving van het AREI en het KB “Oude EI en omvat een praktische
benadering van de opleiding van FOD WASO en de brochure van AGORIA “ Werken aan
en in de omgeving van elektrische installaties: Code van goede praktijk”.
De met geel aangegeven items in de inhoudstafel/ bedoeld voor de
nijverheidstechnische scholen en werden niet uitgewerkt in dit dossier.
Namens de werkgroep,
Pascal De Roissart
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 36 van 38
Verklarende lijst Afkortingen
Afkorting
DAVGOS
DPB
PABG
KB
EI
RA
JAP
GPP
AREI
Art.
ALSB
ATEX
EHBO
E
VCA
RTC
VIK
KBO
EX
BA1-BA5
TAC
TAE
ICT
LKR
CPA
PPA
CNO
COPRANT
AC
As Built
HS
LS
EDTC
trafo
kVA
IT/TT/TN
B.S.
IV
AV
AH
ER
Verklaring
Diocesane Adviesgroep Veiligheid en Gezondheid op School –
Bisdom Gent
Diocesane Pedagogische Begeleiding – Bisdom Gent
Preventieadviseurs – Bisdom Gent
Koninklijk Besluit
Elektrische Installaties
Risicoanalyse
Jaarlijks Actieplan
Globaal Preventieplan
Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties
Artikel
Algemeen Laagspanningsbord
ATmosphères EXplosibles: Explosieve Omgevingen
Eerste Hulp Bij Ongevallen
Elektrische / Elektriciteit
Veiligheidschecklist Aannemers
Regionaal Technologisch Centrum
Veiligheidsinstructiekaarten
Kruispuntbank
Explosie / Explosief / Explosieve ( Risico )
Codificatie bevoegdheden volgen art. 47 van het AREI
Technisch Adviseur Coördinator
Technisch Adviseur vakgebied Elektriciteit
Informatie en communicatie technologie
Leerkracht
Coördinerend Preventieadviseur( Leidend )
Preventieadviseur ( plaatselijk )
Centrum voor Naschoolse opleiding ( Universiteit Antwerpen )
Welzijn op School vzw – Coördinerende Preventieadviseurs
Antwerpen
Wisselspanning
Zoals uitgevoerd
Hoogspanning
Laagspanning
Externe Dienst voor Technische Controle ( keuring )
Transfo
Kilovoltampère ( vermogen transfo )
Soort net geleverd aan de verbruiker
Uitvoeringsbesluit
Installatieverantwoordelijke
Arbeidsveiligheid
Arbeidshygiëne
Ergonomie
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 37 van 38
IL
V
PB
G
OND
WV
FOD-WASO
AGORIA
NTB
Intern Leefmilieu
Verfraaing
Psychosociale Belasting
Gezondheidsbescherming
Onderwijzer
Werkverantwoordelijke
Federale Overheidsdienst – Welzijn, Arbeid en Sociaal Overleg
Federatie van de Technologische Industrie
Nog te behandelen
Interessante websites met extra informatie
www.werk.belgie.be
www.ond.vlaanderen.be/welzijn/
www.welzijn-op-school.be
www.co-prev.be
www.agoria.be
www.fedelec.be
www.nelectra.be
www.vormelek-formelec.be
www.prebes.be
Welzijnsvelden-Arbeidsveiligheid-Elektriciteit-Risicoanalyse versie 2012-10-01
Pagina 38 van 38
Download