‘PREEK VAN DE WEEK’ Bezoek onze webstek: www.preekvandeweek.be – E-mail: [email protected] 7de zondag van Pasen – A-jaar 2017 "Gods heerlijkheid" Hand. 1,12-14 - 1 Petr. 4,13-16 - Joh. 17,1-11a Hand. 1,12-14 — "Ze bleven volharden in het gebed" Nadat Jezus ten hemel was opgenomen, keerden de apostelen van de Olijfberg naar Jeruzalem terug. Deze berg ligt dichtbij Jeruzalem op sabbatsafstand. Daar aangekomen gingen zij naar de bovenzaal waar ze verblijf hielden: Petrus en Johannes, Jakobus en Andreas, Filippus en Tomas, Bartolomeüs en Matteüs, Jakobus, zoon van Alfeüs, Simon de IJveraar en Judas, de broer van Jakobus. Zij allen bleven eensgezind volharden in het gebed samen met de vrouwen, met Maria, de moeder van Jezus, en met zijn broeders. 1 Petr. 4,13-16 — "Wie als christen lijdt, moet zich niet schamen" Dierbaren, verheugt u in de mate dat gij deel hebt aan het lijden van Christus; dan zult ge juichen van blijdschap, wanneer zijn heerlijkheid zich openbaart. Prijst u gelukkig, als men u hoont om de Naam van Christus: het is een teken dat de Geest der heerlijkheid, die de Geest van God is, op u rust. Zorgt dat niemand van u te lijden heeft als moordenaar of dief of boosdoener of aanbrenger. Maar wie als christen lijdt, moet zich niet schamen, maar God eren met die naam. Joh. 17,1-11a — "Het eeuwig leven is dat ze U kennen" In die tijd sloeg Jezus zijn ogen ten hemel en zei: “Vader, het uur is gekomen. Verheerlijk uw Zoon, opdat de Zoon U verheerlijke. Gij hebt Hem immers macht gegeven over alle mensen om eeuwig leven te schenken aan allen, die Gij Hem gegeven hebt. En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige ware God en Hem die Gij hebt gezonden: Jezus Christus. Ik heb U op aarde verheerlijkt door het werk te volbrengen, dat Gij Mij hebt opgedragen te doen. Gij, Vader, verheerlijk Mij thans bij Uzelf en geef Mij de heerlijkheid, die Ik bij U had eer de wereld bestond. Ik heb uw Naam geopenbaard aan de mensen, die Gij Mij uit de wereld gegeven hebt. U behoorden ze toe; Mij hebt Gij ze gegeven en zij hebben uw woord onderhouden. Nu weten zij, dat al wat Gij Mij gegeven hebt, van U komt. Want de boodschap, die Gij Mij hebt meegedeeld, heb Ik hun meegedeeld, en zij hebben ze aangenomen en naar waarheid erkend, dat Ik van U ben uitgegaan, en zij hebben geloofd, dat Gij Mij hebt gezonden. Ik bid voor hen. Niet voor de wereld bid Ik, maar voor hen, die Gij Mij gegeven hebt, omdat zij U toebehoren. Al het mijne is van U en het uwe is van Mij. Zo ben Ik in hen verheerlijkt. Ik blijf niet langer in de wereld, zij echter blijven in de wereld, terwijl Ik naar U toe kom.” Predikbroeders in woord en daad Dominicanen in Vlaanderen De orde der dominicanen, ook gekend als predikbroeders of predikheren, bestaat in 2016 achthonderd jaar. Op vraag van de Vlaamse dominicanen heeft de faculteit Theologie en Religiewetenschappen van de KU Leuven een boek samengesteld waarin de recente geschiedenis van de dominicanen in Vlaanderen centraal staat. Onderzoekers van de faculteit hebben origineel werk verricht in verband met figuren en activiteiten die het Vlaamse dominicaanse leven in de twintigste eeuw karakteriseren. De rode draad in het boek is dan ook de verkondiging of prediking 'in woord en daad', die tot het wezen van het dominicaanse leven behoort. Of het nu gaat om spirituele, theologische, culturele, sociale of politieke kwesties, de dominicanen hebben, tot vandaag, steeds blijk gegeven van wat in hun motto 'Veritas' besloten ligt: ze zijn rusteloze Godzoekers die doorheen de tijd hun leven in dienst stellen van de steeds weer te ontdekken waarheid. De predikbroeders hebben op hun eigen