Hoofdstuk 4 Afstemming geregeld In deze ppt vind je de sheets die in de les gebruikt zijn als ondersteuning van de lesstof. Je kunt de linkje naar de site bioplek nog eens bekijken. Let op deze ppt is een hulpmiddel maar omvat niet de gehele stof. Succes. §2 De Centrale Hersenen worden goed beschermd door de schedel Om de hersenen liggen 3 vliezen • buitenste vlies: hard taai bindweefsel • middelste vlies: veerkrachtig weefsel en dicht net van bloedvaten • binnenste vlies, zacht, dun en rijk aan bloedvaten Tussen het middelste en binnenste vlies ligt vocht. Stootkussen om kwetsbare hersenweefsel §2 De Centrale Hersenen zijn onder te verdelen in: • grote hersenen • kleine hersenen • hersenstam §2 De Centrale Grote hersenen • Walnoot met grijze iets roze kleur • Verdeelt in linker er rechter helft • Buitenkant heet schors liggen de cellichamen van de zenuwcellen (grijze massa) • Binnenkant heet merg uitlopers van zenuwcellen bevat geen bloedvaten (witte massa, mergschede geeft witte kleur) • Oppervlakte sterk geplooid, diepe groeve (meer oppervlakte) • Gespecialiseerde centra: gezicht, gehoor, beweging lichaamsdelen enz. • Gedrag en emoties en geheugen ook in grote hersenen §2 De Centrale kleine hersenen: • Achterkant onder grote hersenen • Sterk geplooid • Bevatten veel schakelcellen in schors • Zorgen voor fijne afstemming • Info uit evenwichtsorgaan en ogen worden gebruikt voor afstemming spieren • Coördineren alle impulsen voor beweging • Kleine hersenen maken het mogelijk dat je bepaalde bewegingen automatisch doet §2 De Centrale hersenstam: • Ligt tussen grote hersenen en ruggenmerg • Bevind zich de kruising van uitlopers van zenuwbanen waardoor rechterdeel van hersenen in contact staat met linker deel lichaam en andersom • Regelcentra voor functies die nodig zijn om te overleven: ademhaling, voedselvertering, bloedsomloop • Tevens slapen en wakker zijn §2 De Centrale ruggenmerg: • Beschermd door ruggenwervels • In ruggenmerg grijze massa met cellichamen • Beschermd door 3 vliezen • Middelste vlies voor doorbloeding • Wervels die verschuiven: dwarslaesie • Tussenwervelschijven die verschuiven: hernia §2 De Centrale Op www.bioplek.org staan animaties die aansluiten bij de lesstof. • http://www.bioplek.org/animaties/zenuwstelsel/reflexboog.html • http://www.bioplek.org/animaties/zenuwstelsel/kniepeesreflex.html Tel het aantal F- en in de volgende tekst FINISHED FILES ARE THE RESULT OF YEARS OF SCIENTIFIC COMBINED WITH THE EXPERIENCE OF YEARS. Het zijn er in totaal 6. FINISHED FILES ARE THE RESULT OF YEARS OF SCIENTIFIC COMBINED WITH THE EXPERIENCE OF YEARS. Verklaring: Je hersenen besteden weinig aandacht aan woorden die voor de betekenis van een zin niet cruciaal zijn, zoals het Engelse woord 'OF'. §3 Neurotransmitters in de hoofdrol zenuwcellen: • Geleiden impulsen door je lichaam • Vergelijkbaar met omvallen dominostenen • Dunne uitlopers snelheid enkele centimeters per seconde • Dikke uitlopers snelheid 150 meter per seconde • Impuls wordt doorgegeven tot de synaps §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Synaps: • Smalle spleet tussen membraan van de uiteinde van de uitloper en het membraan van de volgende cel • Al de impuls bij de synaps aankomt worden blaasjes met neurotransmitter in de spleet tussen de twee cellen losgelaten • Als er voldoende neurotransmitters in de spleet zijn is dit een prikkel voor de volgende cel ontstaat er een impuls • Neurotransmitters worden snel weer opgenomen en werken dus kort. §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Synaps: http://www.bioplek.org/animaties/zenuwstelsel/synaps.html §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Pijn: • Een van de berichten die zenuwen doorgeven • Waarschuwt lichaam (in veiligheid brengen of rust nemen) • In je hersenen ligt pijncentrum dat info uitwisselt met hersenschors (bewust worden van pijn) • In centrale zenuwstelsel kunnen pijnprikkels worden gestimuleerd of geremd • Dit doe je soms zonder erbij na te denken (hoofd stoten wrijven, zenuwen bezet even geen pijn) • Tevens kunnen hersenen signalen sturen naar ruggenmerg om pijnprikkels te blokkeren (geblesseerde voetballer die door speelt of marathon loper die blijft rennen tot finish) §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Pijn te heftig bestrijden met medicijn (pijnstiller): • Morfine: werken op cellen in centrale zenuwstelsel (lijkt veel op remmende neurotransmitter die je hersenen ook maken) • Aspirine / paracetamol: werkt in perifere zenuwstelsel (plaatsen waar een zenuwuiteinde in het pijnlijke gebied liggen) • Ruggenprik: Zenuw onderbreken (blokkade door verdovende vloeistof op of vlak bij de zenuwuiteinde te spuiten) §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Drugs hebben effect op zenuwstelsel: Drugs Heroïne Cocaïne Ecstasy (XTC) Alcohol Effect op gevolg neurotransmitter gevaar §3 Neurotransmitters in de hoofdrol Drugs hebben effect op zenuwstelsel: Drugs Effect op gevolg neurotransmitter gevaar Heroïne Bootst werking na Geen pijn, angst, honger, kou ontwenningsverschijnselen , lichamelijk verslavend Cocaïne Langer werkzaam Stimuleert effect zenuwstelsel opgewekt vol zelfvertrouwen Paranoia, Psychose, depressie, uitputting, hart, verslavend Ecstasy (XTC) Alcohol Bevorderd afgifte Minder geremd gevoel extra energie Verhitting, depressief, aantasting geheugen,, concentratie, stemmingen Remt werking zenuwstelsel Vertraagd reactie, maakt overmoedig Te veel: bewusteloos Te vaak: verschrompelen hersenen §4 Hormonen orgaan hormoon effect §4 Hormonen orgaan hormoon effect schildklier thyroxine Regelt stofwisseling bijnier geslachtshormonen adrenaline Verschillen in lichaamsbouw jongens en meisjes Hartslag en ademhaling omhoog Alvleesklier (eilandjes van Langerhans) Insuline Suiker wordt opgenomen Eierstokken oestrogeen, progesteron Remmende werking hypofyse Sec. gesl. kenmerken Teelballen testosteron Remmende werking hypofyse Sec. gesl. Kenmerken Hypofyse FSH en LH Stimuleren van andere hormoonklieren Schildklier, geslachtorganen