De veiligheid in elektrische installaties en apparatuur Schema bladzijde 101 grondig bekijken! Meterkast Met een dikke toevoerkabel verbonden met het elektriciteitsnet in je straat. De elektriciteitsmeter (of kilowattuurmeter) is verzegeld en mag enkel door monteurs van het energiebedrijf geopend worden. Schakelbord en verdeelkast Heeft altijd minstens één automatische stroomonderbreker (differentieelschakelaar). De leidingen komende van de meterkast worden met de stroomonderbreker verbonden, of met de hoofdschakelaar indien er meerdere stroomonderbrekers zijn. Er moet dus één schakelaar zijn die heel uw bazaar kan afzetten. Het verdeelbord is eigenlijk de centrale van je elektrische installatie. Waar de doorsnede van de leiding kleiner wordt, worden veiligheden geplaatst. Hierdoor zal men in de verdeelkast verschillende veiligheden terugvinden, waardoor je bijvoorbeeld slechts één stroomkring kan uitschakelen in plaats van gans je installatie. De veiligheid (nominale waarde ervan) moet aangepast zijn aan de doorsnede van de draden. Draaddiktes: Voor het voeden van contactdozen: 2,5 mm² Voor het voeden van verlichtingspunten (zonder contactdoos): 1,5 mm² Er mogen slechts 8 stopcontacten per kring zijn. Aarding Aardleiding: Lekstroom naar de aarde leiden zodat de gebruiker geen schok krijgt. Aardingslus: Massieve geleider die over de volledige buitenomtrek onder de fundering van de buitenmuur wordt geplaatst. Er mag geen verbinding met de fundering zijn. Uiteinden worden aangesloten op aansluitklem. Bij renovatie: Aardingspin als alternatief voor Aardingslus. Wordt in ge grond geklopt en verbonden met koperen geleider. Aardleiding wordt verbonden met een geel/groene geleider en heeft enkel zin als er ook effectief een toestel op is aangesloten. Vooral gebruikt bij toestellen met metalen omhulsels. Equipotentiaalverbindingen: De nodige equipotentiale verbindingen worden gemaakt tussen de hoofdaardverbindingsklem en alle genaakbare en vaste metalen onderdelen van het gebouw. Doel is het voorkomen van potentiaalverschillen tussen de verschillende metalen genaakbare onderdelen in de woning. In de natte ruimten (badkamer etc.) worden bijkomende equipotentiaalverbindingen voorzien. Alle metalen delen, radiatoren, leidingen en toestellen (badkuip etc.) die gelijktijdig genaakbaar zijn, worden daarbij onderling, met de stopcontacten én met de hoofdequipotentiaalverbinding verbonden. Differentieelschakelaar Ook wel verliesstroomschakelaar of aardlekschakelaar genoemd. Zorgt ervoor dat bij geringe verlies- of foutstromen de installatie uitgeschakeld wordt. Beveiliging tegen elektrocutie en elektriciteitsverspilling. Werking: Controleert voortdurend de heen- en teruggaande stroom in de leidingen en elektrische apparaten. Zijn deze niet gelijk, dan verlaat de stroom via een verkeerde weg de installatie en is er dus lekstroom. De differentieelschakelaar schakelt de stroomtoevoer en spanning uit. Differentieelschakelaars hebben een testknop. Door hierop te drukken schakelt de bijbehorende groep uit. Gebeurt dit niet, dan is uw schakelaar naar de zak en dient hij vervangen te worden. Beveiliging algemeen Bescherming van de installatie tegen te hoge elektrische stromen Bescherming van de gebruiker tegen de gevolgen van te hoge stromen Schema bladzijde 105 bekijken. Heenweg: Stroom via toevoerleiding naar meterkast Smeltveiligheid Gebruikers Terugweg: Gebruikers via nuldraad naar meterkast Bescherming tegen: Overbelasting: Er loopt een stroom door de installatie die hoger is dan de stroom waarvoor de installatie bedoeld is. Er kan warmteontwikkeling en brandgevaar ontstaan. Kortsluiting: Aanraking tussen verschillende elektrische bedradingen. De stroom gaat niet meer via de gebruiker maar rechtstreeks van de fasedraad (heenweg) naar de nuldraad (terugweg). Er vloeit een zeer hoge stroom met mogelijk brandgevaar tot gevolg. Als er brand ontstaat niet blussen met water want er is gevaar