wijze het verhaal van Dominicus gestalte gegeven in de geschiedenis van kerk en maatschappij in Vlaanderen. Hiervan wil dit boek een weerslag bieden. Als abonnee bij 'Preek van de week' kan u dit boek, voor de prijs van 25,95euro (inclusief verzending), rechtstreek bestellen via de website van uitgeverij 'Halewijn' te Antwerpen. Bezoek onze website Met bijdragen van Dries Bosschaert, Marcel Braekers, Mark De Caluwe, Bernard de Cock, Georges De Schrijver, Ignace D'hert, Leo Kenis, Mathijs Lamberigts, Anton Milh, Toon Osaer, Stephan van Erp, Dries Vanysacker en Sander Vloebergs. Dominicus ontmoeten Dominicus de gedreven prediker De Spaanse priester Dominicus stichtte achthonderd jaar geleden de Orde der Predikers, beter bekend als de dominicanen. Na een moeizaam begin groeide de Orde uit tot een invloedrijke internationale beweging van religieuze mannen en vrouwen, tot op de dag van vandaag. In dit boek leren we Dominicus kennen als een gedreven prediker die voortdurend biddend en denkend contact hield met God. Tegelijk had hij oog voor de concrete noden en vragen die op zijn pad kwamen. Een heilige om na te leven. Als abonnee bij 'Preek van de week' kan u dit boek, voor de prijs van 16,50euro (inclusief verzending), rechtstreek bestellen via de website van uitgeverij 'Halewijn' te Antwerpen. Bezoek onze website De auteur van het boek, Paul Dominikus Hellmeier (°1977, Landshut, Duitsland) trad in 1999 in bij de orde van de dominicanen. Van 2010 tot 2015 was hij werkzaam als docent middeleeuwse wijsbegeerte. Thans is hij rector van de Theatinerkerk in München en prior van het daaraan verbonden Dominicanenklooster. Preek van de week "Gods heerlijkheid" Als men aan een jood zou vragen waar de heerlijkheid van God zich het helderst manifesteerde, zou hij vermoedelijk antwoorden: in de hemelen, in het werk van zijn handen, of in de wolk bij dag en de vuurzuil 's nachts die het joodse volk door de woestijn begeleidde, of in het brandend braambos... Wat zouden wij, christenen, antwoorden op diezelfde vraag: waar wordt Gods heerlijkheid het meest zichtbaar? Het Johannesevangelie antwoordt: in de lijdende Jezus. In het persoonlijk gebed van Jezus net voor zijn lijden begon, waaruit we vandaag een stuk lezen, vernemen we dat de verheerlijking door God gebeurt in het lijden zelf. In Jezus die vrijwillig zijn dood tegemoet ging, die zich weerloos liet gevangennemen liever dan bloed te vergieten, in zijn rustige houding tegenover Pilatus, in het geduld waarmee hij de hoon van de zweepslagen en de pijn van de doornenkroon verdroeg, in de adel van zijn antwoorden aan de hogepriester, in zijn barmhartige blik naar zijn verrader Judas en verloochenaar Petrus, in zijn aandacht voor de wenende vrouwen, in de volharding waarmee hij zijn kruis droeg en na iedere val weer opstond, in de overgave op het kruis, in de vergiffenis aan de rouwmoedige zondaar, in de laatste stervenskreet. in heel dat lijden dat in liefde gedragen werd, kwam Gods heerlijkheid aan het licht, werd God verheerlijkt, dat wil zeggen toonde God zichzelf zoals Hij is. Hier is God zichtbaar onder ons aanwezig. Het kruis werd dan ook het symbool bij uitstek van de christenen. Niet omdat we het lijden ophemelen, maar wel als teken van uiterste liefde, als teken van Gods heerlijkheid, van de overwinning van God op de machten van het kwaad en de dood. Mensen hebben altijd geprobeerd zich een beeld van God te vormen. Vaak heeft dit geleid tot een al te menselijke voorstelling van God. Kinderen tekenen God als een oude man met lange baard en wit gewaad. We kleven menselijke eigenschappen op God: het is een God die oorlog voert, een God die jaloers