VAKANTIE VAKANTIEDAGEN De werknemer heeft met doorbetaling van salaris jaarlijks recht op …(wettelijk minimum =20) werkdagen vakantie op basis van een full time dienstverband. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. Vakantierechten worden toegekend naar rato van de omvang van het dienstverband. Vakantiedagen dienen in de loop van het kalenderjaar te worden opgenomen. Op verzoek van de werknemer kan werkgever besluiten vakantiedagen uit te betalen, waarbij echter geldt dat de werknemer in enig vakantiejaar bij aanvang ten minste 20 vakantiedagen overhoudt. Per vakantiejaar dienen minimaal 5 en maximaal 10 vakantiedagen aaneengesloten te worden opgenomen, tenzij het bedrijfsbelang zich er niet tegen verzet. De opname van vakantiedagen dient zo tijdig mogelijk plaats te vinden, opdat zoveel mogelijk met de verlangens van betrokkenen (werknemer en werkgever) rekening kan worden gehouden. Degene die vakantiedagen wil opnemen meldt dat aan de betreffende functionaris van werkgever. Na goedkeuring worden de opgenomen vakantiedagen doorgegeven aan de personeelsadviseur, die de vakantiedagen als zodanig in de verlofregistratie verwerkt. Beëindiging dienstverband Bij beëindiging van het dienstverband in de loop van het jaar wordt het recht op vakantiedagen verminderd met 1/12 deel voor elke maand dat het dienstverband in dat jaar korter dan 12 maanden heeft geduurd. Indien zich het geval voordoet dat reeds meer vakantiedagen zijn opgenomen zal het verschil na berekening daarvan met het laatste salaris worden verrekend. Deze verrekening geldt niet in geval van overlijden van de werknemer. Verrekening van teveel of te weinig opgenomen vakantiedagen vindt plaats op basis van het laatstgenoten salaris. Zwangerschap en vakantiedagen De vrouwelijke werknemer die het werk niet verricht wegens zwangerschap of bevalling, behoudt wel aanspraak op vakantie gedurende de tijd dat zij recht heeft op ziekengeld in verband met haar zwangerschap of bevalling. Ziekte en vakantiedagen De werknemer die wegens langdurige volledige arbeidsongeschiktheid zijn werk niet heeft kunnen verrichten heeft slechts aanspraak op vakantie over het tijdvak van de laatste zes maanden waarin de arbeid niet verricht werd, met dien verstande dat tijdvakken samen geteld worden als zij elkaar met een onderbreking van minder dan een maand opvolgen. Ziektedagen tijdens vakantie (behoudens zaterdagen, zondagen en algemeen erkende feestdagen) zullen, als de ziekmelding volgens de normale procedure is geschiedt, niet als vakantiedagen worden aangemerkt. Vervallen vakantiedagen Beëindigt de werknemer, die wegens zwangerschap of bevalling of wegens ziekte niet in staat was te werken, door opzegging de arbeidsovereenkomst alvorens het werk is hervat, dan vervallen de door deze werknemer tijdens de zwangerschap of bevalling of ziekte opgebouwde vakantiedagen. (optioneel) Extra vakantiedagen Op grond van een onafgebroken langdurig dienstverband gelden de onderstaande extra vakantiedagen: 12,5 jaar: 1 dag 25,0 jaar: 2 dagen 40,0 jaar: 3 dagen Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 1 van 7 VVVH-arbeidsreglement en/of Op grond van leeftijd gelden voor de werknemer, die per 1 januari van enig kalenderjaar valt in een van de onderstaande leeftijdscategorieën, het recht op extra vakantiedagen zoals onderstaand aangegeven: 40 t/m 44 jaar 1 dag 45 t/m 49 jaar 2 dagen 50 t/m 54 jaar 3 dagen 55 t/m 59 jaar 4 dagen 60 t/m 64 jaar 5 dagen Bovenstaande aantallen geven het totaal aantal extra vakantiedagen per leeftijdsgroep aan en kunnen derhalve niet cumulatief worden toegepast. Verjaring vakantiedagen Vakantiedagen verjaren van rechtswege na 5 jaar nadat deze zijn opgebouwd. Feestdagen Op de volgende dagen wordt niet gewerkt met behoud van salaris: Nieuwjaarsdag, de beide Paasdagen, Koninginnedag (30 april), Hemelvaartsdag, de beide Pinksterdagen alsmede de beide Kerstdagen. Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 2 van 7 VVVH-arbeidsreglement FEESTDAGEN Bijzonder verlof De hieronder vermelde dagen worden aangemerkt als bijzondere verlofdagen (feestdagen) met behoud van salaris: Nieuwjaarsdag, 2de Paasdag, Koninginnedag, Hemelvaartsdag, 2de Pinksterdag, 1e en 2de Kerstdag, alsmede een keer in de vijf jaar op 5 mei op de kalenderjaren 2005 en 2010 en verder, voor zover deze door de overheid als nationale feestdag wordt aangewezen. Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 3 van 7 VVVH-arbeidsreglement BUITENGEWOON VERLOF Een werknemer heeft recht op buitengewoon verlof met behoud van salaris: 1 dag : bij ondertrouw van de werknemer 2 dagen : bij zijn/haar burgerlijk en/of kerkelijk huwelijk 2 dagen : bij bevalling van de echtgenote/levenspartner 1 dag : bij 25-, 40- of 50-jarig huwelijksfeest van de werknemer, ouders, schoonouders, stief- of pleegouders, eigen stief- of pleegkinderen 1 dag : bij huwelijk van grootouders, ouders, schoonouders, stief- of pleegouders, broer, zwager, zuster, schoonzuster of van kinderen van de werknemer, of van broers of zusters van de echtgeno(o)t(e)/levenspartner 4 dagen : bij overlijden van de echtgeno(o)t(e)/levenspartner, ouders, schoonouders, stief- of pleegouders, eigen, stief- of pleegkinderen 2 dagen : bij overlijden van grootouders, broer, zuster, zwager of schoonzuster 2 dagen : bij verhuizen op verzoek van werkgever 1 dag : bij verhuizen, uitsluitend indien werknemer dermate dichterbij het kantoor van de werkgever gaat wonen zodanig dat de reistijd woon/werkverkeer aanzienlijk wordt verkort. benodigde tijd : voor afleggen van een door de werkgever goedgekeurde cursus/opleiding examen en/of tentamen, indien en voor zover dit niet buiten de arbeidstijd kan plaatsvinden, voor uitoefenen van het kiesrecht en het voldoen aan wettelijke verplichtingen, bezoek aan huisarts, tandarts of specialist indien en voor zover dit niet buiten de arbeidstijd kan plaatsvinden. Buitengewoon verlof kan door een werknemer niet worden opgespaard. Gelijkstelling van huwelijk en samenwonen gaat alleen op in het geval de werknemer een notariële samenlevingsovereenkomst heeft afgesloten, of wanneer blijkt dat de werknemer een gemeenschappelijke huishouding voert van tenminste een half jaar. Geregistreerd partnerschap is wettelijk gelijkgesteld aan het huwelijk. Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 4 van 7 VVVH-arbeidsreglement WET ARBEID EN ZORG Inleiding De Wet Arbeid en Zorg, die vanaf 1 december 2001 geldt, is bedoeld om de combinatie van werken en zorgtaken aantrekkelijker te maken. Reeds bestaande verlofregelingen en nieuwe verlofvormen zijn in deze nieuwe wet samengevoegd tot één wettelijk kader. De basis van de wet is dat iedere werknemer recht heeft op volledig doorbetaald verlof van minstens 4 maal het aantal uur dat wekelijks wordt gewerkt. Daarnaast kent de wet de volgende verlofregelingen. TIJD VOOR DE KINDEREN Zwangerschaps- en bevallingsverlof De wet bepaalt dat een vrouwelijke werknemer recht heeft op zwangerschaps- en bevallingsverlof gedurende een periode van 16 weken. Het verlof mag 6 weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum ingaan. Het recht op 16 weken blijft ook bestaan als het kind eerder wordt geboren. Wordt het kind later geboren, dan mag de werknemer nog minimaal 10 weken verlof nemen. Tijdens het zwangerschaps- en bevallingsverlof