voor schokken. Trek eerst de stekker uit of schakel de kring uit. Gebruik een poederblusser of een CO2-blusser in plaats van water. Aardsluiting: Bij toestellen met metalen behuizing. Er ontstaat verbinding tussen de fasedraad (heenweg) en de metalen kast. De stroom vloeit via de beschermleiding direct naar de aarde. Er is hierbij brand- elektrocutiegevaar aangezien het toestel onder spanning staat. Elektrocutie: Vanaf 5mA gaan de spieren samentrekken en is het misschien niet meer mogelijk het onderdeel los te laten. Hogere stromen: ademhalingsproblemen, storingen van de hartslag en verbranding. Als je onder stroom komt te staat altijd proberen uzelf los te trekken. Iemand in de buurt kan ook helpen door de stroom te onderbreken maar hij mag u niet aanraken want dan zijn jullie allebei genaaid. Beveiliging De installatie verdelen in meerdere groepen Smeltveiligheden plaatsen Goed isoleren van draden Plaatsen van aardlekschakelaar Groepen Meerdere differentieelschakelaars bij: Badkamers, wasmachines, droogkasten, etc. Stroombanen van verwarmingsweerstanden verzonken in vloeren Stopcontacten in een badkamer die te dicht bij een bad of douche staan. Kringen die te zwaar belast zouden zijn en die men gaat opsplitsen. Smeltveiligheden Per kring zet men smeltveiligheden, teveel smeltveiligheden vervangen door differentieelschakelaar. Schema pagina 107 bekijken. Smetveiligheden begrenzen de stroom want er brandt een draadje door als de maximale stroomwaarde bereikt is. Ze zijn dus niet herbruikbaar. In moderne installaties gebruikt men automatische zekerheden, dewelke wél herbruikt kunnen worden. Isoleren, aarden en aardlekschakelaar Door beveiliging wordt het gevaar verminderd, nooit volledig uitgesloten. Zo kan de maximale stroomwaarde van een smeltveiligheid niet bereikt worden, waardoor deze niet doorbrandt en er stroom blijft vloeien. Door de metalen omhulling met de aarde te verbinden (aarden), vloeit de stroom onmiddellijk hiernaar weg. Omdat de weerstand van deze verbinding lager is dan die van ons lichaam, lopen we minder gevaar. Aarding gebeurt via een extra draad in de aansluitkabels, stopcontacten/stekkers hebben ook een extra aansluitpin hiervoor. Omdat aarden niet volledig veilig is, wordt een aardlekschakelaar als aanvulling gebruikt. Als de terugweg geen gelijke stroomsterkte heeft dan de heenweg, is er stront aan de knikker en schakelt de schakelaar het boeltje uit. Specificaties voor huishoudelijke elektrische installaties Wisselspanning: enkelfasig over 2 geleiders. Er is een potentiaalverschil of spanning van 230V. Fasedraad (heenweg): Hierop wordt het potentiaalverschil geplaatst door de energiefabriek. Nuldraad (terugweg): Wordt door de energiemeneren met de grond verbonden. Op elk toestel wordt de nominale spanning en het nominaal stroomverbruik aangeduid. Sluiten we het apparaat aan op grotere spanningen dan is er kans op miserie. Negatieve eigenschappen van teveel elektriciteit: Te hoge stroomdoorvoer De componenten van het apparaat zullen opwarmen door het Joule-effect. Het apparaat zal slecht functioneren of defect gaan: Een isolator kan smelten waardoor er kortsluiting en zelfs brand kan ontstaan. Te hoge spanning De doorslagspanning zal overschreden worden en er zal kortsluiting ontstaan. Deze kortsluiting heeft dan weer een te hoge stroomdoorvoer als gevolg. Mogelijke oorzaken van foutieve elektriciteit: Verkeerd gebruik (Altijd een adapter gebruiken bij het opladen van een GSM!) Installatiefout, fabricagefout of defecten/slijtage Vocht (Apparaat bedienen met vochtige handen) Rampen (Overstromingen, brand, aarbevingen, verspilling van bier) Reglementering ARAB (Algemeen Reglement voor ArbeidsBescherming) Reglementen die een veilige werkomgeving garanderen. AREI (Algemeen Reglement voor Elektrische Installaties) Een onderdeel van het ARAB dat de aspecten van elektrische aangelegenheden beschrijft. CEBEC (Comité Eletrotechnique de Belgique / Belgisch Elektrotechnisch Comité) Maakt de Belgische normen voor elektrische aangelegenheden aan. Keurinstantie: CRQ (CEBEC Registered Quality) – Europese instantie: CE Bliksem Ontstaan Hoog in de lucht bevinden zich hagelstenen. Op deze hagelstenen vriezen kleine waterdruppels vast. Er springen hierbij kleine ijssplinters van de hagelstenen af, die positief geladen zijn. De hagelstenen worden negatief geladen. De ijssplinters zijn klein en licht en stijgen op. De hagelstenen zakken naar onderen. De bovenste laag van de aarde wordt positief geladen. De volgende situatie is ontstaan: Positief geladen ijssplinters bovenaan de wolk. Negatief geladen hagelstenen onderaan de wolk. Positief geladen bovenste laag aarde. De ontlading Zodra het spanningsverschil tussen de negatieve onderkant van de wolk en de positieve bovenkant van de wolk groot genoeg is, begint de voorontlading. Deze loopt van de wolk naar de aarde. Op de aarde ontstaat er nu een vangontlading. Deze loopt van de aarde naar de wolk. Als de voorontlading en de vangontlading elkaar raken, is er een kanaal gevormd waarlangs de hoofdlading kan overspringen. Nu ontstaat de bliksemflits die zichtbaar én hoorbaar is. Na de ontlading De hoge temperatuur van de bliksemstraal zorgt ervoor dat de lucht in de directe omgeving van de bliksem explodeert. De explosie van lucht geeft licht (en dus een flits) af. Het geluid dat tegelijkertijd ontstaat is de donder. De schokgolf kan schade aan gebouwen veroorzaken. Cijfergezeik Snelheid van bliksem: 60 000 km / seconde Lengte van bliksem: 6 km Tijd van bliksem: 1 tienduizendste van een seconde Voor meer zever, zie pagina 115 onderaan. Het zou belachelijk zijn moesten we dit kennen. Bliksemafleiders Om gebouwen te beschermen tegen de gevolgen van blikseminslag. Meestal een metalen staaf van 1 meter lang en 5cm dik, verbonden met een metalen raster in de grond via een geleider. Niet bedoeld om bliksem aan te trekken, maar om een geleidende en veilige weg met lage weerstand naar de grond toe aan te bieden om zo de negatieve effecten van een inslag te beperken. De beste schuilplaats bij bliksem Gebouwen en auto’s. Waarom auto’s? Omdat het metalen frame van een auto werkt als een omhulsel en omdat de bliksem via de buitenkant van de auto naar de grond zal stromen. Een metalen constructie of ijzeren kooi zoals dit wordt ook wel een “kooi van Faraday” genoemd. Omdat die wijsneus ook dit ontdekt heeft. Is er geen schuilplaats, ga dan niet onder een boom schuilen. De bliksem kan hierop inslaan. Hurk met je voeten zo dicht mogelijk bij elkaar en je hoofd zo laag mogelijk. Ga niet op de grond liggen. Als de bliksem de grond raakt in de buurt waar je ligt, gaat er een elektrische stroom door de grond vloeien die kan overspringen naar je lichaam. ESD ESD = Electrostatic Discharge = Elektrostatische ontlading = Een korte, hevige stroomstoot. Het opladen gebeurt door wrijving. Door die wrijving ontstaat er een spanningsverschil, en door dat spanningsverschil ontstaat er een elektrostatische lading. Bij ESD ontstaan er soms ook kleine vonkjes. Dit kan schade aan elektronische apparaten veroorzaken. ESD voorkom je door de oplading te vermijden. Door het gebruik van zeer beperkt oplaadbare materialen (hout en katoen). Men kan ook normaal oplaadbare materialen voorzien van een speciale coating, waardoor ze tijdelijk of permanent niet meer oplaadbaar zijn. Materialen voorzien van een geleiding naar de aarde toe (ESD-polsbandjes, speciale schoenen of schoenbandjes) in combinatie met een geleidende vloer. De kooi van Faraday, gesloten metalen kooi waarin geen elektrisch veld van buiten kan binnendringen. In de praktijk: elektronica omhullen in een geleidend materiaal, bijvoorbeeld een met een deksel afsluitbare ESD-veilige container. Shielding-zakken waarin elektronica verpakt wordt hebben hetzelfde effect. Vochtingheid en ESD Hoe droger de omgeving, hoe groter de ontladingen. Fysica is hardcore.