is, een rechter en wetgever, een God die liefheeft, een vaderlijke God. Filosofen hebben altijd kritiek geleverd op deze menselijke voorstellingen van God en zochten het godsbeeld uit te zuiveren van projecties en antropomorfismen. De godsdienstkritieken van Marx en Nietzsche zijn ons bekend. Maar reeds veel vroeger stonden wijsgeren sceptisch tegenover het godsbeeld. Van Xenophanes (6de eeuw v. Chr.) stamt de beroemde uitspraak dat de mensen zich de goden voorstellen zoals ze zelf zijn: "Stervelingen menen dat de goden geboren worden, dat ze gekleed gaan, stem en gestalte hebben." Xenophanes zelf zocht zijn toevlucht tot een verheven godsopvatting: "God is één, hij is de grootste, niet door gestalte noch door de gedachte aan de mensen gelijk. Zonder moeite beweegt hij alles met de gedachte van zijn geest." Doorheen alle uitzuiveringen heeft de God van de filosofen twee wezenskenmerken overgehouden: God is onveranderlijk, hij is de Onbewogen Beweger en hij is almachtig. Die twee eigenschappen stellen de gelovige mens echter voor twee levensgrote problemen. Als God onveranderlijk is, niet te bewegen, waarom zou ik dan tot hem bidden? En als God almachtig is en alles kan, waarom neemt hij dan het lijden niet weg? De volgende stap is dan dichtbij: God bestaat niet, want ofwel is hij een menselijke uitvinding, onze projectie, ofwel is hij nutteloos en onverschillig. Het is dan ook begrijpbaar dat Blaise Pascal uitriep dat niet de God van filosofen en geleerden ons vrede en vreugde brengt, maar wel de God van Abraham, Isaak en Jakob. Als we de woorden van het evangelie van vandaag ernstig nemen, daagt een ander godsbeeld op voor onze ogen, dat van een nabije God wiens heerlijkheid openbaar wordt in de lijdende en stervende Jezus. Onveranderlijk, jawel, maar in die zin dat zijn liefde voor de mensen onveranderlijk is. God blijft trouw. Hij laat zich door geen enkele weerstand overwinnen, hij zoekt altijd nieuwe wegen om het hart van de mensen te raken. Almachtig, jazeker, maar met de almacht van de liefde die niet eist, maar aanbiedt; die niet dreigt, maar vraagt, die sterker is dan de dood omdat zij telkens weer opstaat. Zoals Jezus, zo is God; daarom is hij de Zoon en God de Vader. Aan de zoon ken je de vader. Maar het is niet enkel in Jezus dat de Vader zichtbaar wordt in al zijn grootheid van liefde en barmhartigheid. Ook zij die in Jezus geloven, die deelhebben aan zijn manier van leven en het werk van Jezus verderzetten, tonen Gods heerlijkheid, omdat ze delen in de Geest van heerlijkheid. Net als Jezus zijn we zonen en dochters van dezelfde Vader, openbaarders van Gods heerlijkheid. In onze liefde en trouw, tonen we Gods liefde en trouw en stellen we God tegenwoordig op aarde. God heeft geen andere handen dan de onze om werkzaam in onze wereld aanwezig te zijn. Vergeten we daarbij niet dat liefde offers met zich meebrengt. Delen in de heerlijkheid, is ook delen in het lijden van Christus. Lijden, verdrukking, spot zullen ons deel zijn als we de weg van Jezus gaan. Het is daarom dat Jezus voor ons bidt bij de Vader, niet dat we voor het leed gespaard blijven, wel dat we gespaard blijven van het kwaad, en wat is dat anders dan de afwezigheid van liefde? Laten we in deze noveen, de negen dagen tussen Hemelvaart en Pinksteren, eensgezind volharden in het gebed om de gave van de Geest, de Geest van heerlijkheid, de Geest van liefde. "Zend nu, Vader, de Trooster en Helper in ons midden, uw heilige Geest. Wek de gezindheid van Jezus Christus in ons hart. Sterk ons vertrouwen, verruim onze liefde. Raak ons met het vuur van uw Geest en breng ons elkaar nabij (Eucharistisch gebed V). @preekvdw