ontvangt de werknemer een uitkering ter hoogte van het salaris. De uitkering bedraagt maximaal 100% van het dagloon. Ontvangt de werkgever de uitkering, dan wordt het salaris doorbetaald tijdens het verlof. Kraamverlof De vader van het kind of de partner van de net bevallen vrouwelijke werknemer die het kind erkent, heeft recht op twee aaneengesloten dagen betaald kraamverlof. Het verlof moet binnen vier weken na de bevalling worden opgenomen. Zie ook buitengewoon verlof. Ouderschapsverlof Om meer tijd te kunnen besteden aan zorg en opvoeding van een kind onder de acht jaar mogen werknemers onbetaald verlof nemen van in totaal 13 keer het aantal uren dat ze gemiddeld wekelijks werken, het zogenaamde ouderschapsverlof. Beide ouders hebben recht op dit verlof. Het verlof dient te worden opgenomen voor de helft van de arbeidstijd gedurende een half jaar. Het is ook mogelijk om het verlof in twee of maximaal drie delen van tenminste één maand op te nemen tot het kind acht jaar is. De werkgever kan zich tegen splitsing van het verlof verzetten als er sprake is van een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. Ouders van een meerling hebben dit recht voor elk kind. Adoptieverlof Werknemers mogen maximaal vier weken onbetaald verlof nemen om als gevolg van de adoptie van een kind aan de nieuwe gezinssituatie te wennen. Beide ouders hebben recht op dit verlof. Het maakt niet uit hoeveel kinderen tegelijkertijd geadopteerd worden. Het verlof moet wel binnen 16 weken nadat het kind in het gezin is opgenomen. Ook pleegouders kunnen in bepaalde gevallen aanspraak maken op vier weken verlof bij plaatsing van het kind in het gezin. De wel spreekt van adoptieverlof. TIJD VOOR ZIEKE NAASTEN Calamiteitenverlof Wanneer een werknemer door zeer bijzondere persoonlijke onvoorziene omstandigheden zijn arbeid niet kan verrichten, heeft hij met volledig behoud van loon recht op kort verlof. Dit calamiteitenverlof kan hooguit een door de werkgever vastgestelde korte periode duren. Hierbij kan het gaan om de bevalling van de echtgenote of geregistreerd partner van de werknemer of om het overlijden en de lijkbezorging van een van zijn huisgenoten of Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 5 van 7 VVVH-arbeidsreglement een van zijn bloed- of aanverwanten in de rechte lijn en in de twee graad. Het kan echter ook gaan om meer alledaagse situaties, zoals een gesprongen waterleiding, brand, verstopte riolering of het van het kinderdagverblijf ophalen van een ziek geworden kind. Essentieel is dat het gaat om situaties die van de werknemer vragen dat hij onverwijld een voorziening treft. Kortdurend zorgverlof Als het calamiteitenverlof onvoldoende soelaas biedt, mag een werknemer maximaal tien dagen (2 maal de wekelijks overeengekomen arbeidsduur) per jaar verlof nemen. De werkgever betaalt bij dit kortdurend zorgverlof minimaal 70% het loon door, doch ten minste het geldende minimumloon (deeltijders naar rato). Bij samenloop van beide verlofvormen eindigt het calamiteitenverlof na één dag en gaat het vervolgens over in zorgverlof. Het kortdurend zorgverlof is het recht om betaald verlof op te nemen voor de verzorging van een ziek (inwonend) kind, partner of ouder. Het zorgverlof mag alleen worden opgenomen als en zolang dat noodzakelijk is. Bovendien moet aannemelijk zijn dat de werknemer deze zorg moet verlenen en dat de zorg niet op een andere wijze kan worden verstrekt. Het verlof gaat in op het moment van melding door de werknemer. De werknemer geeft dan ook de omvang, de wijze van opneming en de vermoedelijke duur aan. De werkgever hoeft niet akkoord te gaan met het verlof. Hij kan weigeren als er sprake is van een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang. Belangrijk is dat zowel de werknemer als de werkgever op zorgvuldige wijze rekening houden met elkaars belangen. Langer durend zorgverlof In voorkomende gevallen kunnen werknemers in aansluiting op het kortdurend zorgverlof onbetaald verlof opnemen in de vorm van een langer durend zorgverlof, bijvoorbeeld voor de zorg van een ernstig ziek kind, partner of ouder. De omvang en de duur van het verlof zal in onderling overleg, afhankelijk van de individuele situatie van de werknemer, de ernst van de behoefte aan zorg en het bedrijfsbelang, worden afgebakend. Verlof voor stervensbegeleiding Een werknemer kan verlof nodig hebben voor stervensbegeleiding van gezins- of andere naaste familieleden. De werknemer kan dan palliatief verlof, oftewel verlof voor stervensbegeleiding, verzoeken. Dit onbetaald verlof duurt minimaal één maand en maximaal zes maanden. TIJD VOOR JEZELF Calamiteitenverlof Wanneer een werknemer door zeer bijzondere persoonlijke onvoorziene omstandigheden zijn arbeid niet kan verrichten, heeft hij met volledig behoud van loon recht op kort verlof. Dit calamiteitenverlof kan hooguit een door de werkgever vastgestelde korte periode duren. Hierbij kan het gaan om de bevalling van de echtgenote of geregistreerd partner van de werknemer of om het overlijden en de lijkbezorging van een van zijn huisgenoten of een van zijn bloed- of aanverwanten in de rechte lijn en in de twee graad. Het kan echter ook gaan om meer alledaagse situaties, zoals een gesprongen waterleiding, brand, verstopte riolering of het van het kinderdagverblijf ophalen van een ziek geworden kind. Essentieel is dat het gaat om situaties die van de werknemer vragen dat hij onverwijld een voorziening treft. Sabbatical leave In toenemende mate geven werknemers aan behoefte te hebben aan een langere verlofperiode buiten de reguliere vakanties, die hen in staat stelt om ook andere taken te realiseren die binnen het gebruikelijke arbeidspatroon niet mogelijk zijn. Een dergelijke langdurige periode van (onbetaald) verlof wordt ook wel sabbatical leave of opfrisverlof genoemd. Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 6 van 7 VVVH-arbeidsreglement Educatief verlof Scholing is van groot belang voor werknemers om hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt te behouden en te verbeteren. Ook de werkgever heeft hier belang bij, omdat goed opgeleid personeel de concurrentiepositie van het bedrijf verbetert. Hiervoor is het educatief verlof een middel bij uitstek om dit te bereiken. De voorwaarden hiervoor kunnen door werkgever en werknemer nader overeen worden gekomen. Wet financiering loopbaanonderbreking De Wet Financiering Loopbaanonderbreking regelt de voorwaarden waaronder een langer durend verlof tot stand kan komen. De werkgever en werknemer moeten samen tot afspraken komen, doch een belangrijk element is dat de werknemer die verlof opneemt wordt vervangen door een uitkeringsgerechtigde. Ook is het mogelijk om een langduriger verlof financieel mogelijk te maken met behulp van verlofsparen. Sparen is mogelijk in geld en tijd (verlofdagen). Er mag voor maximaal een jaar verlof worden gespaard. Het is niet toegestaan verlofsparen te gebruiken om eerder met pensioen te gaan. Jaarlijks mag maximaal 10% van het brutoloon worden opgespaard voor verlofdoeleinden. De belastingheffing over de gespaarde vakantiedagen en/of het bruto loon wordt uitgesteld tot het moment dat het verlof wordt genoten. Verlofsparen mag ook worden ingezet voor kortdurend (zorg) verlof. Datum : februari 2005 Versie : 1 verlofregeling Pagina 7 van 7 VVVH-arbeidsreglement